Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Bergambacht

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Bergambacht
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-07-201301-01-201301-01-2014Wijziging artikelen 3.1 en 6.7 Tarieventabel.

25-06-2013

Gemeentepagina, 02-07-2013

Agendapunt 10
22-11-201203-07-2013N.v.t.

08-11-2012

Gemeentepagina 21-11-2012

Agendapunt 5d

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013

Tarieventabel lijkbezorgingsrechten (na wijziging 25-06-2013) [Klik hier om het document te downloaden]

De raad van de gemeente Bergambacht;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De begripsomschrijvingen, als opgenomen in de voor de begraafplaatsen in Bergambacht geldende beheersverordening zijn onverkort van toepassing op deze verordening.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • a.

    het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag;

  • b.

    het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de overleden moeder in één kist worden begraven.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarieven

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid voor een volle eenheid gerekend.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.4 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1. De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 van de tarieventabel worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2. De overige rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekend gemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 en 4.3 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 van de tarieventabel verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

  • Andere rechten dan bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 en 4.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. De rechten, bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 van de tarieventabel moeten, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, worden voldaan uiterlijk drie maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2. In afwijking van het eerste lid, geldt ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 90,-- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3. Andere rechten dan bedoeld in hoofdstuk 4 artikel 4.2 van de tarieventabel moeten, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of schriftelijke kennisgeving.

Artikel 11 Kwijtschelding

  • Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

  • Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2012’ van 10 november 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

  • 5. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2013’.

    Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

    van de raad van de gemeente Bergambacht d.d. 8 november 2012

    de griffier, Drs. A.R. Visser.

    de voorzitter, A. van Erk.