Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 28ste augustus 2001 ter uitvoering van artikel 13 van de Landsverordening Ziekteverzekering en artikel 13 van de Landsverordening Ongevallenverzekering

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 28ste augustus 2001 ter uitvoering van artikel 13 van de Landsverordening Ziekteverzekering en artikel 13 van de Landsverordening Ongevallenverzekering
CiteertitelLandsbesluit Medisch Tarief Sociale Verzekeringen 2001
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpsociale zekerheid; volksgezondheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De regeling vervangt het Landsbesluit Medisch Tarief Sociale Verzekeringen (P.B. 1959, no. 194).

De bijlagen zijn niet opgenomen.

De bijlagen zijn op verschillende momenten in werking getreden, voor fysiotherapeuten bijvoorbeeld met ingang van 01-09-2001.

Het tijdstip van inwerkingtreding van de onderdelen van de oorspronkelijke regeling van 28-08-2001 (P.B. 2001, no. 100) is verschillend vastgesteld: art. 1 onder r en s trad in werking met ingang van 01-02-2002.

De terugwerkende kracht tot 01-01-2001 beperkt zich tot art. 23.

Het tijdstip van inwerkingtreding van de onderdelen van de wijzigingsregeling van 18-11-2005 (P.B. 2005, no. 92) is verschillend vastgesteld: de wijziging van art. 12 trad in werking met ingang van 01-03-2006, en de wijziging van art. 26 met ingang van 17-12-2005.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Landsverordening ziekteverzekering, art 13
  2. Landsverordening ongevallenverzekering, art. 13
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-12-200501-09-2001art. 12, 26

18-11-2005

P.B. 2005, no. 92

n.v.t.
01-09-200101-01-2001Nieuwe regeling

28-08-2001

P.B. 2001, no. 100

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

Landsbesluit Medisch Tarief Sociale Verzekeringen 2001

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit landsbesluit wordt verstaan onder:

a. Bank:de Sociale Verzekeringsbank;
b. verzekerde:degene die bij of krachtens de Landsverordening Ziekteverzekering (P.B. 1966, no. 15) of de Landsverordening Ongevallenverzekering (P.B. 1966, no. 14) is verzekerd;
c. medewerkende:de persoon, onderscheidenlijk instelling, die zich, op uitnodiging van de Directeur van de Bank, overeenkomstig het daaromtrent bepaalde, schriftelijk bereid heeft verklaard tot medewerking aan de bij de Landsverordening Ziekteverzekering en de Landsverordening Ongevallenverzekering geregelde verzekeringen in een bepaald eilandgebied en als zodanig in het register is ingeschreven;
d. register:het register waarin de Directeur van de Bank krachtens de Regeling Medewerking aan Sociale Verzekeringen 1960 (P.B. 1960, no. 22) de namen en verdere gegevens van alle medewerkenden doet inschrijven;
e. handboek:het door de Bank opgestelde handboek voor medewerkenden, waarin regels, gedrags- en richtlijnen zijn opgenomen;
f. consult:het bezoek van de verzekerde aan de spreekkamer van de medewerkende of een daarmee gelijk te stellen plaats voor het verlenen van zorg, ongeacht de duur welke dit in beslag neemt;
g. intercollegiaal consult:het overleg tussen de medisch specialist en een collega-specialist;
h. verwijzing:het door een medewerkende naar een andere medewerkende sturen van een verzekerde ter fine van een vorm van behandeling, die door de sturende medewerkende niet aan de verzekerde verschaft kan worden;
i. visite:het bezoek aan de verzekerde voor geneeskundige behandeling in het geval de verzekerde niet naar de spreekkamer van de geneeskundige of een daarmee gelijk te stellen plaats kan komen, doordat de aard van de ziekte onderscheidenlijk het letsel dit belet;
j. geneeskundige:de geneeskundige die, overeenkomstig het daaromtrent bepaalde, door de Directeur van de Bank hetzij als medewerkende huisarts, hetzij als medewerkende medisch specialist, in het register is ingeschreven;
k. kleine verrichtingen:de door de Bank aan de medewerkende huisarts toegestane verrichtingen die door die huisarts in diens praktijk kunnen worden uitgevoerd;
l. inkoopprijs geneesmiddelen:prijs waarvoor de geneesmiddelen door de botica worden ingekocht bij de importeur van pharmaceutische produkten met uitzondering van de daarop rustende indirecte belastingen;
m. instelling:de medewerkende, die geen huisarts, medisch specialist, paramedicus, apotheker, botica of ziekeninrichting is en die tot doel heeft geneeskundige behandeling en verzorging te verlenen aan zieken die een bepaald soort zorg behoeven;
n. ziekeninrichting:de medewerkende inrichting die bestemd is voor een intramurale geneeskundige behandeling en verpleging van zieken en die op grond van een vergunning van het desbetreffende eilandgebied daartoe bevoegd is;
o. laboratorium:een medewerkende instelling die tot doel heeft het doen van onderzoek naar lichaamsprodukten van de verzekerden;
p. apotheker:de medewerkende die bevoegd is tot het bedrijfsmatig verstrekken van door de overheid erkende geneesmiddelen aan het publiek;
q. botica:het bedrijfspand, waarin de apotheker zijn bedrijf uitoefent;
r. receptregelvergoeding:een vast nominaal bedrag per receptregel, onafhankelijk van de inkoopprijs van het geneesmiddel;
s. receptregel:het voorschrift van een geneeskundige met betrekking tot één geneesmiddel;
t. controlerende geneesheer:de geneeskundige in dienst van de Bank, die namens de Directeur van de Bank controle uitoefent op alle medische aangelegenheden verband houdende met de medewerking aan de uitvoering van de Landsverordening Ziekteverzekering (P.B. 1966, no. 15) en de Landsverordening Ongevallenverzekering (P.B. 1966, no. 14);
u. machtiging:het voorafgaand accorderen van een verwijzing, verrichting, consult of handeling door de controlerende geneesheer.

§ 2 Soorten tarieven

Artikel 2
  • 1. De in de tarieven vastgestelde vergoedingen aan de medewerkenden hebben betrekking op:

    • a.

      het invullen van de voorgeschreven formulieren;

    • b.

      het verstrekken van inlichtingen;

    • c.

      het plegen van overleg met en het consulteren van de behandelende geneeskundige.

  • 2. Indien in het tarief achter het bedrag van de vergoeding, welke voor een verrichting is vastgesteld, een M is geplaatst, kan deze verrichting slechts worden uitgevoerd indien van tevoren een machtiging is verkregen.

  • 3. Een medisch specialist kan de verzekerde slechts behandelen na verwijzing door een huisarts. Indien achter het bedrag van de vergoeding, welke de medisch specialist in rekening mag brengen, een M is geplaatst, houdt dit in dat hij, behalve de verwijzing als vorenbedoeld voor behandeling in het algemeen, voor de betreffende verrichting een machtiging behoeft.

  • 4. In afwijking van het tweede en derde lid kan de Bank voor verrichtingen, consulten en dergelijke waarvoor in dit landsbesluit geen M is vermeld, te allen tijde een machtiging vooraf vereisen. De Bank is verplicht dit tijdig aan de medewerkenden bekend te maken.

  • 5. Tenzij er sprake is van nood kan, de medisch specialist uitsluitend verrichtingen in rekening brengen, welke geacht worden te behoren tot het omschreven onderdeel van de genees- en heelkunde waarvoor hij als specialist in het register staat ingeschreven.

  • 6. De geneeskundige mag uitsluitend de verrichtingen declareren die hij uitgevoerd heeft overeenkomstig het handboek.

  • 7. Indien een medewerkende in strijd handelt met het bepaalde in het vierde, vijfde en zesde lid, doet de Directeur van de Bank hem uit het register verwijderen.

  • 8. Indien een medisch noodzakelijke verrichting moet plaatsvinden, welke niet in het tarief is begrepen, wordt daaromtrent van tevoren overleg gepleegd met de controlerende geneesheer. De Bank bepaalt in die gevallen welk tarief voor de betrokken verrichting gehonoreerd wordt.

Artikel 3
  • 1. De tarieven worden onderscheiden in respectievelijk tarief A tot en met tarief F en omvatten het volgende:

    • a.

      tarief A: tarieven voor eenvoudige verrichtingen als bedoeld in artikel 5 alsmede tarieven van huisartsen en medisch specialisten als bedoeld in de artikelen 6 en 7;

    • b.

      tarief B: tarieven voor uitgebreidere verrichtingen als bedoeld in artikel 8;

    • c.

      tarief C: tarieven voor volledige behandelingen als bedoeld in artikel 9;

    • d.

      tarief D: tarieven voor diagnostisch onderzoek als bedoeld in artikel 10;

    • e.

      tarief E: ziekeninrichtingtarieven als bedoeld in artikel 11;

    • f.

      tarief F: tarieven voor farmaceutische verrichtingen als bedoeld in artikel 12, tarieven voor ambulance als bedoeld in artikel 13, tarieven voor fysiotherapeuten als bedoeld in artikel 14, tarieven voor diëtisten als bedoeld in artikel 15, tarieven voor logopedisten als bedoeld in artikel 16, tarieven voor verloskundigen als bedoeld in artikel 17, tarieven voor psychologen als bedoeld artikel 18, tarieven voor oefentherapeuten Cesar/Mensendieck als bedoeld in artikel 19, tarieven voor wijkverpleging als bedoeld in artikel 20, tarieven voor Stichting Diatel als bedoeld in artikel 21 en tarieven voor instrumentenmakers als bedoeld in artikel 22.

  • 2. De tarieven die van toepassing zijn op medewerkenden, zijn in de tabellen, opgenomen in de bij dit landsbesluit behorende bijlage, geregeld. De desbetreffende tabellen zijn ingedeeld in twee kolommen.

§ 3 Tarief A

Artikel 4
  • 1. De vergoedingen in tarief A omvatten mede:

    • a.

      afstandsvergoeding;

    • b.

      eventueel gebruik van spreekkamer, apparaten, verbandmateriaal en ontsmettingsmiddelen;

    • c.

      nacht- en weekendtarieven;

    • d.

      alle overige onkosten van de praktijkvoering.

  • 2. Bij het aanleggen van elastische zwachtels en zinklijm-, rek- en gipsverbanden kan het gebruikte materiaal volgens de door de Bank uit te vaardigen regels in rekening worden gebracht.

Artikel 5
  • 1. Voor eenvoudige verrichtingen gedaan door medisch specialisten wordt het handboek geraadpleegd.

  • 2. Medisch specialisten mogen per week maximaal drie visites of consulten in rekening brengen.

  • 3. De medisch specialisten zijn verplicht generieke geneesmiddelen voor te schrijven en kunnen slechts op medische indicatie merkpreparaten voorschrijven.

  • 4. Merkpreparaten worden slechts door de Bank vergoed indien voorafgaande machtiging hiervoor is verleend.

Artikel 6
  • 1. De huisartsen ontvangen voor de door hen verleende zorg aan de verzekerden een abonnementshonorarium.

  • 2. De voor huisartsen vastgestelde abonnementshonorarium op jaarbasis voor elke verzekerde die bij de huisarts ingeschreven staat, is opgenomen in de tabel Abonnementshonorarium huisartsen in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

  • 3. De huisartsen ontvangen, bij wijze van vooruitbetaling, per kwartaal gedeeltelijke uitbetaling van het abonnementshonorarium.

  • 4. Indien blijkt dat bij de vooruitbetaling in een kwartaal te veel is uitbetaald, zal bij de volgende betalingen het teveel betaalde worden verrekend.

  • 5. Bij het bepalen van het aantal verzekerden ter berekening van het abonnementshonorarium wordt rekening gehouden met verzekerden vanaf het tijdstip dat zij bij de huisarts ingeschreven staan.

  • 6. Artikel 5, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing op huisartsen.

  • 7. In het abonnementshonorarium zijn de vergoedingen voor kleine verrichtingen niet inbegrepen. De voor kleine verrichtingen geldende tarieven zijn opgenomen in de tabel kleine verrichtingen.

  • 8. In dit artikel wordt onder abonnementshonorarium verstaan de vaste vergoeding die door de Bank aan de huisartsen wordt gegeven per ingeschreven verzekerde voor behandelingen of verrichtingen die onder het basistakenpakket en onder de facultatieve taken van de huisartsen vallen.

  • 9. In het achtste lid wordt onder basistakenpakket van huisartsen verstaan het geheel van:

    • a.

      taken afgeleid van het hulpverleningsproces, zoals diagnostiek, behandelingsplan en terugkoppelingstaken;

    • b.

      taken afgeleid van bepaalde categorieën verzekerden, zoals zwangere vrouwen, zuigelingen, kleuters en jeugdigen, bejaarden en chronisch zieken;

    • c.

      ondersteunende taken, zoals het op peil houden van de vakbekwaamheid, overzicht sociale kaart, praktijkorganisatie en uitrusting, medische en financiële administratie;

    • d.

      preventieve taken;

    • e.

      taken die te maken hebben met continue zorg, die goed toegankelijk is, waaronder valt te verstaan anticiperend optreden, en continu beschikbaar en bereikbaar zijn, dat wil zeggen 24 uur per dag op alle dagen van de week;

    • f.

      handelingen die betrekking hebben op het voorschrijven van geneesmiddelen conform de richtlijnen, aanwijzingen en dergelijke van de Bank;

    • g.

      taken in het kader van de poortwachtersfunctie, waaronder onder meer verstaan wordt het voorkomen van zowel onnodige zorg in de tweede lijn als het voorkomen van het onnodig voorschrijven van geneesmiddelen;

    • h.

      handelingen, samenhangende met de gidsfunctie, dat wil zeggen in gevallen waarin verwijzing geïndiceerd is, het bespreken met de verzekerde naar welke hulpverlener hij verwezen zal worden;

    • i.

      handelingen, die de coördinerende rol die de huisarts vervult in de totale medische zorg die de verzekerde ontvangt danwel behoort te ontvangen, aangeven;

    • j.

      overige taken, zoals het verlenen van hulp op doelmatige en professionele wijze, waarbij de medewerkende zich behoort te laten leiden door een afweging tussen de kwaliteit van behandeling, de daaraan verbonden kosten, en de belangen van de verzekerde.

  • 10. In het achtste lid wordt onder facultatieve taken van huisartsen verstaan activiteiten, onderscheidenlijk verrichtingen die:

    • a.

      niet tot huisartsengeneeskundig handelen kunnen worden gerekend;

    • b.

      niet tot basistaken behoren;

    • c.

      in de huisartsenpraktijk verantwoord kunnen worden uitgevoerd.

Artikel 7
  • 1. De medisch specialisten worden in de volgende vijf categorieën onderscheiden:

    • I.

      huidarts, oogarts, keel-, neus- en oorarts, chirurg, orthopedisch chirurg, kinderchirurg, plastisch chirurg, vaatchirurg, kaakchirurg, neurochirurg, gynaecoloog en uroloog;

    • II.

      kinderarts;

    • III.

      neuroloog, internist, cardioloog, longarts, reumatoloog en gastroenteroloog;

    • IV.

      psychiater.

  • 2. De voor medische specialisten vastgestelde vergoedingen zijn opgenomen in de tabel specialisten verrichtingen in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

§ 4 Tarief B

Artikel 8
  • 1. Indien een verrichting die onder tarief B valt of een daarmee gelijk te stellen verrichting plaats vindt, wordt de daarmee gepaard gaande visite of het daarmee gepaard gaande consult niet extra berekend.

  • 2. Van verschillende gelijktijdige en met elkaar verband houdende verrichtingen die bij dezelfde verzekerde hebben plaatsgevonden in één zitting, wordt het hoogste tarief berekend. Voor verschillende gelijktijdige, niet met elkaar verband houdende verrichtingen die bij dezelfde verzekerde plaats hebben gevonden in één zitting, wordt het hoogste tarief berekend, vermeerderd met de helft van dat tarief. Zijn de tarieven voor beide verrichtingen gelijk, dan mag anderhalf maal het tarief van één van de verrichtingen worden berekend.

  • 3. Artikel 4 is van overeenkomstige toepassing op tarief B.

§ 5 Tarief C

Artikel 9
  • 1. Indien voor een verrichting die onder tarief C valt de daarvoor vastgestelde vergoeding in rekening wordt gebracht, houdt deze vergoeding tevens in:

    • a.

      bezoeken aan of van de verzekerde;

    • b.

      een eventueel gebruik van spreekkamer, apparaten, verbandmateriaal en ontsmettingsmiddelen;

    • c.

      afstandsvergoeding en eventueel nacht- en weekendtarief;

    • d.

      voorbereiding tot de ingreep;

    • e.

      plaatselijke gevoelloosmaking;

    • f.

      de verrichting zelf;

    • g.

      hechtingen verwijderen;

    • h.

      nabehandeling van maximaal 14 dagen;

    • i.

      desgevraagd een kort operatieverslag;

    • j.

      deskundigheidsbevordering;

    • k.

      toeslag arts-assistenten;

    • l.

      alle overige onkosten van de praktijk.

  • 2. De verrichtingen, genoemd in het eerste lid, kunnen alleen uitgevoerd worden door een medisch specialist. Slechts indien onmiddellijk handelen in het belang van de verzekerde noodzakelijk is en tijd of gelegenheid ontbreekt de hulp van een medisch specialist in te roepen, kan een van deze verrichtingen uitgevoerd worden door de huisarts.

  • 3. Indien in een zitting meerdere verrichtingen, genoemd in het eerste lid, plaatsvinden, wordt de verrichting met het hoogste tarief volledig vergoed. Alle bijkomende ingrepen worden maximaal voor de helft vergoed, tenzij in de omschrijving van de verrichting anders is vermeld.

  • 4. Het derde lid is niet van toepassing indien voor combinaties van verrichtingen een code en een omschrijving voorkomt waar de voor de betrokken verrichtingen vastgestelde vergoeding is opgenomen. In dat geval declareert de medewerkende de in de vorige volzin bedoelde code in plaats van de individuele verrichtingen.

  • 5. Indien bij een verrichting, genoemd in het eerste lid, vanwege de bijzondere aard van het geval, een behandeling die veel langer dan normaal medisch noodzakelijk is, kan, na verkregen machtiging, van de voor de verrichting vastgestelde vergoeding worden afgeweken.

§ 6 Tarief D

Artikel 10
  • 1. Ongeacht of een verrichting die onder het tarief D valt, plaats vindt door, of in opdracht van, een huisarts, of een medisch specialist, houdt de daarvoor vastgestelde vergoeding het volgende in:

    • a.

      het gebruik van de benodigde apparatuur en materialen;

    • b.

      het onderzoek of de verrichting op zichzelf;

    • c.

      een kort verslag omtrent het resultaat van de verrichting.

  • 2. In de vergoeding, bedoeld in het eerste lid, is niet inbegrepen het consult of de visite van de huisarts of medisch specialist.

  • 3. De vergoeding voor microscopisch onderzoek is vastgesteld zonder rekening te houden met het aantal preparaten. De vergoeding voor röntgenseriefoto’s is vastgesteld zonder rekening te houden met het aantal foto’s.

  • 4. Wanneer röntgenseriefoto’s zijn genomen, worden deze aan de controlerende geneesheer overgelegd.

  • 5. Indien in één zitting meerdere diagnostische verrichtingen of combinaties van verrichtingen die onder het tarief C vallen, plaatsvinden, dan kunnen deze diagnostische verrichtingen volledig gedeclareerd worden.

  • 6. In afwijking van hetgeen in het vijfde lid is bepaald kan, bij twee of meer diagnostische, aaneensluitende verrichtingen, door een en dezelfde, al dan niet natuurlijke lichaamsopening, in één zitting slechts de verrichting met het hoogste tarief worden gedeclareerd.

  • 7. In afwijking van het vijfde en zesde lid kunnen, indien meerdere diagnostische verrichtingen door verschillende lichaamsopeningen in een zitting aansluitend aan elkaar plaatsvinden, of, in geval er geen sprake is van een diagnostische verrichting via een al dan niet natuurlijke lichaamsopening, alle verrichtingen volledig naast elkaar worden gedeclareerd, tenzij in de omschrijving van de verrichting anders staat vermeld.

  • 8. De tarieven voor laboratoriumonderzoek zijn opgenomen in de tabel laboratoriumonderzoek in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

§ 7 Tarief E

Artikel 11
  • 1. Het liggeld dat onder tarief E valt, houdt, behalve het liggen in een ziekeninrichting, tevens in voeding, verpleegkundige hulp, verband- en ontsmettingsmiddelen, het wassen van linnengoed en dergelijke, voor zover dit voor de verzekerde medisch noodzakelijk is.

  • 2. Bij het berekenen van het liggeld wordt, bij opname na 10 uur a.m. of bij vertrek vóór 8 uur p.m., die dag niet in rekening gebracht, met dien verstande dat de dag van opname en de dag van vertrek tezamen altijd voor tenminste een volle dag gerekend mogen worden.

  • 3. Onder verpleegkundige hulp in het eerste lid wordt mede verstaan het door het verplegend personeel in dienst van de ziekeninrichting behulpzaam zijn van de behandelende geneeskundige bij het uitvoeren van een van de medische verrichtingen die onder het tarief A, B of C vallen, of het in opdracht van de behandelende geneeskundige uitvoeren van een dergelijke verrichting, met uitzondering van de verrichtingen van de fysische therapie en röntgenbestraling die onder het tarief B vallen.

  • 4. Indien de ziekeninrichting een geneeskundige, voor het uitvoeren van een verrichting, apparatuur of een behandelkamer ter beschikking stelt, wordt de eventueel daarvoor gevraagde vergoeding door de ziekeninrichting aan de betrokken geneeskundige in rekening gebracht, tenzij een en ander is opgenomen onder de navolgende verrichtingen.

  • 5. Indien door de ziekeninrichting, in opdracht van een geneeskundige, een onderzoek verricht, dat onder tarief D valt, wordt de daarvoor vastgestelde vergoeding in rekening gebracht, met inachtneming van alle met betrekking tot deze verrichtingen gestelde bepalingen.

  • 6. Het ter beschikking stellen van een operatiekamer kan in rekening worden gebracht, indien de ter beschikkingstelling medisch noodzakelijk is. Van medische noodzakelijkheid is sprake in het geval dat de behandeling om medische redenen niet in de behandelkamer van de geneeskundige kan plaatsvinden.

  • 7. De tarieven voor ziekeninrichtingen zijn opgenomen in de tabel Sint Elisabeth Hospitaal en de tabel Kliniek dr. J. Taams/Advent Hospitaal/St. Maarten Medical Center/San Francisco Hospitaal in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

§ 8 Tarief F

Artikel 12
  • 1. De receptregelvergoeding die een apotheek in rekening kan brengen, bedraagt NAF. 7.

  • 2. In de vergoeding, genoemd in het eerste lid, zijn, behalve de vergoeding voor de arbeid van het wettelijk vereist gediplomeerd apotheekpersoneel, tevens begrepen de overige personele, materiële en administratieve kosten, welke in verband met het afgeven van geneesmiddelen moeten worden gemaakt.

Artikel 13
  • 1. Voor het transporteren van verzekerden door een ambulance wordt onderscheid gemaakt tussen een spoedrit en een bestelde rit.

  • 2. In dit artikel wordt onder spoedrit verstaan een rit waarbij, gezien het acute levensgevaar voor de verzekerde of het ongevalsslachtoffer, het vervoer naar een kliniek of zorginstelling onmiddellijk dient plaats te vinden. De spoedrit vangt aan op het moment dat het personeel van de meldkamer naar aanleiding van de verkregen informatie en de beoordeling hiervan, het ambulancevoertuig met hoogste urgentie laat uitrukken naar de plaats van bestemming.

  • 3. In dit artikel wordt onder bestelde rit verstaan een niet urgente rit waarbij de verzekerde vervoerd wordt tussen een kliniek of een zorginstelling in verband met overplaatsing of het vervoer van een zorginstelling naar een niet zorgverlenende instelling en omgekeerd.

  • 4. De voor ambulancevervoer vastgestelde vergoedingen zijn opgenomen in de tabel ambulance in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 14
  • 1. De vergoeding voor fysiotherapeutische behandeling houdt in een “all-in” tarief per consult.

  • 2. Per dag mag per verzekerde maximaal één consult in rekening worden gebracht.

  • 3. De voor fysiotherapeutische behandeling vastgestelde vergoedingen zijn opgenomen in de tabel fysiotherapeuten in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 15

Voor een consult bij een diëtist gelden de vergoedingen, welke opgenomen zijn in de tabel diëtisten in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 16
  • 1. Per dag mag één consult per verzekerde bij een logopedist in rekening worden gebracht.

  • 2. De per consult vastgestelde vergoeding is opgenomen in de tabel logopedisten in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 17

De vergoedingen terzake verloskundige behandeling zijn opgenomen in de tabel verloskundigen in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 18
  • 1. De per consult bij een psycholoog vastgestelde vergoeding is opgenomen in de tabel psycholoog in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

  • 2. Per dag mag één consult per verzekerde in rekening worden gebracht.

Artikel 19

De voor Oefentherapie Cesar en voor Oefentherapie Mensendieck vastgestelde vergoedingen bij een oefentherapeut Cesar/Mensendieck zijn opgenomen in de tabel oefentherapeut Cesar/Mensendieck in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 20

De voor wijkverpleging vastgestelde vergoedingen zijn opgenomen in de tabel wijkverpleging in de bijlage behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 21

De Stichting Diatel ontvangt vergoeding voor de verrichting genoemd in de tabel Stichting Diatel in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 22

De voor instrumentenmakers vastgestelde vergoedingen zijn opgenomen in de tabel instrumentenmakers in de bijlage1 behorende bij dit landsbesluit.

Artikel 23
  • 1. De Minister kan, gehoord de Bank, voor ten minste één jaar per zorginstelling of per zorgverlener een budget vaststellen ter dekking van de kosten van de ingevolge dit landsbesluit door die instelling of zorgverlener te verlenen zorg.

  • 2. De Bank overlegt met een medewerkende of groep medewerkenden ten aanzien van een vast te stellen budget, bedoeld in het eerste lid, alvorens de Minister van haar oordeel in kennis te stellen.

  • 3. Bij ministeriële beschikking met algemene werking kunnen regels worden gesteld:

    • a.

      met betrekking de termijn of termijnen waarbinnen de Bank gelden beschikbaar moet stellen aan de medewerkende;

    • b.

      voor de gevallen dat de werkelijk door de medewerkende gemaakte kosten, bedoeld in het eerste lid, hoger of lager zijn dan het vastgestelde budget.

Artikel 24

In geval van restitutie worden de voor de medewerkenden vastgestelde vergoedingen door de Bank gehanteerd.

Artikel 25

Het is alle zorgverleners, zorginstellingen en de ambulances verboden om aan de Bank danwel aan de verzekerden een hogere vergoeding in rekening te brengen dan de in dit landsbesluit vastgestelde vergoedingen.

Artikel 26

Het Medisch Tarief Sociale Verzekeringen (P.B. 1959, no. 194) wordt ingetrokken.

Artikel 27
  • 1. Dit landsbesluit treedt, met uitzondering van het bepaalde in het tweede, derde en vierde lid, in werking met ingang van de dag na die van de uitgifte van het Publicatieblad, waarin de afkondiging is geschied.

  • 2. De tweede kolom van de in de bijlage behorende bij dit landsbesluit opgenomen tabellen, bedoeld in artikel 3, tweede lid, treedt, met uitzondering van de in de tweede kolom in de tabel fysiotherapeuten vastgestelde vergoeding per consult, in werking met ingang van een bij ministeriële beschikking te bepalen tijdstip. Daarbij kan voor onderdelen van de in de vorige volzin bedoelde kolom of de daarin vastgestelde tarieven voor door bepaalde categorieën zorgverleners of zorginstellingen te verlenen zorg het tijdstip van inwerkingtreding verschillend worden vastgesteld.

  • 3. De in de tweede kolom in de tabel fysiotherapeuten vastgestelde vergoeding per consult treedt in werking met ingang van 1 september 2001.

  • 4. De artikelen 1, onderdelen r en s, en 12 treden in werking met ingang van 1 januari 2002.

  • 5. Terugwerkende kracht wordt verleend aan artikel 23 tot en met 1 januari 2001.

Artikel 28

Dit landsbesluit kan worden aangehaald als: Landsbesluit Medisch Tarief Sociale Verzekeringen 2001.