Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - West

Reglement van Orde Deelraad West

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - West
Officiële naam regelingReglement van Orde Deelraad West
CiteertitelReglement van Orde Deelraad West
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerpBestuurlijke organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: -

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 16

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-09-201207-03-2014wijziging artikel(en)

17-07-2012

Officiële digitale bekendmaking stadsdeel West, 25 juli 2012

2012/582
11-04-201205-09-2012wijziging artikel(en)

11-04-2012

Officiële digitale bekendmaking stadsdeel West, 29 februari 2012

2012/582

Tekst van de regeling

Reglement van Orde Deelraad West

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1     Algemene bepalingen

Artikel 1            Begripsbepalingen

Artikel 2            Voorzitter van de deelraad

Artikel 3            Griffier 

Artikel 4            Presidium

Artikel 5            Presidium vergadermodel

Hoofdstuk 2     Fracties en toelating van nieuwe leden

Artikel 6            Fracties

Artikel 7            Onderzoek van de geloofsbrieven en beëdiging

Artikel 8            Duoraadsleden

Hoofdstuk 3     Uitnodiging, agenda en kennisgeving

Artikel 9            Vergaderfrequentie

Artikel 10          Oproep/uitnodiging leden

Artikel 11          Openbare kennisgeving

Artikel 12          Ter inzage legging van stukken

Artikel 13          Agenda Politieke Avonden

Hoofdstuk 4     Regels ter vergadering

Artikel 14          Blok Mening en informatie

Artikel 14a        Blok Mening en Informatie:Inspreken op onderwerpen

Artikel 15          Blok Plenair: Algemene inspraak tijdens het Open Podium

Artikel 16          Blok Besluit

Artikel 16a        Blok Besluit: Quorum

Artikel 16b        Blok Plenair en Blok Besluit: Spreekplaats

Artikel 16c        Blok Besluit: Opening en mededelingen

Artikel 16d        Blok Plenair: Vaststelling agenda

Artikel 16e        Blok Plenair: Actualiteitenvragenronde

Artikel 16f         Blok Plenair: Besluit: Interpellatiedebat

Artikel 16g        Blok Plenair: Debat

Artikel 16h        Blok Besluit: Vaststellen verslagen

Artikel 16i         Sluiten van de sessie vergadering

Artikel 16j         Sluiten van de raadsvergadering

Hoofdstuk 5     Procedures rondom beraadslaging en stemming

Artikel 17          Beraadslagen

Artikel 18          Deelname aan beraadslaging door anderen dan leden

Artikel 19          Stemming over zaken

Artikel 20          Stemverklaring

Artikel 21          Stemming over amendementen en moties

Artikel 22          Stemming over personen

Artikel 23          Herstemming bij stemming met meerdere personen

Artikel 24          Stembiljetten

Artikel 25          Stembureau bij schriftelijke stemming

Artikel 26          Loting na staking van stemmen

Artikel 27          Onregelmatigheid bij stemming

Hoofdstuk 6     Rechten en plichten van leden

Artikel 28          Presentielijst

Artikel 29          Schorsen

Artikel 30          Amendementen

Artikel 31          Moties                                                                             

Artikel 32          Initiatiefvoorstellen

Artikel 33          Ordentelijk ter zake komen

Hoofdstuk 7     Overige bepalingen

Artikel 34          Toehoorders

Artikel 35          Gebruik van mobiele telefoons

Artikel 36          Besloten vergadering en geheimhouding

Artikel 37          Slotbepalingen

Bijlage 1          Geciteerde artikelen uit de Gemeentewet     

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen
  • In dit reglement wordt verstaan onder:

    • Deelraad:de

      deelraad van stadsdeel West

      Voorzitter: de voorzitter van de deelraad, ook wel genoemd de raadsvoorzitter

      Vicevoorzitter: de eerste vervanger van de voorzitter van de deelraad, ook wel genoemd de viceraadsvoorzitter

      Sessievoorzitter: het raadslid of duoraadslid dat door de deelraad is benoemd tot voorzitter van één van de sessies van de deelraad. Er worden meerdere sessievoorzitters benoemd.

      Fractie: de leden van een politieke groepering in de deelraad

      Fractievoorzitter: de uit een fractie als voorzitter van die fractie aangewezen persoon

      Griffier: de griffier van de deelraad van stadsdeel West

      Presidium: het gezamelijke maandelijks overleg van de fractievoorzitters met de voorzitter van de deelraad

      Presidium vergadermodel: het gezamenlijke maandelijkse overleg van de sessievoorzitters van de deelraad

      Duoraadslid: een door de deelraad beneomde persoon, die geen lid is van de deelraad. Deze persoon dient te voldoen aan de vereisten voor een reguliere benoeming in de deelraad, maar zijn naam hoeft niet voor te komen op een geldig verklaarde lijst van kandidaten voor de laatst gehouden

      deelraadverkiezingen.

      DB: Dagelijks bestuur van stadsdeel West

      Belanghebbenden: Bewoners, gebruikers. bezitters van (on)roerend goed en ondernemers die eventueel niet in West woonachtig zijn

      Interruptie: een vraag stellen aan of opmerking maken richting de persoon die een betoog aan het houden is van maximaal 15 sec.

      Motie: een korte en gemotiveerde verklaring over een onderwerp dat niet per definitie op de agenda staat waardoor een oordeel. wens of verzoek wordt uitgesproken

      Amendement: een voorstel tot wijziging van een voorgenomen besluit dat in de deeraadsvergadering aan de orde is waaruit duidelijk blijkt welke tekst in  plaats van de oorspronkelijke tekst moet worden opgenomen

      Sub-amendement: een voorstel tot wijziging van een aanhangig amendement, naar de vorm geschikt om direct te worden opgenomen in het amendement, waarop het betrekking heeft

      Initiatiefvoorstel: een voorstel voor een nieuwe verordening of een specifieke actie of op een speciaal onderwerp

      Politieke avond: een avond waarop de (duo)raadsleden bijeenkomen om besluit te nemen, besluitvorming in de deelraad voor te bereiden (meningsvorming), informatie te verkrijgen, bewoners en organisaties de mogelijkheid te geven om hun mening te geven.

Artikel 2 Voorzitter van de deelraad
  • 1. Bij aanvang van een nieuwe deelraadsperiode treedt het oudste raadslid in jaren als voorzitter van de vergadering op totdat de deelraad een nieuwe voorzitter heeft benoemd.

  • 2. De deelraad benoemt uit zijn midden een voorzitter en plaatsvervangend voorzitter.

  • 3. Tot de taken van de voorzitter behoren:

    • De raadsvoorzitter zit het Blok Besluit voor, waarbij taken zijn:

      1. Het openen, schorsen, heropenen en sluiten van de vergadering; 

      2. Het handhaven van de orde van de vergadering;

      3. Het in acht nemen en doen naleven van het reglement van orde en de Gemeentewet;

      4. Het geven van gelegenheid aan leden om ongestoord hun mening over een aan de orde zijnde onderwerp kenbaar te maken;

      5. Het in stemming brengen van de aan de deelraad gedane voorstellen en het mededelen van de uitslag van de stemming.

    • De raadsvoorzitter zit vergaderingen van het presidium voor.

    • Aan de deelraad gerichte stukken worden door de raadsvoorzitter of namens deze geopend. De raadsvoorzitter maakt melding van aan de raad gerichte stukken die niet in een eerdere vergadering van de deelraad aan de orde zijn gesteld.

    • De raadsvoorzitter is verantwoordelijk voor de dagelijkse aansturing van de griffier en voert overleg met de griffier.

    • De raadsvoorzitter houdt plannings- en beoordelingsgesprekken met de griffier en vraagt voorafgaand aan die gesprekken input van fractievoorzitters. Van deze gesprekken worden verslagen gemaakt die onder het presidium worden verspreid.

    • De raadsvoorzitter ondertekent de besluiten van de deelraad.

  • 4. Nadere regels omtrent het functioneren van de raadsvoorzitter kunnen worden opgenomen in een afzonderlijk door de raad vast te stellen profiel.

Artikel 3 Griffier
  • 1. De griffier staat de raad en de (duo)raadsleden bij de uitoefening van hun taak terzijde.

  • 2. De griffier is in iedere vergadering van de deelraad aanwezig.

  • 3. De griffier verschaft inlichtingen indien de deelraad of de voorzitter daarom vraagt.

  • 4. De griffier zorgt ervoor dat van elke vergadering verslagen worden opgemaakt.

  • 5. Bij afwezigheid van de griffier wordt de griffier vervangen door de plaatsvervangend griffier. Indien geen van beiden aanwezig kunnen zijn wordt de griffier vervangen door de 2e plaatsvervangend griffier

  • 6. Indien de griffier is verhinderd zijn ambt te vervullen, doet hij daarvan tijdig mededeling aan de voorzitter.

  • 7. De griffier werkt op basis van de door de raad vastgestelde "Instructie van de griffier".

Artikel 4 Presidium
  • 1. Het presidium bestaat uit de voorzitter van de deelraad en de fractievoorzitters.

  • 2. De voorzitter van de deelraad is voorzitter van het presidium. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt hij in een vergadering van het presidium vervangen door de vice-voorzitter.

  • 3. Bij afwezigheid van een fractievoorzitter kan hij in een vergadering van het presidium vervangen worden door een ander lid van de fractie.

  • 4. Het presidium vergadert maandelijks met uitzondering van de recesperiode. De raadsvoorzitter kan de fractievoorzitters ook tussentijds bijeenroepen.

  • 5. Het presidium heeft tot taak:

    • a.

      bewaking van de voortgang van het functioneren van de deelraad

    • b.

      bewaking van de voortgang van het functioneren van het raadsvoorzitterschap.

    • c.

      bespreking van het reilen en zeilen van de deelraad (verordeningen, huisvesting, raadsbudget, fractiebudgetten etc);

    • d.

      monitoren van het vergadersysteem;

    • e.

      uitwerken van thema-avonden;

    • f.

      aansturing griffier;

    • g.

      het opstellen, vaststellen en bewaken van de termijnagenda van de deelraad;

    • h.

      het vaststellen van de kaders, concept-agenda's voor de eerstvolgende vergaderavonden van de deelraad;

    • i.

      het besluiten over agenderingsverzoeken van fracties die via de griffie kunnen worden ingediend waarbij onverkort geldt dat twee fracties gezamenlijk een onderwerp op de raadsagenda kunnen plaatsen

    • j.

      het vergaderschema

  • 6. De raadsvoorzitter is bevoegd de fractievoorzitters geheimhouding ten aanzien van het besprokene op te leggen. Het doen van mededelingen over het besprokene aan andere raadsleden, indien nodig voor intern beraad, is geen schending van de geheimhoudingsplicht tenzij dit uitdrukkelijk door de raadsvoorzitter is bepaald.

  • 7. Het presidium bepaalt zijn eigen werkwijze en wordt bijgestaan door de griffier

Artikel 5 Presidium vergadermodel
  • 1. Het presidium vergadermodel bestaat uit de voorzitter van de deelraad en de sessievoorzitters, aangevuld met eventuele andere belangstellende (duo) raadsleden.

  • 2. Het presidium vergadermodel vergadert in beginsel maandelijks met uitzondering van de recesperiode.

  • 3. Het presidium heeft tot taak het bespreken van de ontwikkeling van het vergadermodel West.

  • 4. Het presidium vergadermodel wordt bijgestaan door de griffier.

Hoofdstuk 2 Fracties en toelating van nieuwe leden

Artikel 6 Fracties
  • 1. De leden die zijn gekozen op kieslijsten, boven welke dezelfde naam of aanduiding van een politieke groepering is geplaatst, worden bij de opening van de eerste vergadering, waarin de deelraad na de verkiezingen in nieuwe samenstelling bijeenkomt, als één fractie beschouwd.

  • 2. Is onder een lijstnummer slechts één lid verkozen dan wordt dit lid als een afzonderlijke fractie beschouwd.

  • 3. Indien boven de kandidaatlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in de raad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidaatlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de raad aan de raadsvoorzitter mee welke naam deze fractie in de raad wil voeren.

  • 4. Elke fractie bericht de raadsvoorzitter over de naam van de fractievoorzitter en eventueel diens plaatsvervanger

  • 5. Indien in een fractie een splitsing plaatsvindt die leidt tot de vorming van één of meer nieuwe fracties of er ontstaat een nieuwe fractie door samenvoeging dan doen de betreffende fracties daarvan zo spoedig mogelijk mededeling aan de voorzitter. Met de consequenties van de wijzigingen wordt rekening gehouden met ingang van de eerstvolgende vergadering van de raad na mededeling daarvan.

Artikel 7 Onderzoek van de geloofsbrieven en beëdiging
  • 1. Na een deelraadsverkiezing roept de voorzitter de toegelaten leden op om in de eerste vergadering van de deelraad in nieuwe samenstelling, bedoeld in artikel 18 van de Gemeentewet, de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

  • 2. Bij elke benoeming van nieuwe leden van de deelraad stelt de deelraad een commissie in bestaande uit drie leden. De commissie onderzoekt de geloofsbrieven, de daarop betrekking hebbende stukken van de nieuw benoemde leden en de processen-verbaal van stembureaus.

  • 3. De commissie brengt na haar onderzoek van de geloofsbrieven verslag uit aan de deelraad en doet daarbij een voorstel voor een besluit. In het verslag wordt ook melding gemaakt van een minderheidsstandpunt.

  • 4. De raad beslist direct nadat de commissie rapport heeft uitgebracht over de geloofsbrieven. Indien de zaak echter uitstel vordert, zo spoedig mogelijk daarna.

  • 5. In geval van een tussentijdse vacaturevulling roept de voorzitter, met inachtneming van de bij de wet voorgeschreven termijn, een nieuw benoemd lid op voor de vergadering van de deelraad waarin over diens toelating wordt beslist om de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

Artikel  8 Duoraadsleden
  • 1. Een duoraadslid is een door de fractie voorgedragen persoon, die geen lid is van de raad maar die voldoet aan de vereisten voor een reguliere benoeming en ontslag in de deelraad. De naam van deze persoon heeft niet hoeven voorkomen op een geldig verklaarde lijst van kandidaten voor de laatst gehouden deelraadverkiezingen.

  • 2. Alle fracties, ongeacht hun grootte, hebben recht op maximaal vijf duoraadsleden.

  • 3. Het onderzoek van de geloofsbrieven van de kandidaat duoraadsleden is identiek aan het onderzoek van de geloofsbrieven voor raadsleden.

  • 4. Het duoraadslid legt de eed of gelofte af.

  • 5. Een duoraadslid kan door de fractie op ieder moment uit zijn functie worden ontheven.

Hoofdstuk 3 Uitnodiging, agenda en kennisgeving

Artikel 9 Vergaderfrequentie
  • 1. De deelraad vergadert in principe tweewekelijks op de dinsdagavond, de Politieke Avond. De deelraad vergadert niet, tenzij de actualiteit daartoe dwingt, tijdens schoolvakanties.

  • 2. De vergaderingen vangen om 19.30 uur aan en eindigen om circa 23.00 / 23.15 uur.

  • 3. Besluitvorming door de deelraad vindt tenminste eenmaal per maand plaats, namelijk op de derde dinsdag van de maand in het Blok Besluit, tijdens het Blok Plenair.

  • 4. Het presidium stelt voor aanvang van elk zittingsjaar een schema op voor de in dat jaar te houden vergaderingen. Dit schema wordt tijdig ter kennis van de leden van de raad gebracht en via RIA op de website beschikbaar gemaakt voor bewoners.

Artikel 10 Oproep/uitnodiging leden
  • 1. De uitnodiging voor het bijwonen van de deelraadsvergadering wordt, behoudens in gevallen als bedoeld in artikel 20, lid 2 van de Gemeentewet, twee weekenden voor het houden van de vergadering aan de leden toegezonden.

  • 2. De voorlopige agenda, die door het presidium is opgesteld op basis van de termijnagenda, en de daarbij behorende stukken inclusief de in artikel 25, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden verzonden. Deze laatste worden in gesloten enveloppe met de sticker GEHEIM aangeboden.

Artikel 11 Openbare kennisgeving
  • 1. De openbare kennisgeving van de vergadering geschiedt tegelijk met de oproeping van de leden.

  • 2. De openbare kennisgeving geschiedt door ter inzage legging van de stukken in de hal van het stadsdeelkantoor, publicatie in een plaatselijk weekblad en door het plaatsen van alle stukken en de agenda op de website via het Raads Informatie Systeem (RIA).

  • 3. De openbare kennisgeving dient expliciet duidelijk te maken

    • a

      )         wat de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering is

      b)         hoe en waar eenieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien                                           

Artikel 12 Ter inzage legging stukken
  • 1. Alle voor de deelraad bestemde stukken liggen tenminste tien dagen voor de vergadering ter inzage en worden geplaatst op de website.

  • 2. De stukken voor de vergadering kunnen tijdens kantooruren worden ingezien bij de publieksbalie en/of de griffie.

  • 3. Een half uur voor de aanvang van de vergadering liggen de stukken ter inzage op de publiekstafel.

  • 4. Tijdens de vergadering zal een aantal exemplaren van de agenda, de vergaderstukken en een samenvatting van de vergaderstukken, voor het publiek beschikbaar zijn.

Artikel 13 Agenda Politieke Avonden
  • 1. De agenda van de eerste Politieke Avond, in principe de eerste dinsdag van de maand, bestaat uit de volgende blokken:

    • Blok Plenair, van 19.30 tot 20.30 uur, 1 plenaire sessie

      a. Vaststelling van de agenda van de politieke avond

      b. mededelingen fracties en actualiteiten DB

      c. actualiteitsvragen aan het DB

      d. bewonersparticipatie en vrije inspraak

    • Blok Mening en informatie, van 20.30 tot ong. 23.00 uur, 2 parallelle sessies:

      Beide sessie kennen een korte pauze van 21.45 tot 22.00 uur

    • Informele afsluiting om 23.15

  • 2. De agenda van de tweede Politieke Avond, in principe de derde dinsdag van de maand, bestaat uit de volgende blokken:

    • Blok Plenair, van 19.30 tot 21.00 uur, 1 plenaire sessie

      a. Vaststelling van de agenda van de politieke avond

      b. mededelingen fractie en actualiteiten DB

      c. actualiteitsvragen aan het DB

      d. Blok Besluit

      e. bewonersparticipatie en vrije inspraak

    • Blok Mening en informatie, van 21.00 tot ong. 23.00 uur, 2 parallelle sessies:

      Beide sessies kennen een korte pauze van 21.45 tot 22.00 uur

    • Informele afsluiting om 23.15

  • 3. De derde Politieke Avond, de vierde dinsdag van de maand, is een vrij besteedbare avond, die desgewenst vrij ingevuld kan worden voor:

    • Blokken Idee & Informatie, Mening en Besluit

    • andere activiteiten in het kader van Idee & Informatie, zoals bewonersparticipatie, hoorzittingen, thema-bijeenkomsten, trainingen etc.

Hoofdstuk 4 Regels ter vergadering

Artikel 14 Blok Mening en informatie
  • 1. In dit blok worden raadsvoordrachten (voorbereiding raadsbesluiten) ter meningsvorming besproken. Ook initiatiefvoorstellen van fracties en burgerinitiatieven worden in dit blok behandeld. In dit blok is in het kader van informatievoorziening ook ruimte voor presentaties en actualiteiten van het DB, consultatie van de raad en ideeën van de raad/fracties.

  • 1b. De agenda voor de sessies bevat alle bespreekstukken met indicatieve behandelingstijden. Hierbij wordt vermeld of de stukken "ter informatie", "ter consultatie" of "ter meningsvorming" wordt geagendeerd. Op de agenda wordt duidelijk aangegeven welke van de agendapunten na de pauze worden behandeld.

  • 2. Door de deelraad benoemde duoraadsleden kunnen namens een fractie ook het woord voeren in dit blok. De betreffende portefeuillehouders worden uitgenodigd deel te nemen aan dit blok.

  • 3. Agendapunten kunnen door DB en door (duo)deelraadsleden bij de griffier worden ingediend met vermelding van de wenselijke datum waarop zij behandeld zouden moeten worden. De griffier houdt het presidium geïnformeerd.

  • 4. (Duo-)Raadsleden kunnen technische vragen over in dit blok geagendeerde onderwerpen bij de griffier indienen voor de donderdagochtend 09:00 uur voorafgaand aan de vergaderdinsdag. De antwoorden worden per mail en via RIA verspreid op de maandagmiddag voorafgaand aan de vergaderdinsdag.

  • 6. De deelraad benoemt uit zijn midden voor sessies vaste sessievoorzitters en plaatsvervangend sessievoorzitters.

  • 7. De sessievoorzitter wordt ondersteund door de griffie en vat na elk agendapunt samen:

    • of een onderwerp opnieuw in de termijnagenda zal worden ingepast;

      - een substantiële minderheid van 10 zetels of de helft van de fracties kan hetzelfde stuk eenmaal voor een nieuwe sessie agenderen

      - de volgende -2e - keer kan het stuk alleen door een meerderheid van de raad opnieuw voor een sessie worden geagendeerd.

    • wat de voorwaarden zijn voor de gewenste stukken indien een onderwerp opnieuw op de termijnagenda wordt ingepast

    • de toezeggingen die zijn gedaan door het DB

  • 8. De sessievoorzitter bepaalt de orde binnen de vastgestelde vergadertijd.

  • 9. Het Blok Mening wordt live uitgezonden en blijft beschikbaar via internet. Er wordt tevens een samenvattend verslag gemaakt dat binnen 5 werkdagen beschikbaar zal zijn. Het verslag wordt vastgesteld in een blok besluit.

Artikel 14a Blok Mening en informatie: Inspreken op onderwerpen
  • 1. Inwoners en belanghebbenden kunnen inspreken op onderwerpen die in dit blok staan geagendeerd.

  • 2. Degenen die van het spreekrecht gebruik willen maken, dienen dit 24 uur voor de aanvang van de vergadering aan te vragen bij de griffier onder opgave van naam, telefoonnummer en onderwerp waarover zij het woord willen voeren.

  • 3. Inwoners en belanghebbenden krijgen vóór behandeling van het betreffende agendapunt een eerste termijn van maximaal 3 minuten. Na de beraadslaging van fracties en eventuele toelichting van het DB krijgt de inspreker een tweede termijn van 2 minuten om kort te reageren op hetgeen is gezegd. Inwoners en belanghebbenden voeren het woord, nadat de voorzitter de wijze van behandeling van de inbreng heeft toegelicht en hen het woord heeft verstrekt.

  • 4. Inwoners en belanghebbenden spreken in vanachter een voor dit doel opgestelde interruptiemicrofoon en noemen hun naam voordat zij het woord voeren.

  • 5. De voorzitter kan het woord verlenen aan (duo)raadsleden en het DB die vragen aan de inspreker willen stellen of informatie met de inspreker willen uitwisselen. Leden gaan echter niet in discussie en houden geen betoog.

Artikel 15 Blok Plenair: algemene inspraak tijdens het Open Podium
  • 1. Bewoners en belanghebbenden kunnen in het Open Podium inspreken over onderwerpen die niet op de agenda staan maar waar zij de aandacht van de deelraad op willen vestigen.

  • 2. Degenen die van het spreekrecht gebruik willen maken, dienen dit 24 uur voor de aanvang van de vergadering aan te vragen bij de griffier onder opgave van naam, adres en telefoonnummer en onderwerp waarover zij het woord willen voeren.

  • 3. Bewoners en belanghebbenden krijgen een spreektijd van 5 minuten en krijgen het woord, nadat de voorzitter de wijze van behandeling van de inbreng heeft toegelicht en hen het woord heeft verstrekt.

  • 4. Bewoners en belanghebbenden spreken in vanachter een voor dit doel opgestelde microfoon en noemen hun naam voordat zij het woord voeren.

  • 5. De voorzitter kan het woord verlenen aan (duo)raadsleden en het DB die vragen aan de inspreker willen stellen of informatie met de inspreker willen uitwisselen. Leden gaan echter niet in discussie en houden geen betoog. duo)raadsleden kunnen naar aanleiding van de inspraak wel vragen aan het DB stellen.

Artikel 16 Blok Besluit
  • 1. In dit blok zitten de deelraadsleden en de leden van het DB aan tafel.

  • 2. In dit blok worden de besluiten genomen over voordrachten, amendementen en moties.

  • 3. Raadsvoordrachten en moties zijn in principe bediscussieerd tijdens een Politieke Avond twee weken eerder en worden rechtstreeks in stemming gebracht, tenzij sprake is van een veranderde voordracht of aanvullende actuele informatie. Voor een motie of amendement dat rechtstreeks naar het Blok Besluit gaat, wordt een debat aangevraagd. Zie artikel 17f.

  • 4. Om een goede voorbereiding van het Blok Besluit mogelijk te maken, wordt

    - fractie verzocht amendementen en moties en

    - het DB verzoch gewijzigde voordrachten tijdig aan de griffie aan te bieden, bij voorkeur voor verzending van de vergaderstukken.

  • 5. Dit blok wordt door de raadsvoorzitter voorgezeten.

  • 6. De raadsvoorzitter bepaalt de orde binnen de vastgestelde tijd.

  • 7. Het Blok Besluit wordt live uitgezonden en blijft beschikbaar via internet. Er wordt tevens een samenvattend verslag gemaakt dat binnen 5 werkdagen beschikbaar zal zijn.

Artikel 16a Blok Besluit: Quorum
  • 1. De raadsvoorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien het daarvoor door de wet vereiste aantal leden aanwezig is.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de raadsvoorzitter, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, met inachtneming van artikel 20 van de Gemeentewet.

Artikel 16b Blok Plenair en Blok Besluit: Spreekplaats
  • Ieder lid spreekt tijdens een debat van het spreekgestoelte.

Artikel 16c Blok Besluit: Opening en mededelingen
  • Voordat de raadsvoorzitter dit blok heeft geopend, worden fractievoorzitters, of vervangende fractievoorzitters geacht te melden of hun fractie niet volledig is en welk fractielid ontbreekt.

Artikel 16d Blok Plenair: Vaststelling agenda
  • Op voorstel van een lid van de deelraad of de raadsvoorzitter kan de deelraad bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

Artikel 16e Blok Plenair: Actualiteitenvragenronde
  • (Duo)raadsleden wordt verzocht vragen voor de actualiteitenvragenronde de maandag voorafgaand aan de Politieke Avond vóór 09.00 uur bij de griffier in te dienen zodat het DB een antwoord kan voorbereiden en ter vergadering niet het antwoord schuldig hoeft te blijven. Ook staande de vergadering kan er verzocht worden actualiteitsvragen te mogen stellen.

Artikel 16 f
  • 1. Elk raadslid heeft het recht tot interpellatie (artikel 155 Gemeentewet). Een interpellatiedebat kan worden aangevraagd door een deelraadslid die een lid van het DB uitdaagt.

  • 2. Het aanvragen van een interpellatie debat gebeurt door een aanvraag bij de raadsvoorzitter en griffie in te dienen en daar een datum bij aan te geven.

  • 3. De uitdager informeert zelf de uitgedaagde en voorziet de griffie van een cc van die informatie zodat alle deelraadsleden eveneens kunnen worden geïnformeerd.

  • 4. De uitdrager krijgt ter vergadering maximaal vijf minuten spreektijd net als de uitgedaagde die na de uitdager het woord mag voeren. Na deze eerste termijn kunnen overige deelraadleden deelnemen aan het debat.

  • 5. De raadvoorzitter sluit het debat af op het moment dat er geen nieuwe standpunten meer naar voren worden gebracht.

Artikel 16g Blok Plenair: Debat
  • 1. Een debat kan worden aangevraagd door een deelraadslid die een mededeelraadslid of een lid van het DB uitdaagt op basis van een nieuw ingediend amendement, een nieuw ingediende motie, of nieuwe informatie.

  • 2. Het aanvragen van een debat gebeurt door een aanvraag bij de deelraadsvoorzitter en griffier in te dienen.

  • 3. De uitdager informeert zelf de uitgedaagde en voorziet de griffier van een cc van die informatie zodat alle deelraadsleden eveneens kunnen worden geïnformeerd.

  • 4. De uitdager krijgt ter vergadering maximaal vijf minuten spreektijd net als de uitgedaagde die na de uitdager het woord mag voeren. Na deze eerste termijn kunnen overige deelraadsleden deelnemen aan het debat.

  • 5. De voorzitter sluit het debat af op het moment dat er geen nieuwe standpunten meer naar voren worden gebracht. In principe zal staand worden gedebatteerd.

Artikel 16h Blok Besluit: Vaststellen verslagen
  • 1. De verslagen moeten inhouden:

    • Een opgave van de aanwezige en afwezige leden, onder vermelding van de naam van de fractie waarvan zij deel uitmaken, de fungerende voorzitter en de griffier. Ook de namen van de aanwezige leden van het DB dienen te worden opgenomen;

    • De vermelding van de aan de orde gestelde agendapunten;

    • Een uitgebreide inhoudelijke weergave van het ter vergadering besprokene, met de namen van de sprekers;

    • Een opgave van de debatten, actualiteitenronde en de vast te stellen voorstellen;

    • De volledige tekst van initiatiefvoorstellen, moties, (sub)amendementen en genomen besluiten (ten aanzien van besluiten die niet of nauwelijks afwijken van de schriftelijke voordracht kan middels beknopte aanduiding, eenvoudigweg verwezen worden naar de desbetreffende raadsvoordracht);

    • Bij zaken die in stemming zijn gebracht worden de namen van de leden die voor of tegen hebben gestemd, weergegeven;

    • Bij stemming over personen kan worden volstaan met het vermelden van het aantal leden dat voor en het aantal leden dat tegen heeft gestemd;

    • Beknopt verslag van de inbreng van sprekers.

  • 2. De vooraf gemaakte opmerkingen bij verslagen worden door de griffier samen met de antwoorden op de technische vragen om 9.00 uur op de dinsdag van de vergadering aan de vraagsteller geretourneerd. De deelraad beslist of de opmerkingen aanleiding geven tot wijziging en stelt vervolgens in de vergadering de verslagen vast.

  • 3. De vastgestelde verslagen worden door de voorzitter en de griffier ondertekend en in het archief bewaard. Zij worden ook op het RIA geplaatst.

Artikel 16i Sluiten van de sessie vergadering
  • De sessievoorzitters sluiten de vergadering:

    • a

      )         Zodra alle aan de orde gebrachte onderwerpen op de sessies zijn behandeld;

    • b

      )         Indien de deelraad de mening uitspreekt dat de vergadering wegens het gevorderde uur dient te worden gesloten;

Artikel 16j Sluiten van de raadsvergadering
  • De raadsvoorzitter sluit de vergadering:

    • a

      )         Zodra alle aan de orde gebrachte onderwerpen zijn behandeld;

    • b

      )         Indien de deelraad de mening uitspreekt dat de vergadering wegens het gevorderde uur dient te worden gesloten;

    • c

      )         Indien het aantal leden dat tot het houden van een stemming vereist is, niet meer aanwezig is.

Hoofdstuk 5 Procedures rondom beraadslaging en stemming

Artikel 17 Beraadslagen
  • 1. De beraadslagingen vinden in principe plaats in de sessies en niet in het Blok Besluit.

  • 2. In het presidium over de termijnagenda wordt in overleg met het DB voorgesteld hoe de beraadslaging over een onderwerp zal plaatsvinden. Dit bespreekvoorstel wordt opgenomen in het vergaderpakket. Bij de vaststelling agenda kan de deelraad anders besluiten.

  • 3. Als de beraadslaging in slechts één termijn plaatsvindt, zijn interrupties altijd toegestaan.

  • 4. Op voorstel van de sessievoorzitter kan de deelraad besluiten dat de beraadslaging over enig onderwerp op een te vermelden tijdstip zal worden gesloten. De sessievoorzitter verdeelt in dat geval de beschikbare tijd naar billijkheid.

  • 5. Aan een lid, dat een initiatiefvoorstel heeft gedaan en niet als laatste in tweede termijn het woord heeft gevoerd, zal, indien hij dit verzoekt, voor het sluiten van de beraadslaging het woord worden gegeven.

Artikel 18 Deelname aan beraadslagingen door anderen dan leden
  • 1. De deelraad kan op voorstel van de (sessie)voorzitter bepalen dat anderen dan de in de vergadering aanwezige leden, een lid van het DB, de stadsdeelsecretaris, de griffier en de voorzitter deelnemen aan de beraadslaging

  • 2. Op degene die op grond van dit artikel is toegelaten deel te nemen aan de beraadslaging zijn de bepalingen van dit reglement van toepassing.

Artikel 19 Stemming over zaken
  • 1. Er vinden in principe geen beraadslagingen plaats in het Blok Besluit, tenzij er sprake is van nieuwe informatie met betrekking tot het onderwerp, zoals amendementen, moties of nagekomen informatie van het DB.

  • 2. Als er sprake is van nieuwe informatie die aanleiding geeft tot een beraadslaging, dan beoordeelt de raadsvoorzitter wanneer een onderwerp voldoende is toegelicht en stelt de deelraad voor de beraadslaging te sluiten.

  • 3. De raadsvoorzitter vraagt dan of één van de leden een stemming wenst. Indien door geen van de leden een stemming wordt gevraagd, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 4. Indien één van de leden stemming vraagt, doet de raadsvoorzitter daarvan mededeling. De raadsvoorzitter verzoekt leden hun plaats in te nemen omdat leden die hun plaats niet hebben ingenomen geen deel kunnen nemen aan de stemming.

  • 5. Er wordt gestemd met hand opsteken, tenzij een raadslid verzoekt om hoofdelijke stemming.

  • 6. Bij een hoofdelijke stemming bepaalt de voorzitter de volgorde van stemming.

  • 7. Een lid dat bij aanvang van een stemming niet de presentielijst heeft getekend, neemt aan deze stemming niet deel.

  • 8. Wanneer een lid zijn stem heeft uitgebracht, mag een eerder afgeroepen lid niet meer stemmen of zijn stem wijzigen. Het laatst afgeroepen lid mag niet meer stemmen of zijn stem wijzigen, wanneer het opmaken van de uitslag is aangevangen.

  • 9. Behalve in de gevallen waarin de leden zich volgens artikel 28 van de Gemeentewet van medestemming moeten onthouden en behalve in het geval, voorzien in lid vijf van dit artikel, is elk in de vergadering aanwezig lid verplicht om zijn stem uit te brengen met het woord 'voor' of 'tegen' zonder enige bijvoeging.

  • 10. Ieder lid kan terstond na een gehouden stemming aantekening in de verslagen verzoeken waaruit blijkt dat hij zich bij het uitbrengen van zijn stem heeft vergist. Deze mededeling heeft geen invloed op de uitslag van de stemming.

  • 11. Tenzij de vergadering voltallig is, wordt bij staking van stemmen het nemen van een beslissing uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend.

  • 12. Indien de stemmen staken in een voltallige vergadering of in een ingevolge het vierde lid opnieuw belegde vergadering, is het voorstel niet aangenomen.

  • 13. Onder een voltallige vergadering wordt verstaan een vergadering waarin alle leden waaruit de raad bestaat, voor zover zij zich niet van deelneming aan de stemming moesten onthouden, een stem hebben uitgebracht.

Artikel 20 Stemverklaring
  • 1. Elk lid kan tijdens de stemming aan de voorzitter melden dat hij een stemverklaring af wil leggen. De raadsvoorzitter geeft daarvoor te allen tijde de gelegenheid.

  • 2. Tijdens de stemverklaring is er alleen plaats voor een korte stemverklaring van 1 minuut die begint met 'ik stem afwijkend en dat is voor/tegen, want .....'

Artikel 21 Stemming over amendementen en moties
  • 1. Indien op enig voorstel (sub)amendementen zijn ingediend, wordt eerst gestemd over het meest verstrekkende amendement en daarna over de overige amendementen. Vervolgens wordt gestemd over het voorstel.

  • 2. Bij verschil van mening over de strekking van een (sub-)amendement beslist de deelraad op voorstel van de voorzitter.

  • 3. Indien aangaande een aanhangig voorstel een motie is ingediend, wordt eerst over het voorstel gestemd en vervolgens over de motie.

  • 4. Indien op enig voorstel meerdere moties zijn ingediend, wordt eerst gestemd over de meest verstrekkende motie en daarna over de overige moties.

  • 5. Bij verschil van mening over de strekking van een motie beslist de deelraad op voorstel van de raadsvoorzitter.

  • 6. Tenzij de vergadering voltallig is, wordt bij staking van stemmen het nemen van een beslissing uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend.

  • 7. Indien de stemmen staken in een voltallige vergadering of in een ingevolge het zesde lid opnieuw belegde vergadering, is het voorstel niet aangenomen.

  • 8. Onder een voltallige vergadering wordt verstaan een vergadering waarin alle leden waaruit de raad bestaat, voor zover zij zich niet van deelneming aan de stemming moesten onthouden, een stem hebben uitgebracht.

Artikel 22 Stemming over personen
  • 1. De deelraad benoemt personen op voordracht of aanbeveling door middel van schriftelijke stemming.

  • 2. Op voorstel van de raadsvoorzitter kan door gebruikmaking van een daartoe uitgereikt stembiljet een aantal stemmingen tegelijkertijd plaats hebben, tenzij de deelraad anders beslist.

Artikel 23 Herstemming bij stemming met meerdere personen
  • 1. Indien bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen wordt tot een tweede stemming overgegaan.

  • 2. Is ook bij de tweede stemming geen volstrekte meerderheid verkregen dan heeft een derde stemming plaats tussen de twee personen die bij de tweede stemming de meeste stemmen hebben verkregen.

  • 3. Indien door de tweede stemming niet is uitgemaakt, tussen welke twee personen de herstemming moet plaats hebben, dan wordt door een tussenstemming beslist over welke personen met een gelijk aantal stemmen een derde stemming plaatsvindt.

  • 4. Indien het geval, in het vorige lid bedoeld, de stemmen staken bij de derde stemming wordt het nemen van een beslissing tot de volgende vergadering uitgesteld. Staken in die vergadering de stemmen opnieuw of staken de stemmen bij een eindstemming, dan wordt beslist door loting.

  • 5. Na afloop van elke stemming worden de stembiljetten in opdracht van de raadsvoorzitter vernietigd.

Artikel 24 Stembiljetten
  • 1. Elk stembiljet moet duidelijk de naam van de persoon of personen waarover wordt gestemd, vermelden.

  • 2. Niet voldoende duidelijk ingevulde stembiljetten worden, voor bepaling van de uitslag, niet meegeteld.

  • 3. In geval van twijfel over de inhoud van een biljet beslist de deelraad op voorstel van de voorzitter.

  • 4. Ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet op grond van de Gemeentewet van stemming moet onthouden, is verplicht een stembiljet in te vullen.

Artikel 25 Stembureau bij schriftelijke stemming
  • 1. De raadsvoorzitter draagt drie leden voor die zitting kunnen nemen in het stembureau. Deze drie leden worden door de deelraad benoemd, waarna de leden hun benoeming aanvaarden.

  • 2. Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde briefjes gelijk is aan het aantal leden dat aanwezig is en zich niet op grond van de Gemeentewet van stemming hoeft te onthouden.

  • 3. De voorzitter van het stembureau leest de door de leden op het stembiljet geplaatste aantekening voor. Eén van de leden van het stembureau ziet deze na, een ander lid noteert de uitgebrachte stemmen.

  • 4. De voorzitter van het stembureau maakt de uitslag van de stemming bekend, stelt vervolgens het genomen besluit vast en doet hiervan mededeling aan de deelraad.

Artikel 26 Loting na staking van stemmen
  • 1. Indien bij een stemming over personen moet worden geloot, geschiedt deze loting door het stembureau.

  • 2. Eén van de leden van het stembureau schrijft de namen van de personen elk afzonderlijk op uiterlijk niet van elkaar te onderscheiden briefjes. Het tweede lid ziet deze briefjes na en vouwt deze briefjes in vieren en werpt de briefjes in de daartoe bestemde bus. Het derde lid trekt één van de briefjes uit de bus en leest de naam die op het briefje staat, op.

  • 3. De raadsvoorzitter stelt vast dat de voorgelezen persoon, is gekozen.

Artikel 27 Onregelmatigheid bij stemming
  • 1. Indien de deelraad van oordeel is dat zich bij een stemming iets onreglementairs heeft voorgedaan dat van invloed zou kunnen zijn op de uitslag, dan wordt de stemming nietig verklaard.

  • 2. In het geval, als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, heeft terstond een nieuwe stemming plaats, tenzij de deelraad op voorstel van de voorzitter bepaalt dat stemming op een later tijdstip plaatsvindt.

  • 3. De deelraad kan besluiten om, in het geval van onregelmatigheid bij stemming, een onderzoekscommissie in te stellen die rapporteert aan de deelraad.

Hoofdstuk 6 Rechten en plichten van leden

Artikel 28 Presentielijst
  • Ieder lid tekent tijdens de vergadering de presentielijst. Aan het einde van de vergadering wordt de presentielijst door de desbetreffende voorzitter en de griffier ter vaststelling ondertekend.

Artikel 29 Schorsen
  • 1. Een voorzitter kan schorsen op eigen initiatief of op initiatief van een lid.

  • 2. Indien de vergadering wordt geschorst wordt altijd de tijdsduur van een schorsing aangegeven. De maximale tijdsduur van een schorsing is 30 minuten.

  • 3. Na verstrijken van de gestelde tijdsduur heropent de voorzitter de vergadering. Het lid dat de schorsing heeft aangevraagd, heeft het recht om als eerste het woord te voeren.

  • 4. Na de heropening van de vergadering kan direct een hernieuwde schorsing worden gevraagd. Deze mag ten hoogste 15 minuten duren. Na deze tweede heropening van de vergadering worden de beraadslagingen voortgezet.

  • 5. De beraadslagingen over een onderwerp kunnen slechts drie maal door een aangevraagde schorsing worden onderbroken.

Artikel 30 Amendementen
  • 1. Ieder lid kan ter vergadering een amendement aankondigen en indienen.

  • 2. Een amendement wordt zo mogelijk eerst in Blok Mening besproken.

  • 3. Als een amendement in het Blok Besluit wordt ingediend en niet eerder (in die vorm) besproken is in een Blok Mening, dan wordt door de indiener een debat aangevraagd. Zie artikel 16.g

  • 4. Ieder lid dat in de vergadering aanwezig is, kan op het amendement dat door een lid is ingediend, een wijziging voorstellen (een sub-amendement).

  • 5. Een amendement moet om in behandeling te kunnen worden genomen, schriftelijk en ondertekend door minimaal één lid bij de voorzitter worden ingediend. De voorzitter kan besluiten dat een amendement ook mondeling kan worden ingediend.

  • 6. De behandeling van een amendement over een aanhangig onderwerp of voorstel vindt tegelijk met de beraadslaging over dat onderwerp plaats.

  • 7. Een amendement kan te allen tijde door de indiener(s) worden gewijzigd of ingetrokken. Intrekking kan slechts door de ondertekenaars samen en een medeondertekenaar kan te allen tijde zijn handtekening onder het voorstel terugnemen.

Artikel 31 Moties
  • 1. Ieder lid kan ter vergadering een motie aankondigen.

  • 2. Een motie wordt zo mogelijk eerst in Blok Mening besproken.

  • 3. Als een motie in het Blok Besluit wordt ingediend en niet eerder (in die vorm) besproken is in een Blok Mening, dan wordt door de indiener een debat aangevraagd. Zie artikel 16.g.

  • 4. De behandeling van een motie over een aanhangig onderwerp of voorstel vindt tegelijk met de beraadslaging over dat onderwerp plaats.

  • 5. De behandeling van een motie over een niet op de agenda opgenomen onderwerp vindt plaats nadat alle op de agenda voorkomende onderwerpen zijn behandeld, doch voor de rondvraag en de sluiting van de vergadering.

  • 6. Een motie kan te allen tijde door de indiener(s) worden gewijzigd of ingetrokken. Intrekking kan slechts door de ondertekenaars samen en een medeondertekenaar kan te allen tijde zijn handtekening onder het voorstel terugnemen.

Artikel 32 Initiatiefvoorstellen
  • 1. Ieder lid kan een initiatiefvoorstel indienen.

  • 2. Een initiatiefvoorstel moet om in behandeling genomen te kunnen worden schriftelijk bij de griffier worden ingediend.

  • 3. De raadsvoorzitter plaatst het voorstel op de termijnagenda en liefst op de agenda van de eerstvolgende vergadering.

  • 4. Het voorstel dient eerst te worden behandeld in het Blok Idee & Informatie of Mening.

  • 5. De behandeling van het voorstel vindt in de regel plaats nadat alle op de agenda voorkomende voorstellen en onderwerpen zijn behandeld, tenzij het presidium oordeelt dat het voorstel met het oog op de orde van de vergadering samen met een ander geagendeerd voorstel of onderwerp dient te worden behandeld. In het laatste geval bepaalt de deelraad in welke vergadering over het voorstel kan worden besloten en wat zij nog nodig heeft om een besluit te kunnen nemen.

  • 6. De deelraad kan voorwaarden stellen aan de indiening en behandeling van een initiatiefvoorstel, niet zijnde een voorstel voor een verordening.

  • 7. Een initiatiefvoorstel kan te allen tijde door de indiener(s) worden gewijzigd of ingetrokken. Intrekking kan slechts door de ondertekenaars samen en een medeondertekenaar kan te allen tijde zijn handtekening onder het voorstel terugnemen.

Artikel 33 Ordentelijk ter zake komen
  • 1. De voorzitter kan regels stellen ten aanzien van het interrumperen van sprekers in de volgende termijn(en).

  • 2. Indien een spreker van het onderwerp in beraadslaging afwijkt, wijst de voorzitter hem hierop en roept hem tot de orde.

  • 3. Indien een spreker zich beledigende of onbehoorlijke uitdrukkingen veroorlooft of, op welke wijze dan ook de orde verstoort, wordt deze door de voorzitter vermaand en in de gelegenheid gesteld de woorden die tot de vermaning aanleiding hebben gegeven terug te nemen.

Hoofdstuk 7 Overige bepalingen

Artikel 34 Toehoorders
  • 1. In de openbare deelraadsvergaderingen worden op de voor het publiek gereserveerde tribune zoveel toehoorders toegelaten als de voorzitter bepaalt maar overeenkomstig met de eisen voor brandveiligheid. De bode houdt hierop toezicht.

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring en/of het maken van beledigende opmerkingen is toehoorders niet toegestaan. Zij mogen de orde van de vergadering niet verstoren. Indien toehoorders zich hier niet aan houden dan kan de voorzitter ervoor zorgen dat zij uit de zaal worden verwijderd.

  • 3. Voor zover het aantal beschikbare plaatsen op de voor het publiek gereserveerde tribune ontoereikend is, draagt de voorzitter er zorg voor dat de debatten elders kunnen worden gevolgd.

  • 4. Het maken van beeld- en/of geluidsopnamen tijdens deelraadsvergaderingen is alleen toegestaan na melding aan de voorzitter en indien de rust van vergaderingen niet wordt verstoord.

Artikel 35 Gebruik van mobiele telefoons
  • Het is voor iedereen verboden te telefoneren tijdens de vergadering.

Artikel 36 Besloten vergadering en geheimhouding
  • 1. Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

  • 2. Een besloten vergadering vindt plaats aan het einde van een vergaderavond, na het Blok Besluit. In de praktijk kan het dus voorkomen dat na dat blok een besloten Blok Mening plaatsheeft

  • 3. In het Blok Idee & Informatie kan geen sprake zijn van besloten vergaderingen.

  • 4. Verslagen van een (onderdeel van een) besloten vergadering worden in een gesloten enveloppe aangeboden aan de leden die bij de betreffende beraadslaging aanwezig waren en op extranet voor raadsleden (RIA) gezet.

  • 5. De verslagen van onderdelen als bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel worden in een openbare vergadering vastgesteld, tenzij bespreking gewenst is. Indien bespreking gewenst is dan geschiedt dat in beslotenheid.

  • 6. Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de deelraad overeenkomstig artikel 25, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De deelraad kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

  • 7. Indien de deelraad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, artikel 55, tweede en derde lid, of artikel 86, tweede en derde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat de geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.

Artikel 37 Slotbepalingen
  • 1. In de gevallen waarin dit reglement en/of de Gemeentewet niet voorziet of bij een geschil over de toepassing van dit reglement, beslist de deelraad.

  • 2. Waar in dit reglement gesproken wordt van hij, hem of zijn, dient ook zij of haar te worden gelezen.

  • 3. Dit reglement wordt aangehaald als Reglement van Orde van de Deelraad West.

  • 4. Dit reglement treedt in werking zes weken na de dag waarop het bekend is gemaakt.

Bijlage 1: Geciteerde artikelen uit de Gemeentewet

Artikel 18
  • De raad vergadert na de periodieke verkiezing van zijn leden voor de eerste maal in nieuwe samenstelling op de dag met ingang waarvan de leden van de raad in oude samenstelling aftreden.

Artikel 20
  • 1. De vergadering van de raad wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is.

  • 2. Indien ingevolge het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de burgemeester, onder verwijzing naar dit artikel, opnieuw een vergadering tegen een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen.

  • 3. Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De raad kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, indien blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is.

Artikel 25
  • 1. De raad kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur (Stb. 1991, 703), omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan de raad worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de raad haar opheft.

  • 2. Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door het college, de burgemeester en een commissie, ieder ten aanzien van de stukken die zij aan de raad of aan leden van de raad overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt.

  • 3. De krachtens het tweede lid opgelegde verplichting tot geheimhouding met betrekking tot aan de raad overgelegde stukken vervalt, indien de oplegging niet door de raad in zijn eerstvolgende vergadering die blijkens de presentielijst door meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden is bezocht, wordt bekrachtigd.

  • 4. De krachtens het tweede lid opgelegde verplichting tot geheimhouding met betrekking tot aan leden van de raad overgelegde stukken wordt in acht genomen totdat het orgaan dat de verplichting heeft opgelegd, dan wel, indien het stuk waaromtrent geheimhouding is opgelegd aan de raad is voorgelegd, totdat de raad haar opheft. De raad kan deze beslissing alleen nemen in een vergadering die blijkens de presentielijst door meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden is bezocht.

Artikel 28
  • 1. Een lid van de raad neemt niet deel aan de stemming over:

    a. Een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken;

    b. De vaststelling of goedkeuring der rekening van een lichaam waaraan hij rekenplichtig is of tot welk bestuur hij behoort.

  • 2. Bij een schriftelijke stemming wordt onder het deelnemen aan de stemming verstaan het inleveren van een stembriefje.

  • 3. Een benoeming gaat iemand persoonlijk aan, wanneer hij behoort tot de personen tot wie de keuze door een voordracht of bij een herstemming is beperkt.

  • 4. Het eerste lid is niet van toepassing bij het besluit betreffende de toelating van de na periodieke verkiezing benoemde leden.

Artikel 55
  • 1. Het college kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan het college worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat het college haar opheft.

  • 2. Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door de burgemeester of een commissie, ten aanzien van de stukken die zij aan het college overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat het orgaan dat de verplichting heeft opgelegd, dan wel de raad haar opheft.

  • 3. Indien het college zich ter zake van het behandelde waarvoor een verplichting tot geheimhouding geldt tot de raad heeft gericht, wordt de geheimhouding in acht genomen totdat de raad haar opheft.

Artikel 86
  • 1. Een commissie kan in een besloten vergadering, op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent het in die vergadering met gesloten deuren behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan de commissie worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft.

  • 2. Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door de voorzitter van een commissie, het college en de burgemeester, ieder ten aanzien van stukken die hij aan een commissie overlegt. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat het orgaan dat de verplichting heeft opgelegd, dan wel de raad haar opheft.

  • 3. Indien een commissie zich ter zake van het behandelde waarvoor een verplichting tot geheimhouding geldt tot de raad heeft gericht, wordt de geheimhouding in acht genomen totdat de raad haar opheft.

Artikel 155
  • 1. Een lid van de raad kan het college of de burgemeester mondeling of schriftelijk vragen stellen.

  • 2. Een lid van de raad kan de raad verlof vragen tot het houden van een interpellatie over een onderwerp dat niet staat vermeld op de agenda, bedoeld in artikel 19, tweede lid, om het college of de burgemeester hierover inlichtingen te vragen. De raad stelt hierover nadere regels.