Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Zuidoost

Beleid vergunningverlening activiteiten in winkelcentra Zuidoost

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Zuidoost
Officiële naam regelingBeleid vergunningverlening activiteiten in winkelcentra Zuidoost
CiteertitelBeleid vergunningverlening activiteiten in winkelcentra Zuidoost
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpRuimtelijke ordening, grondbeleid en bouwen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 15-1-2012

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: -

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-01-200219-03-2016nieuwe regeling

15-01-2002

-

-

Tekst van de regeling

Beleid vergunningverlening activiteiten in winkelcentra Zuidoost

1 Inleiding

De winkelcentra hebben een functie voor het gehele stadsdeel. Veel organisaties hebben belangstelling om in de openbare ruimte aldaar diverse activiteiten te ontwikkelen. Bijvoorbeeld:

  • promotieactiviteiten van de Ondernemingsvereniging (zoals braderie);

  • promotieactiviteiten van andere bedrijven (sampling);

  • Kerkgenootschappen (verkondigen van Gods Woord);

  • Uitzendbureaus (werven van personeel);

  • Culturele instellingen (festivals);

  • de reguliere markten.

De afgelopen jaren is er sprake van een aanzienlijke toename van het aantal activiteiten van de ondernemers. Daarnaast is er sprake van een toename van het aantal klachten. De klachten hebben vooral betrekking op geluidsoverlast in het winkelcentrum. De Amsterdamse Poort. Deze klachten vormen de directe aanleiding tot het uitbrengen van deze notitie. De uitbreiding tot alle winkelcentra geschiedt naar aanleiding van de huidige stand van zaken in de ontwikkeling van het zgn ‘'Centrumgebied'' (o.a. Arena Boulevard e.o.). In de andere winkelcentra buiten de Amsterdamse Poort ontplooien in hoofdzaak de aldaar gevestigde winkeliers activiteiten in de openbare ruimte.

Uit de ophoging van de Foppingadreef en het doortrekken van de Arena Boulevard volgt een grotere samenhang tussen activiteiten in het ArenAgebied en de Amsterdamse Poort. Daarnaast is er sprake van ruimtelijke en sociale vernieuwing van de Bijlmermeer. Tevens zijn er voor het gebied Gaasperdam plannen voor herinrichting van de winkelcentra. De feitelijke gevolgen daarvan zullen nog moeten blijken.

2 Doelstelling van deze notitie

Deze notitie omvat het beleid in hoofdlijnen te voeren voor het verlenen van vergunningen tot het organiseren van diverse activiteiten in de openbare ruimte, met name in of nabij de winkelcentra. Het doel is om een verantwoord gebruik te doen maken van die openbare ruimte aldaar.

Alle winkelcentra kennen op maaiveldniveau een voetgangersgebied. Behalve in het Winkelcentrum Wisseloord/Holendrecht is er overal een woonlaag boven de winkels.

Er is voldoende gemeenschappelijk om tot hoofdlijnen van beleid te komen. Activiteiten elders b.v. in het Bijlmerpark (Kwakoefestival) vallen buiten deze notitie.

3 Opbouw van de notitie

In deze notitie wordt ingegaan op:

  • a.

    de bestaande regelgeving

  • b.

    de klachten/knelpunten

  • c.

    het tot nu toe gevoerde beleid

  • d.

    het voorgestelde beleid

  • e.

    resultaten van de inspraakronde.

4 De bestaande regelgeving

De betreffende regelgeving omvat:

  • Algemeen Plaatselijke Verordening 1994: evenementen (artikel 2.11), plaatsing van objecten (artikel 8.2); sampling (artikel 8.11). straatmuzikanten (artikel 2.18);

  • Verordening op de straathandel: braderieën (artikel 7.8), staanplaatsen (artikel 7.1.) en venten (artikel 8.7.)

  • Reglement Verkeers- en Verkeerstekens: maaiveldontheffing (artikel 87 RVV);

  • Drank- en Horecawet: zwak-alcohol bij evenementen (artikel 35).

Kort samengevat zijn in het algemeen van belang:

  • a.

    de openbare orde en veiligheid;

  • b.

    het woon- en leefklimaat;

  • c.

    het beslag op de openbare ruimte door de activiteiten en het overig gebruik van de openbare ruimte (b.v. markten, verkeersvrijheid en- veiligheid en hulpdiensten etc.)

De stadsdeelvoorzitter verleent voor de evenementen en straatmuzikanten (namens de Burgemeester) de vergunningen. Overigens zijn het alle bevoegdheden van het dagelijks bestuur. De evenementenvergunning ex artikel 2.11 APV 1994 en de aldaar genoemde en te behartigen belangen zijn de belangrijkste voor deze notitie.

5 Klachten/knelpunten

5.1. Evenementen en sampling

In 1999 en 2000 ontvingen wij klachten van bewoners en winkeliers van het winkelcentrum Amsterdamse Poort over evenementen aldaar. Deze klachten hebben alle betrekking op geluidsoverlast. Voor zover valt na te gaan waren deze klachten gegrond. Deze klachten hadden betrekking op activiteiten van een aantal Kerkgenootschappen en een promotiecampagne. Activiteiten van de ondernemersvereniging hebben tot nu toe geen aanleiding tot klachten gegeven. In het winkelcentrum Ganzenhoef leverde een cultureel evenement op het Ganzenhoefplein aldaar op 25 augustus 2000 veel klachten over geluidshinder- ook na 20.00 uur- op.

5.2. Braderie

Er is in 2000 een vergunning verleend tot het houden van een braderie in het winkelcentrum Amsterdamse Poort met 90 kramen. Het aantal kramen -245- en de situering daarvan belemmerde de vrije doorgang van de hulpverleningsdiensten en daarmede eventuele calamiteitenroutes. Op verzoek van de milieupolitie is de feitelijke indeling alsnog aangepast. Naar aanleiding van dit incident zijn er met de organisator gesprekken gevoerd en afspraken gemaakt om dit in de toekomst te voorkomen.

5.3. Staanplaatsen

De uitgifte van dagvergunningen voor incidentele staanplaatsen als onderdeel van een evenement heeft tot nu toe geen aanleiding tot klachten gegeven.

5.4. Sampling

De hierover ontvangen klachten hebben betrekking op activiteiten in het winkelcentrum Amsterdamse Poort (geluidsoverlast).

5.5. Straatmuzikanten

In de Amsterdamse Poort is een enkele orgeldraaier actief. Hierover zijn tot nu toe geen klachten ontvangen. In het verleden hebben andere straatmuzikanten incidenteel aanleiding gegeven tot klachten van bewoners.

6 Het tot nu toe gevoerde beleid

6.1 Ten aanzien van evenementen (inclusief sampling)

Aanvragen ter verkrijging van een vergunning tot het organiseren van een activiteit worden ter advisering aangeboden aan de politie en de sector Beheer en Milieu e/o de brandweer. Bij positieve adviezen wordt de vergunning verleend. Sedert augustus 1999 wordt in gebieden met een woon- en winkelfunctie vergunning tot het gebruik van geluidsversterkende apparatuur niet meer verleend behoudens activiteiten van de ondernemingsvereniging. Dit beleid heeft geleid tot het intrekken van een aantal vergunningaanvragen (b.v. sampling en ook activiteiten van Kerkgenootschappen).

6.2. Ten aanzien van braderieën

Per winkelcentrum zijn twee vergunningen per jaar verleend. De controle op de naleving van de vergunningvoorschriften was tot nu toe zeer beperkt.

6.3. Ten aanzien van staanplaatsen

Inzake het verlenen van staanplaatsvergunningen (ambulante handel) is voor de volgende gebieden door ons een beleid vastgesteld:

  • a. het winkelcentrum Amsterdamse Poort e.o. het beleid op 8 mei 1990;

  • b. het gebied ArenA e.o. op 11 maart en 8 april 1997.

Deze besluiten zijn genomen mede in het belang van de ordening van de ambulante handel en door de bestuursrechter op diverse onderdelen getoetst. Aanvragen om een staanplaatsvergunning worden getoetst aan de vastgestelde beleidsregels. Deze toetsing heeft tot resultaat dat zowel voor het ArenAgebied als het winkelcentrum Amsterdamse Poort in de afgelopen jaren geen staanplaatsvergunningen buiten evenementen zijn verstrekt.

6.4. Ten aanzien van zuivere sampling activiteiten

Als er geen andere activiteiten (waaronder oudere aanvragen voor sampling) zijn wordt hiervoor in principe een vergunning afgegeven voor de eerste en oudste aanvrager voor de zuivere sampling activiteiten. Deze aanvragen zijn ingediend voor het ArenAgebied en de Amsterdamse Poort. Sedert augustus 1999 zijn geen vergunningen meer afgegeven voor andere samenhangende activiteiten met gebruik van geluidsversterkende apparatuur. Wij gaan in het winkelcentrum Amsterdamse Poort en het ArenAgebied uit van een hoog ambitieniveau voor de kwaliteit van het gebruik van de openbare ruimte.

6.5. Ten aanzien van plaatsing van losse objecten

De plaatsing van losse objecten buiten evenementen en/of staanplaatsen doet zich thans incidenteel voor, veelal in de Amsterdamse Poort. Dit betreft o.a.: kerstactiviteiten van ondernemersverenigingen (kerstboom in de daarvoor aanwezige putten en/of stal), boekverkoop, stands voor informatieverstrekking, enquêtes, personeelswerving. Op het grote Bijlmerplein is daartoe een ‘'wisselplaats'' in gebruik buiten de marktdagen. Plaatsing van objecten anders dan in deze nota genoemde activiteiten valt onder het reguliere wegbeheer.

6.6. Ten aanzien van venten

De afgifte van ventvergunningen is een bevoegdheid gebleven van burgemeester en wethouders. Voor het ArenAgebied geldt een algemeen ventverbod.

6.7. Ten aanzien van maaiveldontheffingen

Er is in een aparte nota van september 1993 beleid geformuleerd ten aanzien van de afgifte van maaiveldontheffingen. De beleidsvoorbereiding en- uitvoering daarvan ligt in handen van de sector Beheer en Milieu. Indien zulks past in het beleid -b.v. voor gemotoriseerde infostands op het grote Bijlmerplein- worden dagontheffingen verleend. Voor het ArenAgebied geldt een restrictief beleid zowel tijdens als buiten evenementen in het stadion. De ophoging van het viaduct Foppingadreef en het doortrekken van de ArenA Boulevard zal daarin geen verandering brengen.

6.8. Ten aanzien van schenken van zwak-alcohol bij evenementen

Aanvragen hiertoe bij evenementen worden in het algemeen gehonoreerd. Bij grote evenementen in het stadion of in het ArenAgebied wordt in het algemeen uitgegaan van ‘'2,5% of evenementenbier''.

6.9. Ten aanzien van straatmuzikanten

Voor straatmuzikanten kent de APV een algemene regeling waarbij geen vergunning of ontheffing nodig is. Er zijn door ons nog geen wegen en tijden aangewezen, waarop geen optredens mogen plaatsvinden.

7 Het voorgestelde beleid

Inleiding

De winkelcentra zijn centraal gelegen. Met name het hoofdwinkelcentrum Amsterdamse Poort heeft een centrale functie. Het winkelcentrum heeft een grote openbare ruimte met een multifunctioneel karakter. Thans wordt er twee dagen per week een markt gehouden. Het gehele jaar vinden er diverse activiteiten plaats. Naast de promotieactiviteiten van ondernemers willen ook anderen gebruik maken van openbare ruimten in de winkelcentra. Hierover zijn klachten ontvangen van bewoners en winkeliers. Nadat het gebruik van geluidsversterkende apparatuur niet meer werd toegestaan werden geen klachten meer ontvangen.

Daarbij valt de afgelopen 2 jaren vast te stellen dat de activiteiten van de Kerkgenootschappen zich niet beperken tot het verkondigen van het Woord, maar samengaan met een presentatie van dans en muziek. Hierover zijn klachten ontvangen van bewoners en winkeliers. Nadat het gebruik van geluidsversterkende apparatuur niet meer werd toegestaan werden geen klachten meer ontvangen.

De diverse activiteiten maken een winkelcentrum levendig. Een teveel aan activiteiten tast het woon- en leefklimaat aan. Daarnaast kan het een negatief effect hebben op het uiterlijk aanzien en de wijze van gebruik van de openbare ruimte.

De ArenA Boulevard leent zich ook bij uitstek voor het organiseren van evenementen. Dit is een uitgaanscentrum en een gebied in ontwikkeling. Toekomstige bewoners zijn bekend met de aard van hun woon- en leefgebied. De Boulevard zal een multifunctioneel karakter krijgen. In de huidige situatie worden in deze notitie nog geen bijzondere beperkingen opgenomen, behoudens voorkoming van geluidsoverlast richting Venserpolder.

Grootschalige evenementen buiten het stadion hangen tot nu toe samen met evenementen in het stadion waarvoor algemene - en verkeersmaatregelen gelden. Wij stellen voor om de ontwikkelingen in dit gebied goed te volgen en te zijner tijd, in overleg met direct betrokkenen, het beleid zo nodig aan te scherpen.

Met het hieronder geformuleerde beleid menen wij over voldoende instrumenten te beschikken om te komen tot een beleid op basis waarvan op verantwoorde wijze gebruik kan worden gemaakt van de openbare ruimte van de winkelcentra.

7.1. Evenementen

7.1.1. Aandachtspunten

De belangrijkste aandachtspunten zijn voorkoming van (geluids-)overlast en vervuiling en respecteren van overig gebruik van de ruimte. Het verkeer wordt geacht gebruik te maken van de faciliteiten welke er in nabij het centrum zijn. Dit laat onverlet de toetsing aan de algemene criteria van artikel 2.11 APV.

7.1.2. Aan het organiseren van evenementen wordt in principe medewerking verleend met als uitgangspunt dat per dag slechts 1 evenement georganiseerd kan worden.

7.1.3. Het gebruik van geluidsversterkende apparatuur wordt niet toegestaan.

Toelichting ad 7.1.3

Gelet op de klachten wordt deze beperking aanvaardbaar geacht. Door deze beperking treft men wel bedrijven die bij promotieactiviteiten gebruik willen maken van geluidsversterkende apparatuur. Dat is ook het geval voor een aantal Kerkgenootschappen. Het ontbreken van geluidsversterkende apparatuur tast de grondwettelijke vrijheid van meningsuiting niet aan.

7.1.4. Uitzonderingen op regel 7.1.3. voor:

  • a. de reguliere activiteiten van de ondernemers (verenigingen).

Toelichting

Er heeft ons tot nu toe geen enkele klacht bereikt over de activiteiten van de ondernemersverenigingen. Wij zien daarom geen reden om deze activiteiten aan banden te leggen. Eventuele gegronde klachten kunnen uiteraard aanleiding zijn om, in afwijking van het hier gestelde, een gevraagde vergunning te weigeren dan wel extra voorschriften te stellen.

  • b. een 2 tal evenementen per jaar georganiseerd door of voor een in Zuidoost werkzame instelling.

Toelichting

De tweede uitzondering betreft een 2 aantal evenementen per winkelcentra. De centra zijn in principe geschikt voor het organiseren van o.a. culturele evenementen. De beperking van het aantal is ter bescherming van het woon- en leefklimaat. Indien hiertoe wordt besloten dan zullen aanvragen tijdig -naar datum van binnenkomst- moeten worden ingediend. Via de voorlichtingsrubriek zal aan dit aspect van het nieuwe beleid extra aandacht orden geschonken.

  • c. De beperkingen zoals hierboven hebben vooralsnog geen betrekking op het ArenAgebied. Indien daartoe aanleiding bestaat, kan alsnog besloten worden tot regulering van het aantal voor dit gebied af te geven evenementenvergunningen en het gebruik van geluidsversterkende apparatuur.

  • d. Koninginnedag

Toelichting

Ten aanzien van Koninginnedag voert de burgemeester een grootstedelijke regie. Van oudsher worden er dan allerlei activiteiten georganiseerd. Enige overlast is onvermijdelijk maar maatschappelijk gezien aanvaardbaar. Voor Koninginnedag 2000 is van een aantal Kerkgenootschappen verzoeken ontvangen voor het organiseren van evangelisatieactiviteiten waarbij gebruik werd gemaakt van geluidsversterkende apparatuur.

Per Koninginnedag zal in overleg met de politie worden bepaald of en aan wie een vergunning kan worden verstrekt. Op locaties waar bewoners geen last hebben van geluidsoverlast (zoals naast het postkantoor Bijlmerplein) kan het gebruik van geluidsversterkende apparatuur worden toegestaan. Tot nu toe werd voor de kinderen geen ruimte aangewezen als vrijmarkt. Onlangs is de burgemeester voorgesteld een deel van het winkelcentrum Amsterdamse Poort aan te wijzen als vrijmarkt voor kinderen.

7.1.5 Opnemen van standaardvoorschrift m.b.t. toegestaan aantal dB(A).

Tot nu toe staat in de evenementenvergunning de voorwaarde, dat er geen geluidsoverlast mag worden veroorzaakt voor omwonenden/winkeliers. De vraag is echter, wanneer er sprake is van niet te accepteren geluidsoverlast. Teneinde discussies hierover te vermijden en de handhaving van de voorschriften te vereenvoudigen wordt voorgesteld om in de te verlenen vergunningen duidelijk te omschrijven wanneer er in ieder geval sprake is van overlast. De organisator van een evenement weet dan aan welke voorschriften voldaan moet worden. Hij dient bij de afstelling van de apparatuur er rekening mee te houden, dat weersomstandigheden invloed (kunnen) hebben op de geluidsoverdracht.

In de te verlenen vergunningen wordt het volgende voorschrift opgenomen:

Het geluidsvolume dient zodanig te zijn, dat hierdoor door omwonenden en winkelend publiek/winkeliers geen geluidsoverlast wordt ondervonden.

Geluidshinder zal in ieder geval aanwezig zijn, wanneer het equivalente geluidsniveau op de gevels van de woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen meer bedraagt dan:

  • 70 dB(A) tussen 07.00 en 19.00 uur

  • 60 dB(A) tussen 19.00 en 20.00 uur

Na 20.00 uur mag er dus geen sprake zijn van enige vorm van geluidsoverlast.

7.2. Ten aanzien van braderieën en markten.

Door de ondernemersverenigingen wordt jaarlijks een aantal braderieën georganiseerd. Daarnaast organiseert de Ondernemersvereniging Amsterdamse Poort jaarlijks een aantal markten (lentemarkt, kerstmarkt etc.).

Op grond van de Verordening op de straathandel kunnen alleen winkeliers deelnemen aan een braderie. Praktijk is echter, dat aan deze braderieën in hoofdzaak wordt deelgenomen door niet winkeliers. Hiermede handelt men niet alleen in strijdt met de Verordening op de straathandel maar ook met de in de braderievergunning opgenomen voorschriften. Tegen deze praktijk werd tot op heden niet opgetreden.

Volgens de Verordening op de straathandel is het ook niet toegestaan om buiten de vastgestelde (reguliere) markten een markt te organiseren. De APV geeft de burgemeester echter de bevoegdheid om middels een evenementenvergunning een evenement waarbij ook sprake is van staanplaatsen (ambulante handel) toe te staan. Van de zijde van de deelnemers aan de reguliere markten is bezwaar gemaakt tegen de door de winkeliersverenigingen georganiseerde braderieën en markten.

In het concept nota werd voorgesteld in de toekomst voor maximaal 2 maal per jaar en per winkelcentrum een braderievergunning te verlenen. Hierbij hebben wij aangegeven dat alleen winkeliers mogen deelnemen aan deze braderieën. Een uitzondering wilden, en willen, wij maken voor een beperkt aantal kramen met ambachtelijke producten en voor kramen t.b.v. van verenigingen (infostands).

Van de zijde van de ondernemersverenigingen werd bezwaar gemaakt tegen dit voorgestelde beleid. Zo merkte de winkeliersvereniging Reigersbos op, dat een braderie met 44 kramen (dit is het aantal gevestigde winkeliers) een weinig spectaculair evenement oplevert.

Wij hebben begrip voor deze bezwaren en hebben daarom ook besloten dit onderdeel van de concept nota aan te passen, zoals hieronder wordt verwoord. Met deze aanpassing beogen wij:

  • Rekening te houden met de belangen van de ondernemers;

  • Te voorkomen dat er, een onaanvaardbare vorm ontstaat van verkapte marktvorming, hetgeen de belangen van de handelaren op de reguliere markten kan aantasten.

7.2.2. Voorgesteld beleid

7.2.2.1. Ten aanzien van braderieën.

Geen beperking van het aantal per winkelcentrum te organiseren aantal braderieën (de van toepassing zijnde verordening kent die beperking ook niet). Aan braderieën mag alleen worden deelgenomen door aan het betreffende winkelcentrum gevestigde winkeliers. Een uitzondering willen wij maken voor een aantal kramen met ambachtelijke producten en infostands voor verenigingen. Bij de aanvraag om een braderievergunning moet een situatietekening worden overgelegd, welke de instemming behoeft van politie en brandweer. Op de naleving van de voorschriften wordt toegezien.

7.2.2.2. Ten aanzien van overige evenementen, waarbij sprake is van ambulante handel.

Per winkelcentrum wordt een beperkt aantal vergunningen exclusief artikel 2.11. van de APV verleend voor evenementen waarbij, al of niet in hoofdzaak, tevens sprake is van het innemen van staanplaatsen (ambulante handel). Voor het winkelcentrum Amsterdamse Poort stellen wij dit aantal op 4 en voor de overige winkelcentra, de ArenA Boulevard uitgezonderd, op 2. Zoals op pagina 8 van deze nota reeds is aangegeven overwegen wij voor het ArenA gebied een afzonderlijke, samenhangend, beleid te formuleren.

Ook hier geldt de verplichting om bij iedere aanvraag een situatietekening te overleggen die de goedkeuring behoeft van de politie en brandweer.

7.3 Ten aanzien van sampling activiteiten e.d.

Het maken van reclame inclusief sampling wordt beperkt toegestaan. Alleen voor activiteiten van en/of voor een in het betreffende winkelcentrum gevestigde ondernemer wordt een vergunning verstrekt. Een uitzondering willen wij maken voor de veel voorkomende activiteiten van uitzendbureaus ten behoeve van werving van personeel. Ook hier geldt onverkort de beperking: geen geluidsversterkende apparatuur.

Toelichting

Wij moeten vaststellen dat de diverse reclamecampagnes met name die waarbij folders worden uitgedeeld veel rommel veroorzaken. Dit is een aantasting van het aanzien van de openbare ruimte. Dit beleid geldt dus ook voor het ArenAgebied.

7.4 Ten aanzien van staanplaatsen

Wij overwegen het beleid inzake het winkelcentrum Amsterdamse Poort na een evaluatie te actualiseren. Met betrekking tot het beleid voor het ArenAgebied is een aanvang gemaakt met een evaluatie. Concrete voorstellen wat betreft vergunningverlening voor het uitoefenen van de ambulante handel buiten evenementen of braderieën vallen buiten het bestek van deze notitie.

7.5 Plaatsen van objecten

Met uitzondering van de reeds verleende vergunning voor het plaatsen van de demontabele minidraaimolen voor 3 dagen per week (Amsterdamse Poort) worden er geen andere vergunningen meer verstrekt tot het plaatsen van een object ten behoeve van het uitstallen van lectuur, zoals Bijbels, of een niet gemotoriseerde informatiestand.

Toelichting

Het plaatsen van objecten kan de vrije doorgang van het winkelend publiek verstoren. Het plaatsen van draaimolens e.d. achten wij onwenselijk omdat deze andere, reguliere, activiteiten kunnen belemmeren.

7.6 Venten

De afgifte en het beleid inzake ventvergunningen berust bij burgemeester en wethouders.

7.7 Schenken van zwak-alcohol bij evenementen

Per evenement wordt bepaald, of het schenken van zwak-alcohol kan worden toegestaan.

7.8 Overige situaties

Er kan sprake zijn van activiteiten waarvoor op zich (b.v. het maken van filmopnamen) geen vergunning nodig is, maar waarvoor indirect wel een vergunning en/of medewerking van de gemeente/ het stadsdeel nodig is. Deze zullen evenals hier niet vermelde activiteiten per geval beoordeeld worden.

8 Voorgestelde gedragslijn ter uitvoering van de AwB om derdenbelanghebbenden hun bedenkingen kenbaar te laten (kunnen) maken.

  • a.

    ingeval van een aanvraag voor een nieuw evenement, waarbij gebruik wordt gemaakt van geluidsversterkende apparatuur worden de omwonenden/belanghebbenden in de gelegenheid gesteld, hun zienswijze naar voren te brengen. Onder nieuwe evenementen worden ook verstaan bestaande evenementen waarbij sprake is van een andere opzet met een mogelijke grotere belasting van het woon- en leefklimaat.

  • b.

    ingeval van een aanvraag voor een bestaand evenement klachten waren worden de belanghebbenden eveneens in de gelegenheid gesteld, hun zienswijze kenbaar te maken.

  • c.

    ingeval van een aanvraag voor een herhaald evenement waarover vorig jaar geen klachten waren, wordt er vanuit gegaan dat er geen derden belanghebbenden zijn die ‘'naar verwachting bedenkingen zullen hebben''. Behoudens vermoedens van het tegendeel wordt hiervan ook bij evenementen van ondernemersverenigingen uitgegaan.

  • d.

    Publicaties zullen plaatsvinden in de voorlichtingsrubrieken van het stadsdeel. De organisator blijft verplicht de omwonenden tijdig over zijn komende activiteiten te informeren.

9 Uitzonderingen

Er kunnen zich situaties voordoen waarbij het nodig is af te wijken van bovenstaande beleidsregels, hetzij omdat zij in deze nota niet behandeld zijn hetzij vanwege bijzondere omstandigheden.

10 Evaluatie

Voorgesteld wordt om na twee jaar het beleid vergunningverlening activiteiten winkelcentra te evalueren.

Korte samenvatting van de voorstellen

1. Evenementen

  • In principe 1 evenement per dag.

  • Geen gebruik van geluidsversterkende apparatuur m.u.v. activiteiten georganiseerd door de ondernemersverenigingen, tijdens culturele evenementen en op Koninginnedag.

  • Beperking van het aantal culturele evenementen tot maximaal 2 per jaar (geldt vooralsnog niet voor het ArenAgebied).

  • Aanwijzen vrijmarkt voor kinderen tijdens Koninginnedag (Amsterdamse Poort).

  • Afstemming toezicht en handhaving.

2 Braderieën

  • Indeling kramen behoeft de goedkeuring van de politie en brandweer.

  • Deelname aan braderieën alleen door gevestigde ondernemers m.u.v. aantal kramen voor ambachtelijke activiteiten, voorlichting e.d..

  • Intensivering toezicht op naleven voorschriften.

3 Evenementen waarbij staanplaatsen (ambulante handel) worden ingenomen

  • Maximaal 4 evenementenvergunningen voor het winkelcentrum Amsterdamse Poort

  • Voor de overige centra: 2

  • Beperking geldt niet voor het ArenAgebied

4 Plaatsen van objecten

  • M.u.v. de plaatsing gedurende drie dagen per week van een minidraaimolen in het winkelcentrum Amsterdamse Poort wordt voor het plaatsen van objecten voor langere duur geen toestemming gegeven.

5 Sampling activiteiten e.d.

  • Alleen voor activiteiten van en/of voor een in het winkelcentrum gevestigde ondernemer wordt een vergunning verstrekt. Voor wervingsactiviteiten van uitzendbureaus wordt een uitzondering gemaakt. Dit beleid geldt voor alle winkelcentra.