| Overheidsorganisatie | Nederlandse Antillen |
|---|---|
| Officiële naam regeling | LANDSBESLUIT van de 11de januari 2005 no. 2, houdende de bekendmaking in het Publicatieblad van het Mandaatbesluit verstrekking nooddocumenten en noodverlenging reisdocumenten van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen van 30 november 2004, no. 04/1342 |
| Citeertitel | Mandaatbesluit verstrekking nooddocumenten en noodverlenging reisdocumenten |
| Vastgesteld door | Gouverneur van de Nederlandse Antillen |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp |
Geen
Paspoortuitvoeringsregeling Nederlandse Antillen en Aruba 2001 (Paspoortuitvoeringsregeling), art. 7, tweede en derde lid
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-12-2004 | Nieuwe regeling | 11-01-2005 P.B. 2005, no. 14 | n.v.t. |
1. De gezaghebbers van de eilandgebieden Bonaire, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten, zijn ingevolge artikel 7, tweede lid, van de Paspoortuitvoeringsregeling bevoegd om in naam en onder juridische verantwoordelijkheid van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen, ten behoeve van een Nederlander dan wel een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld, aanvragen in ontvangst te nemen voor en over te gaan tot:
het aanbrengen van noodverlengingen in een reisdocument, dan wel
het verstrekken van een noodpaspoort, indien de betrokken aanvrager geen geldig reisdocument kan overleggen.
2. In afwijking van het eerste lid wordt aan een in het eerste lid bedoelde persoon door genoemde autoriteiten een laissez-passer verstrekt, indien bij de verstrekking geen gebruik gemaakt kan worden van het reisdocumentenstation en de reis van de betrokken aanvrager geen uitstel gedoogt.
3. Van de in het eerste lid genoemde bevoegdheid wordt gebruik gemaakt met inachtneming van de bepalingen in de Paspoortuitvoeringsregeling en de in dit besluit gegeven nadere voorschriften.
1. Het aanbrengen van een noodverlenging of het verstrekken van een noodpaspoort dan wel laissez-passer kan uitsluitend geschieden ten behoeve van een aanvrager, die:
aantoont dat zich onvoorziene omstandigheden voordoen van medische en/of humanitaire aard die het noodzakelijk maken om te reizen,
voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zijn reis geen uitstel gedoogt, en
niet in staat moet worden geacht op tijd een ander reisdocument te verkrijgen van de ten aanzien van hem tot verstrekking bevoegde autoriteit.
2. Van de aanvrager wordt verlangd, dat hij bescheiden overlegt waaruit de spoedeisendheid van zijn reis kan worden afgeleid, zoals medische verklaringen, vliegtickets, hotelreserveringen en reisverzekeringen.
3. De gezaghebber die een aanvraag in behandeling neemt betreffende een persoon die blijkens de in artikel 5 van de Paspoortuitvoeringsregeling bedoelde administratie in het register paspoortsignaleringen is vermeld, legt deze aanvraag onverwijld voor aan de Gouverneur die beslist of tot het aanbrengen van een noodverlenging of het verstrekken van een noodpaspoort dan wel laissez-passer kan worden overgegaan.
4. Indien de betrokken persoon houder is van een nog geldig reisdocument, wordt uitsluitend een aanvraag tot het aanbrengen van een noodverlenging in behandeling genomen. Een noodpaspoort dan wel laissez passer kan slechts worden verstrekt, indien de aanvrager niet beschikt over een reisdocument dan wel in het bezit is van een reisdocument waarvan de geldigheidsduur is verlopen.
1. Bij het in ontvangst nemen van een aanvraag voor een noodverlenging, een noodpaspoort of een laissez-passer wordt in eerste instantie gebruik gemaakt van het verstrekte aanvraag-informatieformulier. Voor het opmaken van de definitieve aanvraag in het reisdocumentenstation wordt gebruik gemaakt van het standaard aanvraagformulier B1. Beide formulieren worden door de Gouverneur ter beschikking gesteld.
2. In het aanvraag-informatieformulier worden naast de gegevens die ingevolge de Paspoortuitvoeringsregeling daarin moeten worden opgenomen, tevens de door de aanvrager opgegeven onvoorziene omstandigheden, bedoeld in artikel 2, eerste lid, alsmede de door de aanvrager overgelegde bescheiden, bedoeld in artikel 2, tweede lid, vermeld.
1. De geldigheidsduur van de noodverlenging, het noodpaspoort,of het laissez-passer wordt afgestemd op de duur van de reis, alsmede de door het land van bestemming en de landen van doorreis vereiste minimale geldigheid van het reisdocument na binnenkomst, dan wel vertrek van de houder, doch bedraagt nooit meer dan een jaar.
2. De territoriale geldigheid van het noodpaspoort omvat alle landen, die van het laissez-passer omvat uitsluitend het land van bestemming en de landen waarvan de houder op zijn doorreis de grens passeert.
1. Bij het indienen van een aanvraag voor een noodpaspoort wordt een pasfoto overgelegd die voldoet aan de eisen, genoemd in artikel 40, eerste, tweede en derde lid, van de Paspoortuitvoeringsregeling.
2. Bij het indienen van een aanvraag voor een laissez- passer worden twee pasfoto’s overgelegd, die voldoen aan de eisen, genoemd in artikel 40, eerste, tweede en derde lid, van de Paspoortuitvoeringsregeling.
Het personaliseren een noodverlenging, noodpaspoort of laissez-passer vindt plaats op de in artikel 52, van de Paspoortuitvoeringsregeling voorgeschreven wijze met gebruikmaking van het bij het eilandgebied beschikbare reisdocumentenstation en aanverwante apparatuur.
1. De gezaghebbers van de eilandgebieden genoemd in artikel 1, eerste lid, doen aan de Gouverneur een voordracht voor de ambtenaren, die door de Gouverneur kunnen worden aangewezen om namens de Gouverneur van de Nederlandse Antillen over te gaan tot parafering van het aanvraag-informatieformulier, alsmede van het aanvraagformulier als bedoeld in artikel 52 van de Paspoortuitvoeringsregeling ten bewijze van de goedkeuring voor het aanbrengen van de noodverlenging dan wel de verstrekking van het noodpaspoort of laissez-passer.
2. Van de aangewezen ambtenaren bedoeld in het eerste lid wordt per eilandgebied een lijst opgesteld volgens het model dat gaat als bijlage 1 bij dit besluit. Van deze lijst en de latere wijzigingen daarvan, wordt een exemplaar door het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen bewaard, terwijl een tweede exemplaar wordt opgeslagen in de administratie van het BSBV van het betreffende eilandgebied.
3. De paraaf van de tot parafering bevoegde ambtenaar wordt gedurende elf jaren na de datum van het aanbrengen van de noodverlenging dan wel de verstrekking van het noodpaspoort of laissez-passer bewaard.
De administratie met betrekking tot het aanbrengen van noodverlengingen, alsmede met betrekking tot het verstrekken van noodpaspoorten en laissez-passer’s, vindt plaats op de in artikel 83 van de Paspoortuitvoeringsregeling voorgeschreven wijze.
1. De Gouverneur deelt de in artikel 1, eerste lid, bedoelde gezaghebber tijdig mede op welk tijdstip en op welke wijze blanco nooddocumenten bij het BSBV van het desbetreffende eilandgebied zullen worden afgeleverd.
2. Per zending worden aan de gezaghebbers van de eilandgebieden de volgende aantallen noodpaspoorten beschikbaar gesteld:
| a. Sint Maarten | 20 |
| b. Bonaire | 20 |
| c. Sint Eustatius | 10 |
| d. Saba | 10 |
3. Aan iedere gezaghebber, bedoeld in artikel 1, eerste lid, worden per zending vijf laissez-passser’s beschikbaar gesteld.
4. Bij ontvangst door de gezaghebber worden de nummers van de nooddocumenten opgenomen in het reisdocumentenstation van het eilandgebied. Van de beschikbaar gestelde nooddocumenten wordt, uitgesplitst naar soort, in het reisdocumentenstation een voorraadadministratie bijgehouden op de in artikel 100, tweede, derde en vierde lid, van de Paspoortuitvoeringsregeling voorgeschreven wijze. Artikel 101 en 102 van de Paspoortuitvoeringsregeling zijn van overeenkomstige toepassing.
5. De voorraad noodpaspoorten en laissez-passer’s bij een eilandgebied wordt op verzoek van de betreffende gezaghebber door de Gouverneur aangevuld zodra die voorraad blijkens de voorraadverantwoording daartoe aanleiding geeft.
6. Periodiek controleert de Gouverneur de juistheid van de aangebrachte noodverlengingen en verstrekkingen van nooddocumenten door onderzoek van de administratie bij het eilandgebied.
1. Van een aanvrager wordt uitsluitend het navolgende bedrag aan rechten geheven:
voor de verstrekking van een noodpaspoort of een laissez-passer: het bedrag, genoemd in artikel 12, eerste lid, onder f, van het Besluit paspoortgelden;
voor het aanbrengen van een noodverlenging: het bedrag, genoemd in artikel 12, eerste lid, onder g, van het Besluit paspoortgelden.
2. Bevoegd om namens de Gouverneur van de Nederlandse Antillen over te gaan tot heffing van rechten als bedoeld in het eerste lid, zijn de ambtenaren die onder verantwoordelijk-heid van de Gezaghebber bevoegd zijn tot heffing van de eilandelijke leges in verband met reisdocumenten.
3. De ingevolge het eerste lid geheven bedragen worden, onder verantwoordelijkheid van de Gezaghebber, in een afzonderlijke financiële administratie verantwoord, die onderwerp is van de reguliere accountantscontrole van het eilandgebied en worden volledig geboekt als financiele ontvangsten van het betreffende eilandgebied.
Het Mandaatbesluit verstrekking laissez-passer’s en noodverlenging reisdocumenten van 28 september 2001 (PB 2001, 118) wordt ingetrokken.
Dit besluit kan worden aangehaald als “Mandaatbesluit verstrekking nooddocumenten en noodverlenging reisdocumenten”.
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 december 2004.
Dit besluit zal met de toelichting worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen.
Model voor aanwijzen en het registeren van paraferingsbevoegdheid bij het “Mandaatbesluit verstrekking nooddocumenten en noodverlenging reisdocumenten” van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen.
De gezaghebber van [naam eilandgebied] verklaart hierbij dat de hieronder vermelde ambtenaren als autorisatiebevoegde reisdocumenten zijn belast met de uitvoering van taken op het gebied van reisdocumenten en dat de achter de naam weergegeven paraaf door de betreffende ambtenaar is geplaatst.
| Naam ambtenaar | Geboortedatum | Geboorteplaats | Paraaf |
|---|---|---|---|
| 1. | |||
| 2. | |||
| 3. | |||
| De gezaghebber van [naam eilandgebied] | [datum, handtekening en dienststempel] |
De Gouverneur wijst hierbij de hiervoor vermelde ambtenaren aan om namens de Gouverneur van de Nederlandse Antillen aanvraag-informatieformulieren en aanvraag-formulieren voor nooddocumenten en noodverlengingen te paraferen.
| De Gouverneur van de Nederlandse Antillen | [datum, handtekening en dienststempel] |
Aldus in tweevoud opgemaakt.
Hierbij komen eerdere aanwijzingen van ondertekeningsbevoegdheid te vervallen.