Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Lemsterland

Financieel Besluit WMO Individuele Voorzieningen DFM 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Lemsterland
Officiële naam regelingFinancieel Besluit WMO Individuele Voorzieningen DFM 2013
CiteertitelFinancieel Besluit WMO Individuele Voorzieningen DFM 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201301-01-2015Nieuwe regeling

15-01-2013

Jouster Courant, 10 april 2013

Onbekend

Tekst van de regeling

Financieel Besluit

Wmo Individuele Voorzieningen

De Friese Meren 2013

Artikel 1. Collectieve voorziening

  • 1. De eigen ritbijdrage voor het gebruik van het Collectief Vraagafhankelijke Vervoer (CVV) is vastgesteld op € 0,19 per kilometer.

  • 2. Bij het CVV is bij maximaal één meereizende met belanghebbende geen eigen ritbijdrage verschuldigd. Dit geldt tevens voor maximaal twee meereizende kinderen tot 4 jaar.

  • 3. De eigen ritbijdrage van het CVV voor meereizende kinderen van 4 tot en met 12 jaar bedraagt 50% van onder artikel 1 lid 1 genoemde bedrag.

    Artikel 2. Voorziening in Natura

    De gemeenten Gaasterlân-Sleat, Lemsterland en Skarsterlân (De Friese Meren) hebben overeenkomsten gesloten met aanbieders en leveranciers. In elke overeenkomst is een aparte indexering opgenomen. Deze indexeringen worden jaarlijks toegepast.

    Artikel 3. Persoonsgebonden budget

    • 1.

      De hoogte van het persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden I door een persoon niet werkzaam voor een instelling bedraagt € 16,00 per uur.

    • 2.

      De hoogte van het persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden I door een persoon werkzaam voor een instelling bedraagt € 16,00 per uur.

    • 3.

      De hoogte van het persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden II door een persoon niet werkzaam voor een instelling bedraagt € 16,00 per uur.

    • 4.

      De hoogte van het persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden II door een persoon werkzaam voor een instelling bedraagt € 25,00 per uur.

    • 5.

      Het maximum vrij besteedbaar bedrag van een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden is € 250,00.

    • 6.

      De hoogte van een persoonsgebonden budget voor een woningaanpassing wordt bepaald door de in de bijlage opgenomen richtlijnen aanvaardbare aanpassingskosten.

    • 7.

      Bij een geschatte woningaanpassing van hoger dan € 1.500,00 kan in afwijking van het gestelde onder artikel 5 de hoogte van het persoonsgebonden budget bepaald op de noodzakelijke kosten gebaseerd op één of meerdere offertes.

    • 8.

      De woningeigenaar (belanghebbende) is bij verkoop van de woning verplicht tot (gedeeltelijke) terugbetaling van de bouwkundige aanpassingskosten tot:

      • a.

        100% voor de eerste twee jaar van de meerwaarde;

      • b.

        80% voor de tweede twee jaar van de meerwaarde;

      • c.

        60% voor de derde twee jaar van de meerwaarde;

      • d.

        40% voor de vierde twee jaar van de meerwaarde;

      • e.

        20% voor de vijfde twee jaar van de meerwaarde.

    In alle gevallen minus de betaalde eigen bijdrage. Uitgangspunt bij de vaststelling van de waarde van de woning zijn de waarden op basis van de taxatie voor de Wet Onroerende Zaakbelasting (WOZ) van voor en na de woningaanpassing.

    9.Het persoonsgebonden budget voor individuele voorzieningen moet toereikend zijn om tot een met natura vergelijkbare compensatie van de beperking te komen.

    Artikel 4. Financiële tegemoetkoming

    • 1.

      De financiële tegemoetkoming voor verhuis- en herinrichtingskosten is gelijk aan de werkelijke kosten met een maximum van € 2.542,00.

    • 2.

      De hoogte van een financiële tegemoetkoming voor een woningaanpassing wordt bepaald door de in de bijlage opgenomen richtlijnen aanvaardbare aanpassingskosten.

    • 3.

      Bij een geschatte woningaanpassing van hoger dan € 1.500,00 kan in afwijking van het gestelde onder artikel 5 de hoogte van de financiële tegemoetkoming bepaald op de noodzakelijke kosten gebaseerd op één of meerdere offertes.

    • 4.

      De woningeigenaar (belanghebbende) is bij verkoop van de woning verplicht tot (gedeeltelijke) terugbetaling van de bouwkundige aanpassingskosten tot:

      • a.

        100% voor de eerste twee jaar van de meerwaarde;

      • b.

        80% voor de tweede twee jaar van de meerwaarde;

      • c.

        60% voor de derde twee jaar van de meerwaarde;

      • d.

        40% voor de vierde twee jaar van de meerwaarde;

      • e.

        20% voor de vijfde twee jaar van de meerwaarde.

    In alle gevallen minus de betaalde eigen aandeel. Uitgangspunt bij de vaststelling van de waarde van de woning zijn de waarden op basis van de taxatie voor de Wet Onroerende Zaakbelasting (WOZ) van voor en na de woningaanpassing.

    • 5.

      Kosten voor onderhoud, keuring en reparatie van mechanische woonvoorzieningen komen voor een financiële tegemoetkoming in aanmerking.

    • 6.

      De financiële tegemoetkoming voor vervoerskosten voor autokosten ten behoeve van het uitsluitend gebruik van een auto bedraagt € 0,22 per kilometer op basis van de vastgestelde vervoersbehoefte in kilometers.

    • 7.

      De financiële tegemoetkoming voor het gebruik van een taxi ingeval van een contra-indicatie voor het gebruik van het CVV is gelijk aan de werkelijke kosten tot ten hoogste van de vastgestelde vervoersbehoefte in kilometers onder aftrek van € 0,19 per verreden kilometers.

    • 8.

      De verreden kilometers voor vervoerskosten dienen binnen een straal van 25 kilometer vanaf het woonadres te liggen.

    • 9.

      Een sportvoorziening wordt uitsluitend verstrekt in de vorm van een forfaitaire financiële tegemoetkoming ad € 2.8.03,00. Het bedrag is bedoeld als tegemoetkoming in de aanschaf en onderhoud van een sportvoorzieningen voor een periode van ten minste drie jaar.

    Artikel 5. Omvang eigen bijdragen en eigen aandeel

    De bedragen en het percentage die gelden voor een eigen bijdrage of eigen aandeel zijn gelijk aan de bedragen zoals opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning, Stb.2006 nr. 450, artikel 4.1, lid 1, zoals jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

    Bijlage 1 – Richtlijnen aanvaardbare aanpassingskosten

    De prijzen zijn inclusief manuren, klein materiaal en BTW.

    Nr.Noodzakelijke aanpassingMaximale vergoeding
    01Verhoogd toilet +10€ 265,00
    02Opklapbare toiletbeugel 600 mm€ 125,00
    03Opklapbare toiletbeugel 700 mm€ 126,00
    04Opklapbare toiletbeugel 800 mm€ 126,00
    05Opklapbare toiletbeugel met poot 700 mm€ 144,00
    06Opklapbare toiletbeugel met poot 800 mm€ 144,00
    07Opklapbaar douchestoeltje, inclusief losse steunpoten € 325,00
    08Antislip vloer per 5m²€ 350,00
    09Drempelhulp intern gebruik€ 215,00
    10Stabagrooster extern gebruik€ 286,00
    11Verbreden binnendeurkozijnen, per kozijn€ 750,00
    12Verbreden buitendeurkozijnen, per kozijn€ 1.500,00

    In afwachting van prijslijst woningbouwverenigingen zal een nieuwe richtlijnen worden vastgesteld…