Legesverordening stadsdeel Centrum 2009

inhoud

toelichting

Bij besluit van de deelraad van 20 november 2003 is de Legesverordening stadsdeel Amsterdam-Centrum 2004 vastgesteld. Op basis van de Legesverordening worden door het stadsdeel diverse rechten geheven, bijvoorbeeld voor het verstrekken van vergunningen, rijbewijzen, paspoorten, uittreksels en voor het voltrekken van huwelijken. De Legesverordening bestaat uit een tekstueel gedeelte en een tarieventabel. De tarieventabel wordt doorgaans jaarlijks vervangen.

Het project Uniforme Tarieven is in 2007 gestart om een einde te maken aan de verschillende tarieven voor gelijke dienstverlening tussen stadsdelen. Daarnaast heeft het project tot doel te komen tot transparantere tarieven door het hanteren van een uniforme kostentoerekening voor de leges en de afvalstoffenheffing. In september 2008 heeft de raad besloten over te gaan tot uniformering van de tarieven. Ook in andere stadsdelen is door de deelraden tot uniformering besloten.

De tarieventabel is in overleg tussen de stadsdelen en in samenwerking met enkele Diensten van de Centrale Stad tot stand gekomen. De meeste tarieven zijn berekend op basis van een (gewogen) gemiddelde van de tarieven van de stadsdelen in 2008 vermeerderd met de indexering. Voor 2009 is een nominale stijging van 5,24 % verwerkt in de uniforme tarieven. Hierover bent u als raad al eerder geïnformeerd. In voorkomende gevallen heeft afronding ertoe geleid, dat de procentuele toename van het tarief licht van 5,24% afwijkt.

Hoewel het doel van de uniformering gelijke tarieven is bij alle stadsdelen, kan er op grond van beargumenteerde eigenheid of uniciteit reden zijn om een afwijkend tarief te hanteren.

Op de volgende terreinen wordt voorgesteld af te wijken van de uniforme tabel, te weten:

* 2.1 Huwelijksleges (ieder stadsdeel hanteert eigen tarieven)

* 3.1 Bouwleges (extra percentage van 0,31% naast bandbreedte)

* 3.6 Garagevergunningen (eigen verordening 2005 o.b.v. stallingsplaatsen)

Daarnaast wordt voorgesteld enkele tarieven toe te voegen aan de tabel, die niet voorzien worden in de uniforme tabel maar die wel noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de functies die het stadsdeel:

* 3.10 Leges voor het aanvragen van bepaalde subsidies (unieke categorie en tarief)

* 4.6.3 Vergunning voor vervoersdiensten (centrale functie Centrum)

* 5.4.9 Marktvergunning Koninginnedag (unieke categorie en tarief)

In 2009 zullen er uiteindelijk stadsbreed 15 tarieventabellen van toepassing zijn: 14 tarieventabellen van de stadsdelen - tabellen die voor 98% op elkaar zullen lijken en 1 tarieventabel voor de Diensten en Bedrijven die van toepassing is voor de Diensten en bedrijven, de Centrale Stad en Westpoort.

Een belangrijke wijziging ten opzichte van tarieventabel 2008 betreft de herindeling van de tabel en het verminderen van de rubrieken. Dit om de eenduidigheid en transparantie te vergoten en de regeldruk te verminderen. Hierdoor zijn in voorkomende gevallen leges weggevallen die eerst wel gehanteerd werden. Daarnaast zijn bepaalde leges niet langer toegestaan. Het effect hiervan is niet altijd negatief.

Daar waar sprake is van substantiële wijzigen of waar wordt afgeweken van de tarieventabel, is een verklaring opgenomen in deze toelichting.

De indeling van de tarieventabel is als volgt gewijzigd:

Met inachtneming van de voornoemde afwijkingen en toevoegingen is berekend dat per saldo geen grote positieve of negatieve financiële effecten zullen gaan optreden door de uniformering. Dit betekent dus dat er in zijn totaliteit geen sprake is van een lastenverzwaring of -vermindering voor de burgers/ondernemers van stadsdeel Centrum. Door het hanteren van een extra bouwlegestarief i.v.m. het beschermd stadsgezicht gaat de burger/ondernemer per saldo niet meer dan nu betalen voor een bouwvergunning. Het hanteren van een afwijkend tarief zal overigens niet uitzonderlijk zijn. Tussen de stadsdelen is afgesproken dat er een bandbreedte geldt voor de afvalstoffenheffing en de bouwleges van 30% in 2009, 20% in 2010 en 10% vanaf 2011. Ook als Centrum de bandbreedte volledig benut is dit onvoldoende om het verwachte begrotingsnadeel op te heffen. De verwachting is dat ook andere stadsdelen gebruik gaan maken van de geboden bandbreedte en mogelijk ook buiten de bandbreedte tarieven zullen vaststellen voor 2009.

Voor de leges is in zijn totaliteit dus geen sprake van een lastenverzwaring of -vermindering voor de burgers/ondernemers. Op de afzonderlijke tarieven ontstaan wel verhogingen en verlagingen. Wij noemen de belangrijkste:

Een verhoging van de leges bij:

• •

  Bestemmingsplan

• •

  Gebruiksvergunning (dagverblijf)

• •

  Horeca, prostitutie en kansspelen

• •

  Grote evenementen (> 5000 deelnemers)

• •

  Ligplaatsvergunningen

• •

  Sloopvergunningen

• •

  Reclame

Een verlaging van de leges bij:

• •

  Splitsingsvergunningen

• •

  Vergunningen voor het ontrekken, samenvoegen en omzetten

• •

  Aanlegvergunning

• •

  Kleine evenementen (< 5000 deelnemers)

• •

  Activiteiten op de openbare weg

• •

  Plaatsen van voorwerpen in de openbare ruimte:

• •

  Opbreken van de openbare weg

• •

  Kapvergunningen

• •

  Belanghebbendenparkeervergunning

Per rubriek wordt hieronder toegelicht wat de belangrijkste wijzigingen zijn.

1. Algemene tarieven

Onder deze categorie zijn alle tarieven voor het verstrekken van afschiften opgenomen die voorheen in verschillende rubrieken waren opgenomen. Hierdoor zijn minder rubrieken noodzakelijk en wordt één tarief geheven voor dezelfde dienst.

Bij het pandenarchief waren de tarieven voor A4 en A3 kopieën in 2008 al verlaagd en de overige tarieven dusdanig verhoogd zodat dezelfde kostendekkendheid zou worden bereikt en de tarieven vergelijkbaar met andere stadsdelen zouden worden.

Nieuw zijn de tarieven voor boekwerken zoals de begroting e.d. In het Centrum worden deze stukken gratis ter beschikking gesteld.

2. Burgerzaken

Ten aanzien van de tarieven voor identiteitsbewijzen etc. zijn de rijkstarieven opgenomen. De categorieën zijn niet wezenlijk veranderd. Bij de huwelijkstarieven mag elk stadsdeel afwijken omdat de kosten per locatie kunnen verschillen.

2.1 Burgerlijke stand

Op basis van het streven naar vereenvoudiging en uniformering van de verschillende tarieven en naar 100% kostendekkendheid voor huwelijksleges, vinden ten aanzien van de tarieven zes wijzigingen in aanvulling op de wijzigingen in 2008 plaats:

• •

  Overzichtelijkheid voor de burger

  Vereenvoudiging en uniformering van de verschillende tarieven. Voor de perioden binnen reguliere werkroostertijden (09.00 uur tot 17.00 uur) worden met ingang van 2009 minder verschillende tarieven gehanteerd.

• •

  Uitloop ceremonie

  In de praktijk is gebleken dat door trouwparen en genodigden niet strak de hand wordt gehouden aan de aanvangstijd of eindtijd van de huwelijksceremonie. De overschrijdingen in tijd leveren meerkosten en planningsproblemen op voor het stadsdeel als aansluitend andere ceremonieën plaatsvinden. Nu kan een tarief in rekening worden gebracht voor meerkosten als de beschikbaar gestelde tijd met 30 minuten overschreden. Naar verwachting heeft het hanteren van het aanvullende tarief voor meerkosten ook een preventieve werking.

• •

  Feestdagentarief

  De inzet van personeel (trouwambtenaar en bode) op officiële feestdagen brengt aanzienlijk hogere kosten met zich mee. Voorheen hebben de leges hierin niet voorzien.

• •

  Benoemen van locatie tot trouwlocatie

  Voor de honorering van een aanvraag tot trouwlocatie wordt een aantal uren tijd geïnvesteerd. Deze werkzaamheden betreffen vooral het behandelen van de aanvraag en het bezoeken van de locatie. Gezien het huidige aantal aanvragen en inschatting van de hoeveelheid potentiële trouwlocaties in het Stadsdeel Centrum is het gewenst een hogere kostendekkend te bereiken. Als tarief zal het stedelijk voorgestelde tarief worden gehanteerd.

• •

  Omzetten van een huwelijk in een partnerschap en omgekeerd aan het loket

  Er is een verschil tussen daadwerkelijk enkel de administratieve handeling plegen en het omzetten middels een ceremonie. Een ceremonie valt onder huwelijk en vindt plaats in een zaal. Een omzetting aan het loket gaat niet met een ceremonie gepaard.

• •

  Babs: om tegemoet te komen aan de toenemende wens éénmalig een buitengewoon ambtenaar voor de burgerlijke stand (babs) aan te wijzen bij huwelijken, is een nieuw tarief toegevoegd voor de éénmalige benoeming van deze buitengewoon ambtenaar.

3. Bouwen en Wonen

In de uniforme tarieventabel zijn alle vergunningen op het gebied van bouwen en wonen opgenomen onder hoofdstuk 3.

3.1 Bouwvergunning

Met besluit van 25 september 2008 heeft de deelraad ingestemd met het voorstel af te wijken van de percentages voor de bouwvergunningen zoals opgenomen in de uniforme tarieventabel. Reden hiervoor is dat de voorgestelde tarieven geen rekening houden met de complexiteit van de historische bebouwing in het Centrum en toepassing hiervan te grote financiële gevolgen heeft voor het stadsdeel. De voorgestelde percentages van de stedelijke werkgroep zijn ook met gebruik van de toegestane bandbreedte voor 2009 (15%) niet kostendekkend. Daarnaast wordt er gewerkt met een minimumbedrag in plaats van basisbedragen. Een aanvrager betaalt minimaal € 196,00 in plaats van een standaard basisbedrag van € 159,00 bij een bouwsom tot € 50.000 en € 1.603,00 bij een bouwsom boven de € 50.000.

Om deze wijziging te compenseren en de tarieven op kostendekkend niveau te houden, moet een verhoging van de bandbreedte met een extra percentage van 0,31% voor 2009 worden toegepast (2,65% van de bouwsom wordt dan 2,96% enzovoort). Dit percentage is lager dan het percentage van 0,4% dat in commissiebehandeling is genoemd. Voor 2010 zal bezien moeten worden of het opslagpercentage gelijk kan blijven of moet stijgen.

3.2 Bestemmingsplan

Als gevolg van de invoering van de nieuwe Wet op de Ruimtelijk ordening per 1 juli 2008 wordt het projectbesluit ingevoerd. Het tarief voor een projectbesluit wordt gelijk getrokken aan het tarief voor een bestemmingsplanherziening. De reden hiervoor is dat een projectbesluit impliciet een herziening van een bestemmingsplan betekent, aangezien dit hierop moet volgen. Dit betekent dat de kosten voor het projectbesluit voor het realiseren van een project overeenkomen met de kosten voor de herziening van een bestemmingsplan voor een project. Immers het leidt tot ongeveer hetzelfde product.

Het tarief voor een verzoek tot uitwerking of wijziging van een bestemmingplan wordt verhoogd (€ 1.692,00 i.p.v. € 1.550,00).Het tarief voor een bestemmingsplan of planherziening op grond van art 3.1 Wro wordt twee keer zo hoog als het oude tarief (€ 3.115,00 i.p.v. € 1.550,00). De tarieven zijn gebaseerd op een reëlere inschatting van de te maken kosten waardoor de kostendekkendheid van de tarieven verbetert.

3.3 Aanlegvergunning

Het tarief voor een aanlegvergunning wordt goedkoper. Voorheen werden de percentages voor bouwvergunningen toegepast, in de uniforme tabel blijven de leges beperkt tot 1,2% van de aanlegkosten met een minimum bedrag (€ 196,00).

3.4 Sloopvergunning

Het uniforme tarief voor een sloopvergunning wordt aanzienlijk hoger dan in het stadsdeel het geval was (€ 778,00 ten opzichte van € 260,50). Momenteel legt het stadsdeel behoorlijk toe op het lage tarief. Het nieuw stedelijke tarief verbetert de kostendekkendheid van de vergunning.

Er is daarnaast een nieuw tarief toegevoegd voor een sloopvergunning die betrekking heeft op het verwijderen van asbest (€ 195,00). Dit is lager dan de algemene sloopvergunning om te stimuleren dat men voor het verwijderen van asbest ook een vergunning aanvraagt.

3.5 Monumentenvergunning

Geen wijziging van het tarief. Het uniforme tarief voor een monumentenvergunning is gelijk aan het tarief dat Centrum hanteerde (€ 274,00).

3.6 Gebruiksvergunning

De stedelijk voorgestelde tarieven voor dagverblijven zijn iets hoger dan die van het stadsdeel Centrum. Bij dagverblijven waren de tarieven gebaseerd op een vast bedrag per persoon, in de uniforme tabel worden maximum bedragen per categorie gehanteerd:

Bij nachtverblijven is het aantal categorieën (aantal bedden) verminderd. Op basis van de oude tarieven is het gemiddelde genomen:

Het stadsdeel hanteerde een lager gebruiksvergunningstarief voor onderwijs, sport, gezondheidszorg, sociaal maatschappelijke dienstverlening, winkels en kantoren (75% van het reguliere tarief). Het is niet onlogisch dat dit laatste komt te vervallen.

Centrum wijkt af van de uniforme tabel bij de Garagevergunningen (3.6.3). De voorgestelde tarieven zijn namelijk gebaseerd op de oude stedelijke verordening (daterend uit 1973) waarbij de tariefgrondslag uitgaat van m² . Veel stadsdelen hanteren deze oude verordening nog. Stadsdeel Centrum gaat echter al een aantal jaren uit van de Garageverordening Centrum 2005, die momenteel nog op een aantal punten wordt vereenvoudigd, en die uitgaat van het toelaatbare aantal stallingplaatsen als tariefgrondslag. Centrum acht het niet wenselijk om terug te gaan naar de uitgangspunten van de oude verordening en zal daarom de eigen Verordening volgen. De eigen tarieven zijn opgenomen in de tarieventabel.

Voor de vereenvoudiging van de Garageverordening Centrum zal eind oktober 2008 een aangepast tariefvoorstel worden gedaan (ook uitgaande van aantal plaatsen). Hierbij wordt er wel naar gestreefd om het tariefeffect te synchroniseren met andere stadsdelen, waardoor bewoners van het Centrum niet onevenredig meer gaan betalen.

3.7 Splitsingsvergunning

De splitsingvergunning wordt goedkoper. De vergunning wordt afhankelijk gesteld van het aantal woningen en is bovendien degressief: bij een groter aantal woningen wordt het tarief per perceel lager. Tot 10 woningen bedraagt de vergunning in de uniforme tarieventabel € 901,00, ten opzichte van het oude tarief van € 1.015,00. Het maximum bedrag verdwijnt echter: voorheen bedroeg de splitsingsvergunning maximaal € 5.000 per perceel.

3.8 Vergunning voor het onttrekken, samenvoegen en omzetten

Het tarief voor onttrekken, samenvoegen en omzetten van woonruimtes wordt in de uniforme tabel de helft goedkoper (€ 568,00 i.p.v. € 1.067,00). Voorheen betaalde men een basisbedrag (€ 162,00) plus een additioneel bedrag per woning of gedeelte van een woning (€ 905,00). Het maximum bedrag van € 5.000 per perceel verdwijnt echter.

Per november 2008 wordt het short-stay beleid door de gemeenteraad vastgesteld. De huisvestingsverordening wordt hierop aangepast. Het short-stay beleid gaat voor alle stadsdelen gelden, met een quotum per stadsdeel dat geldt voor woningen met een huur boven de huurtoeslaggrens. Centrum heeft met 430 woningen het grootste quotum. Voor de woningen worden tijdelijke woningonttrekkingsvergunningen afgegeven. Het beleid gaat in op 1 mei 2009. De leges voor de vergunningen worden afgegeven op grond van 3.8.4 tijdelijke woningonttrekking (€ 741,00). Dit tarief is kostendekkend.

Huisnummerbesluiten

De huisnummerbesluiten (voorheen 4.12) is geheel vervallen als categorie in de uniforme tarieventabel. Huisnummerbesluiten hebben als primair doel de procedurevoorschriften die de overheid moet volgen om een straatnaam te geven of een huisnummerbeschikking te nemen vast te leggen. Het is een overheidstaak om gevraagd of ongevraagd nummers toe te kennen. De VNG kent in haar voorbeeldverordening geen huisnummerleges. Ook de gemeente Rotterdam, Utrecht en Den Haag kennen deze niet. Met het aannemen van de wet voor de basisregistraties voor adressen en gebouwen (BAG) door de Eerste Kamer, op 22 januari 2008, is dit alles nog evidenter geworden. Het is voor gemeenten en andere overheden verplicht geworden om de basisregistratie voor adressen en gebouwen vanaf medio 2009 te gebruiken. Het is volgens juristen daarom niet langer verdedigbaar om voor deze verplichte overheidstaak leges te heffen. Leges worden immers geheven indien er sprake is van een individuele dienstverlening.

Als bewoners zelf om een hernummering vragen, zou dit wel een dienst zijn waarvoor leges gevraagd mogen worden. Het stadsdeel kan in specifieke gevallen dan het vangnetartikel van 3.10.1 gebruiken.

Het vervallen van de huisnummerleges levert een verwacht begrotingstekort op van € 25.600 in 2009. Dit zal bij de eerste begrotingswijziging worden verwerkt.

3.10 Leges voor het aanvragen van subsidie

Voor de restauratie van monumenten wordt een stedelijk verdeelbesluit gemaakt. Hiermee worden de panden geselecteerd die een bijdrage krijgen in het kader van de Subsidieverordening monumenten en beeldbepalende panden en de Subsidieverordening Stadsvernieuwing Binnenstad Amsterdam 1999. Vervolgens dienen de eigenaren een definitieve subsidieaanvraag in. Voor de behandeling hiervan (dit is dus niet de monumentenvergunning zelf) heft stadsdeel Stadsdeel Centrum, als uitvoerder van de stedelijke regeling, leges. Daarnaast worden leges geheven voor de aanvraag om subsidie als bedoeld in art. 3.1 van de Subsidieverordening Fonds Woningonttrekking Binnenstad Amsterdam 1994 (ter bevordering van het creëren van meer woningen). Deze rubrieken zijn niet in de uniforme tarieventabel opgenomen omdat andere stadsdelen hiervoor geen leges heffen. Centrum voegt deze unieke rubrieken daarom toe aan de tarieventabel onder 3.11.1 en 3.11.2. De tarieven zijn alleen nominaal verhoogd met 5,24%.

3.11 Algemene bepalingen bouwen en wonen

In de uniforme tabel is een aparte rubriek opgenomen waarin alle algemene bepalingen ten aanzien van de bouwtarieven aan.

Een belangrijke wijziging die hierin is opgenomen is de volgende: voorheen gold dat indien door intrekking van een aanvraag dan wel door een weigering de vergunning of ontheffing niet werd verleend, op schriftelijk verzoek teruggaaf van 25% van de leges werd verleend. Deze bepaling vervalt in zijn geheel. Het stadsdeel Centrum verleent relatief veel weigeringen in het kader van de Wet Bibob. Het afgeven van een weigeringsbeschikking kost meer tijd dan het verlenen van een vergunning in verband met de uitgebreide juridische onderbouwing die daarbij geleverd moet worden.

Wel is opgenomen dat voor een aanvraag die, naar het oordeel van het dagelijks bestuur, kan worden beschouwd als een aanvraag voor eenzelfde plan, waarvoor ten hoogste zes maanden voor de datum van ontvangst van deze aanvraag - de vergunning is geweigerd en waarin de grondslag voor die weigering is opgeheven, op verzoek teruggaaf van 50% van de voor die aanvraag geheven leges wordt verleend (2e behandeling). Dit komt in de praktijk weinig voor.

4. Bestuurszaken

4.1 Horeca

De tarieven voor exploitatievergunningen met terrassen zijn verhoogd met 16%. Het verschil ten opzichte van de exploitatievergunningen zonder terras is hierdoor groter geworden. Gezien de hoge kosten die de afgifte van een vergunning met terras met zich meebrengt, is een stijging gerechtvaardigd. Bij de afgifte van de vergunning met terras hoort namelijk ook het opmeten van het terras,het zetten van lijnen en het plaatsen van afbakeningspunaises.

De kostendekkendheid op horeca-, prostitutievergunningen was de afgelopen jaren afgenomen als gevolg van de aanvankelijk nieuwe en later sterk gestegen kosten van de vergunningverlening in verband met de Bibobtoets en de kosten van de eerste controle. De voorgestelde tariefverhoging verbetert de kostendekkendheid van deze tarieven. Hiermee komt de kostendekkendheid van de tarieven naar verwachting uit op 50%.

Bij het verlenen van een vergunning voor tapkranen wordt door de uniformering nog maar eenmaal leges geheven. Voorheen werd voor elke volgende tap met 2 kranen een extra tarief geheven (€ 31,00). Het financiële effect van deze wijziging is te verwaarlozen.

Er is een nieuwe ontheffing toegevoegd, de ontheffing voor beperking sterke drank (€ 165,00). Hiermee wordt aangesloten bij art. 3.23, tweede lid van de Algemene Plaatselijke Verordening.

Het tarief voor een duplicaat van een vergunning (€ 100,00) is vervangen door het vangnetartikel 1.1.2: een beschikking voor elk niet uitdrukkelijk in de tarieventabel genoemd stuk (€ 16,80). Het tarief was kostendekkend. Doordat het relatief weinig voor komt is het effect minimaal. Dit vangnetartikel geldt voor alle vergunningen, behalve voor de vergunningen van H 3 Bouwen en Wonen.

4.2 Kansspelen

Het tarief voor de exploitatievergunning speelautomatenhal wordt net als de exploitatievergunning horecavergunningen met 16% verhoogd. Deze vergunningen wordt eenmaal per 3 jaar afgegeven. De verhoging wordt deels gecompenseerd door een lichte verlaging van de vergunning per automaat. Op een automatenhal van 50 kasten scheelt dit 5%, waardoor een relatieve stijging op de vergunning feitelijk 11% bedraagt. Uitgangspunt voor de verhoging is de afgenomen kostendekkenheid van de vergunningverlening als gevolg van de gestegen kosten van de Bibobtoets en de kosten van een eerste controle.

De tarieven voor loterijen worden met gemiddeld 7% verlaagd. Per saldo is het effect daarvan te verwaarlozen. Tenslotte wordt een nieuwe vergunning toegevoegd: de exploitatievergunning speelgelegenheid, als bedoelt in art. 3.52, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening.

4.3 Prostitutie en seksinrichtingen

De tarieven voor vergunningen voor een prostitutiebedrijf en seksinrichting worden verhoogd en tevens gelijk getrokken (€ 714,00 i.p.v € 581,00 en € 475,00). Deze verhoging sluit aan bij de wens te komen tot een hogere kostendekkendheid in verband met de hoge kosten van de vergunningverlening in verband met de Bibobtoets en de kosten van de eerste controle.

4.4 Winkels

De ontheffing van de winkeltijdenwet is alleen nominaal verhoogd. Het tarief wordt in Centrum nauwelijks geheven. De meeste winkelstraten van de binnenstad zijn aangeduid als toeristisch winkelgebied, winkels kunnen hier zelf bepalen of ze op zon- en feestdagen tussen 07.00 en 22.00 uur geopend zijn. Winkels buiten deze winkelstraten hebben een ontheffing nodig wanneer ze op zondag open willen.

4.5 Evenementen

De tarieven voor kleinere evenementen (tot 5.000 bezoekers) worden goedkoper ten opzichte van grotere evenementen. Er is daarnaast een nieuw tarief toegevoegd voor evenementen met meer dan 10.000 bezoekers of deelnemers (€ 3.789,00). Voorheen vielen grootschalige evenementen in de categorie van 1.000 of meer bezoekers of deelnemers (€ 1.660,00). Gezien de belasting die in het bijzonder grote evenementen op de openbare ruimte (vooral extra veegvuil) met zich meebrengt is het niet onlogisch dat de tarieven voor vooral grote evenementen stijgen.

Nieuw is de bepaling dat wanneer een aanvraag voor een evenementenvergunning te laat is ontvangen en het met extra inspanningen van interne en externe betrokkenen alsnog mogelijk is om de aanvraag te beoordelen, de tarieven worden verhoogd met 50%. Het is de bedoeling dat hier vooral een preventieve werking vanuit gaat.

4.6 Activiteiten op de openbare weg

Het tarief voor activiteiten op de openbare weg wordt verlaagd (van € 51,00 naar € 44,70).

Dit geldt niet voor het tarief voor het verlenen van vergunningen voor vervoersdiensten, zoals de Tuk Tuk en fietstaxi's. Centrum vervult hierbij nog een centrale functie voor de afgifte van de ontheffingsvergunning. Alle andere stadsdelen verwijzen dus voor deze vergunning naar stadsdeel Centrum. Halverwege 2009 zal deze lege overgaan naar de centraalstedelijke verordening.

4.7 Milieu

De tarieven van milieuvergunningen worden centraal geïnd. De tarieven zijn alleen nominaal verhoogd. Er is in de tarieventabel een nieuwe categorie opgenomen: de vergunning voor het gebruik van explosieven.

5. Openbare ruimte

5.1 Plaatsen van voorwerpen

In de uniforme tarieventabel is één algemeen tarief (€ 83,90) opgenomen voor alle soorten voorwerpen die op de openbare weg worden geplaatst. Hiermee komt een einde aan de tariefdifferentiatie voor plantenbakken (€ 29,00), winkeluitstalling (€ 154,00), rolsteigers (€ 237,00) en alle overige categorieën (€ 99,00).

5.2 Opbreken weg

In de nieuwe tarieventabel valt de vergunning voor het in de grond hebben van kabels en leidingen met toebehoren onder de rubriek Opbreken weg in plaats van onder het Plaatsen van voorwerpen. Het tarief wordt lager vastgesteld dan het huidige tarief (€ 203,00 in plaats van € 217,00).

Voorheen waren de leges voor het opbreken van de weg afhankelijk van de bouwsom en de termijn, in de uniforme tarieventabel vervalt dit en geldt er een vast tarief (€ 198,00).

5.3 Reclame

Het tarief voor de vergunning van het verspreiden van reclamemateriaal en sampling wordt als gevolg van de uniformering hoger (€ 142,00 i.p.v. € 101,00).

5.4 Ambulante handel (voorheen rubriek 6 Marktzaken)

Ten aanzien van de ambulante handel wijken de tarieven niet wezenlijk af van de oude tarieven. Markthandelaren in het Centrum betalen marktgelden op grond van de Verordening Marktgelden. Deze marktgelden zijn afhankelijk van de locatie van de markt, het gebruik van de openbare ruimte en de periode van gebruik. Niet alle stadsdelen hebben een aparte marktgelden verordening omdat er bijvoorbeeld nauwelijks sprake is van markten. Deze stadsdelen hanteren het algemeen vergunningtarief van 5.4.1.

Iedere markthandelaar moet daarnaast een bewijs van inschrijving aanschaffen. Het stadsdeel Centrum vervult hierbij een centrale rol, andere stadsdelen verwijzen naar het loket van stadsdeel Centrum om bepaalde producten te leveren. Het betreft een drietal vergunningen:

• •

  5.4.5 bewijs van inschrijving

• •

  5.4.6 partnerkaart straathandel

• •

  5.4.8 overschrijven vergunning straathandel

Op het gebied van het afgeven van marktvergunningen voegt Centrum een tarief toe aan de tarieventabel voor een marktplaats van vier meter op Koninginnedag voor de gebieden Damrak en Rokin. Dit is een uniek tarief van het stadsdeel Centrum.

5.5 Kapvergunning

De kapvergunning wordt intrinsiek goedkoper (€ 60,00 i.p.v. € 77,00). Het tarief wordt hoger als men meer dan 5 bomen wil kappen.

6. Verkeer en vervoer

6.1 Parkeren

Het huidige tarief voor de zogenaamde belanghebbendenvergunning (€ 70,00) is relatief laag ten opzichte van andere stadsdelen. Het tarief is momenteel niet kostendekkend. Door het nieuwe tarief (€ 162,00) stijgt de kostendekkendheid van het tarief, hetgeen in de lijn ligt met het algemene streven naar een hogere kostendekkendheid van de leges. Het aanbrengen van de markering, paal en borden en het vervangen van een onderbordje ter aanduiding van de gehandicaptenparkeerplaats wordt enkele euro's goedkoper.

6.2 Gehandicapten

Over het algemeen worden de tarieven licht verhoogd. Uitzondering vormt het tarief voor de gehandicaptenparkeerkaart dat wordt verlaagd (van € 46,00 naar € 36,10) en het aanbrengen van de markering, paal en borden en het vervangen van een onderbordje wordt enkele euro's goedkoper.

Daarnaast is er een nieuw tarief opgenomen voor het aanvragen van een schriftelijk medische keuring (€ 36,10).

6.3 Ontheffingen RVV

De ontheffingen RVV stijgen als gevolg van de uniformering, als gevolg van het feit dat de basis voor het tarief het gewogen gemiddelde van alle stadsdelen is.

7. Binnenwater

Met het voorstel voor de uniforme tarieven worden sommige legesbedragen (beperkt) verlaagd en andere verhoogd ten opzichte van de huidige situatie. Dit sluit aan bij eerdere voorstellen van het dagelijks bestuur (in 2006 en 2007) om ook op het water van kostendekkende tarieven uit te gaan. De huidige tarieven zijn verre van kostendekkend.

Bij het bepalen van het tarief voor de verbouwingsvergunning is echter zoveel mogelijk rekening gehouden met het amendement 15a van de raad (begroting 2007).

In Centrum was al een besluit in voorbereiding voor de invoering van een lichte verbouwvergunning voor kleinere verbouwingen op boten, welke onderdeel uitmaakt van de Nota Welstand op het water en Bootrichtlijnen 2008. Dit wordt als gevolg van vertraging in de behandeling in december 2008 in stemming gebracht. Indien de raad instemt met de voorstellen zal bezien moeten worden of de legesverordening 2009 op dit punt gewijzigd moet worden.