Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Menterwolde

Invulling Nadere subsidieregels gemeente Menterwolde

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Menterwolde
Officiële naam regelingInvulling Nadere subsidieregels gemeente Menterwolde
CiteertitelInvulling Nadere subsidieregels gemeente Menterwolde
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene subsidieverordening welzijn gemeente Menterwolde

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-04-2013nieuwe regels

12-03-2013

Tussenklappen

Invulling Nadere subsidieregels gemeente Menterwolde

Tekst van de regeling

Paragraaf 1 Inleiding

In zowel de sportnota als de cultuurnota zijn vijf subsidie-criteria genoemd die van kracht zijn bij de beoordeling van subsidieaanvragen voor het nieuwe jaarlijkse subsidiebudget. De hoogte hiervan wordt jaarlijks door de gemeenteraad bepaalt in haar begroting.

Dit budget is beschikbaar vanaf het jaar 2013. Deze subsidie komt in plaats van alle bestaande subsidieregelingen die tot en met 2012 van kracht waren. Hiernaast zal er alleen voor de sportverenigingen een aparte subsidieregeling in het leven worden geroepen.

Deze specifieke regeling geldt vanaf het kalenderjaar 2013. Op deze specifieke regeling wordt ingegaan in paragraaf 3.

Na het versturen van de informatie-brief aan alle organisaties die mogelijk in het verleden van de gemeente subsidie hebben ontvangen, zijn ook de oude beleidsregels ingetrokken. De gemeente hecht er belang aan dat in de toekomstige situatie de gesubsidieerde organisatie een duidelijke tegenprestatie levert voor het ontvangen van de gemeentelijke subsidie.

Hieronder zijn de subsidie-criteria kort genoemd; in het vervolg worden deze criteria zodanig omschreven dat zij SMART geformuleerd zijn. Daarmee investeert de gemeente in duidelijke verwachtingen en heldere resultaten wat betreft de besteding van gemeentelijke subsidies. Bovendien hecht de gemeente eraan dat de nieuwe subsidieregels zo transparant mogelijk zijn.

Na drie jaar zal dit nieuwe subsidiebeleid worden geëvalueerd: heeft dit nieuwe beleid de gemeente voldoende opgeleverd en waar zijn aanpassingen gewenst? Zo nodig kan het college van B&W ook besluiten om eerder aanpassingen door te voeren, indien zij dat wenst.

In de verordening heeft u kunnen lezen dat het subsidiebudget in 2 tranches beschikbaar komt. Ieder jaar wordt vanaf 1 april beoordeeld welke subsidieaanvragen er binnen zijn gekomen en voor een gemeentelijke subsidie in aanmerking komen. Dit proces zal zich vanaf 1 oktober herhalen. Per tranche is 50% van het jaarlijkse subsidiebedrag beschikbaar. Van belang is ook aan te geven dat bij de beoordeling van de subsidieaanvragen per criterium maximaal 20 punten kunnen worden gegeven; hiermee is een weging mogelijk van de verschillende aanvragen ten opzichte van elkaar. Het is immers mogelijk dat er subsidie-aanvragen worden ingediend die het subsidie-plafond te boven zullen gaan.

Verder is relevant om aan te geven dat indien een instelling of vereniging een subsidieaanvraag indient conform deze algemene subsidieregeling, daarmee automatisch de mogelijkheid vervalt om in aanmerking te komen voor andere gemeentelijke subsidie-regelingen.

Tot slot is van belang om aan te geven dat voor alle verenigingen (en andere instellingen of organisaties die voor een subsidie in aanmerking willen komen) geldt dat minimaal 70% van de leden woonachtig moet zijn in de gemeente Menterwolde.

Hieronder zijn de vijf subsidie-criteria kort omschreven:

1.  Gericht op breed publiek

2.  Openbare activiteiten

3.  Bevordert de (cultuur) participatie en de educatie

4.  Samenwerking met verschillende organisaties (draagvlak) is vereist

5.  Aandacht voor een goed vrijwilligersbeleid

 

Paragraaf 2 Uitwerking van subsidie-criteria

Artikel 1 Gericht op breed publiek

Dit lijkt een helder criterium: een breed publiek. Wij hechten er aan om dit concreet en meetbaar te maken.

Iedere instelling die in aanmerking wil komen voor gemeentelijke subsidie zal minimaal 1 x per jaar een activiteit moeten organiseren voor een doelgroep die buiten de bestaande doelgroep valt. Deze activiteiten dienen bovendien een innovatief of experimenteel karakter te hebben.

Illustraties hiervan zijn een ouderenorganisatie die iets voor jongeren organiseert, of vice verca of een muziekvereniging die een activiteit organiseert voor een andere doelgroep die niet voor de hand ligt.

Artikel 2 Openbare activiteiten

Hiervoor geldt in principe hetzelfde als het eerste criterium breed publiek: het is niet de bedoeling dat er besloten activiteiten plaats vinden dankzij gemeentelijke subsidie.

Bij het openbare karakter gaat het concreet om een actieve bijdrage met vrijwilligers aan :

- Culturele activiteiten uit de gemeentebrede culturele programmering

- Open monumentendag

- NL doet

Omdat voor de Dorpsadviesraden aparte regels zijn opgesteld, zijn hierboven om die reden niet genoemd: erkende nationale feestdagen (inclusief Sinterklaas) en de culturele open dag.

Artikel 3 Bevordert de (cultuur) participatie en de educatie

Dit is een belangrijk subsidie-criterium: zoals in ons Wmo-beleid is beschreven: “Meedoen in de Wmo betekent: De Wmo wil bevorderen dat álle burgers kunnen meedoen en zich betrokken voelen bij hun gemeente, dorp, wijk en straat (Wmo-beleidsplan, 1.3).

Dit kan de gemeente erg graag willen, maar zal in de praktijk vooral in een goed samenspel met verenigingen en organisaties in de gemeente gestalte moeten krijgen.

In concreto verwacht de gemeente dat organisaties die een beroep doen op gemeentelijke subsidie daar ook in dit verband iets voor terug doen: aanboren van nieuwe doelgroepen, op wat voor manier dan ook. Sta je open voor iedereen, dat is een kernvraag in dit verband. Eigenlijk gaat het hierbij om het principe van “voor wat hoort wat”.

Wegnemen van drempels om mee te doen is dan ook van groot belang. Over de vorm waarin organisaties dit invullen zijn zij uiteraard vrij; proeflidmaatschap is een voorbeeld van de mogelijkheden om te voldoen aan dit subsidie-criterium.

 

Artikel 4 Samenwerking met verschillende organisaties is vereist

Samen sta je sterker, dat motto geldt uiteraard ook voor onze gemeente. De gemeente hecht er sterk aan dat meer dan tot nu toe samen wordt gewerkt tussen verenigingen. Samenwerking is geen doel op zich; het gaat dus om niet om samenwerking om de samenwerking. Het gaat bij samenwerking primair om 1 + 1 = 3: kennis wordt gedeeld en gebundeld wat efficiëntiewinst tot gevolg heeft.

De wijze van samenwerking is divers. Het kan gaan om samenwerking bij de uitvoering van activiteiten, waardoor een groter publiek wordt bereikt.

Een andere samenwerkingsvorm is bestuurlijk; indien op deze manier wordt samengewerkt zijn organisaties minder kwetsbaar en dus meer toekomstbestendig. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan de ledenadministratie of een bestuursfunctie als penningmeester.

Ook in dit geval is het zaak dat verenigingen dit vooral zelf invullen.

Van belang is wel om aan te geven dat de samenwerking minimaal op bestuurlijk of activiteiten-niveau moet plaats vinden, wil men in aanmerking komen voor een gemeentelijke subsidie. Bovendien moet deze samenwerking nieuw zijn, dus deze samenwerking bestond nog niet.

Concreet valt bij dit criterium te denken aan:

- Programma’s op elkaar afstemmen (materialen en/ of lokatie)

- Van elkaar weten wie wat doet en waar, en vervolgens hiervan gebruik maken.

Artikel 5 Goed vrijwilligersbeleid

Gelet op de maatschappelijke ontwikkelingen in de komende jaren is een goed vrijwilligersbeleid cruciaal. De overheid trekt zich immers terug vanuit het sociale domein; in plaats hiervan zullen mensen meer eigen verantwoordelijkheid moeten nemen en zo nodig de eigen netwerken inschakelen. Dat hierbij meer vrijwillig zal moeten worden bijgesprongen staat buiten kijf. Als voorbeeld hiervan kunnen we wijzen op de Huishoudelijke Zorg in de Wmo; de financiering hiervan wordt naar verwachting voor 75% geschrapt.

Meer vrijwillige inzet betekent ook dat verenigingen en organisatie de vrijwilligers die voor hen actief zijn meer zullen moeten koesteren. Soms worden vrijwilligers in dit verband dan ook het goud van de toekomst genoemd. Boeien en binden is dan ook dringend gewenst.

Met het oog op dit maatschappelijke belang vindt de gemeente dat verenigingen en organisaties moeten zorgen voor een goed vrijwilligersbeleid.

Hiervoor hanteert de gemeente een checklist. Deze bestaat uit de volgende elementen:

-  Actief waarderingsbeleid (met concrete acties waaruit de waardering en erkenning blijkt voor de inzet van de vrijwilligers)

-  Inzet ten behoeve van mantelzorgers

-  Deskundigheidsbevordering, in de vorm van training en opleiding van vrijwilligers

Paragraaf 3 Nadere subsidieregels Sport

Hieronder zijn de beleidsregels opgenomen die specifiek gelden voor de subsidieregeling Sport; hiervoor wordt jaarlijks door de gemeenteraad in haar begroting een subsidiebedrag beschikbaar gesteld.

Artikel 1 Subsidiabele activiteiten

Voor subsidiëring komen in aanmerking sport- en bewegingsactiviteiten die van belang zijn voor de instandhouding en vergroting van sportparticipatie van de inwoners van de gemeente Menterwolde. Hieronder vallen niet alleen de activiteiten die erkend zijn door het NOC/NSF, maar ook activiteiten in het kader van vrijetijdsbesteding die leiden tot meer bewegen en een gezondere leefstijl en die passen binnen het kader van de Sportnota Menterwolde 2012.

Artikel 2 Doelgroep subsidie

- De sportsubsidies zijn bedoeld om zoveel mogelijk inwoners van de gemeente Menterwolde de kans te bieden aan sport/beweging deel te nemen; hierbij gaat het in het bijzonder om de jeugd, kwetsbare ouderen, mensen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking en mensen met een niet westerse culturele achtergrond.

- Sportverenigingen, geen bedrijfssportverenigingen, waarvan 70% van de leden woonachtig is in de gemeente Menterwolde en met minimaal 15 contributie betalende leden.

-  Overige organisaties, gevestigd of werkzaam in de gemeente Menterwolde, die sport- en beweegactiviteiten aanbieden voor inwoners van de gemeente Menterwolde die passen binnen de doelen van de Sportnota Menterwolde 2012.

Artikel 3 Algemene criteria en berekeningsgrondslag

- Aan sportverenigingen kan per kalenderjaar een subsidie worden verleend te berekenen naar het aantal contributie betalende leden

- Als lid wordt aangemerkt een actief sportend lid van minimaal 3 jaar oud

- De vereniging dient minimaal 40 weken per kalenderjaar sport en/of bewegingsactiviteiten aan te bieden

- De vereniging organiseert minimaal één maal per kalenderjaar een activiteit die gericht is op bevordering van sportparticipatie van mensen die (nog) geen lid zijn van deze vereniging

- Het subsidiebedrag bedraagt € 7,50 per contributie betalend lid

- Ter vaststelling van het aantal leden per vereniging dat in aanmerking komt voor deze subsidieregeling vindt telling plaats op de peildatum. De peildatum is 1 oktober voorafgaande aan het kalenderjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

Artikel 4 Criteria en berekeningsgrondslag subsidie ter bevordering van sportparticipatie
  • 1 De extra activiteiten hebben betrekking op open sport- en/of beweegactiviteiten in Menterwolde en dienen zich voor minimaal 70% te richten op de inwoners van Menterwolde

  • 2 De activiteiten dienen naast de reguliere activiteiten plaats te vinden en zijn dus op te vatten als extra activiteiten

  • 3 De extra activiteiten moeten minimaal twee maal per kalenderjaar plaats vinden

  • 4 De extra activiteiten mogen geen winstoogmerk hebben

  • 5 De subsidie bedraagt 75% van het geraamde tekort met een maximum van € 500,- per activiteit

  • 6 Indien er meer subsidie-aanvragen worden ingediend dan er subsidiebudget beschikbaar is, dan vindt de beoordeling plaats op basis van de mate van sportbevordering van de ingediende subsidieaanvragen

  • 7 Indien een sportvereniging een subsidieaanvraag indient conform deze regeling, dan vervalt automatisch de mogelijkheid om in aanmerking te komen voor andere gemeentelijke subsidieregelingen.

Artikel 5 Aanvragen subsidie
  • 1 De aanvraag om een sportsubsidie moet vóór 15 november voorafgaande aan het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft worden ingediend.

  • 2 De aanvrager dient gebruik te maken van een door de gemeente voorgeschreven subsidieaanvraagformulier

  • 3 Een subsidieaanvraag die buiten de in het eerste lid genoemde aanvraagtermijn wordt ontvangen, zal buiten behandeling worden gelaten

Artikel 6 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen van bovenstaande bepalingen afwijken.