Overheidsorganisatie | Gemeente Sint-Oedenrode |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2013 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Datum ingang heffing 01-01-2013
Gemeentewet artikel 224
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-12-2012 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 20-12-2012 De MooiRooi Krant, 24-12-2012 | 72/2012 |
De raad van de gemeente Sint-Oedenrode;
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 november 2012, met nummer 72/2012;
en gelet op artikel 224 van de Gemeentewet
Besluit
Vast te stellen de volgende verordening:
"VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN TOERISTENBELASTING 2013"
(Verordening toeristenbelasting 2013)
Onder de naam ‘toeristenbelasting’ wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.
1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 1.
2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.
3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid beidt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.
De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:
Van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toegelaten Zorginstellingen.
Van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.
Per overnachting bedraagt het tarief € 1,07.
1. In afwijking van het gestelde in artikel 4 kan belastingplichtige opteren voor een ‘forfaitaire’ berekeningwijze inhoudende dat de belasting wordt berekend over de vergoeding die voor het verblijf in rekening wordt gebracht. De toeristenbelasting daarbij niet in begrepen.
2. Indien de belastingplichtige ondernemer is in de zin van de Wet op de omzetbelasting wordt als vergoeding aangemerkt het bedrag dat als verschuldigd wegens verblijf aan de heffing van de omzetbelasting is onderworpen.
3. De door belastingplichtige te overleggen gegevens, zoals bedoeld in lid 1 en lid 2, dient voorzien te zijn van een goedkeurende verklaring van de accountant.
4. Indien belastingplichtige opteert voor de berekening als hiervoor in lid 1 is bedoeld dan bedraagt de belasting 7,5% van de verblijfsvergoeding.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Een belastingaanslag wordt niet opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, tijdens het belastingjaar minder dan 20 zal of heeft belopen.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, en de tweede twee maanden later.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de toeristenbelasting
De belastingplichtige als bedoeld in artikel 2, eerste lid, is gehouden voordat hij de eerste maal na het inwerkingtreden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren , bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b en d, van de gemeentewet.
1. De "Verordening Toeristenbelasting 2012", vastgesteld bij raadsbesluit van 15 december 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van heffing is 1 januari 2013.
4. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening toeristenbelasting 2013”.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 20 december 2012.