Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 19de januari 2001 ter uitvoering van artikel 244 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 19de januari 2001 ter uitvoering van artikel 244 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.
CiteertitelLandsbesluit gezagsregisters
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, art. 244.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-02-200115-01-2001Nieuwe regeling

19-01-2001

P.B. 2001, no. 14

n..t.v

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 19de januari 2001 ter uitvoering van artikel 244 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

Artikel 1

  • 1. In het ingevolge artikel 244 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek op elk eiland bij het gerecht in eerste aanleg berustende openbaar register tekent de griffier rechtsfeiten aan, die betrekking hebben op de gezagsuitoefening over op het eiland geboren minderjarigen.

  • 2. Voor minderjarigen die buiten de Nederlandse Antillen geboren zijn of wier geboorteplaats onbekend is, worden deze feiten geregistreerd bij het gerecht in eerste aanleg, zittingsplaats Curaçao.

Artikel 2

  • 1. In het register wordt aantekening gehouden van:

    • a.

      alle rechterlijke beslissingen, waarbij in het over minderjarigen uit te oefenen gezag hetzij blijvend, hetzij tijdelijk wordt voorzien of wijziging gebracht ingevolge de artikelen 77, tweede lid, onder a, 218, 219, 251, 253, 253b, 253c, 253d, 253g, 253h, 253ha, 253n, 253o, 253q, 253r, 266, 269, 271, 274, 275 en 277, 295 tot en met 297, 299a, 322, 324, 327, 328, 331, 334 en 453a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de artikelen 823 en 824 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering;

    • b.

      de aantekening van gezamenlijk gezag, bedoeld in artikel 252 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

    • c.

      meerderjarigverklaring, voor zover de desbetreffende moeder daardoor van rechtswege het gezag over haar kind verkrijgt, ondertoezichtstelling, voorlopige ondertoezichtstelling, verlenging of verkorting van de ondertoezichtstelling, benoeming of ontslag van een gezinsvoogd, vervanging van de rechter in eerste aanleg overeenkomstig artikel 12 van het Uitvoeringsbesluit ondertoezichtstelling;

    • d.

      alle bevelen van de officier van justitie waarbij een minderjarige voorlopig aan de zorg van de voogdijraad wordt toevertrouwd;

    • e.

      benoeming of ontslag van een bewindvoerder of opheffing van het bewind overeenkomstig artikel 370 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

    • f.

      alle rechterlijke beslissingen waarbij een der onder a, c, d of e bedoelde beslissingen dan wel de aantekening, bedoeld onder b worden bevestigd, vernietigd of herroepen;

    • g.

      de bereidverklaring tot aanvaarding van voogdij;

    • h.

      in kracht van gewijsde gegane uitspraken die een adoptie inhouden.

  • 2. Voor zover de in het vorige lid onder a, c, e, f, g en h genoemde feiten de griffier die deze moet registreren, niet ambtshalve bekend zijn, zullen de griffiers die deze ambtshalve hebben vernomen, hem daarvan onverwijld mededeling doen; de officieren van justitie doen hem onverwijld mededeling van bevelen bedoeld in het vorige lid onder d.

Artikel 3

Indien ingevolge het vorige artikel een aantekening over een minderjarige in het register is opgenomen, wordt daarin tevens aantekening gehouden van de volgende op hem betrekking hebbende gegevens:

  • a.

    de wijziging of vaststelling van zijn geslachtsnaam en de vaststelling van zijn voornamen, van welke gegevens de Minister van Justitie onverwijld kennis geeft aan de in artikel 1 aangewezen griffier;

  • b.

    de wijziging van zijn voornamen, zijn erkenning, de verlening van brieven van vaderschap of de ontkenning van het vaderschap door de moeder;

  • c.

    een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak, inhoudende de vernietiging van zijn erkenning, de gegrondverklaring van een ontkenning van het vaderschap of van een betwisting of inroeping van zijn staat, of de vernietiging van zulk een uitspraak, van welke gegevens de griffiers onverwijld kennis geven aan de in artikel 1 aangewezen griffier.

Artikel 4

  • 1. Elke kaart van het register bevat slechts de gegevens met betrekking tot de minderjarige wiens naam en voornamen aan het hoofd daarvan staan vermeld.

  • 2. Wanneer een kaart geheel beschreven is, wordt, zo nodig, voor dezelfde minderjarige een nieuwe kaart met hetzelfde hoofd aangelegd. Op elk der kaarten wordt aangegeven hoeveel kaarten van de betrokken minderjarige in het register zijn opgenomen.

Artikel 5

Elke inschrijving in het register wordt door de griffier ondertekend en van dagtekening voorzien.

Artikel 6

Het kaartregister wordt in alfabetische volgorde aangehouden. De Minister van Justitie kan hieromtrent nadere voorschriften geven.

Artikel 7

  • 1. Binnen de eerste drie maanden van elk kalenderjaar worden de kaarten betreffende degenen, die in het vorige kalenderjaar achttien jaar geleden geboren waren, uit het register gelicht.

  • 2. Deze kaarten worden, per geboortejaar van betrokkenen in alfabetische volgorde gerangschikt, ter griffie bewaard.

Artikel 8

  • 1. De griffier is verplicht aan ieder kosteloos inzage van het register te verstrekken. Hij is voorts verplicht om tegen betaling aan ieder een uittreksel uit het register te verstrekken.

  • 2. Het eerste lid is mede van toepassing op de inzage en de verstrekking van uittreksels van kaarten die reeds overeenkomstig artikel 7, eerste lid, uit het register zijn gelicht.

Artikel 9

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die der uitgifte van het Publicatieblad, waarin het geplaatst is en werkt terug tot en met 15 januari 2001.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als Landsbesluit gezagsregisters.