Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Nederlek

Beleidsregel bewegwijzering gemeente Nederlek 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Nederlek
Officiële naam regelingBeleidsregel bewegwijzering gemeente Nederlek 2008
CiteertitelBeleidsregel bewegwijzering gemeente Nederlek 2008
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerpverkeer

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-09-200801-01-2017Onbekend

01-08-2008

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

1 Inleiding

Inhoudsopgave

1 Inleiding 3

  • 1.

    1 Aanleiding 3

  • 1.

    2 Reikwijdte 3

  • 1.

    3 Juridisch kader 3

2 Bewegwijzering 4

  • 2.

    1 Inleiding 4

  • 2.

    2 Doelstelling 4

  • 2.

    3 Algemene uitgangspunten 4

  • 2.

    4 Niet-geografische objecten 5

2.4.1 Lokale objecten met algemeen belang 6

2.4.2 Lokale objecten met commercieel belang 6

2.4.3 Lokale toeristische of recreatieve objecten 7

2.4.4 Lokale objecten die dienen ter verzorging van weggebruikers of voertuigen 8

2.5 Kosten voor plaatsing 8

3 Verwijdering van geplaatste borden 9

4 Inwerkingtreding en overgangsregeling 10

1.1 Aanleiding

De afgelopen periode zijn verschillende verzoeken ontvangen voor bewegwijzering naar bedrijven en horecagelegenheden in de gemeente Nederlek. Vanwege het ontbreken van een eenduidig bewegwijzeringbeleid en de vrees voor wildgroei zijn deze verzoeken afgewezen.

Een goede bewegwijzering verminderd het zoekgedrag door weggebruikers. Omdat dit ten goede komt aan de verkeersveiligheid heeft de gemeente Nederlek aanleiding gezien beleid te formuleren voor bewegwijzering in de gemeente. Door beschikbaar beleid worden aanvragen relatief eenvoudig en op uniforme wijze beoordeeld.

1.2 Reikwijdte

In bewegwijzering wordt over het algemeen het volgende onderscheid gemaakt in type bestemmingen.

    • a.

      geografische doelen (plaatsnamen);

    • b.

      specifieke doelen (industrieterrein, ziekenhuizen);

    • c.

      niet-geografische objecten (die als volgt onderverdeeld kunnen worden):

    • -

      lokale objecten met algemeen belang (gemeentehuis, politiebureau, e.d.);

    • -

      lokale objecten met commercieel belang (café, partycentrum, restaurant, fietsverhuur, winkels e.d.);

    • -

      toeristische of recreatieve objecten (sportvelden, bungalowparken, campings, e.d.);

    • -

      lokale objecten die dienen ter verzorging van weggebruikers of voertuigen (benzinestations en parkeerplaatsen).

Omdat aanvragen voor verwijzing naar geografische en specifieke doelen nu (en waarschijnlijk ook in de toekomst) nauwelijks voorkomen, vallen deze type objecten niet binnen dit beleidskader. Dergelijke verzoeken kunnen beter individueel beoordeeld worden zodat maatwerk wordt geleverd. Dit houdt in dat enkel de beoordeling van niet-geografische objecten binnen dit beleidskader zijn uitgewerkt.

Dit beleid heeft uitsluitend betrekking op wegen die in het beheer zijn bij de gemeente Nederlek. Dit beleid geeft aan in welke gevallen en onder welke voorwaarden de gemeente, in het belang van een vlotte en veilige verkeersafwikkeling, toestemming kan geven voor het plaatsen van een verwijsbord.

1.3 Juridisch kader

Op grond van artikel 2.1.5.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening is het verboden voorwerpen (waaronder ook bewegwijzering) zonder vergunning van burgemeester en wethouders te plaatsen op aan of boven een weg. Dit artikel staat in het hoofdstuk “Orde en veiligheid op de weg”. Lid 3 van dit artikel geeft aan dat aanvragen worden beoordeeld op mogelijke negatieve gevolgen voor schade aan de weg, voor een doelmatig en veilig gebruik van de weg, voor doelmatig beheer en onderhoud van de weg, voor de welstand c.q. het uiterlijk aanzien, en voor omwonenden. Aangevraagde vergunningen kunnen worden geweigerd wanneer (tenminste) een van die negatieve gevolgen is te voorzien. Anderzijds mogen aangevraagde vergunningen niet worden geweigerd wanneer geen van die gevolgen is te voorzien.

De beleidsregels uit dit advies dienen -na vaststelling- als toetsingsinstrument, waarin het hiervoor omschreven algemene criterium is uitgewerkt in nadere regels en criteria, en op grond waarvan vergunningaanvragen moeten worden beoordeeld. Op deze wijze wordt bijgedragen aan waarborging en verhoging van de openbare orde en de (verkeers)veiligheid.

De in dit advies verwoorde regels en criteria moeten worden gezien als beleidsregels.

2

Bewegwijzering

2.1 Inleiding

Bewegwijzering heeft tot doel korte en veilige routes aan te geven naar diverse bestemmingen. In dit hoofdstuk gaan wij nader in op de doelstelling en algemene uitgangspunten die de gemeente hanteert bij aanvragen. Vervolgens wordt per type bestemming nader ingegaan op de mogelijkheden en voorwaarden voor bewegwijzering.

2.2 Doelstelling

Het doel van een bewegwijzeringsysteem omschrijven wij als: “Het verbeteren van de verkeersveiligheid door het beperken van doorstromingsbelemmerend zoekverkeer”. Daarnaast speelt ook beheersing/uniformering van bewegwijzering een rol.

Bewegwijzering is er daarom niet op de eerste plaats voor de inwoners van de gemeente. Zij hebben immers voldoende lokale kennis en weten over het algemeen de bestemmingen te vinden zonder zoekgedrag. Zoekverkeer, zoals hier bedoeld, is derhalve verkeer afkomstig van buiten Nederlek dat onbekend is met de lokatie van de bestemming.

2.3 Algemene uitgangspunten

Met inachtneming van de doelstelling uit paragraaf 2.2. streeft de gemeente ernaar om zo min mogelijk borden/ verwijzingen langs de weg toe te staan, ter behoud van de ruimtelijke uitstraling van de omgeving voor omwonenden. Om die reden wordt enkel verwezen naar objecten die veel verkeer aantrekken van buiten Nederlek (bezoekers). Bezoekers met een bestemming in Nederlek kennen doorgaans wel het adres van de bestemming. Het merendeel van de bezoekers komt van de provinciale weg N210 en volgt in de regel de ANWB-borden met de naam van de dorpskern. Verwijzingen zijn daardoor enkel noodzakelijk voor verkeer afkomstig van de N210 én indien de richting van de bestemming niet langer via de plaatsnaam van de kern op de ANWB-borden te volgen is. Vervolgens wordt de eerste verwijzing niet eerder gerealiseerd dan bij de eerstvolgende kruising van gelijkwaardige wegcategorieën (zie hierna voor verdeling). Dit geldt niet indien een weg van een lagere categorie ingeslagen moet worden om de bestemming te bereiken. Zodra een eerste verwijzing is geplaatst, dient bij elke afslag om bij de bestemming te komen, een vervolg aan die verwijzing te worden gegeven tot de bestemming bereikt is. Bij kruisingen waar de verkeersdeelnemer rechtdoor moet ten behoeve van de bestemming vindt in principe geen extra verwijzing plaats.

Verwijzingen worden alleen geplaatst binnen de bebouwde kom en ten behoeve van bestemmingen binnen de bebouwde kom die geheel over wegen die bij de gemeente in beheer zijn, kan worden bewerkstelligd.

Bewegwijzering heeft tot doel korte en veilige routes aan te geven naar de bestemming over wegen die toegankelijk zijn voor gemotoriseerd verkeer. Omdat wegen met een hoge categorie (zie hierna) voorzien in een goede doorstroming van verkeer, geldt het uitgangspunt dat de bewegwijzering het verkeer zoveel mogelijk moet leiden via een zo hoog mogelijke wegcategorie. In bijzondere gevallen kan daarvan worden afgeweken, bijvoorbeeld om schade te voorkomen aan minder draagkrachtige wegen. Daarnaast kan lokale kennis van de feitelijke wegenstructuur ten opzichte van de bestemming er toe leiden dat hiervan wordt afgeweken.

In het kader van Duurzaam Veilig hebben wegbeheerders hun wegen ingedeeld in 3 verschillende wegcategorieën. Van hoog naar laag zijn dit stroomwegen, gebiedsontsluitingswegen en erftoegangswegen.

Stroomwegen zijn gericht op een zo veilig en betrouwbaar mogelijke afwikkeling van relatief

grote hoeveelheden verkeer met een hoge (gemiddelde) snelheid. Over het algemeen zijn dit autowegen en autosnelwegen. Binnen de bebouwde kom van de gemeente Nederlek zijn geen stroomwegen aanwezig

Gebiedsontsluitingswegen faciliteren zowel het stromen als het uitwisselen van verkeer. Onder uitwisselen wordt verstaan het doelgericht verplaatsen van voertuigen met wisselende snelheid en/of richting. Binnen de gemeentegrenzen van Nederlek liggen buiten de bebouwde kom de volgende Gebiedsontsluitingswegen waar de provincie wegbeheerder van is (en dus buiten de reikwijdte van dit beleid vallen):

  • -

    N210;

  • -

    N476;

  • -

    N477.

De Gebiedsontsluitingswegen waar de Nederlek beheerder van is, zijn de volgende:

Krimpen aan de lek:

  • -

    Hoofdstraat

  • -

    Dorpsstraat, Middelland, Molendijk, Noord

  • -

    Adama van Scheltemastraat

  • -

    Oosterlekdijk

Lekkerkerk:

  • -

    Reinier Bloklaan, Talmastraat

  • -

    Kerkweg

  • -

    Burg. van Willigenstraat

  • -

    Burg. de Roosstraat

  • -

    Randweg

Erftoegangswegen zijn gericht op het ontsluiten van afzonderlijke woningen,

bedrijven, boerderijen, (sport)terreinen, et cetera. In Nederlek zijn dit zijn alle wegen, niet zijnde stroomwegen en gebiedsontsluitingswegen, binnen de bebouwde kom van Nederlek.

Binnen de bebouwde kommen van Nederlek bevinden zich enkel gebiedsontsluitingswegen en erftoegangswegen. In bijlage 1 van deze nota zijn de wegen aangegeven die in het kader van deze beleidsregel worden aangemerkt als gebiedsontsluitingweg.

2.4 Niet-geografische objecten

Niet-geografische objecten worden onderverdeeld in:

  • 1.

    lokale objecten met algemeen belang (gemeentehuis, politiebureau, e.d.);

  • 2.

    lokale objecten met commercieel belang (café, partycentrum, restaurant, fietsverhuur, winkelbedrijf e.d.);

  • 3.

    toeristische of recreatieve objecten (sportvelden, bungalowparken, campings, e.d.);

  • 4.

    lokale objecten die dienen ter verzorging van weggebruikers of voertuigen.

    2.4.1 Lokale objecten met algemeen belang

    Lokale objecten met een algemeen belang hebben een openbare functie. Hieronder wordt in dat verband een limitatieve opsomming gegeven van de voorzieningen die voor verwijzing in aanmerking kunnen komen:

    • -

      gemeentehuis

    • -

      politiebureau

    • -

      huisartsenpost/ medisch centrum

    • -

      begraafplaats

    • -

      kerkgebouw

    • -

      cultureel centrum

    Ondanks dat bijvoorbeeld scholen openbaar zijn, wordt hier niet naar verwezen. Dergelijke gebouwen trekken in de regel weinig ‘zoekende’ verkeersdeelnemers aan. Hierdoor voldoet deze bestemming niet aan de doelstelling in paragraaf 2.1. Verwijzing naar dergelijke bestemming wordt derhalve niet nodig geacht. Naar het politiebureau en de huisartsenpost/ medisch centrum wordt bewegwijzerd met het oog op de vindbaarheid tijdens noodsituaties.

    Meer dan voor de overige objecten acht de gemeente het wenselijk dat objecten met algemeen belang goed worden aangegeven. Met het oog daarop kan de gemeente voor die objecten afwijken van de Algemene uitgangspunten zoals genoemd in paragraaf 2.2.

    Verwijzingen naar lokale objecten met algemeen belang worden uitgevoerd zoals opgenomen in bijlage 3. Een verzoek tot verwijzing dient te worden gericht aan de gemeente Nederlek. De kosten hiervan komen voor rekening van de gemeente.

    2.4.2 Lokale objecten met commercieel belang

    Lokale objecten met een commercieel belang zijn kortweg alle (individuele) bedrijven en winkelketens zoals restaurants, partycentra, bowlings, cafés, snackbars, alle soorten winkels en andere commerciële objecten.

    Naar dergelijke individuele bedrijven en winkels die niet zijn gevestigd op een bedrijfsterrein wordt in geen geval afzonderlijk verwezen. Dit geldt dus ook voor horeca en detailhandel. Het bewegwijzeren naar deze (individuele) voorzieningen leidt naar onze mening niet per definitie tot een verbetering van de verkeersveiligheid. Wij menen dat verzoeken om dergelijke verwijzing meer een commerciële insteek heeft door verhoging van naamsbekend of het verleiden van potentiële klanten tot impulsaankopen.

    Verwijzen naar deze individuele bedrijven leidt tot een woud aan bebording. Algemeen uitgangspunt is juist terughoudend om te gaan met borden langs de weg. Bovendien zijn wij van mening dat de ondernemer bij de keuze voor zijn vestigingslocatie rekening kan houden met het feit of deze al dan niet goed zichtbaar is gelegen. Wij menen daarnaast dat een ondernemer zelf een belangrijke taak heeft om bezoekers een adequate routebeschrijving te doen toekomen of deze route op het internet te plaatsen.

    Voorzieningen die zijn gevestigd óp een bedrijfsterrein die is aangeduid in bijlage 4 kunnen op een apart aanduidingsysteem worden opgenomen die aangeeft welke ondernemingen in welke straat zijn gevestigd. Dit wordt gedaan om zoekgedrag van vrachtwagenchauffeurs op dergelijke terreinen te voorkomen. Meer dan bij personenauto’s kunnen kerende vrachtauto’s tot verkeersonveilige situaties leiden. Daarom is het wenselijk om naar de aanwezige bedrijven op een bedrijventerrein te verwijzen vanaf de hoofdontsluiting van dat terrein. Dit systeem c.q. de aanduiding kan op verzoek van de ondernemer(s) worden aangebracht. Met het bedrijf Citytec B.V. te Ridderkerk zijn daarover nadere afspraken gemaakt. Het plaatsen en onderhouden van deze bewegwijzering nemen zij in geheel voor rekening en daarmee uit handen van de gemeente. Dit houdt in dat een verzoek om bewegwijzering ook aan hen gericht moet worden.

    De terreinen zoals opgenomen in bijlage 4 kennen een ontsluitingsstructuur die duidelijk onderdeel uitmaakt van dat bedrijventerrein en daardoor voornamelijk door bestemmingsverkeer wordt gebruikt. Hierdoor kan op een compacte wijze met verwijzingen worden gewerkt, hetgeen bijvoorbeeld niet het geval is voor bedrijven langs de Middelland en de Dorpsstraat in Krimpen aan de Lek. Het is, vanwege de ruimtelijke uitstraling, niet gewenst om langs dergelijke doorgaande wegen bij elk bedrijf een verwijsbord te plaatsen. Om die reden zijn deze terreinen ook niet in de bijlage opgenomen.

    Alle gevestigde bedrijven op de betreffende bedrijfsterreinen hebben recht op vermelding. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een uniforme afmeting, kleurenstelling en lettertype (zie bijlage 2). Deze verwijsbordjes worden bevestigd in een frame die wordt geplaatst langs de rijbaan. Dergelijk frame kan bij elke kruisende weg aangeven wat de naam van die (achterliggende) straat is, en welke bedrijven er zijn gevestigd. De kosten hiervan komen voor rekening van de aanvrager.

    2.4.3 Lokale toeristische of recreatieve objecten

    Lokale toeristische of recreatieve objecten zijn hotels, bungalowparken, campings, musea, culturele gebouwen, natuurgebieden, tennisbanen en dergelijke objecten waarvan de burger redelijkerwijs het toeristisch/recreatieve karakter kent. Omdat de veerverbindingen voor voetgangers en fietsers liggen op toeristische routes vallen deze hier ook onder. Veren die toegankelijk zijn voor autoverkeer worden hier niet bedoeld.

    Met uitzondering van sportcomplexen (zoals voetbalvelden en tennisbanen), sporthallen, VVV-kantoren en veren liggen in onze dorpskernen geen van dergelijk type objecten waar bovendien een regionale verkeersaantrekkende werking van uitgaat. Bij sportaccommodaties is dat wel het geval vanwege bezoekende clubs bij competitiewedstrijden. Deze voorzieningen komen daarom in aanmerking voor verwijzing. Ook veerverbindingen voor voetgangers en fietsers komen hiervoor in aanmerking. Omdat deze voorzieningen vooral door recreatief fietsverkeer wordt gebruikt is de aanrijdroute niet per definitie de N210. Om die reden kan voor deze voorziening van de algemene uitgangspunten in paragraaf 2.3. worden afgeweken. Dit houdt in dat ook vanuit andere richtingen dan de provinciale weg naar deze voorziening verwezen kan worden.

    Verwijzingen naar lokale toeristische of recreatieve objecten worden uitgevoerd zoals opgenomen in bijlage 3 van deze nota. Een verzoek daartoe dient te worden gericht aan de gemeente Nederlek. De kosten hiervan komen voor rekening van de gemeente Nederlek.

    2.4.4 Lokale objecten die dienen ter verzorging van weggebruikers of voertuigen

    Lokale objecten ter verzorging van weggebruikers of voertuigen zijn benzinestations en garagebedrijven. Er vindt in de gemeente Nederlek geen bewegwijzering naar dergelijke objecten plaats.

2.5 Kosten voor plaatsing

Artikel 33 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) gaat over de kosten van bewegwijzering die te maken heeft met bijzondere activiteiten langs een weg. “Indien in, op, boven of langs een weg activiteiten worden ondernomen welke niet behoren tot het normale verkeersgebruik van die weg en het bevoegd gezag het noodzakelijk acht verkeerstekens te plaatsen of te verwijderen in verband met die activiteiten, kan het bevoegd gezag de kosten die het voor de plaatsing, het onderhoud of de verwijdering heeft gemaakt ten laste brengen van degene die deze activiteiten uitvoert”.

Het bovenstaande houdt dat de gemeente de kosten voor plaatsing/ ophanging van de bewegwijzering naar lokale objecten in rekening kan brengen bij de aanvrager.

De kosten voor plaatsing/ ophanging van de bewegwijzering naar bedrijven die gevestigd zijn op een bedrijventerrein worden door de desbetreffende leverancier bij de aanvrager in rekening gebracht. De gemeente is hierin geen partij.

De bewegwijzering wordt (buiten de hierboven genoemde objecten) enkel mogelijk gemaakt voor openbare voorzieningen. De gemeente neemt daarom de kosten voor plaatsing/ ophanging van deze bewegwijzering voor haar rekening. Naar verwachting zijn de jaarlijkse kosten minimaal en zijn het bovendien eenmalige uitgaven. Uitgaande van de plaatsing van 4 bordjes per jaar zijn de kosten jaarlijks niet meer dan ca. €400,--. Deze kosten worden geboekt binnen de budgetten voor verkeersregelingen zoals opgenomen in de begroting.

3 Verwijdering van geplaatste borden

Verwijzingen die op basis van dit beleid zijn geplaatst kunnen door de gemeente worden verwijderd indien:

  • -

    het betreffende bedrijf of instelling niet meer is gevestigd op de locatie zoals ten tijde van de aanvraag;

  • -

    de lokale wegstructuur of wegcategorisering wijzigt waardoor de bewegwijzering niet meer de meest efficiënte en verkeersveilige route aangeeft;

  • -

    het betreffende bedrijf of instelling niet meer voldoet aan de overige in deze nota genoemde voorwaarden.

De eventuele schade die een bedrijf leidt als gevolg van het verwijderen van bewegwijzering kan niet worden verhaald op de gemeente.

4 Inwerkingtreding en overgangsregeling

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel bewegwijzering gemeente Nederlek 2008” en treedt in werking per 1 september 2008.

Hoe met deze bestaande wegwijzers moet worden omgegaan hangt af van de vraag of voor het plaatsen van deze wegwijzers vergunning is verleend en of deze al dan niet strijdig is met het hier verwoorde beleid.

Indien voor een verwijsbord in het verleden vergunning is verstrekt, kan deze gedurende hun levensduur blijven staan.

Indien deze borden in strijd zijn met dit nieuwe beleid, mogen deze niet worden vervangen of aangepast. Indien de op het huidige verwijsbord vermelde instelling verhuist of (onder die naam) ophoudt te bestaan, kan het verwijsbord worden verwijderd.

drs P. Schouten B.F.A. van der Kluit-de Groot

Aldus besloten in de openbare vergadering van het college van B&W der gemeente Nederlek, gehouden op 1 augustus 2008,

de secretaris

Burgemeester

   

Drs P. Schouten

B.F.A. van der Kluit- de Groot