Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

LANDSVERORDENING van de 29ste december 2009 houdende regels ten aanzien van de besluitvorming in zaken betreffende de betrokkenheid van de openbare rechtspersoon de Nederlandse Antillen in vennootschappen en stichtingen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingLANDSVERORDENING van de 29ste december 2009 houdende regels ten aanzien van de besluitvorming in zaken betreffende de betrokkenheid van de openbare rechtspersoon de Nederlandse Antillen in vennootschappen en stichtingen
CiteertitelLandsverordening corporate governance
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2010Nieuwe regeling

29-12-2009

P.B. 2009, no. 74

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSVERORDENING van de 29ste december 2009 houdende regels ten aanzien van de besluitvorming in zaken betreffende de betrokkenheid van de openbare rechtspersoon de Nederlandse Antillen in vennootschappen en stichtingen

Artikel 1

Definities

In deze landsverordening en de daarop gebaseerde bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    adviseur corporate governance: de bij landsbesluit aangewezen organisatie, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderscheidenlijk artikel 4, tweede lid.

  • b.

    balansnormering: het bepalen van een zodanig adequate vermogensstructuur dat de continuïteit van de vennootschap op de lange termijn wordt gewaarborgd;

  • c.

    bestuurder: de statutair directeur, het lid van de raad van bestuur respectievelijk het lid van de raad van commissarissen van een vennootschap en de statutair directeur, het lid van de raad van bestuur respectievelijk het lid van de raad van commissarissen of een daarmee vergelijkbaar orgaan van een stichting;

  • d.

    dividendbeleid: de jaarlijkse besluitvorming van een vennootschap inzake de winstbestemming teneinde de vermogensverschaffers een redelijke vergoeding te bieden voor het door hen geïnvesteerde vermogen;

  • e.

    Land: de openbare rechtspersoon de Nederlandse Antillen;

  • f.

    Minister: de minister onder wiens verantwoordelijkheid een vennootschap of stichting valt;

  • g.

    stichting: een stichting waarvan de Gouverneur of de Minister beslist ter zake van de benoeming of het ontslag van één of meer bestuurders of van de wijziging van de statuten;

  • h.

    vennootschap: een naamloze of besloten vennootschap met statutaire zetel op één van de eilandgebieden van de Nederlandse Antillen en waarvan de aandelen deels of in het geheel, rechtstreeks of door tussenkomst van een derde, in handen zijn van het Land.

Artikel 2

Raad van Ministers

Voor zover in de Raad van Ministers besluitvorming aan de orde is omtrent een of meer van de onderwerpen genoemd in deze landsverordening, is die besluitvorming er op gericht dat de bepalingen van deze landsverordening worden nageleefd.

Artikel 3

Code Corporate Governance

  • 1.

    Bij landsbesluit wordt vastgesteld een Code Corporate Governance, regelende volgens internationaal aanvaarde normen een goed en transparant bestuur van vennootschappen en stichtingen en het toezicht daarop in eigen verband. Artikel 4, vierde en vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.

  • 2.

    Een voordracht voor een landsbesluit als bedoeld in het eerste lid, wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het desbetreffende ontwerp aan de Staten is voorgelegd.

  • 3.

    De Code Corporate Governance wordt telkens uiterlijk twee jaar na vaststelling, gehoord de adviseur corporate governance, opnieuw bezien. De code wordt in ieder geval aangepast indien gewijzigde internationaal aanvaarde normen daartoe nopen.

  • 4.

    De Minister bewerkstelligt, voor zoveel als dat mogelijk is, dat de vennootschap of stichting de principes en bepalingen van de Code Corporate Governance naleeft en tevens dat die vennootschap of stichting in het jaarverslag mededeling doet van de naleving van de in de vorige volzin bedoelde principes en bepalingen.

  • 5.

    Het jaarverslag bedoeld in het derde lid is het jaarverslag dat betrekking heeft op een boekjaar dat aanvangt op of na 1 januari 2009.

Artikel 4

Adviseur corporate governance

  • 1.

    Bij landsbesluit wordt ten behoeve van de op grond van deze landsverordening voorgeschreven advisering en bijbehorende andere taken een deskundige organisatie aangewezen nadat het Land met die organisatie voor dat doel een schriftelijke overeenkomst heeft afgesloten. Het landsbesluit vervalt op het moment dat die overeenkomst door tijdsverloop of opzegging eindigt.

  • 2.

    In het geval dat op de in het eerste lid bedoelde organisatie artikel 1, onder g of h, van toepassing is, wordt voor de toepassing van deze landsverordening ten aanzien van die stichting of vennootschap overeenkomstig het eerste lid bij landsbesluit een andere deskundige organisatie aangewezen niet zijnde een stichting of een vennootschap. Die andere organisatie draagt er, met inachtneming van de tweede volzin van het vierde lid, zorg voor dat de eigen adviezen bij de in dit lid als eerste genoemde organisatie op de website worden geplaatst en ter inzage worden gelegd en dat daar van die adviezen in overeenstemming met het vijfde lid kopieën worden verstrekt. De tweede volzin is van overeenkomstige toepassing op het zesde en zevende lid.

  • 3.

    Onverminderd hetgeen verder in deze landsverordening is bepaald, adviseert de adviseur corporate governance de Minister op diens verzoek dan wel uit eigen beweging over de toepassing van de in de Code Corporate Governance en in deze landsverordening opgenomen bepalingen.

  • 4.

    Binnen een week na het uitbrengen van een op grond van deze landsverordening door de adviseur corporate governance gegeven advies, wordt dat advies door die adviseur op de eigen website geplaatst en ter inzage gelegd op het eigen kantoor en wordt van dat advies op aanvraag een kopie verstrekt, tenzij er sprake is van de uitzonderingen en beperkingen, bedoeld in artikel 11 van de Landsverordening openbaarheid van bestuur.

  • 5.

    De aanvrager van een kopie, bedoeld in de eerste volzin van het vierde lid, is voor de verstrekking van de kopie een vergoeding verschuldigd in verband met de kosten die voor de adviseur corporate governance aan die verstrekking zijn verbonden. Op de hoogte van de vergoeding is het landsbesluit, houdende algemene maatregelen, bedoeld in artikel 14 van de Landsverordening openbaarheid van bestuur, van overeenkomstige toepassing.

  • 6.

    Het vierde en vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing op de meldingen bedoeld in de artikelen 5, vijfde lid, 6, vijfde lid, 7, vierde lid, 8, derde lid, 9, vijfde lid, en 10, derde lid.

  • 7.

    Indien de Minister reageert op een op grond van deze landsverordening door de adviseur corporate governance gegeven advies, anders dan de meldingen genoemd in het zesde lid, geschiedt die reactie schriftelijk en zijn op die reactie het vierde en vijfde lid van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5

Dividendbeleid

  • 1.

    De Minister bewerkstelligt, voor zoveel als dat mogelijk is, dat een vennootschap een dividendbeleid zal hebben dat voldoet aan balansnormering.

  • 2.

    Indien door of namens de Minister wordt beslist of meebeslist over de vaststelling of aanpassing van het dividendbeleid van een vennootschap, meldt hij een voornemen daartoe schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

  • 3.

    Binnen 4 weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het tweede lid, doet de adviseur corporate governance aan de Minister schriftelijk zijn advies toekomen inzake de voorgenomen vaststelling of aanpassing van het dividendbeleid. In het advies geeft de adviseur corporate governance aan of er tegen die vaststelling of aanpassing al dan niet zwaarwegende bezwaren zijn die verband houden met balansnormering.

  • 4.

    Indien de adviseur corporate governance constateert dat er tegen de vaststelling of aanpassing van het dividendbeleid zwaarwegende bezwaren zijn als bedoeld in het derde lid, meldt hij dit gemotiveerd in zijn advies.

  • 5.

    Indien wordt afgeweken van een advies van de adviseur corporate governance waarin geconstateerd wordt dat er tegen de vaststelling of aanpassing van het dividendbeleid zwaarwegende bezwaren zijn, meldt de Minister dit terstond schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

Artikel 6

Verkrijging van aandelen

  • 1.

    De Minister meldt een voornemen om aandelen of certificaten van aandelen te verkrijgen, schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

  • 2.

    Binnen 4 weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het tweede lid, doet de adviseur corporate governance aan de Minister schriftelijk zijn advies toekomen inzake de voorgenomen verkrijging van aandelen of certificaten van aandelen. In het advies geeft de adviseur corporate governance aan of het algemeen belang van de Nederlandse Antillen zich al dan niet verzet tegen de voorgenomen verkrijging. Het algemeen belang van de Nederlandse Antillen verzet zich in ieder geval niet tegen een verkrijging van aandelen of certificaten van aandelen in een bedrijf van openbaar nut als bedoeld in de Landsverordening regelende de verplichting tot publicatie der boekhoudkundige gegevens van bedrijven van openbaar nut.

  • 3.

    Indien de adviseur corporate governance van oordeel is dat het algemeen belang van de Nederlandse Antillen zich verzet tegen de voorgenomen verkrijging van aandelen of certificaten van aandelen, meldt hij dit gemotiveerd in zijn advies.

  • 4.

    Indien wordt afgeweken van een advies van de adviseur corporate governance waarin geconstateerd wordt dat het algemeen belang van de Nederlandse Antillen zich verzet tegen de voorgenomen verkrijging, meldt de Minister dit terstond schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

Artikel 7

Vervreemding en bezwaring van aandelen

  • 1.

    De Minister meldt een voornemen om aandelen of certificaten van aandelen te vervreemden of bezwaren, schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

  • 2.

    Binnen 4 weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het eerste lid, doet de adviseur corporate governance de Minister schriftelijk zijn advies toekomen inzake de voorgenomen vervreemding of bezwaring van aandelen of certificaten van aandelen. In het advies geeft de adviseur corporate governance aan of het algemeen belang van de Nederlandse Antillen zich al dan niet verzet tegen de vervreemding of bezwaring.

  • 3.

    Indien de adviseur corporate governance van oordeel is dat het algemeen belang van de Nederlandse Antillen zich verzet tegen de voorgenomen vervreemding of bezwaring van aandelen of certificaten van aandelen, meldt hij dit gemotiveerd in het advies.

  • 4.

    Indien wordt afgeweken van een advies van de adviseur corporate governance waarin geconstateerd wordt dat het algemeen belang van de Nederlandse Antillen zich verzet tegen een voorgenomen vervreemding of bezwaring als bedoeld in het eerste lid, meldt de Minister dit terstond schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

Artikel 8

Procedureregels en profielschets

  • 1.

    Indien door of namens de Minister wordt beslist of meebeslist over de vaststelling of aanpassing van de door de vennootschap of stichting bij een benoeming of voordracht tot benoeming van bestuurders te hanteren profielschets en procedureregels, meldt die Minister het voornemen tot die vaststelling schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

  • 2.

    Binnen 4 weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het eerste lid, doet de adviseur corporate governance de Minister schriftelijk zijn advies toekomen over de vraag of het voornemen waarop de melding betrekking heeft, in overeenstemming is met de Code Corporate Governance. In het advies geeft de adviseur corporate governance gemotiveerd aan of er al dan niet zwaarwegende bezwaren zijn tegen het gemelde voornemen.

  • 3.

    Indien wordt afgeweken van een advies van de adviseur corporate governance waarin geconstateerd wordt dat er zwaarwegende bezwaren zijn tegen een voornemen als bedoeld in het eerste lid, meldt de Minister dit terstond schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

Artikel 9

Benoeming bestuurders

  • 1.

    Indien door of namens de Minister wordt beslist of meebeslist over de benoeming of voordracht tot benoeming van een bestuurder, meldt die Minister het voornemen tot de benoeming of voordracht schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

  • 2.

    De adviseur corporate governance adviseert over de vraag of een voornemen als bedoeld in het eerste lid, voldoet aan de statuten van de vennootschap of stichting en aan de toepasselijke regels, waaronder de procedureregels en profielschets bedoeld in artikel 8, eerste lid, en de Code Corporate Governance.

  • 3.

    Binnen 4 weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het eerste lid, doet de adviseur corporate governance de Minister schriftelijk zijn advies toekomen over de vraag of een voornemen als bedoeld in het eerste lid, voldoet aan de statuten van de vennootschap of stichting en aan de toepasselijke regelgeving, waaronder de procedureregels en profielschets bedoeld in artikel 8, eerste lid, en de Code Corporate Governance. In het advies geeft de adviseur corporate governance gemotiveerd aan of er al dan niet zwaarwegende bezwaren zijn tegen het gemelde voornemen.

  • 4.

    Van een zwaarwegend bezwaar als bedoeld in het derde lid is in ieder geval sprake als een voornemen als bedoeld in het eerste lid, niet voldoet aan de profielschets, bedoeld in artikel 8, eerste lid. De vorige volzin is van overeenkomstige toepassing in de gevallen waarin met het voornemen de procedureregels, bedoeld in artikel 8, eerste lid, niet worden nageleefd.

  • 5.

    Indien wordt afgeweken van een advies van de adviseur corporate governance waarin geconstateerd wordt dat er tegen een voornemen als bedoeld in het eerste lid, zwaarwegende bezwaren zijn, meldt de Minister dit terstond schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

Artikel 10

Ontslag van bestuurders

  • 1.

    Indien door of namens de Minister wordt beslist of meebeslist over het ontslag van een bestuurder, meldt de Minister het voornemen tot dat ontslag schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

  • 2.

    Binnen 4 weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het eerste lid, doet de adviseur corporate governance de Minister schriftelijk haar advies toekomen over de vraag of het voorgenomen ontslag voldoet aan de toepasselijke regelgeving, de Code Corporate Governance en aan de statuten van de vennootschap of stichting en over de vraag of de vennootschap of stichting op grond van de voor het voorgenomen ontslag aangevoerde argumenten in redelijkheid tot een ontslag kan komen. In het advies geeft de adviseur corporate governance gemotiveerd aan of er al dan niet zwaarwegende bezwaren zijn tegen het voorgenomen ontslag en of er al dan niet in redelijkheid tot het voorgenomen ontslag kan worden gekomen.

  • 3.

    Indien wordt afgeweken van een advies van de adviseur corporate governance waarin geconstateerd wordt dat er tegen het ontslag van een bestuurder zwaarwegende bezwaren zijn dan wel dat in redelijkheid niet tot het ontslag kan worden gekomen, meldt de Minister dit terstond schriftelijk en gemotiveerd aan de adviseur corporate governance.

Artikel 11

Citeertitel

Deze landsverordening wordt aangehaald als: Landsverordening corporate governance.

Artikel 12

Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze landsverordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de uitgifte van het Publicatieblad waarin de afkondiging is geschied.

  • 2.

    Voor zover de toepassing van artikel 3, tweede lid, verband houdt met de wijziging van de statuten van een vennootschap of stichting, mag in zeer uitzonderlijke gevallen, gehoord de adviseur corporate governance, tot uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze landsverordening worden afgeweken van de in die bepaling geregelde verplichting.