Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 22ste februari 2002 houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingMINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 22ste februari 2002 houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen
CiteertitelSubsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen
Vastgesteld door
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Slotverklaring van de Minister van Nationaal Herstel en Economische Zaken, de Minister van Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 30 mei 2001

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

07-02-200401-01-2003art. 1, 2, 3, 4, 6, 12, 16, 30, Bijlage 4

23-12-2003

P.B. 2004, no. 10

n.v.t.
02-03-2002Nieuwe regeling

22-02-2002

P.B. 2002, no. 42

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 22ste februari 2002 houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

a.de Minister:de Minister van Economische en Arbeidszaken;
b.Senter:het agentschap Senter, gevestigd aan de Juliana van Stolberglaan 3, Den Haag, Nederland

Artikel 2

  • 1. De Minister kan ter uitvoering van de Subsidieregeling technische ontwikkelings-projecten-Nederlandse Antillen subsidies verlenen op de wijze en met de inhoud beschreven in bijlage 1.

  • 2. De Minister belast Senter om namens hem en onder de in deze beschikking te stellen voorwaarden de Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen, uit te voeren.

  • 3. Er vindt regelmatig overleg plaats tussen de Minister en Senter over de uitvoering van deze beschikking.

  • 4. Senter brengt halfjaarlijks en zo dikwijls als de Minister hierom verzoekt, rapport uit over de uitvoering van deze beschikking.

Artikel 3

  • 1. Deze beschikking wordt in het Publicatieblad geplaatst.

  • 2. Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging.

Artikel 4

Deze beschikking wordt aangehaald als: Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen.

BIJLAGE 1 bij de Ministeriële beschikking met algemene werking van de 22ste februari 2002, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen (Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen)

§1. Algemene bepalingen

Artikel 1

  • 1.

    In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    a. ontwikkelingsproject

    :

    een creatieve, systematische activiteit, gericht op het omzetten van de resultaten van industrieel onderzoek in plannen, schema's of ontwerpen voor nieuwe, gewijzigde of verbeterde producten, processen of diensten, dan wel wezenlijke onderdelen daarvan, die nieuw zijn voor de Nederlandse Antillen, en waaraan substantiële technische risico's en daaruit voortvloeiende financiële risico's zijn verbonden;

    b. ondernemer

    :

    een natuurlijke persoon of rechtspersoon, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, die een onderneming in stand houdt;

    c. groep

    :

    een economische eenheid waarin organisatorisch zijn verbonden:

       

    1°.

    een natuurlijke persoon of privaatrechtelijke rechtspersoon die direct of indirect:

       

    -

    meer dan de helft van het geplaatste kapitaal verschaft aan,

       

    -

    volledig aansprakelijk vennoot is van of

       

    -

    overwegende zeggenschap heeft over een of meer rechtspersonen of vennootschappen, en

       

    2°.

    laatstbedoelde rechtspersonen of vennootschappen.

  • 2.

    De Minister kan ondernemingen aanwijzen die van de toepassing van deze regeling zijn uitgesloten.

Artikel 2

  • 1.

    De Minister verstrekt op aanvraag een subsidie aan een ondernemer die voor eigen rekening en risico een ontwikkelingsproject uitvoert, met dien verstande dat de subsidie overeenkomstig artikel 18, eerste lid, moet worden terugbetaald.

  • 2.

    Geen subsidie wordt verstrekt:

    • a.

      indien voor het ontwikkelingsproject reeds door de Minister subsidie is verstrekt;

    • b.

      voor zover door verlening van de subsidie in het kalenderjaar waarin de beschikking wordt gegeven aan de aanvrager dan wel aan de tot dezelfde groep als de aanvrager behorende ondernemers meer dan NAF 679.250,00 met een maximum van EUR 325.000,00 subsidie krachtens deze regeling zou worden verleend.

Artikel 3

  • 1.

    De subsidie bedraagt 50 procent van de projectkosten, maar niet meer dan NAF 470.250,00 met een maximum van EUR 225.000,00

  • 2.

    Het in het eerste lid genoemde percentage wordt verhoogd tot 60 procent indien subsidie verstrekt wordt aan een ondernemer die een kleine of middelgrote onderneming in stand houdt in de zin van verordening (EG) nr. 70/2001 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 12 januari 2001 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen (PbEG L 10).

  • 3.

    Indien ter zake van de projectkosten of een deel daarvan reeds door een ander bestuursorgaan subsidie is verstrekt, wordt slechts een zodanig bedrag aan subsidie verstrekt, dat het totale bedrag aan subsidies niet meer bedraagt dan het ingevolge het eerste of tweede lid geldende percentage van de projectkosten.

Artikel 4

  • 1.

    Als projectkosten worden uitsluitend in aanmerking genomen:

    • a.

      de volgende rechtstreeks aan de uitvoering van het ontwikkelingsproject toe te rekenen, na de indiening van de aanvraag door de subsidie-ontvanger gemaakte en betaalde kosten:

      • i.

        loonkosten, met dien verstande dat wordt uitgegaan van een uurloon, berekend op basis van het jaarloon bij een volledige dienstbetrekking volgens de kolom «loon voor de loonbelasting» van de loonstaat van het betrokken directe personeel, verhoogd met de wettelijke dan wel de op grond van een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde opslagen voor sociale lasten, en van 1900 productieve uren per jaar;

      • ii.

        kosten van aangeschafte machines en apparatuur, met dien verstande dat wordt uitgegaan van de aan het ontwikkelingsproject toe te rekenen afschrijvingskosten, berekend op basis van de historische aanschafprijzen en de door de belastingdienst geaccepteerde afschrijvingstermijnen, met uitzondering van mogelijkheden tot vervroegde afschrijving, of lease-termijnen, met uitzondering van financieringskosten, en gebaseerd op de bedrijfseconomische levensduur;

      • iii.

        kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen, gebaseerd op historische aanschafprijzen;

      • iv.

        andere aan derden verschuldigde kosten, met uitzondering van binnenlandse reis- en verblijfkosten.

    • b.

      een opslag voor algemene kosten, groot 50 procent van de onder a, onder 1°, bedoelde kosten.

  • 2.

    Kosten van machines en apparatuur die niet uitsluitend voor het ontwikkelingsproject zijn aangeschaft, worden slechts als projectkosten op de voet van het eerste lid, onder a, onder 2°, in aanmerking genomen indien een door middel van een sluitende tijdschrijving vastgestelde urenverantwoording per machine respectievelijk van de apparatuur aanwezig is.

  • 3.

    Indien geen loonkosten als bedoeld in het eerste lid, onder a onder 1º, worden gemaakt, maar niettemin arbeid ten behoeve van het ontwikkelingsproject wordt verricht, wordt voor de berekening van de projectkosten uitgegaan van een uurtarief van NAF 66,50. Dit uurtarief kan door de Minister gewijzigd worden.

  • 4.

    Voor de toepassing van het eerste lid, worden winstopslagen bij transacties binnen een groep alleen in aanmerking genomen voor zover het gebruikelijk is die winstopslagen ook bij soortgelijke transacties buiten de groep in rekening te brengen.

  • 5.

    De kosten worden in aanmerking genomen met inbegrip van omzetbelasting, indien de subsidie-ontvanger die de kosten heeft gemaakt omzetbelasting niet in aftrek kan brengen.

Artikel 5

  • 1.

    Er is een adviescommissie Technische Ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillen, die tot taak heeft de Minister op zijn verzoek te adviseren omtrent aanvragen om een subsidie op grond van deze regeling.

  • 2.

    De adviezen van de commissie gaan vergezeld van een deugdelijke motivering.

  • 3.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee en ten hoogste tien andere leden. De leden zijn deskundig op het terrein waarop de commissie een taak heeft en zijn geen ambtenaren, werkzaam bij het Ministerie van Economische en Arbeidszaken.

  • 4.

    De voorzitter en de leden worden door de Minister voor een termijn van ten hoogste drie jaar benoemd. Ze zijn te allen tijde opnieuw benoembaar.

  • 5.

    De commissie stelt haar eigen werkwijze schriftelijk vast.

  • 6.

    Een lid van de commissie neemt niet deel aan de voorbereiding en vaststelling van een advies, indien hij een persoonlijk belang heeft bij de beschikking op een aanvraag.

  • 7.

    De Minister kan waarnemers aanwijzen, die het recht hebben de vergaderingen van de commissie bij te wonen.

  • 8.

    In het secretariaat van de commissie wordt door de Minister voorzien.

  • 9.

    Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de commissie geschiedt op overeenkomstige wijze als bij het Ministerie van Economische en Arbeidszaken. De bescheiden worden na beëindiging van de werkzaamheden van de commissie opgeborgen in het archief van dat Ministerie.

  • 10.

    De commissie verstrekt desgevraagd aan de Minister de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. De Minister kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

  • 11.

    De commissie stelt jaarlijks voor 1 april een verslag op van haar werkzaamheden in het afgelopen kalenderjaar. Op verzoek van de Minister, maar ten minste elk vierde jaar, stelt de commissie tevens een evaluatieverslag op, waarin zij aandacht besteedt aan de doelmatigheid en doeltreffendheid van haar taakvervulling. Het jaarverslag en het evaluatieverslag worden aan de Minister toegezonden en algemeen verkrijgbaar gesteld.

Artikel 6

Het subsidie plafond voor het verlenen van subsidies krachtens deze regeling wordt voor projecten die in 2003 zijn ingediend, vastgesteld op NAF 1.463.000,00 met een maximum van EUR 700. 000,00.

De Minister stelt ieder begrotingsjaar een subsidieplafond vast voor het in dat jaar verlenen van subsidies krachtens deze regeling. Daarbij kan hij afzonderlijke subsidieplafonds vaststellen voor bepaalde categorieën aanvragers en voor bepaalde categorieën ontwikkelingsprojecten.

§2. Aanvraag en beslissing op een aanvraag

Artikel 7

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie wordt ingediend met gebruikmaking van het origineel van een ondertekend formulier, dat door de Minister wordt vastgesteld. De Minister kan hiervan vrijstelling verlenen. Het door de Minister vastgestelde formulier is de bij deze regeling behorende bijlage 1. De Minister kan het formulier wijzigen.

  • 2.

    Een aanvraag gaat vergezeld van een projectplan en een begroting voor het ontwikkelingsproject alsmede van andere bescheiden, overeenkomstig hetgeen in het formulier is vermeld.

Artikel 8

  • 1.

    Indien de aanvrager niet heeft voldaan aan enig bij of krachtens deze regeling gesteld voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag of indien de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking, kan de Minister besluiten de aanvraag niet te behandelen, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door de Minister gestelde termijn de aanvraag aan te vullen.

  • 2.

    Indien de aanvraag of een van de daarbij behorende gegevens of bescheiden in een vreemde taal is gesteld en een vertaling daarvan voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking noodzakelijk is, kan de Minister besluiten de aanvraag niet te behandelen, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door de Minister gestelde termijn de aanvraag met een vertaling aan te vullen.

  • 3.

    Indien de aanvraag of een van de daarbij behorende gegevens of bescheiden omvangrijk of ingewikkeld is en een samenvatting voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking noodzakelijk is, kan de Minister besluiten de aanvraag niet te behandelen, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door de Minister gestelde termijn de aanvraag met een samenvatting aan te vullen.

  • 4.

    Een besluit om de aanvraag niet te behandelen wordt aan de aanvrager bekendgemaakt binnen vier weken nadat de aanvraag is aangevuld of nadat de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken.

Artikel 9

  • 1.

    Indien na een geheel of gedeeltelijk afwijzende beschikking een nieuwe aanvraag wordt gedaan, is de aanvrager gehouden nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden te vermelden.

  • 2.

    Wanneer geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden worden vermeld, kan de Minister zonder toepassing te geven aan artikel 8 de aanvraag afwijzen onder verwijzing naar zijn eerdere afwijzende beschikking.

Artikel 10

De termijn voor het geven van een beschikking wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de Minister krachtens artikel 8 de aanvrager uitnodigt de aanvraag aan te vullen, tot de dag waarop de aanvraag is aangevuld of de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken.

Artikel 11

  • 1.

    De Minister geeft een beschikking binnen achttien weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    Indien de beschikking niet binnen achttien weken kan worden gegeven, stelt de Minister de aanvrager daarvan in kennis en noemt hij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking tegemoet kan worden gezien.

Artikel 12

  • 1.

    De Minister beslist in ieder geval afwijzend op een aanvraag indien:

    • a.

      de aanvraag niet voldoet aan dit besluit en de daarop berustende bepalingen;

    • b.

      hij de projectkosten raamt op minder dan NAF 209.000,00 (EUR 100.000,00).

      Dit bedrag kan door de Minister gewijzigd worden.

    • c.

      gegronde vrees bestaat dat de betrokkenen het ontwikkelingsproject niet kunnen financieren;

    • d.

      voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

  • 2.

    De Minister kan, indien vooralsnog onvoldoende vertrouwen bestaat in de technische haalbaarheid van het ontwikkelingsproject, een aanvraag gedeeltelijk afwijzen, met dien verstande dat subsidie wordt verleend ter zake van de projectkosten, verbonden aan de uitvoering van een eerste fase van het ontwikkelingsproject, gedurende een in de beschikking tot subsidieverlening vermelde periode.

  • 3.

    De Minister kan voorts in ieder geval afwijzend op een aanvraag beslissen indien een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:

    • a.

      de activiteiten niet of niet geheel zullen plaatsvinden;

    • b.

      de aanvrager niet zal voldoen aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • c.

      de aanvrager niet op een behoorlijke wijze rekening en verantwoording zal afleggen omtrent de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten, voor zover deze voor de vaststelling van de subsidie van belang zijn.

  • 4.

    De Minister kan voorts in ieder geval afwijzend op een aanvraag beslissen indien de aanvrager:

    • a.

      in het kader van de aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zouden hebben geleid, of

    • b.

      failliet is verklaard of aan hem surséance van betaling is verleend, dan wel een verzoek daartoe bij de rechtbank is ingediend.

  • 5.

    Voor zover subsidieverstrekking in strijd is met ingevolge een verdrag voor een van de Landen van het Koninkrijk geldende verplichtingen, wordt afwijzend beslist op de aanvraag.

Artikel 13

  • 1.

    De Minister wint omtrent de aanvragen waarop niet met toepassing van artikel 12, eerste lid, afwijzend is beslist, het advies in van de adviescommissie Technische Ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillen.

  • 2.

    De commissie geeft aan de Minister in ieder geval een negatief advies indien:

    • a.

      onvoldoende aannemelijk is, dat het ontwikkelingsproject zonder de subsidie naar verwachting niet of met belangrijke vertraging zou worden uitgevoerd;

    • b.

      onvoldoende vertrouwen bestaat in de technische en economische haalbaarheid van het ontwikkelingsproject, in het bijzonder de mogelijkheid om bij welslagen van het ontwikkelingsproject de commercialisatie van de resultaten ervan en de eruit voortvloeiende productie of dienstverlening alleen of in samenwerking met derden ter hand te nemen en de subsidie te betalen binnen de economische levensduur van de eruit voortvloeiende producten of diensten;

    • c.

      onvoldoende vertrouwen bestaat dat de betrokkenen de capaciteiten hebben om het ontwikkelingsproject naar behoren uit te voeren;

    • d.

      van het ontwikkelingsproject onvoldoende positieve gevolgen voor de Nederlands Antilliaanse economie te verwachten zijn.

Artikel 14

  • 1.

    De Minister beslist afwijzend op een aanvraag, indien de adviescommissie Technische Ontwikkelingsprojecten een negatief advies heeft uitgebracht.

  • 2.

    De Minister kan afwijken van het eerste lid, indien een advies van de commissie in strijd is met dit besluit dan wel niet op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen.

  • 3.

    De Minister verdeelt het beschikbare bedrag in de volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat indien een aanvrager niet heeft voldaan aan enig wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van een aanvraag en met toepassing van artikel 8 de gelegenheid heeft gehad een aanvraag aan te vullen, de dag waarop een aanvraag voldoet aan de wettelijke voorschriften met betrekking tot de verdeling als datum van ontvangst geldt.

§3. Opschorting ten behoeve van onderzoek

Artikel 15

De Minister schort, ingeval een ondernemer als bedoeld in artikel 3, tweede lid, een aanvraag om subsidie voor een ontwikkelingsproject heeft ingediend, de behandeling van die aanvraag op, als naar het oordeel van de adviescommissie Technische Ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillen een onderzoek naar de technische en economische haalbaarheid van het ontwikkelingsproject noodzakelijk is of het bij de aanvraag behorende projectplan onvoldragen is.

Artikel 16

  • 1.

    De Minister stelt de subsidie-aanvrager onverwijld van de opschorting in kennis en stelt hem in de gelegenheid binnen een door de Minister te stellen termijn van ten hoogste zes weken na de datum van inkennisstelling een aanvraag in te dienen om subsidie voor een onderzoek naar de technische en economische haalbaarheid van het ontwikkelingsproject of voor het opstellen van een projectplan. De Minister geeft daarbij aan, aan welke eisen het onderzoek respectievelijk het projectplan moet voldoen.

  • 2.

    De subsidie bedraagt 50 procent van de kosten, maar niet meer dan NAF. 52.250,00 met een maximum van EUR 25.000,00

§4. Verplichtingen van de subsidie-ontvanger

Artikel 17

  • 1.

    Op de subsidie-ontvanger rusten de in de artikelen 17 tot en met 26 opgenomen, dan wel krachtens een van deze artikelen opgelegde, verplichtingen.

  • 2.

    De in de artikelen 17 tot en met 20 en artikel 24 opgenomen verplichtingen gelden tot aan de dag waarop de subsidie wordt vastgesteld. De in de artikelen 25 en 26 opgenomen verplichtingen gelden totdat tien jaren na die dag zijn verstreken. De krachtens de artikelen 21 tot en met 23 opgelegde verplichtingen gelden tot aan de dag waarop de subsidie wordt vastgesteld, tenzij bij het opleggen van de verplichting anders is vermeld.

Artikel 18

  • 1.

    De subsidie-ontvanger voert het ontwikkelingsproject uit overeenkomstig het projectplan waarop de subsidieverlening betrekking heeft en voltooit het uiterlijk op het bij de verlening bepaalde tijdstip, behoudens voorafgaande schriftelijke ontheffing van de Minister voor het vertragen, essentieel wijzigen of stopzetten van het project.

  • 2.

    De subsidie-ontvanger voert het ontwikkelingsproject in de Nederlandse Antillen uit, behoudens voorafgaande schriftelijke ontheffing van de Minister voor gedeeltelijke uitvoering buiten de Nederlandse Antillen.

Artikel 19

  • 1.

    De subsidie-ontvanger voert een administratie die zodanig is ingericht, dat daaruit te allen tijde op eenvoudige en duidelijke wijze alle projectkosten kunnen worden afgelezen, gespecificeerd overeenkomstig de in artikel 4, eerste lid, onderscheiden kostensoorten, met dien verstande dat ter zake van de loonkosten een door middel van een sluitende tijdschrijving vastgestelde urenverantwoording per werknemer aanwezig dient te zijn.

  • 2.

    De subsidie-ontvanger doet onverwijld mededeling aan de Minister van de indiening bij de rechtbank van een verzoek tot het op hem van toepassing verklaren van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen, tot verlening van surseance van betaling aan hem of tot faillietverklaring van hem.

  • 3.

    De subsidie-ontvanger brengt steeds na afloop van een periode van zes maanden, tenzij bij de subsidieverlening anders is bepaald, aan de Minister schriftelijk verslag uit omtrent de uitvoering van het ontwikkelingsproject, met inbegrip van een vergelijking van die uitvoering met het projectplan en de bij de subsidieverlening vermelde raming van de projectkosten, en doet mededeling van de activiteiten die zijn ondernomen ten behoeve van de commercialisatie van de resultaten van het ontwikkelingsproject en van de opbrengsten en vooruitzichten ter zake van die commercialisatie.

Artikel 20

Aan subsidies op grond van deze regeling is de verplichting verbonden dat de subsidie-ontvanger aan een door de Minister aangewezen persoon alle medewerking verleent die deze redelijkerwijs kan vorderen voor een goede uitvoering van de controle van de naleving van de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen.

Artikel 21

De Minister kan de subsidie-ontvanger voorts verplichtingen opleggen met betrekking tot:

  • a.

    aard en omvang van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend;

  • b.

    het vóór de subsidievaststelling verstrekken van gegevens en bescheiden die nodig zijn voor een beslissing omtrent de subsidie;

  • c.

    de te verzekeren risico’s;

  • d.

    het afleggen van rekening en verantwoording omtrent de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten, voor zover deze voor de vaststelling van de subsidie van belang zijn;

  • e.

    het beperken of wegnemen van de nadelige gevolgen van de subsidie voor derden;

  • f.

    het uitoefenen van controle door een accountant op het door het bestuursorgaan gevoerde financiële beheer en de financiële verantwoording daarover.

Artikel 22

De Minister kan de subsidie-ontvanger ook andere verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.

Artikel 23

De verplichtingen kunnen na de subsidieverlening worden uitgewerkt, voor zover de beschikking tot subsidieverlening dit vermeldt.

Artikel 24

  • 1.

    De subsidie-ontvanger dient zijn aanvraag om subsidievaststelling in binnen dertien weken na het tijdstip waarop het ontwikkelingsproject ingevolge artikel 18, eerste lid, moet zijn voltooid.

  • 2.

    Een aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van het origineel van een ondertekend formulier, dat door de Minister wordt vastgesteld. De Minister kan hiervan vrijstelling verlenen. Het door de Minister vastgestelde formulier is de bij deze regeling behorende bijlage 2. De Minister kan het formulier wijzigen.

  • 3.

    Een aanvraag gaat vergezeld van een accountantsverklaring en een eindverslag omtrent de uitvoering en de resultaten van het ontwikkelingsproject, overeenkomstig hetgeen in het formulier is vermeld.

Artikel 25

  • 1.

    Van de verstrekte subsidie zal de subsidie-ontvanger terugbetalen:

    • a.

      binnen acht weken na afloop van een kalenderjaar, tot de in de beschikking tot subsidieverlening genoemde datum, een bedrag gelijk aan het in die beschikking vermelde percentage van de in dat kalenderjaar met de uit het ontwikkelingsproject voortvloeiende of ervan afgeleide productie of dienstverlening gerealiseerde omzet;

    • b.

      binnen vier weken na ontvangst van de beschikking tot subsidievaststelling, het in de beschikking tot subsidieverlening vermelde percentage van de opbrengst verkregen door verkoop of anderszins van een nulserie, prototype, onderdelen hiervan of van andere activa die mede met de subsidie zijn gefinancierd;

    • c.

      binnen vier weken na ontvangst van de beschikking tot subsidievaststelling, het in de beschikking tot subsidieverlening vermelde percentage van de waarde van de nog bruikbare activa welke mede met de subsidie zijn gefinancierd en die niet gebruikt worden voor de uit de subsidie voortvloeiende productie of dienstverlening.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid, is de terugbetalingsverplichting niet van toepassing op de subsidie, bedoeld in artikel 16, tweede lid.

  • 3.

    De subsidie-ontvanger verstrekt binnen acht weken na afloop van elk kalenderjaar aan de Minister een opgave van de in het eerste lid, onder a, bedoelde gerealiseerde omzet.

  • 4.

    De subsidie-ontvanger verstrekt jaarlijks voor 1 oktober aan de Minister een accountantsverklaring inzake de opgave, bedoeld in het derde lid.

Artikel 26

  • 1.

    De subsidie-ontvanger brengt desgevraagd aan de Minister verslag uit omtrent de toepassing van de resultaten van het ontwikkelingsproject.

  • 2.

    De subsidie-ontvanger zal, behoudens voorafgaande schriftelijke ontheffing van de Minister, niet:

    • a.

      indien hij een rechtspersoon is, de rechtspersoon ontbinden of geheel of gedeeltelijk vervreemden noch zijn statutaire zetel verplaatsen buiten de Nederlandse Antillen;

    • b.

      de activa, anders dan prototypen, welke mede met de subsidie zijn gefinancierd, vervreemden.

Artikel 27

De Minister kan aan een ontheffing als bedoeld in de artikelen 18 en 26, tweede lid, voorschriften verbinden.

Artikel 28

  • 1.

    De Minister kan bij de subsidieverlening verplichtingen opleggen met betrekking tot:

    • a.

      de tenaamstelling, verwerving, instandhouding, exploitatie en vervreemding van rechten van intellectuele eigendom en de instandhouding van andere voor de uitvoering van het ontwikkelingsproject van belang zijnde en door de uitvoering van het ontwikkelingsproject opgedane kennis;

    • b.

      de zekerheidsstelling voor de terugbetaling van de verstrekte subsidie, bedoeld in artikel 25, eerste lid.

§5. Verhogingen

Artikel 29

  • 1.

    De Minister kan op aanvraag van de subsidie-ontvanger subsidie verlenen, zodanig dat het bedrag van een eerder ter zake van een ontwikkelingsproject verleende subsidie wordt verhoogd tot maximaal het bedrag, bedoeld in artikel 3, eerste lid, indien:

    • a.

      een eerdere aanvraag om verlening van een subsidie ter zake van het ontwikkelingsproject gedeeltelijk is afgewezen wegens overschrijding van het subsidieplafond;

    • b.

      een eerdere aanvraag om verlening van een subsidie ter zake van het ontwikkelingsproject gedeeltelijk is afgewezen op grond van artikel 12, tweede lid;

    • c.

      ontheffing is verleend voor het essentieel wijzigen van het ontwikkelingsproject, bedoeld in artikel 18, eerste lid.

  • 2.

    Van overeenkomstige toepassing zijn:

    • a.

      in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onder a en c: de artikelen 2, tweede lid, onder b, 11, 14, derde lid, en 28;

    • b.

      in het geval, bedoeld in het eerste lid, onder b: de artikelen 2, tweede lid, onder b, 11, 12, eerste lid, 13, 14 en 28.

§6. Voorschotten

Artikel 30

  • 1.

    Op een subsidie ter zake waarvan een beschikking tot subsidieverlening geldt, kunnen op aanvraag van de subsidie-ontvanger door de Minister voorschotten worden verstrekt.

  • 2.

    Een voorschot wordt berekend naar rato van de gemaakte en betaalde projectkosten, voor zover deze nog niet eerder bij de verstrekking van een voorschot in aanmerking zijn genomen. In totaal zal het bedrag aan voorschotten niet groter zijn dan 80 procent van het bij de subsidieverlening vermelde maximale subsidiebedrag.

  • 3.

    In afwijking van het eerste en tweede lid wordt aan een ondernemer als bedoeld in artikel 3, tweede lid, het eerste voorschot ambtshalve verstrekt bij de subsidieverlening. Dit voorschot bedraagt 25 procent van het bij de subsidieverlening vermelde maximale subsidiebedrag.

  • 4.

    Bij de toepassing van het tweede lid wordt de opslag, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, geacht gemaakt en betaald te zijn voor zover de kosten waarover hij wordt berekend gemaakt en betaald zijn.

  • 5.

    Een voorschot wordt slechts verstrekt, indien het bedrag aan voorschot ten minste NAF 10.450,00 (EUR 5.000,00) bedraagt

Artikel 31

  • 1.

    Een aanvraag wordt ingediend gelijktijdig met het uitbrengen van een verslag als bedoeld in artikel 19, derde lid.

  • 2.

    Een aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van het origineel van een ondertekend formulier, dat door de Minister wordt vastgesteld. De Minister kan hiervan vrijstelling verlenen. Het door de Minister vastgestelde formulier is de bij deze regeling behorende bijlage 3. De Minister kan het formulier wijzigen.

Artikel 32

De Minister kan afwijzend beschikken op een aanvraag, indien de subsidie-ontvanger niet heeft voldaan aan ingevolge de subsidieverlening voor hem geldende verplichtingen.

§7. Subsidievaststelling

Artikel 33

  • 1.

    De Minister stelt de subsidie overeenkomstig de subsidieverlening vast.

  • 2.

    De subsidie kan lager worden vastgesteld indien:

    • a.

      de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden;

    • b.

      de subsidie-ontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • c.

      de subsidie-ontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidieverlening zou hebben geleid;

    • d.

      de subsidieverlening anderszins onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten, of

    • e.

      subsidieverstrekking in strijd is met ingevolge een verdrag voor een van de Landen behorende tot het Koninkrijk geldende verplichtingen.

  • 3.

    Voor zover het bedrag van de subsidie afhankelijk is van de werkelijke kosten van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, worden kosten die in redelijkheid niet als noodzakelijk kunnen worden beschouwd bij de vaststelling van de subsidie niet in aanmerking genomen.

Artikel 34

De Minister kan de subsidie geheel of gedeeltelijk ambtshalve vaststellen, indien:

bij enig bij of krachtens deze regeling gesteld voorschrift of bij de subsidieverlening een termijn is bepaald binnen welke de subsidie ambtshalve wordt vastgesteld, of

de beschikking tot subsidieverlening of de beschikking tot subsidievaststelling wordt ingetrokken of ten nadele van de ontvanger wordt gewijzigd.

Artikel 35

De Minister geeft de beschikking tot subsidievaststelling binnen dertien weken na ontvangst van een aanvraag daartoe dan wel nadat de voor het indienen ervan geldende termijn is verstreken.

Indien de beschikking niet binnen dertien weken kan worden gegeven, stelt de Minister de betrokkene daarvan in kennis en noemt hij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking tegemoet kan worden gezien.

§7. Betaling

Artikel 36

  • 1.

    Het subsidiebedrag wordt overeenkomstig de subsidievaststelling betaald.

  • 2.

    Het subsidiebedrag wordt binnen zes weken na de subsidievaststelling betaald, tenzij bij of krachtens enig bij deze regeling gesteld voorschrift anders is bepaald.

Artikel 37

De verplichting tot betaling van een subsidiebedrag of een voorschot wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de Minister aan de subsidie-ontvanger schriftelijk kennis geeft van het ernstige vermoeden dat er grond bestaat om toepassing te geven aan artikel 38 of 39, tot en met de dag waarop de beschikking omtrent de intrekking of wijziging is bekendgemaakt of de dag waarop sedert de kennisgeving van het ernstige vermoeden dertien weken zijn verstreken.

§8 Intrekking

Artikel 38

  • 1.

    Zolang de subsidie niet is vastgesteld kan de Minister de subsidieverlening intrekken of ten nadele van de subsidie-ontvanger wijzigen, indien:

    • a.

      de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden;

    • b.

      de subsidie-ontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • c.

      de subsidie-ontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidieverlening zou hebben geleid;

    • d.

      de subsidieverlening anderszins onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten;

    • e.

      subsidieverstrekking in strijd is met ingevolge een verdrag voor een van de Landen van het Koninkrijk geldende verplichtingen.

  • 2.

    De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is verleend, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

Artikel 39

  • 1.

    De Minister kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen:

    • a.

      op grond van feiten of omstandigheden waarvan het bij de subsidievaststelling redelijkerwijs niet op de hoogte kon zijn en op grond waarvan de subsidie lager dan overeenkomstig de subsidieverlening zou zijn vastgesteld;

    • b.

      indien de subsidievaststelling onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten, of

    • c.

      indien de subsidie-ontvanger na de subsidievaststelling niet heeft voldaan aan aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • d.

      subsidieverstrekking in strijd is met ingevolge een verdrag voor een van de Landen van het Koninkrijk geldende verplichtingen.

  • 2.

    De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

  • 3.

    De subsidievaststelling kan niet meer worden ingetrokken of ten nadele van de ontvanger worden gewijzigd indien vijf jaren zijn verstreken sedert de dag waarop zij is bekendgemaakt dan wel, in het geval, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, sedert de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichting had moeten zijn voldaan.

Artikel 40

  • 1.

    Zolang de subsidie niet is vastgesteld kan de Minister de subsidieverlening met inachtneming van een redelijke termijn intrekken of ten nadele van de subsidie-ontvanger wijzigen:

    • a.

      voor zover de subsidieverlening onjuist is;

    • b.

      voor zover veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten zich in overwegende mate tegen voortzetting of ongewijzigde voortzetting van de subsidie verzetten, of

    • c.

      in andere bij wettelijk voorschrift geregelde gevallen.

  • 2.

    Bij intrekking of wijziging op grond van het eerste lid, onderdeel a of b, vergoedt de Minister de schade die de subsidie-ontvanger lijdt doordat hij in vertrouwen op de subsidie anders heeft gehandeld dan hij zonder subsidie zou hebben gedaan.

§9 Bezwaar en beroep

Artikel 41

Een belanghebbende kan tegen een beschikking op grond van deze regeling bezwaar maken bij de Minister. Bezwaarschriften dienen te worden gericht aan de Minister van Economische en Arbeidszaken, t.a.v. Senter, Postbus 10073, 8000 GB Zwolle, Nederland.

§10. Slotbepaling

Artikel 42

  • 1.

    Een ieder die is betrokken bij de uitvoering van de taak van de Minister en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.

  • 2.

    Het eerste lid is mede van toepassing op instellingen en daartoe behorende of daarvoor werkzame personen die door de Minister worden betrokken bij de uitvoering van zijn taak, en op instellingen en daartoe behorende of daarvoor werkzame personen die een bij of krachtens wettelijk voorschrift toegekende taak uitoefenen.

BIJLAGE 2 bij de Ministeriële beschikking met algemene werking van de 22ste februari 2002, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen (Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen)

Aanvraagformulier TOP-NA  
Formulier, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van Bijlage 1 van de Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillenblad 16 van 4
a. Gegevens aanvrager      
Naam Organisatie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postadres:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postcode:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Bezoekadres:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postcode:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Eilandgebied:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Bankrekeningnummer:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Bank:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
       
Contactpersoon:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _O Dhr O Mw Titel(s)_ _ Initialen _ _ _ _
Functie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Telefoon:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Fax:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
E-mail:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
       
Inschrijfnummerhandelsregister      
Kamer van Koophandel:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Te:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Jaar van inschrijving KvK:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
       
Rechtsvorm:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
       
Is uw organisatie:O omzetbelasting-plichtigO omzetbelasting-vrijgesteld
       
Is voor de organisatie:      
• Surséance van betaling aangevraagd? (datum)O neeO ja, op _ _-_ _-_ _ _ _
• Faillissement aangevraagd?; (datum)O neeO ja, op _ _-_ _-_ _ _ _
       
Indien u in aanmerking meent te komen voor 10% extra voor kleine en middelgrote bedrijven, moet u het onderstaande invullen:
• Hoeveel werknemers hebben gedurende het afgelopen boekjaar voltijdsarbeid verricht binnen uw organisatie (verrichte arbeid in deeltijd en seizoensarbeid meetellen naar evenredigheid)?_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
• Hoeveel bedroeg de jaaromzet van uw onderneming in het laatste afgesloten boekjaar?_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
• Hoeveel bedroeg het balanstotaal van uw onderneming in het laatste afgesloten boekjaar?_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
• Is 25% of meer van het kapitaal van de onderneming of het stemrecht in het bezit van één of meer andere ondernemingen?O Ja O Nee

Voeg als bijlage I bij dit aanvraagformulier de antwoorden op onderstaande vragen b t/m e.

(Lees vóór het beantwoorden van de vragen ook de bijgevoegde toelichting).

b. Bedrijfsgegevens

  • 1.

    Wat zijn de huidige activiteiten van uw onderneming, en welke markt(en) bedient u?

  • 2.

    Geef de juridische structuur en/of organigram van (de groep) van ondernemingen waartoe u behoort.

  • 3.

    Hoeveel bedroegen de totale R&D-kosten in het afgelopen boekjaar?

  • 4.

    Wat is de verwachte omzetbijdrage van het ontwikkelingsproject 3 jaar na beëindiging ervan? _._.%

c. Projectgegevens

  • 1.

    Wat is de projecttitel? _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _

  • 2.

    Wat zijn start- en einddatum van het ontwikkelingsproject: van _ _-_ _-_ _ _ _ tot en met Wat zijn de totale kosten van het ontwikkelingsproject: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _;

  • 3.

    Wat is het gevraagde bedrag: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

  • 4.

    Geef een korte beschrijving van wat u gaat ontwikkelen.

  • 5.

    Wat zijn de belangrijkste eisen waaraan het product/proces/de dienst dient te voldoen?

  • 6.

    Wat is nieuw ten opzichte van de bestaande producten, processen of diensten in de Nederlandse Antillen?

  • 7.

    Bescherming: is het product, proces, dienst of de in te zetten technologie door octrooien of op andere wijze beschermd (door u of door anderen)? Zo ja, hoe is dit geregeld? Voeg tevens een samenvatting van het octrooi of de octrooiaanvraag bij.

  • 8.

    Welke technische knelpunten en risico's verwacht u tijdens het ontwikkelingsproject?

  • 9.

    Hoe gaat u bovengenoemde knelpunten en risico's aanpakken?

  • 10.

    Geef een beschrijving van de ontwikkelingsactiviteiten.

  • 11.

    Wie gaan het project uitvoeren en welke relevante ervaring hebben zij?

  • 12.

    Welke afspraken zijn gemaakt met derden over samenwerking, licenties, inbreng van know-how, e.d.?

  • 13.

    Geef een planning in de tijd van deze activiteiten.

  • 14.

    Geef de begroting van de ontwikkelingskosten conform de volgende specificatie:

    1.

    a.

    Loonkosten direct personeel

    . . . . . . . . . .

     

    b.

    Andere loonkosten als bedoeld in artikel 4, derde lid, van het Besluit (bijvoorbeeld in het geval van een zelfstandig ondernemer)

    . . . . . . . . . .

    2.

    Opslag voor algemene kosten: 50% van de onder 1 genoemde loonkosten

    . . . . . . . . . .

    3.

    Kosten van machines en apparatuur

     
     

    -

    uitsluitend voor het project aangeschaft

    . . . . . . . . . .

     

    -

    niet uitsluitend voor het project aangeschaft (op basis van sluitende tijdschrijving)

    . . . . . . . . . . +

         

    . . . . . . . . . .

    4.

    Kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen

    . . . . . . . . . .

    5.

    Aan derden verschuldigde kosten

    . . . . . . . . . . +

     

    Totale projectkosten

    . . . . . . . . . .

d. Commerciële gegevens

  • 1.

    Voor welke markt is de ontwikkeling bedoeld en hoe groot is deze markt?

  • 2.

    Wat zijn de voor- en nadelen van de nieuwe ontwikkeling ten opzichte van de bestaande producten, processen of diensten?

  • 3.

    Welke omzet en welk marktaandeel verwacht u te realiseren, en waarop is deze verwachting gebaseerd?

  • 4.

    Beschrijf de organisatie van productie, marketing en verkoop.

  • 5.

    Wat zijn de geraamde verkoopprijs en kostprijs?

  • 6.

    Wat is de exploitatieraming voor de eerste 5 jaren?

e. Financiering

  • 1.

    Hoe gaat u de ontwikkeling, (het opzetten van) de productie en de commerciële exploitatie financieren?

  • 2.

    Is voor dit project of voor onderdelen daarvan subsidie aangevraagd bij, of verstrekt door een bestuursorgaan (bewijsstukken bijvoegen)?

O Ja O Nee Indien ja, door: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ ; ten bedrage van_ _ _ _ _ _ _ _.

Voeg als bijlagen bij dit formulier toe:

  • I.

    De antwoorden op bovenstaande vragen b t/m e

    (voor de bedrijfsgegevens, de financiering en de commerciële informatie kunt u eventueel verwijzen naar een bijgevoegd ondernemingsplan)

  • II.

    De meest recente jaarrekening (of openingsbalans)

  • III.

    Een uittreksel uit het register van de Kamer van Koophandel

    Een recent uittreksel van uw inschrijving bij de Kamer van Koophandel dient als bijlage bij dit aanvraagformulier te worden meegezonden. Ter verificatie dat dit aanvraagformulier door een daartoe bevoegd persoon is ondertekend, dient het uittreksel of een door de Kamer van Koophandel afgegeven separate verklaring de bevoegdheid van de ondertekenaar om deze aanvraag in te dienen te bevestigen.

  • IV.

    Indien beschikbaar: het rapport van een haalbaarheidsstudie

  • V.

    Een verklaring van de belastingdienst dat u als belastingplichtige in de administratie bent opgenomen in het kader van de Winstbelasting danwel in het kader van de Inkomstenbelasting omdat u inkomen uit onderneming geniet

Indien u een vrijstelling geniet en u als gevolg daarvan geen winst- of inkomstenbelasting betaalt, dient u een verklaring van de belastingdienst te overleggen dat u vrijgesteld bent en op grond waarvan u vrijgesteld bent.

Ondertekening

Ondergetekende verklaart dat alle voor de aanvraag benodigde stukken zijn bijgevoegd en dat hij/zij bekend is met de voorwaarden en procedures van het Besluit subsidies technische ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillen.

Aldus naar waarheid ingevuld,

Naam:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Functie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Datum:_ _ - _ _ - _ _ _ _ Handtekening_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Dit formulier moet worden opgestuurd (niet per fax) naar:

Senter Den Haag

Front Office Antillen

Postbus 93144

2509 AC Den Haag

Nederland

BIJLAGE 3 bij de Ministeriële beschikking met algemene werking van de 22ste februari 2002, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen (Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen)

Voorschotformulier TOP-NA  
Formulier, bedoeld in artikel 31, tweede lid, van Bijlage 1 van de Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillenblad 1 van 3

De ‘gegevens subsidie-ontvanger’ op dit formulier behoeven alleen de eerste keer, dat u een voorschot aanvraagt, te worden ingevuld. Alle volgende keren kunt u volstaan met de naam. Indien zich wijzigingen in de tussenliggende periode hebben voorgedaan, gelieve u de vereiste nieuwe gegevens wel in te vullen.

a. Gegevens subsidie-ontvanger      
Naam Organisatie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postadres:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postcode:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Bezoekadres:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postcode:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Eilandgebied:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Bankrekeningnummer:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Bank:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
       
Contactpersoon:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _O Dhr O Mw Titel(s)_ _ Initialen _ _ _ _
Functie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Telefoon:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Fax:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
E-mail:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
       

Is voor de organisatie:

• Surséance van betaling aangevraagd? (datum)O neeO ja, op _ _-_ _-_ _ _ _
• Faillissement aangevraagd?; (datum)O neeO ja, op _ _-_ _-_ _ _ _

b. Gegevens met betrekking tot de subsidieverlening

Datum en kenmerk van de beschikking waarbij subsidie is verleend.

Datum  _ _ - _ _ - _ _ _ _
Kenmerk  _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Projectnummer:TOP-NA_ _ _ _ _

c. Gevraagd voorschot

Deze aanvraag betreft een voorschotbedrag van  . . . . . . . . . . . . . .
Bedrag van de gemaakte en betaalde kosten waarvoor deze aanvraag wordt gedaan:  . . . . . . . . . . . . . .
Declaratieperiode :_ _ - _ _ - _ _ _ _ tot en met_ _ - _ _ - _ _ _ _
Rapportageperiode :_ _ - _ _ - _ _ _ _ tot en met_ _ - _ _ - _ _ _ _

d. Specificatie projectkosten (conform artikel 4 van het Besluit)

Een gedetailleerde onderbouwing van de opgevoerde kosten dient uit een toelichting te blijken, toe te voegen als bijlage I en gespecificeerd conform de begroting bij de subsidiebeschikking.

1. a.Loonkosten direct personeel. . . . . . . . .
 b.Andere loonkosten als bedoeld in artikel 4, derde lid, van het Besluit (bijvoorbeeld in het geval van een zelfstandig ondernemer) . . . . . . . . . .
       
2. Opslag voor algemene kosten: 50% van de onder 1 genoemde loonkosten. . . . . . . . . .
       
3. Kosten van machines en apparatuur  
 -uitsluitend voor het project aangeschaft. . . . . . . . . .
 -niet uitsluitend voor het project aangeschaft  
   (op basis van sluitende tijdschrijving). . . . . . . . .+
     . . . . . . . . . .
       
4.Kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen. . . . . . . . . .
       
5. Aan derden verschuldigde kosten. . . . . . . . .+
 Totale projectkosten. . . . . . . . . .

Een voortgangsverslag conform model verslag dient u als bijlage II toe te voegen.

e. Ondertekening

Aldus naar waarheid ingevuld,

Naam:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Functie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Datum:_ _ - _ _ - _ _ _ _ Handtekening:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

f. Bijlagen

I Toelichting en specificatie van de gemaakte kosten

II Voortgangsverslag

Dit formulier moet worden opgestuurd (niet per fax) naar:

Senter Den Haag

Front Office Antillen

Postbus 93144

2509 AC Den Haag

Nederland

BIJLAGE 4 bij de Ministeriële beschikking met algemene werking van de 22ste februari 2002, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen (Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen)

Vaststellingsformulier TOP-NA  
Formulier, bedoeld in artikel 24, tweede lid, van Bijlage 1 van de Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillenblad 1 van 3
a. Gegevens subsidie-ontvanger      
Naam Organisatie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postadres:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postcode:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Bezoekadres:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Postcode:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Eilandgebied:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Bankrekeningnummer:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Bank:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
       
Contactpersoon:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _O Dhr O Mw Titel(s)_ _ Initialen _ _ _ _
Functie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    
Telefoon:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _Fax:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
E-mail:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _    

Is voor de organisatie:

Surséance van betaling aangevraagd? (datum)O neeO ja, op _ _-_ _-_ _ _ _
Faillissement aangevraagd?; (datum)O neeO ja, op _ _-_ _-_ _ _ _

b. Gegevens met betrekking tot de subsidieverlening

Datum en kenmerk van de beschikking waarbij subsidie is verleend.
Datum_ _ - _ _ - _ _ _ _ , Kenmerk_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Maximumbedrag van de subsidieverlening:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Projectnummer:TOP-NA  _ _ _ _ _
Eventuele wijziging van de beschikking:Datum_ _ - _ _ - _ _ _ _, Kenmerk_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

c.Specificatie projectkosten (conform artikel 4 van het Besluit)

Een gedetailleerde onderbouwing van de opgevoerde kosten dient uit een toelichting te blijken, toe te voegen als bijlage I en gespecificeerd conform de begroting bij de subsidiebeschikking.

1.a.Loonkosten direct personeel. . . . . . . . . . .
 b.Andere loonkosten als bedoeld in artikel 4, derde lid, van het Besluit (bijvoorbeeld in het geval van een zelfstandig ondernemer). . . . . . . . . . .
     
2. Opslag voor algemene kosten: 50% van de onder 1 genoemde loonkosten. . . . . . . . . . .
     
3. Kosten van machines en apparatuur  
 -uitsluitend voor het project aangeschaft:. . . . . . . . . . .
 -niet uitsluitend voor het project aangeschaft  
  (op basis van sluitende tijdschrijving). . . . . . . . . . . +
   . . . . . . . . . . .
     
4. Kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen. . . . . . . . . . .
     
5. Aan derden verschuldigde kosten. . . . . . . . . . . +
     
 Totale projectkosten. . . . . . . . . . .

Een eindverslag conform model eindverslag dient u als bijlage II toe te voegen.

d. Verzoek tot subsidievaststelling

Bedrag van de door de subsidie-ontvanger gemaakte en betaalde kosten waarvoor dit verzoek wordt ingediend: _ _ _ _ _ _ _ _

Is voor dit project of voor onderdelen daarvan subsidie aangevraagd bij, of verstrekt door een bestuursorgaan (bewijsstukken bijvoegen)?

O Ja O Nee      
Indien ja, door: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ ; ten bedrage van. . . . . . . . . . .
       
Totale projectkosten    . . . . . . . . . . .
Ontvangen subsidie van een bestuursorgaan:    . . . . . . . . . . .
Gevraagde subsidie    . . . . . . . . . . .
Eigen aandeel in de projectkosten    . . . . . . . . . . .

e. Volledigheidstoets

Is het formulier volledig ingevuld? ja nee
Heeft de accountant ondertekend? ja nee
Is het eindverslag bijgevoegd? ja nee
Zijn toelichting en specificatie van gemaakte kosten bijgevoegd? ja nee
Is de accountantsverklaring bijgevoegd? ja nee

f.Ondertekening

Aldus naar waarheid ingevuld,

Naam:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Functie:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Datum:_ _ - _ _ - _ _ _ _Handtekening:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

g. Bijlagen

I Toelichting en specificatie van de gemaakte kosten

II Eindverslag

III Accountantsverklaring

Dit formulier moet worden opgestuurd (niet per fax) naar:

Senter Den Haag

Front Office Antillen

Postbus 93144

2509 AC Den Haag

Nederland

BIJLAGE 4a bij de Ministeriële beschikking met algemene werking van de 22ste februari 2002, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies voor technische ontwikkelingsprojecten op de Nederlandse Antillen (Subsidieregeling technische ontwikkelingsprojecten-Nederlandse Antillen)

Model accountantsverklaring

[De onderstreepte begrippen zijn nader toegelicht]

Accountantsverklaring ten behoeve van het Ministerie van Nationaal Herstel en Economische Zaken

Opdracht

Wij hebben bijgevoegde aanvraag om subsidievaststelling met bijlage(n) van:

Naam aanvrager _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Statutaire vestigingsplaats _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ gewaarmerkt en gecontroleerd.

Voor dit ontwikkelingsproject, met projectnummer TOP-NA _ _ _ _ _ , is bij brief van

datum _ _ - _ _ - _ _ _ _ en met kenmerk _ _ _ _ _ _ _ _ door de Minister van Economische en Arbeidszaken een subsidie verleend.

Met brief van datum _ _ - _ _ - _ _ _ _ en met kenmerk _ _ _ _ _ _ _ _ is de beschikking als genoemd laatstelijk aangevuld en/of gewijzigd [indien van toepassing].

Deze subsidie is verleend in het kader van het Besluit subsidies technische ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillen.

De aanvraag om subsidievaststelling is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de leiding van naam aanvrager : _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ . Het is onze verantwoordelijkheid een accountantsverklaring inzake deze aanvraag te verstrekken.

Werkzaamheden

Onze controle is verricht in overeenstemming met algemeen aanvaarde richtlijnen met betrekking tot controleopdrachten. Volgens deze richtlijnen dient onze controle zodanig te worden ingepland en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat deze aanvraag geen onjuistheden van materieel belang bevat.

De controle omvat onder meer een onderzoek (eventueel door middel van deelwaarnemingen) naar de gegevens in de aanvraag. Tevens omvat de controle de beoordeling dat deze aanvraag voldoet aan de volgende eisen:

  • ·

    de kosten zijn gemaakt en daadwerkelijk betaald en zijn rechtstreeks toe te rekenen aan het project terzake waarvan subsidie is verleend;

  • ·

    de in aanmerking genomen kosten zijn in overeenstemming met artikel 4 van het Besluit subsidies technische ontwikkelingsprojecten Nederlandse Antillen;

  • ·

    de kosten hebben betrekking op de periode:

    begindatum project: _ _ - _ _ - _ _ _ _ tot en met einddatum project: _ _ - _ _ - _ _ _ _ ;

  • ·

    de bij deze aanvraag verstrekte informatie omtrent de door andere bestuursorganen verstrekte subsidie terzake van de kosten van de gesubsidieerde activiteiten is juist en volledig weergegeven;

  • ·

    de verstrekte informatie over het al dan niet in aftrek kunnen brengen van de BTW is juist.

Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.

Oordeel

Wij zijn van oordeel dat deze aanvraag om subsidievaststelling voldoet aan de hiervoor genoemde eisen.

Toelichtende paragraaf

[Indien van toepassing eventuele specifieke bevindingen]

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Ondertekening door accountant
Naam accountantskantoor:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Naam accountant:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _, RA/AA [doorhalen wat niet van toepassing is]  
Plaats:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Datum:_ _ - _ _ - _ _ _ _ Handtekening:_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Toelichting op model accountantsverklaring

redelijke mate van zekerheiddit betekent dat de accountant een (relatief) hoge maar geen absolute mate van zekerheid verschaft.
   
van materieel belanginformatie is van materieel belang indien het weglaten of onjuist weergeven daarvan de economische beslissingen die gebruikers op basis van de verantwoording nemen kan beïnvloeden.
   
accountantDe controle kan worden uitgevoerd door een RA of een AA. De gevraagde verklaring kan ook worden verstrekt door een niet als openbaar accountant optredend intern accountant.