Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

LANDSVERORDENING van de 29ste januari 1981 nopens het aanvaarden van de door de Staat der Nederlanden te verlenen financiële medewerking aan de derde fase van het Meerjarenplan Nederlandse Antillen, betrekking hebbende op de planperiode 1972 tot en met 1976

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingLANDSVERORDENING van de 29ste januari 1981 nopens het aanvaarden van de door de Staat der Nederlanden te verlenen financiële medewerking aan de derde fase van het Meerjarenplan Nederlandse Antillen, betrekking hebbende op de planperiode 1972 tot en met 1976
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpbestuur en recht

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-05-198101-01-1972Nieuwe regeling

29-01-1981

P.B. 1981, no. 38

1979-1980-14

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSVERORDENING van de 29ste januari 1981 nopens het aanvaarden van de door de Staat der Nederlanden te verlenen financiële medewerking aan de derde fase van het Meerjarenplan Nederlandse Antillen, betrekking hebbende op de planperiode 1972 tot en met 1976

Artikel 1

Ten name en ten laste van de Nederlandse Antillen kan, in het kader van de derde fase van het Meerjarenplan Nederlandse Antillen, zich uitstrekkend over het vijfjarig tijdvak van 1972 tot en met 1976, financiële bijstand van de Staat der Nederlanden worden aanvaard tot een totaal bedrag van ten hoogste vierhonderd miljoen gulden Nederlands courant (Nf 400.000.000,--), zulks overeenkomstig de in de volgende artikelen opgenomen voorwaarden en bepalingen.

Artikel 2

In de vorm van schenkingen kunnen bijdragen worden aanvaard tot een bedrag van ten hoogste eenhonderdzestig miljoen guldens Nederlands courant (Nf 160.000.000,--).

Artikel 3

In de vorm van lening kunnen bijdragen worden aanvaard tot een bedrag van ten hoogste tweehonderd veertig miljoen gulden Nederlands courant (Nf 240.000.000,--) met bepaling dat:

  • a.

    over deze leningen gedurende de planperiode 1972 tot en met 1976 een enkelvoudige rente van twee en een half procent (2½%) per jaar bij het opgenomen leningsbedrag zal worden bijgeschreven;

  • b.

    het aldus per 1 januari 1977 berekende totale leningsbedrag zal worden geconsolideerd in een 30-jarige geldlening à 2½% ’s jaars met een aflossingsvrije periode van acht jaar;

  • c.

    van 1 januari 1985 af, voor het eerst op 31december 1985, de betaling van rente en aflossing zal plaatsvinden in 22 jaarlijkse annuïteiten.

Artikel 4

De in artikel 3 bedoelde leningsbedragen kunnen indien nodig bij de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden N.V. onder garantie van de Staat der Nederlanden worden opgenomen. Hierop zullen dezelfde voorwaarden en bepalingen van toepassing zijn als vermeld in artikel 3, met dien verstande dat het verschil tussen de marktvoorwaarden, onder welke deze leningen worden opgenomen en door de Nederlandse Antillen te betalen rente gebracht ten laste van hoofdstuk IV van de Nederlandse begroting in de vorm van een rentesubsidie.

Artikel 5

  • 1. De gelden, verkregen uit de in artikel 1 bedoelde financiële bijstand, kunnen ter beschikking worden gesteld onderscheidenlijk van de eilandgebieden Aruba en Curaçao en/of andere rechtspersonen, al naar gelang de behoefte in verband met de uitvoering der met de onderhavige bijdragen te financieren projecten.

  • 2. Voor de ter beschikkingstelling van gelden zullen voorwaarden en bepalingen zoals door de Nederlandse Antillen voor die ter beschikkingstelling vastgesteld, in overeenkomst worden vastgelegd.

Artikel 6

De renten en kosten vallende op de in voorgaande artikelen bedoelde financiële bijdragen komen, voor zover afgesloten voor de Nederlandse Antillen, de eilandgebieden Aruba en Curaçao of andere bevoegde rechtspersonen, ten laste daarvan in dezelfde verhouding als waarin de verdeling der bijdragen over de Nederlandse Antillen, de eilandgebieden Aruba en Curaçao of andere bevoegde rechtspersonen heeft plaatsgevonden.

Artikel 7

Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen wordt geregeld al hetgeen verder ter uitvoering van deze landsverordening nodig is.

Artikel 8.

Deze landsverordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging en werkt terug tot en met 1 januari 1972.