| Overheidsorganisatie | Deelgemeente Amsterdam - Zuid |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Subsidieregeling continuering gesubsidieerde functies jaarlijks |
| Citeertitel | Subsidieregeling continuering gesubsidieerde functies |
| Vastgesteld door | gedelegeerde functionaris |
| Onderwerp | |
| Eigen onderwerp | Economische zaken |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Het Parool, 4 oktober 2012
Onbekend.
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-10-2012 | 14-06-2013 | nieuwe regeling | 18-09-2012 Het Parool, 4 oktober 2012 | - |
Gesubsidieerde functie: een vorm van werk waarbij de loonkosten (deels) zijn gesubsidieerd vanwege de gemeente Amsterdam en waarbij de subsidie door de gemeente wordt afgebouwd op basis van het Meerjarenbeleidsplan participatie van 2011-2014 (2011).
Loonkostensubsidie: subsidie voor een (deel) van de loonkosten voor de onder (a) bedoelde vorm van werk.
Functie: de functie die op het moment van aanvragen van subsidie wordt uitgeoefend door een persoon in een gesubsidieerde baan.
Inleenvergoeding: de vergoeding die de werkgever betaalt voor de inzet van de gesubsidieerde medewerker na aftrek van de loonkostensubsidie.
Werkgever: de organisatie waarbij de gesubsidieerde baan wordt uitgeoefend.
Pantar: organisatie die in opdracht van de gemeente Amsterdam loonkostensubsidies betaalt.
1. Het stadsdeel wil met deze regeling cruciale functies in stand houden die als gevolg van de bezuiniging op de loonkostensubsidies voor gesubsidieerde arbeid dreigen weg te vallen.
2. Het stadsdeel wil de dienstverlening aan burgers in het stadsdeel in stand houden en tevens zorg dragen voor een adequate bijdrage aan haar beleidsdoelstellingen zoals geformuleerd in het stadsdeelbeleid.
Het dagelijks bestuur kan meerjarige subsidie verlenen voor het uitoefenen van een functie door middel van een vorm van gesubsidieerde arbeid.
1. Het dagelijks bestuur kan subsidie verlenen voor het verschil tussen loonkostensubsidie en inleenvergoeding.
2. Het dagelijks bestuur verleent alleen subsidie als de loonkostensubsidie vanwege de gemeente en of Pantar is of wordt verlaagd.
3. De functie wordt uitgeoefend in een organisatie waarmee het dagelijks bestuur een subsidierelatie van meer dan drie jaar heeft, of in een sportvereniging die in het stadsdeel Zuid gevestigd is en de afgelopen drie jaar gebruik heeft gemaakt van gesubsidieerde arbeid.
4. De functie wordt uitgeoefend in een organisatie die naar oordeel van het dagelijks bestuur aantoonbaar over onvoldoende eigen middelen beschikt ter compensatie van de afbouw van gesubsidieerde arbeid.
5. Geen subsidie wordt verleend voor functies binnen het openbaar en bijzonder basisonderwijs.
6. Culturele organisaties waaraan geen subsidie wordt verleend in het kader van de ‘Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen' komen niet in aanmerking voor subsidie in het kader van de subsidieregeling ‘continuering gesubsidieerde functies'.
7. Het dagelijks bestuur kan alleen subsidie verlenen ter compensatie van een verhoogde inleenvergoeding voor een gesubsidieerde functie die aantoonbaar vóór 31 december 2011 is aangegaan.
1. De mate waarin de activiteit naar oordeel van het dagelijks bestuur substantieel bijdraagt aan de beleidsdoelstellingen van het stadsdeel, zoals die zijn vastgelegd in onder meer het Beleidskader Sociaal Domein, de Sportnota per november 2013, de stadsdeelbegroting en diverse subsidieregelingen.
2. De mate waarin de afbouw van gesubsidieerde arbeid naar oordeel van het dagelijks bestuur leidt tot een substantiële vermindering van de dienstverlening aan burgers in stadsdeel Zuid. Het stadsdeel legt prioriteit bij de functies binnen het domein jeugd.
1. De aanvrager van subsidie moet aantonen dat er een gesubsidieerde functie in de organisatie aanwezig is middels een arbeids- of inleenovereenkomst.
2. De aanvrager van subsidie moet aantonen dat de organisatie een inleenvergoeding betaalt aan de gemeente Amsterdam of Pantar middels facturen of inzage in de financiële administratie.
3. De aanvrager van subsidie moet aantonen dat deze inleenvergoeding verlaagd is doormiddel van een aanzegging door de gemeente Amsterdam of Pantar vanwege een vermindering van de loonkostensubsidie.
4. Het dagelijks bestuur kan inzage vragen in alle naar het oordeel van het dagelijks bestuur noodzakelijke bewijsstukken om aan te tonen dat de aanvrager de kosten voor de verhoogde inleenvergoeding niet zelfstandig kan dragen.
Het dagelijks bestuur beoordeelt aanvragen op grond van de mate waarin deze voldoen aan het doel, het beleid, de subsidiecriteria en de gestelde verplichtingen van deze regeling. De aanvragen die naar mening van het dagelijks bestuur het best voldoen aan beoordelingscriteria 5.1. en 5.2. in deze regeling komen in aanmerking voor subsidie.
Het dagelijks bestuur stelt voor deze regeling subsidieplafonds vast. De beleidsvelden Cultuur, welzijn en sport hebben elk een eigen subsidieplafond.
1. Voor het jaar 2013 dient de aanvraag in de maand oktober 2012 te zijn ingediend. Aanvragen die al voor het publiceren van deze subsidieregeling zijn ingediend, behoeven niet opnieuw te worden ingediend.
2. Subsidie wordt voor meerdere jaren verleend. In verband met de gefaseerde afbouw van de loonkostensubsidie door de gemeente Amsterdam, vindt indien nodig een jaarlijkse bijstelling van de subsidie plaats, totdat de afbouw van de loonkostensubsidie volledig is.
Deze subsidieregeling treedt in werking per 1 oktober 2012
Deze subsidieregeling wordt geciteerd als ‘subsidieregeling continuering gesubsidieerde functies'.