Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Vlist

Treasurystatuut gemeente Vlist 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Vlist
Officiële naam regelingTreasurystatuut gemeente Vlist 2005
CiteertitelTreasurystatuut gemeente Vlist 2005
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Niet opgenomen zijn de Inleiding en de Memorie van toelichting

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200531-07-2013Nieuwe regeling

25-01-2005

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Treasurystatuut gemeente Vlist 2005

Burgemeester en wethouders van de gemeente Vlist;

Besluiten vast te stellen:

Treasurystatuut gemeente Vlist 2005

Artikel 1 Begrippenkader

In dit statuut wordt verstaan onder:

  • -

    Derivaten: Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. De onderliggende waarden kunnen financiële producten, zoals leningen of obligaties zijn. Derivaten worden onder andere gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren;

  • -

    Financiering: Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen;

  • -

    Geldstromenbeheer: Al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer);

  • -

    Intern liquiditeitsrisico: De risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjaren investeringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen;

  • -

    Kasgeldlimiet: Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar;

  • -

    Koersrisico: Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen;

  • -

    Kredietrisico: De risico’s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit;

  • -

    Liquiditeitenbeheer: Het financieren en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar;

  • -

    Liquiditeitenplanning: Een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld per tijdseenheid;

  • -

    Rating: De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier;

  • -

    Renterisico: Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen;

  • -

    Renterisiconorm: Een bij de aanvang van enig jaar op basis van de Wet fido gefixeerd percentage van het totaal van de vaste schuld van de gemeente dat bij de realisatie niet mag worden overschreden;

  • -

    Rentetypische looptijd: Het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de voorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening niet beïnvloedbare, constante rentevergoeding;

  • -

    Saldobeheer Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen;

  • -

    Rentevisie: Toekomstverwachting over de rente-ontwikkeling;

  • -

    Solvabiliteitsratio van 0%: Status die door een bancaire toezichthouder in een EU-lidstaat aan het schuldpapier van een instelling kan worden toegekend;

  • -

    Treasuryfunctie: De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer;

  • -

    Uitzetting: Het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeengekomen condities en bedingen. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot één jaar en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode van één jaar of langer.

Artikel 2 Doelstellingen en van de treasuryfunctie

De treasuryfunctie van de gemeente dient tot:

  • 1.

    Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;

  • 2.

    Het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s;

  • 3.

    Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;

  • 4.

    Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut.

Risicobeheer

Artikel 3 Uitgangspunten risicobeheer

Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:

  • 1.

    De gemeente mag leningen of garanties uitsluitend verstrekken uit hoofde van de “publieke taak”, waarbij vooraf advies van het team Financiën wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij. Het gemeentebestuur bepaalt de publieke taak.

  • 2.

    De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut;

  • 3.

    Het gebruik van derivaten is toegestaan maar deze worden uitsluitend toegepast ter beperking van financiële risico’s. Alvorens een derivatentransactie wordt afgesloten wint de gemeente het advies in van een externe adviseur.

Artikel 4 Renterisicobeheer
  • 1. De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet fido;

  • 2. De renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet fido;

  • 3. Nieuwe leningen / uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitenplanning;

  • 4. De rentetypische looptijd en het renteniveau van de betreffende lening / uitzetting wordt zo veel mogelijk afgestemd op de actuele rentestand en de rentevisie;

  • 5. Binnen de kaders gesteld onder lid 3 en lid 4, streeft de gemeente naar spreiding in de rentetypische looptijden van leningen / uitzettingen.

Artikel 5 Koersrisicobeheer
  • 1. De gemeente beperkt de koersrisico’s op uitzettingen uit hoofde van treasury, door daarbij uitsluitend de volgende producten te hanteren: rekening courant, spaarrekening, daggeld, deposito’s, commercial paper (CP), certificates of deposit (CD), obligaties, medium term notes (MTN) en garantieproducten, waarbij minimaal hoofdsomgarantie wordt gegarandeerd en wordt belegd in vastrentende waarden;

  • 2. Tevens beperkt de gemeente de koersrisico’s door conform artikel 7 de looptijd van de uitzettingen af te stemmen op de liquiditeitenplanning.

Artikel 6 Kredietrisicobeheer
  • 1. Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury gelden de volgende uitgangspunten:

    • a.

      Uitzettingen vinden uitsluitend plaats bij:

      • -

        Nederlandse overheden en andere publiekrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van 0%;

      • -

        Financiële instellingen binnen het EMU-gebied met ten minste een A-rating van één van de volgende erkende rating-bureau’s: Moody’s, Standard & Poors of Fitch IBCA;

    • b.

      Teneinde kredietrisico’s te spreiden wordt maximaal € 4.500.000,00 van de onder lid 1a bedoelde uitzettingen met een looptijd langer dan één jaar bij partijen met een A-rating geplaatst. De resterende middelen worden geplaatst bij andere partijen met een A-rating of hoger of bij Nederlandse overheden of andere publiekrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van 0%.

  • 2. Bij het verstrekken van leningen uit hoofde van de publieke taak worden indien mogelijk zekerheden of garanties geëist.

Artikel 7 Intern liquiditeitsrisicobeheer

De gemeente beperkt haar interne liquiditeitsrisico’s door haar treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitenplanning (looptijd tot één jaar), alsmede een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van minimaal vier jaar.

Artikel 8 Valutarisicobeheer

Valutarisico’s worden in de gemeente uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de euro .

Gemeentefinanciering

Artikel 9 Financiering

Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Financieringen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak;

  • 2.

    Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken teneinde het renteresultaat te optimaliseren;

  • 3.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn: onderhandse leningen, commercial paper (CP) en medium term notes (MTN);

  • 4.

    De gemeente vraagt offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens een financiering wordt aangetrokken. Hierbij wordt rekening gehouden met de voorwaarden van de per 1 januari 1997 geldende overeenkomst met de nv Bank Nederlandse Gemeenten inzake geïntegreerde dienstverlening voor betalingsverkeer en kredietoperaties. De offertes worden door de gemeente schriftelijk vastgelegd.

Artikel 10 Langlopende uitzettingen

Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Uitzettingen worden uitsluitend gedaan onder de in artikel 4,5 en 6 genoemde voorwaarden;

  • 2.

    De gemeente vraagt offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens een langlopende uitzetting wordt gedaan. Hierbij wordt rekening gehouden met de voorwaarden van de per 1 januari 1997 geldende overeenkomst met de nv Bank Nederlandse Gemeenten inzake geïntegreerde dienstverlening voor betalingsverkeer en kredietoperaties. De offertes worden door de gemeente schriftelijk vastgelegd.

Artikel 11 Relatiebeheer

De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Bankrelaties dienen wat betreft hun kredietwaardigheid minimaal te voldoen aan de eisen die zijn gesteld in artikel 6;

  • 2.

    Financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EER-toezicht-toezicht te vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer.

  • 3.

    Tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen.

Kasbeheer

Artikel 12 Geldstromenbeheer

Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te beperken wordt:

  • 1.

    Het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar en de liquiditeitenplanning af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen.

  • 2.

    Het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank;

Artikel 13 Saldo- en liquiditeitenbeheer

Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen:

  • 1.

    De gemeente streeft naar concentratie van de overtollige liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities;

  • 2.

    Indien er een liquiditeitsbehoefte ontstaat kan de gemeente kortlopende middelen aantrekken. Hierbij wordt – conform artikel 4 lid 1 - de kasgeldlimiet niet overschreden;

  • 3.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet op rekening;

  • 4.

    Toegestane instrumenten bij het uitzetten van gelden voor een periode korter dan één jaar zijn rekening-courant, daggeld, spaarrekeningen en deposito’s;

  • 5.

    Bij het extern uitzetten van gelden korter dan één jaar zijn slechts de in artikel 6 genoemde tegenpartijen, met inachtneming van het geformuleerde maximumbedrag, toegestaan;

  • 6.

    De gemeente vraagt offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens middelen worden aangetrokken of uitgezet met een looptijd korter dan één jaar. Hierbij wordt rekening gehouden met de voorwaarden van de per 1 januari 1997 geldende overeenkomst met de nv Bank Nederlandse Gemeenten inzake geïntegreerde dienstverlening voor betalingsverkeer en kredietoperaties.

Administratieve organisatie en interne controle

Artikel 14 Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle.

  • 1.

    De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd;

  • 2.

    Bevoegdheden zijn via delegatie en mandaat nader schriftelijk vastgelegd;

  • 3.

    De administratieve organisatie en interne controle waarborgen dat:

    • a.

      de uitvoering rechtmatig en doelmatig is;

    • b.

      de treasury-activiteiten adequaat kunnen worden uitgevoerd en bijgestuurd;

    • c.

      de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de informatie verzekerd zijn;

  • 4.

    Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden:

    • a.

      iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen geautoriseerd (het vier-ogen-principe);

    • b.

      de uitvoering en controle geschiedt door afzonderlijke functionarissen;

    • c.

      de uitvoering en registratie in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen.

  • 5.

    Tegenpartijen wordt opdracht gegeven de bevestigingen van iedere transactie betreffende het uitzetten en aangaan van gelden te versturen naar de financiële administratie zonder tussenkomst van de personen die bevoegd zijn tot het sluiten van de transacties;

  • 6.

    De transacties worden onmiddellijk geregistreerd door de functionaris die de transactie heeft afgesloten;

  • 7.

    Na ontvangst van de transactiebevestiging wordt de transactie steekproefsgewijs gecontroleerd door de functionaris die belast is met de interne controle.

Artikel 15 Verantwoordelijkheden

De verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.

FunctieVerantwoordelijkheden
De Gemeenteraad·Het vaststellen van treasurydoelstellingen, het treasurybeleid, beleidskaders en limieten, middels de financiële verordening; ·Het vaststellen van de treasuryparagraaf in begroting en jaarrekening; ·Het houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan; ·Het evalueren en als gevolg daarvan (eventueel) bijstellen van het treasurybeleid; ·.
Commissie B & F·Het uitbrengen van advies over beleidsvoorstellen en rapportages op het gebied van treasury aan de Gemeenteraad.
Het college van B & W ·Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele verantwoordelijkheid); ·Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties; ·Het rapporteren aan de Gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid. ·Het vaststellen van (wijzigingen in) het treasurystatuut
De portefeuillehouder Financiën·Het uitvoeren van het treasurybeleid (politieke verantwoordelijkheid).
De controller·Het opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury; ·Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen; ·Het controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie en hierover rapporteren aan het college van B&W.
De algemeen directeur / Teamleider Financiën / De Comptabele·Het uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de treasuryparagraaf; ·Het zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten; ·Het rapporteren aan B&W over de uitvoering van het treasurybeheer; ·Het afleggen van verantwoording aan het college van B&W.
De directie·Het zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun dienst aanlevert aan het team Financiën met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten.
Budgethouders en budgetgemandateerden·Het zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan het team Financiën; ·Het fiatteren van betalingen en ontvangsten, ten laste c.q. ten gunste van hun budgetten.
De comptabele / Adviseur Financiën·Het uitvoeren van de activiteiten met betrekking tot de volgende deelfuncties: het risicobeheer, gemeentefinanciering (financiering, uitzetting en relatiebeheer) en kasbeheer. Deze activiteiten moeten conform dit treasurystatuut en de treasuryparagraaf worden uitgevoerd en de transacties dienen geautoriseerd te zijn door de teamleider Financiën; ·Het opstellen van de rentevisie; ·Het aantrekken en uitzetten van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer; ·Het beheren van de geldstromen; ·Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen; ·Het afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties; ·Het schriftelijk vastleggen van de treasurytransacties en het doorgeven hiervan aan de kassier; ·Het voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied; ·Het adviseren van de afdelingen/sectoren over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten; ·Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de aan de gemeentelijke administratie; ·Het afleggen van verantwoording aan de teamleider Financiën over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.
De kassier·Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen; ·Het afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer; ·Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie; ·Het rapporteren aan het hoofd Financiën belast met controle over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.
Financiële administratie·Het juist en volledig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, inkomsten, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie;
De medewerker van het team Financiën belast met de interne controle.·Het voeren van de interne controle op de uitgevoerde treasurytransacties en hierover rapporteren aan het hoofd van de afdeling Financiën; ·Het afleggen van verantwoording aan de controller over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.
De externe accountant·Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren omtrent de feitelijke naleving van het treasurystatuut.
Artikel 16 Bevoegdheden

In onderstaande tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde fiattering.

   Bevoegd functionaris (eerste handtekening)Autorisatie door (tweede handtekening)
Saldo-, liquiditeiten- en geldstromenbeheer
1.Het uitzetten van geld via callgeld, deposito en spaarrekeningKassierComptabele
2.Het aantrekken van geld via callgeld of kasgeld Kassier Comptabele
3.Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen Kassier Comptabele
Bankrelatiebeheer
4.Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigenComptabele College van B&W
5.Bankcondities en tarieven afsprekenComptabeleCollege van B&W
Risicobeheer
6.Het afsluiten van derivatentransactiesTeamleider Financiën College van B&W
Financiering en uitzetting
7.Het vaststellen van kredietfaciliteitenComptabeleTeamleider Financiën
8.Het aantrekken van gelden via onderhandse leningen en MTN’s zoals vastgelegd in de treasuryparagraafComptabeleCollege van B&W
9.Het uitzetten van gelden via (staats)obligaties, MTN’s, CP’s, CD’s, onderhandse geldleningen zoals vastgelegd in de treasuryparagraafComptabeleCollege van B&W
10.Het beleggen in garantieproductenTeamleider FinanciënCollege van B&W
11.Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taakTeamleider FinanciënCollege van B&W
12.Het garanderen van gelden uit hoofd van de publieke taakTeamleider FinanciënCollege van B&W
Artikel 17 Informatievoorziening

Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient tenminste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen:

InformatieFrequentieInformatie-verstrekkerInformatie-ontvanger
1.Gegevens m.b.t. toekomstige uitgaven en ontvangsten voor de liquiditeitenplanningKwartaal / incidenteelDe directieAdviseur Financiën / Comptabele
2.LiquiditeitenplanningKwartaalAdviseur Financiën / ComptabeleDe directie
3.Beleidsplannen treasury in treasuryparagraaf van de begrotingJaarlijksCollege van B&W Gemeenteraad
4.Evaluatie treasuryactiviteiten in treasuryparagraaf van de jaarrekeningJaarlijksCollege van B&W Gemeenteraad
5.Voortgang onderdelen treasuryparagraaf via de bestuursrapportagesTwee keer per jaarCollege van B&W Gemeenteraad
6.Informatie aan derden (toezichthouder en CBS) zoals genoemd in art. 8 Wet fidoKwartaalComptabeleDerden
7.Lenings- / uitzettings-/ garantiebesluitenbinnen 14 dagen na besluitCollege van B&WProvincie
Artikel 18 Inwerkingtreding

Dit treasurystatuut treedt (met terugwerkende kracht) in werking op 1 januari 2005.

Ondertekening

Stolwijk, 25 januari 2005

Burgemeester en wethouders van de gemeente Vlist,

de secretaris, de burgemeester