Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Millingen aan de Rijn

Verordening stimulering afkoppelen hemelwater Millingen aan de Rijn 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Millingen aan de Rijn
Officiële naam regelingVerordening stimulering afkoppelen hemelwater Millingen aan de Rijn 2012
CiteertitelStimuleringsregeling afkoppelen hemelwater Millingen aan de Rijn.
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpsubsidie afkoppingen hemelwater

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene Wet bestuursrecht, Art. 4:23 lid 1
  2. Gemeentewet, artikel 147
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-06-2012nieuwe regeling

19-06-2012

De Rozet, 28-6-2012

VB/12/00093, Z-12-00372

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening stimulering afkoppelen hemelwater Millingen aan de Rijn 2012

De raad der gemeente Millingen aan de Rijn;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 mei 2012;

gelet op artikel 4.23, lid 1 van de Algemene Wet bestuursrecht, art. 147 Gemeentewet en het Gemeentelijk RioleringsPlan

b e s l u i t :

de Verordening stimulering afkoppelen hemelwater Millingen aan de Rijn 2012 vast te stellen.

Paragraaf 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1.1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de gemeente: Gemeente Millingen aan de Rijn;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Millingen aan de Rijn;

  • c.

    de raad: de raad van de gemeente Millingen aan de Rijn;

  • d.

    de wet: de Algemene wet bestuursrecht;

  • e.

    afkoppelen: het beëindigen van de afvoer van op verhard oppervlak vallend hemelwater naar een openbaar gemengd rioolstelsel, door dit hemelwater te benutten, te infiltreren of te houden in de bodem dan wel te brengen in oppervlaktewater. Het verhard oppervlak kan bestaan uit daken, wegen en andere verharde terreinen waarvan hemelwater tot afstroming komt;

  • f.

    gemengd rioolstelsel: gecombineerd inzameling- en transportstelsel voor afvalwater en hemelwater.

Artikel 1.2 Reikwijdte
  • 1. Deze verordening is van toepassing op subsidies in verband met het afkoppelen van hemelwater.

  • 2. Subsidie kan worden aangevraagd tot en met 31 december 2016.

Artikel 1.3 Bevoegdheid college
  • 1. Het college is bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidie voor het afkoppelen van hemelwater met inachtneming van de begroting en het subsidieplafond.

  • 2. Het college is bevoegd om voorwaarden aan de beschikking tot subsidieverlening te verbinden.

Paragraaf 2 Algemene uitgangspunten voor subsidiëring

Artikel 2.1 Subsidieplafond, wijze van verdeling
  • 1. Het college is bevoegd om jaarlijks een subsidieplafond vast te stellen.

  • 2. Het college beslist op aanvragen in volgorde van ontvangst, met dien verstande dat wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de datum waarop de aanvraag voldoende is aangevuld geldt als datum van ontvangst.

  • 3. Voor zover toe te kennen aanvragen om subsidie op dezelfde dag zijn ontvangen en toekenning ervan zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, wordt het nog beschikbare bedrag naar evenredigheid over deze aanvragen verdeeld.

  • 4. Het subsidiejaar loopt gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 2.2 Rechthebbende
  • 1. Subsidie kan alleen worden verleend aan de natuurlijke of rechtspersoon die krachtens een zakelijk of duurzaam persoonlijk recht tot gebruik beschikt over een kadastraal perceel grond in Millingen aan de Rijn.

  • 2. Een rechthebbende die geen eigenaar is van het betreffende perceel waarop de activiteiten zullen worden uitgevoerd dient de aanvraag voor subsidie mede te laten ondertekenen door de eigenaar van betreffend perceel ter goedkeuring van de voorgenomen afkoppeling en alle rechten en plichten die daaruit voortvloeien.

Artikel 2.3 Subsidiabele kosten

De subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het van de riolering (met uitzondering van drukriolering) afkoppelen van schoon verhard oppervlak van het afvalwatersysteem binnen gemeente Millingen aan de Rijn, waarbij het afgekoppelde regenwater wordt geïnfiltreerd in de bodem, of daar waar mogelijk wordt geleid richting regenwaterriool, kwelriool of oppervlaktewater. De regeling geldt voor gemengde rioolstelsels. Voor een aansluiting op het kwelriool of oppervlaktewater dient vooraf bij het waterschap Rivierenland geïnformeerd te worden.

Artikel 2.4 Hoogte van de subsidie
  • 1. De subsidie bedraagt € 10,00 per m2 afgekoppeld verhard oppervlak voor zover gelegen op het grondgebied van de gemeente Millingen aan de Rijn.

  • 2. De subsidiebijdrage bedraagt maximaal 100% van de daadwerkelijk gemaakte kosten voor het afkoppelen met een maximum van € 1.000,00.

  • 3. Voor zover op andere wijze wordt voorzien in subsidiering van de kosten van afkoppeling van betreffend verhard oppervlak wordt dit in mindering gebracht op de te verlenen subsidie op grond van deze verordening.

Artikel 2.5 Weigeringgronden
  • 1. Het college kan een subsidie als bedoeld in artikel 1.3 weigeren indien:

    • a.

      de afkoppelwerkzaamheden niet of niet in overwegende mate gericht zijn op de door de gemeente geformuleerde waterbeleidsdoelstellingen;

    • b.

      indien reeds een begin is gemaakt met de activiteiten zonder toestemming van het college.

  • 2. Het college weigert een subsidie als bedoeld in artikel 1.3:

    • a.

      indien de oppervlakte van het af te koppelen verhard oppervlak minder dan 50 m2 bedraagt;

    • b.

      indien uit onderzoek blijkt dat het afkoppelen vanuit milieuhygiënisch of geohydrologisch oogpunt ongewenst is naar het oordeel van het college;

    • c.

      indien het afkoppelen zal leiden tot overlast op belendende percelen naar het oordeel van het college.

Paragraaf 3 Subsidieverlening

Artikel 3.1 Subsidiesysteem

Voorafgaande aan een subsidievaststelling wordt een beschikking tot subsidieverlening gegeven.

Artikel 3.2 Indiening aanvraag

De aanvraag voor een subsidie wordt ingediend bij het college met gebruikmaking van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.

Artikel 3.3 Termijn indienen van de aanvraag
  • 1. De aanvraag wordt ingediend vóór aanvang van de afkoppelwerkzaamheden waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

  • 2. Aanvragen kunnen het gehele jaar worden ingediend.

  • 3. Voordat het college op de aanvraag voor subsidieverlening heeft beslist mag niet met het afkoppelen een aanvang worden gemaakt.

Artikel 3.4 Gegevensverstrekking

Bij de aanvraag worden in elk geval de volgende gegevens verstrekt:

  • a.

    Een beschrijving met situatietekening van het in uitvoering te nemen project waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

  • b.

    Het tijdstip waarop met de uitvoering kan worden gestart en de vermoedelijke datum van oplevering;

  • c.

    Een begroting van de aan het werk verbonden redelijke en externe kosten, voorzien van een toelichting;

  • d.

    De te verwachten oppervlakte af te koppelen verhard oppervlak;

  • e.

    Een berekening van de bergingscapaciteit indien een infiltratievoorziening wordt toegepast;

  • f.

    Indien van toepassing: de exacte locatie van de aansluiting op het kwelriool, het hemelwaterriool of de watergang;

  • g.

    Of al uit andere hoofde subsidie wordt ontvangen of is aangevraagd voor de betrokken activiteiten.

Artikel 3.5 De beslissing op de aanvraag
  • 1. Het college beslist binnen 8 weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste 8 weken worden verdaagd.

  • 3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid houdt het college de beslissing op de aanvraag aan, indien ter zake van het afkoppelen een aanvraag voor subsidieverlening bij een andere instelling aanhangig is, tot het moment waarop deze instelling op deze aanvraag heeft beslist.

  • 4. Een beschikking tot subsidieverlening geeft in ieder geval een zo nauwkeurig mogelijke omschrijving van de locatie en de oppervlakte van het af te koppelen verhard oppervlak en vermeldt het bedrag van de subsidie, dan wel het bedrag waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld.

  • 5. Bij het besluit tot het verlenen van de subsidie geeft het college aan op welke wijze de verantwoording van de te ontvangen subsidie plaats vindt.

  • 6. Het college is bevoegd naast de verplichtingen als bedoeld in art. 4:37 Awb, ook andere doelgebonden verplichtingen als bedoeld in art. 4:38 Awb op te leggen.

Artikel 3.6 Doelgebonden verplichtingen
  • 1. Bij de verlening van de subsidie worden in elk geval, indien van toepassing, de volgende verplichtingen opgelegd:

    • -

      indien blijkt dat infiltratie van hemelwater in de bodem niet haalbaar is maar wel geloosd kan worden op het hemelwaterriool, kwelriool of oppervlaktewater, dan gelden in voorkomende gevallen de eisen van de betreffende (oppervlakte)waterbeheerder;

    • -

      de minimum dimensioneringseis ten aanzien van toe te passen (infiltratie)voorzieningen is dat een statistische bui met minimaal een voorkomen van eens in de 10 jaar geborgen dient te kunnen worden rekening houdend met 10% toeslag ten gevolge van de te verwachten klimaatsveranderingen. Dit komt overeen met een te hanteren bergingseis van 436 m3/ha verhard oppervlak.

    • -

      een eventuele noodoverloop naar het gemengd riool moet worden aangelegd op het hoogste punt van de voorziening en zijn voorzien van een terugslagklep. Een noodoverloop is alleen toegestaan bij ondergrondse infiltratievoorzieningen en mogelijk ook, naar oordeel van het college, bij bijzondere afkoppelvoorzieningen.

  • 2. Het college kan voorts in elk geval bij de verlening van de subsidie verplichtingen opleggen met betrekking tot de wijze waarop en de middelen waarmee de afkoppeling van het verhard oppervlak dient te geschieden.

Paragraaf 4 Verplichtingen van de subsidieaanvrager

Artikel 4.1 Verplichtingen van de subsidieaanvrager

De subsidieontvanger doet onverwijld melding aan het college, zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, niet of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de bij subsidieverlening opgelegde verplichtingen zal worden voldaan.

Artikel 4.2 Andere verplichtingen
  • 1. De activiteiten waarvoor de subsidie is verleend moeten binnen 6 maanden na verzending van de verleningsbeschikking in uitvoering zijn genomen.

  • 2. De activiteiten waarvoor de subsidie is verleend moeten binnen 1 jaar na verzending van de verleningsbeschikking gereed zijn.

  • 3. Het college kan op verzoek ontheffing verlenen van de in het vorige lid genoemde termijn.

  • 4. De subsidieontvanger dient tenminste drie werkdagen voor de aanvang van de werkzaamheden de rioolbeheerder van de gemeente daarvan in kennis te stellen.

  • 5. Het college is bevoegd om in de verleningsbeschikking nadere voorschriften op te nemen.

Paragraaf 5 Subsidievaststelling

Artikel 5.1 Subsidievaststelling
  • 1. De aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend bij het college met gebruikmaking van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2. De aanvraag tot subsidievaststelling dient zo spoedig mogelijk na voltooiing van het afkoppelen van het verhard oppervlak te worden ingediend, doch uiterlijk binnen 2 maanden na gereedkomen van het werk.

Artikel 5.2 Gegevensverstrekking
  • 1. Bij de aanvraag tot vaststelling worden in elk geval de volgende gegevens verstrekt:

    • a.

      Een beschrijving van het uitgevoerde project met daarin een opgave van het daadwerkelijk afgekoppelde aantal m² verhard oppervlak;

    • b.

      Tekeningen;

    • c.

      Een overzicht van de aan het werk verbonden kosten, voorzien van bewijsstukken en een toelichting;

    • d.

      Hoeveel subsidie uit andere hoofde is ontvangen of is aangevraagd voor de betreffende activiteiten;

    • e.

      De datum van gereedkomen;

    • f.

      Indien van toepassing de benodigde vergunning van het waterschap Rivierenland.

Artikel 5.3 Beslistermijn
  • 1. Het college stelt de subsidie vast binnen 12 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 2. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste 12 weken worden verdaagd.

Artikel 5.4 Betaling

De betaling vindt plaats binnen zes weken nadat de subsidie is vastgesteld.

Paragraaf 6 Slotbepalingen

Artikel 6.1 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen, waarin strikte toepassing van de onderhavige regeling tot onbillijkheden leidt, op een voor een aanvrager gunstige wijze afwijken van een of meer bepalingen van deze regeling met uitzondering van de artikelen 1.1 tot en met 1.3 alsmede art. 2.5 lid 2 (verplichte weigeringsgronden). Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.

Artikel 6.2 Inwerkingtreding en citeertitel
  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op haar bekendmaking.

  • 2. Deze verordening kan worden aangehaald als: Stimuleringsregeling afkoppelen hemelwater Millingen aan de Rijn.

Ondertekening

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Millingen aan de Rijn op 19 juni 2012.

De raadsgriffier, De voorzitter,

Toelichting

Algemene toelichting

Het doel van de regeling is om eigenaar-bewoners te stimuleren om het hemelwater van de riolering af te koppelen. Door het afkoppelen van (schone) verharde oppervlakken (zoals daken en opritten) van de (gemengde) riolering wordt voorkomen dat relatief schoon hemelwater wordt afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Dit verhoogt de zuiveringsefficiëntie van de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Door het afkoppelen van hemelwater zal bij hevige regenval het aantal overstorten van de riolering op oppervlaktewater afnemen, dit heeft een positief effect op de waterkwaliteit. Tevens zorgt het afkoppelen van hemelwater van de riolering voor een aanvulling van het grondwater en kan daarmee een bijdrage leveren aan de droogtebestrijding.

De regeling is bedoeld voor het afkoppelen van bestaand verhard oppervlak en mag geen overlast opleveren voor derden.

Toelichting artikel 2.3

Bij de aansluiting op een kwelriool of oppervlaktewater kan het nodig zijn om een vergunning aan te vragen of een melding in te dienen bij het waterschap Rivierenland. Het waterschap Rivierenland kan hierover meer informatie verstrekken.

Toelichting artikel 2.4, eerste lid

De subsidie is van toepassing op woningen en bedrijven. Bij bedrijven is het in principe enkel toegestaan om dakoppervlakken af te koppelen.

Toelichting artikel 2.5, tweede lid, onder a

Uit het oogpunt van doelmatigheid en beheersbaarheid stellen we een ondergrens van 50 m2 per aanvraag.

Toelichting artikel 2.5, tweede lid, onder b

Zoals genoemd in dit artikel kan het onderzoek bestaan uit:

  • 1.

    Grondonderzoek;

  • 2.

    Literatuuronderzoek;

  • 3.

    Doornemen afkoppelbeslisboom.

Dit onderzoek wordt in principe door de gemeente uitgevoerd.

Wanneer het rioolstelsel het hemelwater niet meer afvoert en er dus afgekoppeld is, moet het hemelwater elders geborgen worden: of in de bodem of naar open water. Wanneer de bodem slecht doorlatend is en er niet direct open water in de nabijheid is, is afkoppelen hydrologisch niet verantwoord. In een dergelijk geval dient er afgezien te worden van afkoppelen. Ook wanneer de berging van water leidt tot bodemverontreiniging of verspreiding van een bodemverontreiniging en maatregelen als bodemfilters geen oplossing bieden, zal afgezien moeten worden van afkoppelen (beslisboom “Afkoppelkansen Gemeente Millingen aan de Rijn”).

Toelichting artikel 2.5, tweede lid, onder c

Wanneer afkoppelen zonder meer zal leiden tot overlast op aanliggende percelen, buren maar ook de openbare weg, ook na het treffen van eenvoudige maatregelen, zal afgezien moeten worden van afkoppelen.

Toelichting artikel 3.4, onder c

De genoemde kosten kunnen bestaan uit de kosten van leverantie (materiaal) en kosten van de uitvoering (aannemer).

Toelichting artikel 3.4, onder e

Bij het toepassen van een infiltratievoorziening (wadi, krat, grindkoffer) dient aangetoond te worden dat hierin voldoende hemelwater geborgen kan worden. Bij de aanvraag dient een berekening van de bergingscapaciteit gevoegd te worden.

Toelichting artikel 3.4, onder f

Informatie omtrent de aanwezigheid en ligging van het kwelriool, regenwaterriool en/of de watergang is op te vragen bij de gemeente.

Toelichting artikel 3.6, eerste lid

Voor de berekening van de bergingscapaciteit dient minimaal de zogeheten “regenduurlijn” (Buishand en Velds) gehanteerd te worden.

Een noodoverloop met terugslagklep dient ter voorkoming van wateroverlast bij met name ondergrondse infiltratievoorzieningen. Door een hoge waterstand van de rivier de Rijn kan er periodiek een hoge grondwaterstand ontstaan, waardoor moeilijker kan worden geïnfiltreerd. In dat geval kan het hemelwater via de noodoverloop met terugslagklep worden afgevoerd naar het gemengd rioolstelsel. De noodoverloop mag alleen in werking treden bij noodsituaties en moet daarom op het hoogste punt van de voorziening worden aangebracht. De terugslagklep dient ervoor te zorgen dat vuilwater uit het gemengd rioolstelsel niet kan terugstromen naar de infiltratievoorziening.

Toelichting artikel 3.6, tweede lid

In principe is het aan de aanvrager (subsidieontvanger) welke wijze van afkoppelen en welke materialen hij kiest. De situatie kan zich voordoen dat een bepaalde wijze van afkoppelen overlast kan geven voor de omgeving. Het moet dan mogelijk zijn via een bijzonder voorschrift een andere wijze van afkoppelen voor te schrijven.