Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Vlist

Regeling organieke functiewaardering Vlist 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Vlist
Officiële naam regelingRegeling organieke functiewaardering Vlist 2010
CiteertitelRegeling organieke functiewaardering Vlist 2010
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-07-201101-01-201101-01-2017Nieuwe regeling

21-06-2011

Interne mededeling, 14-07-2011

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling organieke functiewaardering Vlist 2010

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlist:

Gelet op:

de instemming van de Commissie voor Georganiseerd Overleg van 6 december 2011;

het feit, dat op grond van de Wet dualisering gemeentebestuur en artikel 160 van de Gemeentewet, burgemeester en wethouders bevoegd zijn de arbeidsvoorwaardenregelingen voor het gemeentepersoneel vast te stellen;

het feit dat de regeling dient te worden aangepast als gevolg van het besluit om op grond van artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht de personele kamer van de K5- bezwarencommissie aan te wijzen als adviescommissie voor de behandeling van alle rechtspositionele bezwaarschriften:

BESLUITEN:

Vast te stellen de navolgende

Regeling organieke functiewaardering Vlist 2010

Artikel 1. Definities

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    ambtenaar: de ambtenaar in de zin van de CAR-UWO;

  • 2.

    organieke functie: het geheel van in een functiebeschrijving opgenomen werkzaamheden, op grond waarvan de ambtenaar de hem opgedragen taken verricht;

  • 3.

    functiebeschrijving: de beschrijving van een organieke functie;

  • 4.

    functiedeskundige: de door het bevoegd gezag als zodanig aangewezen externe deskundige, belast met de uitvoering van deze regeling;

  • 5.

    toetsingscommissie: de commissie, bedoeld in artikel 6, lid 1;

  • 6.

    bezwarencommissie: de commissie, bedoeld in artikel 10, lid 1;

  • 7.

    conversietabel: een tabel die een koppeling legt tussen de resultaten van de waardering en de salarisniveaus;

  • 8.

    Directieoverleg: de algemeen directeur en de directeur bedrijfsvoering;

  • 9.

    leidinggevende: de hiërarchisch leidinggevende van de betrokken ambtenaar, zijnde de algemeen directeur of de directeur bedrijfsvoering

  • 10.

    de wet: de Algemene wet bestuursrecht

Artikel 2. Omvang

  • 1. Het niveau van alle bij de gemeente voorkomende organieke functies zal worden vastgelegd volgens de methode van functiewaardering, die als bijlage1 bij deze regeling is gevoegd.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid geldt slechts ten aanzien van organieke functies waarvoor een bezoldiging van gemeentewege wordt vastgesteld.

Artikel 3. De functiebeschrijving

  • 1. De functiedeskundige stelt voor elke organieke functie een concept functiebeschrijving op.

  • 2. De functiedeskundige bespreekt de concept functiebeschrijving met de directie en stelt zo nodig de functiebeschrijving bij.

  • 3. De leidinggevende bespreekt de concept functiebeschrijving met de betrokken ambtenaar.

  • 4. De algemeen directeur tekent de concept functiebeschrijving voor akkoord. De leidinggevende en de betrokken ambtenaar tekenen de geaccordeerde concept functiebeschrijving voor gezien.

  • 5. De algemeen directeur legt de concept functiebeschrijving ter vaststelling voor aan burgemeester en wethouders.

  • 6. Burgemeester en wethouders stellen de functiebeschrijving vast.

  • 7. De vastgestelde functiebeschrijving wordt aan de functiedeskundige ter waardering voorgelegd.

Artikel 4. Bezwaren tegen de concept functiebeschrijving

  • 1. Indien één of meer van de in artikel 3, lid 3 en 4 genoemde personen de concept functiebeschrijving niet juist en/of niet volledig acht, wordt in overleg met betrokkene(n) getracht tot overeenstemming te komen. Wordt deze overeenstemming niet bereikt, dan wordt de concept functiebeschrijving voorgelegd aan burgemeester en wethouders.

  • 2. Burgemeester en wethouders nemen een beslissing binnen vier weken nadat zij hierover door de algemeen directeur zijn geadviseerd. In dit advies neemt de algemeen directeur ook het standpunt van de andere betrokkenen op. De beslissing wordt meegedeeld aan de algemeen directeur, de leidinggevende, de betrokken ambtenaar en de functiedeskundige.

Artikel 5. Eerste functiebeschrijving en wijziging in de functiebeschrijving

  • 1. Functiebeschrijvingen worden opgemaakt:

    • a.

      voor nieuwe organieke functies welke duurzaam vervuld moeten worden;

    • b.

      bij wijziging van het waarderingssysteem;

    • c.

      bij wijziging van de organisatie of wijziging van de taakinhoud van een of meer organieke functies: voor alle organieke functies die bij deze wijziging zijn betrokken.

Artikel 6. De analyse en de waardering

  • 1. Er is een toetsingscommissie, die met als uitgangspunt de in artikel 3, lid 6 bedoelde functiebeschrijving dan wel met inachtneming van de in artikel 4, lid 2 bedoelde beslissing, overeenkomstig de in artikel 2, lid1 genoemde methode en rangorde, belast is met de advisering aan burgemeester en wethouders omtrent de waardering van de functies.

  • 2. De toetsingscommissie bestaat uit:

    • a.

      de algemeen directeur, tevens voorzitter;

    • b.

      de directeur bedrijfsvoering;

    • c.

      een lid in onderling overleg aan te wijzen door de centrales van overheidspersoneel;

    • d.

      een lid in onderling overleg aan te wijzen door de ondernemingsraad.

  • 3. De commissie wordt ondersteund door een secretaris, en ook in voorkomend geval een plaatsvervanger, aan te wijzen door de algemeen directeur. Zo nodig voorziet de algemeen directeur in verdere ondersteuning van de commissie.

  • 4. De functiedeskundige vervaardigt aan de hand van de vastgestelde functiebeschrijving als bedoeld in artikel 3, lid 6 dan wel de daarvoor in de plaats tredende beslissing ex artikel 4, lid 2, overeenkomstig de in artikel 2, lid1 genoemde methode en rangorde, een waarderingsadvies voor de toetsingscommissie.

  • 5. De toetsingscommissie toetst het waarderingsadvies in een voltallige vergadering en neemt een besluit bij meerderheid van stemmen. De toetsingscommissie toetst bij het opstellen van de waarderingsadviezen de toepasbaarheid van de concept conversietabel. Indien daartoe aanleiding bestaat is de toetsingscommissie bevoegd hieromtrent advies uit te brengen aan het college.

  • 6. De vergaderingen van de toetsingscommissie zijn niet openbaar. De leden zijn verplicht tot geheimhouding van wat hen uit de stukken of de beraadslagingen bekend is geworden.

  • 7. Het verslag van de commissievergadering, waarin, indien het advies niet unaniem is, ook de minderheidsstandpunten zijn verwoord, wordt aan burgemeester en wethouders gezonden.

Artikel 7. Vaststellen waardering en inpassing

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen binnen vier weken na ontvangst het waarderingsadvies, de waardering definitief vast. Zij passen de organieke functie vervolgens in een van de schalen van de bijlage II en IIA van de CAR/UWO, op basis van de vastgestelde conversietabel als bedoeld in artikel 8.

  • 2. Het waarderingsbesluit wordt de betrokken ambtenaar bekendgemaakt en de toetsingscommissie medegedeeld.

Artikel 8. Vaststelling conversietabel

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen een concept conversietabel vast. Bij de vaststelling van dit concept kunnen burgemeester en wethouders zich desgewenst laten adviseren door de functiedeskundige.

  • 2. De concept conversietabel wordt ter instemming voorgelegd aan het Georganiseerd Overleg.

  • 3. Na afsluiting van de procedure inzake waardering en analyse, zoals vervat in artikel 6 van deze regeling, worden de waarderingsbesluiten gemeld aan de commissie voor Georganiseerd Overleg. Daarbij wordt de definitieve conversietabel ter instemming aan de commissie voornoemd voorgelegd.

Artikel 9. Mogelijkheid tot het maken van bezwaar

  • 1. Tegen het besluit als bedoeld in artikel 3, lid 6, artikel 4, lid 2, en ook artikel 7 lid 1, kan de betrokken ambtenaar, indien hij is aan te merken als belanghebbende in de zin van artikel 1:2, eerste lid van de wet, binnen zes weken na de dag waarop het besluit bekend is gemaakt, als bedoeld in artikel 3:40, van de wet, schriftelijk bezwaar maken bij burgemeester en wethouders. Alvorens op dat bezwaar te beslissen leggen burgemeester en wethouders het bezwaarschrift ter advisering voor aan de bezwarencommissie, als bedoeld in artikel 10.

Artikel 10. Bezwarencommissie

  • 1. Er is een onafhankelijke bezwarencommissie, als bedoeld in artikel 7:13, van de wet.

    • a.

      De in het eerste lid genoemde commissie is de personele kamer van de K5bezwarencommissie.

  • 2. De taak van de bezwarencommissie bestaat uit:

    • a.

      Het toetsen of de vastgestelde functiewaardering op een correcte wijze tot stand is gekomen conform procedures ingevolge de vastgestelde regeling functiewaardering;

    • b.

      Het toetsen van de vastgestelde functiewaardering.

  • 3. Op de werkwijze van de commissie is het bepaalde in de hoofdstukken 6 en 7 van de wet van toepassing.

  • 4. De bezwarencommissie dient een bezwaarschrift in een voltallige vergadering te behandelen.

  • 5. De vergaderingen van de bezwarencommissie zijn niet openbaar. De leden zijn verplicht tot geheimhouding van wat hen uit de stukken of de beraadslagingen bekend is geworden.

  • 6. De bezwarencommissie zal de functie in de volle omvang bezien; zij zal zich niet beperken tot het gezichtspunt waartegen bezwaar is ingediend. Indien wordt overwogen, te adviseren de waardering voor een niet bestreden gezichtspunt te verlagen, stelt zij in elk geval de indiener van het bezwaarschrift en de betrokken ambtena(a)r(en) in de gelegenheid hierover hun zienswijze naar voren te brengen. Bovendien stelt zij de indiener van het bezwaarschrift in de gelegenheid het bezwaarschrift in te trekken.

  • 7. Indien de bezwarencommissie van mening is dat de bestreden functiewaardering niet op een correcte wijze tot stand is gekomen, heeft het advies voor burgemeester en wethouders een bindend karakter.

Artikel 11. Slotbepalingen

  • 1.

    In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet beslissen burgemeester en wethouders in de geest van deze regeling.

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als "Regeling organieke functiewaardering Vlist 2010" en treedt in werking op de dag na publicatie, onder gelijktijdige intrekking van de Regeling Organieke functiewaardering Vlist 2006, en werkt terug tot1 januari 2011.

Ondertekening

Stolwijk, 21 juni 2011

Burgemeester en wethouders voornoemd,

de secretaris, de burgemeester,

mw. Mr. C. Plokhooij, A.Z. Evenhuis-Meppelink