Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Schijndel

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Schijndel

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Schijndel
Officiële naam regelingVerordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Schijndel
CiteertitelFinanciële verordening gemeente Schijndel 2007
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 28 januari 2011.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-02-201128-01-201101-01-2017art. 9

27-01-2011

Schijndels Weekblad, 03-02-2011

10.036252
28-06-200701-06-200728-01-2011nieuwe regeling

14-06-2007

Schijndels Weekblad, 20-06-2007

07.009020

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Schijndel

Onderwerp

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Schijndel.

Agenda

14 juni 2007, punt

De raad van de gemeente Schijndel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. . 15 mei 2007;

gelet op de Gemeentewet;

B e s l u i t:

1. Inleidende bepalingen

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Schijndel en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.

  • 2.

    doelmatigheid: het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen.

  • 3.

    doeltreffendheid: de mate waarin de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.

  • 4.

    rechtmatigheid: het in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen en raadsbesluiten.

2. Begroting en verantwoording

Artikel 2. Financiële kaderstelling

  • 1. Het college biedt de raad jaarlijks een overzicht aan met daarin opgenomen de financiële kaders voor het volgende begrotingsjaar en minstens drie daaropvolgende jaren.

  • 2. Bij deze kaderstelling worden de bevindingen betrokken uit de laatst vastgestelde programmabegroting, alsmede uit het jaarverslag/de jaarrekening.

  • 3. De raad stelt de hier genoemde financiële kaderstelling vast.

Artikel 3. Programmabegroting

  • 1. De raad stelt bij de aanvang van de nieuwe raadsperiode de programma-indeling voor de komende raadsperiode vast. Bij iedere begroting wordt een overzicht gegeven van de toedeling van de producten uit de productenraming aan de programma’s.

  • 2. De raad stelt per programma vast:

    • a.

      de beoogde maatschappelijke effecten (wat willen we bereiken?);

    • b.

      de te leveren prestaties (wat doen we daarvoor?);

    • c.

      de baten en lasten (wat mag het kosten?).

  • 3. Voor de investeringen in de loop van het begrotingsjaar van meer dan € 50.000,00, die niet in de begroting zijn opgenomen, legt het college vooraf, voor het aangaan van verplichtingen, een investeringsvoorstel en een voorstel voor het autoriseren van een investeringskrediet aan de raad voor.

    Bedragen lager dan € 50.000,00 worden aan de raad achteraf gemeld via de Bestuursrapportage.

Artikel 4. Uitvoering begroting

  • 1. Het college draagt ten aanzien van de productraming er zorg voor dat:

    • a. de baten en lasten, door middel van kostentoerekening, eenduidig zijn toegewezen aan de producten van de productenraming;

    • b. de budgetten uit de productenraming en kredieten voor investeringen passen binnen de kaders zoals door de raad geautoriseerd;

    • c. de lasten van de producten niet dusdanig worden overschreden dat de realisatie van andere producten binnen hetzelfde programma onder druk komt;

    • d. de onderverdeling van de programma’s in de producten staat voor de raadsperiode vast, tenzij er dringende redenen zijn tot wijzigen. Wijzigingen worden bij de begroting expliciet vermeld.

  • 2. Het college draagt er zorg voor dat de netto-lasten (na aftrek van gerealiseerde inkomsten) van de programma’s zoals geautoriseerd in de (gewijzigde) begroting niet worden overschreden.

  • 3. Voorzienbare mutaties in de totale baten en lasten per programma in de loop van het begrotingsjaar worden door het college ter vaststelling aan de raad voorgelegd.

Artikel 5. Tussentijdse rapportage

  • 1. Het college informeert de raad minimaal twee keer per jaar door middel van tussentijdse rapportages over de realisatie van de programmabegroting van de gemeente.

  • 2. Deze rapportages bevatten een financiële begrotingsbijstelling inclusief onderbouwing en toelichting.

  • 3. De begrotingsbijstelling wordt ter vaststelling aan de raad voorgelegd.

Artikel 6. Jaarstukken

Het college draagt zorg voor de verantwoording van de uitvoering van de programmabegroting middels het jaarverslag / de jaarrekening.

3. Financieel Beleid

Artikel 7. Waardering & afschrijving vaste activa

  • 1. Kosten voor het afsluiten van geldleningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht.

  • 2. Materiële vaste activa met economisch nut worden lineair afgeschreven.

  • 3. In afwijking van artikel 7 lid 2 kunnen materiële vaste activa met economisch nut annuïtair worden afgeschreven, indien sprake is van inkomsten met een annuïtair karakter.

  • 4. Het college stelt in een afschrijvingstabel nadere regels inzake de termijnen waarop vaste activa worden afgeschreven.

  • 5. Op de kosten van aankoop van gronden en terreinen wordt niet afgeschreven.

  • 6. De rente toerekening aan de activa wordt voor de totale levensduur van de activa bepaald op basis van het door de raad jaarlijks bij de begrotingsvaststelling te bepalen rentepercentage voor investeringen in het begrotingsjaar.

  • 7. Bovenstaande bepalingen gelden voor investeringen vanaf inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 8. Kostprijsberekening

Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van goederen, werken en diensten wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten.

Artikel 9. Financieringsfunctie

  • 1. Het college zorgt bij het uitoefenen van de financieringsfunctie voor:

    • a. het aantrekken van voldoende financiële middelen en het uitzetten van overtollige gelden om de programma’s binnen de door de raad vastgestelde kaders van de begroting uit te voeren;

    • b. het beheersen van de risico’s verbonden aan de financieringsfunctie zoals renterisico’s, koersrisico’s en kredietrisico’s;

    • c. het beperken van de kosten van leningen en het bereiken van een voldoende rendement op uitzettingen;

    • d. het beperken van de interne verwervingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities.

  • 2. Het college neemt bij het uitvoeren van de financieringsfunctie de volgende richtlijnen in acht:

    • a.

      Gelden mogen alleen worden uitgezet bij financiële ondernemingen waarvan het land van vestiging tot de Europese Economische Ruimte behoort (EU + Noorwegen, IJsland en Lichtenstein) en het betreffende land een minimale credit-landenrating van AA heeft, toegekend door minimaal twee van de drie gerenommeerde ratingbureaus.

    • b.

      Uitzettingen langer dan drie maanden mogen alleen bij een financiële onderneming met een rating van AA minus, toegekend door minimaal twee van de drie gerenommeerde ratingbureaus.

    • c.

      Uitzettingen tot en met drie maanden mogen bij financiële ondernemingen die een A-rating bezitten, toegekend door minimaal twee van de drie gerenommeerde ratingbureaus.

    • d.

      Het is expliciet verboden om gelden te lenen met het enkele doel de middelen tegen een hoger rendement uit te zetten.

    • e.

      Overtollige geldmiddelen worden uitsluitend uitgezet tegen vastrentende waarden, dan wel in producten waarbij de hoofdsom ten minste aan het eind van de looptijd in tact is.

Artikel 10. Vaststelling hoogte lokale heffingen

Het college doet de raad jaarlijks een voorstel voor de hoogte van de gemeentelijke tarieven voor lokale heffingen.

4. Financieel Beheer en interne controle

Artikel 11. Administratie

De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:

  • a. het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de gemeente als geheel;

  • b. het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen en schulden, enzovoorts;

  • c. het verschaffen van informatie aan de budgethouders en voor het maken van kostencalculaties;

  • d. het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de gemeentelijke productie van goederen en diensten en de maatschappelijke effecten van het gemeentelijke beleid;

  • e. het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en de ter zake geldende wet- en regelgeving;

  • f. de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen.

Artikel 12. Interne controle

Het college zorgt, ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de baten, lasten en de balansmutaties, voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Zij organiseert daartoe een adequate scheiding van taken, functies , bevoegdheden en verantwoordelijkheden.Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.

5. Financiële organisatie

Artikel 13. Financiële organisatie

Het college draagt de zorg voor:

  • a. een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie;

  • b. de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten.

6. Slotbepalingen

Artikel 14. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking per 1 juni 2007, met dien verstande dat de begroting, de meerjarenraming, de jaarstukken, de uitvoeringsinformatie en de informatie voor derden en de daarbij behorende toelichtingen met ingang van de programmabegroting voor het begrotingsjaar 2008 voldoen aan de bepalingen van deze verordening.

  • 2. De bij raadsbesluit van 9 oktober 2003 vastgestelde “Financiële verordening gemeente Schijndel” wordt ingetrokken.

Artikel 15. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam “Financiële verordening gemeente Schijndel 2007”.

Aldus besloten door de raad in zijn openbare vergadering van 14 juni 2007,

de griffier, de voorzitter,

F.G.T.W. van Kessel – van Erp H.Th.H. Opsteegh