Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 22ste april 1965 houdende vaststelling van een instructie inzake het beheer en de administratie van boetegelden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingMINISTERIËLE BESCHIKKING van de 22ste april 1965 houdende vaststelling van een instructie inzake het beheer en de administratie van boetegelden
CiteertitelInstructie verantwoording boetegelden 1965
Vastgesteld doorMinister van Financiën
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpstrafrecht

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Gouvernements-beschikking van 16 juli 1937 no. 1235, houdende vaststelling van de "Instructie Verantwoording Boetegelden Aruba" en de Gouvernements-beschikking van 16 juli 1937 no. 1236, houdende vaststelling van de "Instructie Verantwoording Boetegelden Curaçao".

Lees in artikel 12 voor “Administrateur van Financiën”: Directeur van het Departement van Financiën (zie artikel 1 van de Landsverordening van de 20ste augustus 1968 houdende wijziging van de benamingen "Administratie van Financiën" en "Administrateur van Financiën" in een aantal wettelijke regelingen, P.B. 1968, no. 119).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Comptabiliteitslandsbesluit, art. 9
  2. Wetboek van Strafvordering van de Nederlandse Antillen, art. 290

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-1965Nieuwe regeling

22-04-1965

P.B. 1965, no. 67

n.v.t

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 22ste april 1965 houdende vaststelling van een instructie inzake het beheer en de administratie van boetegelden

HOOFDSTUK I Algemene bepalingen

Artikel 1

De Officieren van Justitie te Curaçao en Aruba zijn belast met de administratie van de tenuitvoerlegging van de vonnissen, houdende de veroordeling tot geldboeten.

Artikel 2

De in artikel 1 bedoelde administratie wordt op zodanige wijze gevoerd, dat hieruit per veroordeelde blijkt, het bedrag der opgelegde boete, het bedrag der ontvangen boete, het bedrag der afgeschreven boete, alsmede de restant boete-schuld.

De Officieren van Justitie zijn gehouden er op toe te zien, dat de nog niet betaalde boeten regelmatig worden aangemaand.

De Officieren van Justitie zijn gerechtigd, de in dit artikel bedoelde administratie zo nodig door een derde mechanisch te laten verwerken.

Artikel 3

De ambtenaren, die ingevolge artikel 9 van het "Comptabiliteitslandsbesluit" gemachtigd zijn c.q. worden tot het innen van boetegelden, zijn gehouden de door hen geïnde boetegelden minstens tweemaal per week aan de Landsontvanger of zijn sub-kassier af te dragen.

Artikel 4

De Officieren van Justitie te Curaçao en Aruba kunnen toestemming verlenen tot afbetaling van geldboeten in gedeelten. De toestemming wordt schriftelijk verleend onder aanduiding van het bedrag van iedere afbetaling.

HOOFDSTUK II Organisatie ten parkette van de Officier van Justitie te Curaçao

Artikel 5

Ter controle op de volledigheid van de ontvangen extract-vonnissen tekent de administratie de ontvangst der extract-vonnissen aan op de rol van de desbetreffende zitting.

De administratie rappelleert de extract-vonnissen, die één maand na de zitting nog niet zijn ontvangen, schriftelijk bij de griffier.

Artikel 6

De functionaris, die belast is met het bijhouden van het processen-verbaalboek, tekent de datum van berechting in dit boek aan.

Artikel 7

De administratie voorziet de extract-vonnissen van een volgnummer en zendt deze éénmaal per maand aan de instelling, die belast is met de machinale verwerking der gegevens (administratie van opgelegde boeten op ponskaarten).

De toezending geschiedt met een begeleidend schrijven, waarin het eerste en laatste nummer der extract-vonnissen en het totaal bedrag der opgelegde boeten is aangegeven.

Artikel 8

De boetelijsten (z.g. verzendingslijsten) worden mechanisch in tweevoud opgemaakt en door de Officier van Justitie gedagtekend en ondertekend. Een exemplaar is bestemd voor de Landsontvanger en het andere voor de administratie ten parkette.

De administratie ten parkette vergelijkt de totaaltelling van de verzendingslijsten met het begeleidend schrijven genoemd in artikel 7.

De kennisgevingen, waarschuwingen en laatste waarschuwingen betreffende nog niet betaalde boeten worden mechanisch vervaardigd.

De administratie ten parkette verzendt, indien nog geen betaling of afschrijving heeft plaats gevonden, de kennisgevingen direkt, de waarschuwingen na één maand en de laatste waarschuwingen drie weken na verzending van de waarschuwingen.

Artikel 9

Bij de afschrijving van boeten dient de administratie een doorlopend genummerd formulier in tweevoud (z.g. P.A.-bon) uit te schrijven, vermeldende de naam van de veroordeelde, het vonnis- of proces-verbaalnummer, het af te schrijven boetebedrag en de reden van afschrijving.

Afschrijving dient met inachtneming van de wettelijke bepalingen te geschieden in de navolgende gevallen:

  • a.

    indien een veroordeelde zijn subsidiair opgelegde straf geheel of gedeeltelijk heeft ondergaan;

  • b.

    indien aan de veroordeelde gratie wordt verleend;

  • c.

    indien een veroordeling abusievelijk heeft plaatsgevonden en de ambtenaar van het Openbaar Ministerie beslist, dat het vonnis niet ten uitvoer zal worden gelegd;

  • d.

    in geval van verjaring;

  • e.

    in geval van overlijden;

  • f.

    om andere redenen bij de wet bepaald.

De P.A.-bonnen worden getekend door de Officier van Justitie. Deze kan zijn tekeningsbevoegdheid ten aanzien hiervan delegeren aan het hoofd van de administratie.

Artikel 10

De in artikel 9 genoemde originele P.A.-bonnen worden aan de extract-vonnissen gehecht.

De kopie-P.A.-bonnen worden éénmaal per maand, vergezeld van een begeleidend schrijven, waarin is aangegeven het aantal P.A.-bonnen en het totaal af te schrijven bedrag ter afboeking aan de instelling, die belast is met de verwerking van de mechanische administratie toegezonden.

De afschrijvingslijsten worden mechanisch in tweevoud opgemaakt. Een exemplaar dient ter informatie van de Landsontvanger en het andere exemplaar is bestemd voor de administratie ten parkette.

De administratie ten parkette vergelijkt deze lijsten met het hierboven genoemd begeleidend schrijven.

Artikel 11

De administratie ten parkette ontvangt van de Landsontvanger wekelijks de eerste kopieën van de afgesloten journaalbladen. Aan de hand van deze journaalbladen wordt op de extract-vonnissen aangetekend, dat de betaling heeft plaats gevonden.

Artikel 12

De administratie ten parkette ontvangt per kalenderkwartaal van de instelling die met de administratie is belast een saldilijst van de openstaande boeten en de onverschuldigde betalingen.

Ter controle op de totaaltelling van deze lijst, houdt de administratie ten parkette een register bij, waarin in staffelvorm wordt aangetekend:

  • a.

    de totaaltelling van de saldilijsten van het vorige kalenderkwartaal;

  • b.

    de totalen van de verzendingslijsten als bedoeld in artikel 8;

  • c.

    de totalen van de afschrijvingslijsten als bedoeld in artikel 10;

  • d.

    de totalen der wekelijkse opgaven van de door de Landsontvanger geïncasseerde bedragen als bedoeld in artikel 11.

Na controle van de credit-saldilijst der onverschuldigde betalingen zendt het hoofd van de administratie een schriftelijke opgave van de bedragen die terugbetaald moeten worden aan de Administrateur van Financiën. De Administrateur van Financiën schrijft de beschikkingen tot terugbetaling uit.

Artikel 13

De Officier van Justitie draagt er zorg voor, dat de namen der veroordeelden, die hun boeten niet binnen de gestelde termijnen betaald hebben, in het opsporingsblad worden opgenomen.

HOOFDSTUK III Organisatie bij de Landsontvanger te Curaçao

Artikel 14

Ten kantore van de Landsontvanger worden voorgenummerde in duplo vervaardigde kwitanties, ingebonden in boekjes aangehouden.

Op deze kwitanties worden vermeld:

  • a.

    de naam van de veroordeelde;

  • b.

    het vonnisnummer;

  • c.

    bedrag van de boetebetaling in letters en cijfers;

  • d.

    datum van betaling;

  • e.

    ondertekening.

Artikel 15

Van de voorgenummerde kwitantieboekjes houdt de Landsontvanger of zijn sub-kassier een voorraad-administratie bij, waarin wordt vermeld:

  • a.

    de nummers van de nieuw ontvangen boekjes;

  • b.

    de nummers van de boekjes, die de Landsontvanger of zijn sub-kassier zelf in gebruik neemt;

  • c.

    de nummers van de boekjes, die de Landsontvanger of zijn sub-kassier aan de in artikel 3 bedoelde ambtenaren heeft uitgereikt.

Deze ambtenaren mogen niet meer dan twee boekjes tegelijk in hun bezit hebben.

Artikel 16

De in artikel 3 bedoelde ambtenaren dragen de door hen geïnde gelden tenminste tweemaal per week ten kantore van de Landsontvanger af, onder afgifte van de duplicaat-kwitanties.

Voor het afgedragen totaal-bedrag geeft de Landsontvanger of zijn sub-kassier schriftelijk kwijting.

Artikel 17

Van de in artikel 15 genoemde boekjes houdt de Landsontvanger of zijn sub-kassier nummerlijsten per ambtenaar bij.

De nummers der terugontvangen duplicaat-kwitanties, als bedoeld in artikel 16 worden op deze nummerlijsten afgeschreven.

Verschreven originele- en duplicaat-kwitanties worden ten kantore van de Landsontvanger ingeleverd en eveneens op deze lijsten afgeschreven.

Alle duplicaat-kwitanties en de verschreven originele kwitanties worden bewaard tot na de controle van de Landsaccountantsdienst.

Artikel 18

De Landsontvanger of zijn sub-kassier boekt de ontvangen gelden post voor post in een doorlopend voorgenummerd journaal. Ieder journaalblad is in drievoud.

Van de boetegelden wordt in het journaal het volgende aangetekend:

  • a.

    de dagtekening van de ontvangst der gelden ten kantore van de Landsontvanger;

  • b.

    het journaalnummer;

  • c.

    het vonnisnummer en de datum van het vonnis;

  • d.

    het kwitantienummer;

  • e.

    naam en voorletters van de veroordeelde;

  • f.

    het ontvangen bedrag.

Terugbetalingen op beschikkingen als bedoeld in artikel 12 worden als creditposten opgenomen. Terugbetalingen zonder beschikking zijn niet toegestaan.

Artikel 19

Het journaal der ontvangen en terugbetaalde boetegelden wordt wekelijks geteld en afgesloten.

Indien een sub-kassier voor het beheer der boetegelden is aangewezen, draagt hij het saldo der wekelijks ontvangen en terugbetaalde boetegelden direkt na de afsluiting aan de Landsontvanger af.

Indien het kassaldo van de sub-kassier meer dan f 1.000,- bedraagt, vindt tussentijdse afstorting in de kas van de Landsontvanger plaats. Voor de afgestorte bedragen geeft de Landsontvanger kwijting in het journaal.

Artikel 20

De Landsontvanger of zijn sub-kassier zendt aan de administratie ten parkette wekelijks de eerste kopieën van de afgesloten journaalbladen.

Artikel 21

De Landsontvanger of zijn sub-kassier zendt de originelen der afgesloten journaalbladen wekelijks naar de instelling, die belast is met de verwerking van de mechanische administratie.

HOOFDSTUK IV Organisatie ten parkette van de Officier van Justitie te Aruba

Artikel 22

Het bepaalde in de artikelen 5, 6 en 13 is overeenkomstig van toepassing.

Artikel 23

De administratie boekt van de extract-vonnissen ten minste de volgende gegevens op een verzendingslijst in tweevoud:

  • a.

    naam en voornamen van de veroordeelde;

  • b.

    nummer van het proces-verbaal;

  • c.

    datum van het vonnis;

  • d.

    bedrag van de boete.

De verzendingslijsten zijn zodanig ingericht, dat hierop lineair de bedragen en de data van de betalingen en de afschrijvingen kunnen worden aangetekend.

De afboekingen geschieden door de administratie ten parkette.

De originele verzendingslijst wordt aan de Landsontvanger toegezonden.

Artikel 24

De in artikel 9 bedoelde P.A.-bonnen worden vastgelegd op een lijst onder vermelding van de naam en voornamen van de veroordeelde, het proces-verbaalnummer en het af te schrijven bedrag. De lijsten worden maandelijks gesteld.

De originele P.A.-bonnen worden, na lineaire afschrijving op de verzendingslijsten als bedoeld in artikel 23 met de documenten op grond waarvan de afschrijving heeft plaats gehad aan de extract-vonnissen gehecht.

De kopie P.A.-bonnen worden ter kennisneming aan de Landsontvanger gezonden.

Artikel 25

De administratie ten parkette ontvangt van de Landsontvanger wekelijks de kopieën der afgesloten journaalbladen.

Aan de hand van deze journaalbladen wordt op de extract-vonnissen en op de verzendingslijsten aangetekend, dat de betaling heeft plaats gevonden.

Artikel 26

Uit de in artikel 23 genoemde verzendingslijsten maakt de administratie ten parkette per het einde van ieder kalenderkwartaal een saldilijst op van de onbetaalde boeten en van de onverschuldigde nog niet gerestitueerde betalingen.

Ter controle op de totaaltellingen van deze saldilijst houdt de administratie een register bij, waarin in staffelvorm wordt aangetekend:

  • a.

    de totaaltelling van de saldilijst van het vorige kalenderkwartaal;

  • b.

    de totalen van de verzendingslijsten als bedoeld in artikel 23;

  • c.

    de totalen van de afschrijvingslijsten als bedoeld in artikel 24;

  • d.

    de totalen van de wekelijkse journaalbladen als bedoeld in artikel 25.

Artikel 27

Van de bedragen die op de saldilijst als bedoeld in artikel 26 wegens onverschuldigde of dubbele betalingen als creditsaldi voorkomen, geeft het hoofd van de administratie een schriftelijke opgave aan de Administrateur van Financiën.

De Administrateur van Financiën schrijft de beschikkingen tot terugbetaling uit.

HOOFDSTUK V Organisatie bij de Landsontvanger te Aruba

Artikel 28

Het bepaalde in de artikelen 14 t/m 20 is overeenkomstig van toepassing met dien verstande, dat waar in deze artikelen is vermeld "vonnisnummer" gelezen wordt "proces-verbaalnummer".

HOOFDSTUK VI Slotbepalingen

Artikel 29

Deze instructie kan worden aangehaald als "Instructie verantwoording boetegelden 1965" en treedt in werking met ingang van 1 juli 1965.

Bij de inwerkingtreding van deze instructie vervallen:

  • a.

    de Gouvernements-beschikking van 16 juli 1937 no. 1235, zoals gewijzigd, houdende vaststelling van de "Instructie Verantwoording Boetegelden Aruba" en

  • b.

    de Gouvernements-beschikking van 16 juli 1937 no. 1236, zoals gewijzigd, houdende vaststelling van de "Instructie Verantwoording Boetegelden Curaçao".

II

Te bepalen, dat deze beschikking in het Publicatieblad zal worden opgenomen.