Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

MINISTERIELE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 26ste januari 2009 houdende de vastlegging van de precieze taken en de organisatiestructuur per afdeling ter uitvoering van artikel 3, zesde lid, van het Landsbesluit Organisatie en Taakstelling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingMINISTERIELE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 26ste januari 2009 houdende de vastlegging van de precieze taken en de organisatiestructuur per afdeling ter uitvoering van artikel 3, zesde lid, van het Landsbesluit Organisatie en Taakstelling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorMinister van Constitutionele en Binnenlandse Zaken
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Veronderstelde datum inwerkintreding

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Landsbesluit Organisatie en Taakstelling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, artikel 3, zesde lid

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

07-02-2009Nieuwe regeling

26-01-2009

P.B. 2009, no. 7

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIELE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 26ste januari 2009 houdende de vastlegging van de precieze taken en de organisatiestructuur per afdeling ter uitvoering van artikel 3, zesde lid, van het Landsbesluit Organisatie en Taakstelling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken

Artikel 1

De Directie bestaat uit twee afdelingen:

  • 1.

    Afdeling Personeel, Organisatie & ICT, bestaande uit maximaal 23 formatieplaatsen;

  • 2.

    Afdeling Documentaire Informatievoorziening, bestaande uit maximaal 14 formatieplaatsen.

Artikel 2

De afdeling Personeel, Organisatie & ICT wordt verdeeld in de volgende werkterreinen:

  • 1.

    Juridische en Militaire Zaken,

  • 2.

    Beleid (Ontmanteling) en ICT en

  • 3.

    Formatie zaken en rechtspositie.

Artikel 3

  • 1. Het werkterrein Juridische en Militaire Zaken wordt verdeeld in de volgende onderdelen:

    • a.

      onderdeel juridische zaken en

    • b.

      onderdeel militaire zaken.

  • 2. Het werkterrein Beleid en ICT wordt verdeeld in de volgende onderdelen:

    • a.

      onderdeel beleid en

    • b.

      onderdeel ICT

  • 3. Het werkterrein Formatiezaken en rechtspositie wordt verdeeld in de volgende onderdelen:

    • a.

      onderdeel formatiezaken en

    • b.

      onderdeel rechtspositie.

Artikel 4

De afdeling Documentaire Informatievoorziening wordt verdeeld in de volgende werkterreinen:

  • 1.

    Documentenontsluiting;

  • 2.

    Documentenbeheer;

  • 3.

    Semistatisch Archiefbeheer.

Artikel 5

Het werkterrein Juridische en Militaire zaken heeft tot taak:

  • 1.

    De zorg voor de juridische kaders betreffende het personeelsbeleid bij de Landsoverheid, waaronder het arbeidsvoorwaarden- en rechtspositiebeleid bij de Landsoverheid.

  • 2.

    De zorg voor de rechtstoestand van militairen en de registratie, keuring en oproeping van dienstplichtigen.

  • 3.

    De voorbereiding en/of procesvertegenwoordiging van tegen de landsoverheid aangespannen rechtszaken inzake de arbeidsvoorwaarden, -verhoudingen en -omstandigheden van het overheidspersoneel, waaronder het opleidings-, loopbaan-, en herplaatsingbeleid.

  • 4.

    Het voorbereiden, implementeren en beheren van de wet- en regelgeving en procedures inzake de dienstplicht en andere militaire zaken alsmede het monitoren van de naleving van deze wet- en regelgeving en procedures, waaronder de voorbereiding en/of procesvertegenwoordiging van tegen het land aangespannen rechtszaken.

  • 5.

    De coördinatie en uitvoering van de Dienstplichtverordening 1961, waaronder het verstrekken van informatie aan dienstplichtigen en andere belanghebbenden en het zorg dragen voor civiele vakopleiding voor dienstplichtigen in werkelijke dienst.

  • 6.

    De coördinatie en uitvoering van de rechtstoestand van militairen, de registratie, keuring en oproeping van dienstplichtigen.

  • 7.

    De rechtspositionele ondersteuning van de Antilliaanse militie.

  • 8.

    Het verrichten van liaisonwerkzaamheden met in de Nederlandse Antillen gestationeerde eenheden van Koninklijke Marine, Landmacht en Luchtmacht.

  • 9.

    Het voorbereiden, implementeren en beheren van de wet- en regelgeving en procedures inzake de organisatie-structurering en –ontwikkeling en samenwerkingsverbanden bij de landsoverheid alsmede het monitoren van de naleving van deze wet- en regelgeving en procedures.

Artikel 6

Het werkterrein Beleid en ICT heeft tot taak:

  • 1.

    De zorg voor de beleidskaders betreffende het personeels- en ICT-beleid bij de Landsoverheid, waaronder het arbeidsvoorwaarden- en rechtspositiebeleid bij de Landsoverheid.

  • 2.

    Het doen van voorstellen terzake de beleidsactiviteiten op rechtspositioneel gebied van de landsoverheid, waaronder de activiteiten die specifiek betrekking hebben op het ontmantelingproces van de Nederlandse Antillen.

  • 3.

    Het opstellen van beleidsnota’s en –adviezen, het (doen) uitvoeren van onderzoeken en het doen van opstellen voor het ontwikkelen, bijstellen, bewaken en (doen) uitvoeren van het beleid, waaronder budgettaire instrumenten en ontwikkelen van kengetallen, inzake de arbeidsvoorwaarden, -verhoudingen en –omstandigheden van het overheidspersoneel, waaronder het opleidings-, loopbaan en herplaatsingbeleid.

  • 4.

    Het opstellen van beleidsnota’s en –adviezen, het (doen) uitvoeren van onderzoeken en het doen van voorstellen voor het ontwikkelen, bijstellen, bewaken en (doen) uitvoeren van het beleid, waaronder budgettaire instrumenten en het ontwikkelen van kengetallen, inzake de organisatie-structurering en –ontwikkeling en samenwerkingsverbanden bij de landsoverheid.

  • 5.

    Het opstellen van beleidsnota’s en adviezen, het (doen) uitvoeren van onderzoeken en het doen van voorstellen voor het ontwikkelen, bijstellen, bewaken en (doen) uitvoeren van het landelijke beleid, waaronder budgettaire instrumenten, inzake Informatie- en Communicatietechnologie.

  • 6.

    Het voorbereiden, implementeren en beheren van de landelijke wet- en regelgeving en procedures inzake Informatie – en Communicatietechnologie alsmede het monitoren van de naleving van deze wet- en regelgeving en procedures.

Artikel 7

Het werkterrein Formatiezaken en rechtspositie heeft tot taak:

  • 1.

    Formatiemanagement, waaronder het houderschap van het functiewaarderingssysteem Fuwant, het adviseren omtrent het beleid ter zake van het formatiemanagement, het ontwikkelen van instrumenten voor formatiemanagement, het adviseren omtrent integrale topformaties bij de landsoverheid, het (doen) uitvoeren van onderzoeken ter zake van formatiemanagement, het waarderen van de functies bij de landsoverheid.

  • 2.

    Het uitvoeren van het arbeidsvoorwaarden- en rechtspositiebeleid ten behoeve van het personeel bij de Landsoverheid.

  • 3.

    De rechtspositionele ondersteuning van het burgerpersoneel bij de Kustwacht en Koninklijke Marine.

Artikel 8

De afdeling Documentaire Informatievoorziening heeft tot taak:

  • 1.

    Het opstellen van beleidsnota’s en –adviezen, het (doen) uitvoeren van onderzoeken en het doen van voorstellen voor het ontwikkelen, bijstellen, bewaken en (doen) uitvoeren van het beleid, waaronder budgettaire instrumenten, inzake de Documentaire Informatie Voorziening bij de Landsoverheid.

  • 2.

    Het voorbereiden, implementeren en beheren van de wet- en regelgeving en procedures inzake de Documentaire Informatievoorziening bij de Landsoverheid.

Artikel 9

  • 1. Aan het hoofd van een afdeling staat een afdelingshoofd.

  • 2. De werkterreinen worden begeleid door de aangewezen senior beleidsmedewerkers.

  • 3. De werkzaamheden in de diverse onderdelen worden gecoördineerd door een teamleider.

Artikel 10

De rechtspositionele aangelegenheden aangaande het personeel van de Directie worden gecoördineerd door een aangewezen medewerker van de Directie. Deze medewerker ressorteert dan direct onder de directeur.

Artikel 11

De rechtspositionele aangelegenheden aangaande het personeel in dienst van het Land de Nederlandse Antillen, met als standplaats de Bovenwindse Eilanden en Bonaire, worden gecoördineerd door een aangewezen medewerker van de Directie, die voor wat betreft de Bovenwindse Eilanden nauw overleg voert met een aangewezen medewerker, die als standplaats Sint Maarten heeft.

Artikel 12

  • 1. Er vindt overleg plaats tussen de directeur, de aangewezen senior beleidsmedewerkers die de werkterreinen begeleiden, het afdelingshoofd van de afdeling DIV en de coördinator van het Ondersteuningsbureau van het Ministerie van Constitutionele en Binnenlandse Zaken minstens één keer per week of zoveel vaker als de directeur nodig acht. De vergadering wordt door de directeur bijeengeroepen.

  • 2. In het overleg wordt in ieder geval, op grond van de desbetreffende werkterreinen van de desbetreffende medewerker, de verdeling en de toewijzing van de verzoeken om advies van en assistentie aan de Ministeries besproken.

  • 3. De Minister en de Staatssecretaris of elk afzonderlijk kunnen een vergadering bijeenroepen met de directeur.

  • 4. De directeur verstrekt desgevraagd inlichtingen over de werkzaamheden aan de Minister van Constitutionele en Binnenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Constitutionele en Binnenlandse Zaken, belast met overdracht van taken en bevoegdheden.

Artikel 13

  • 1. Voor het overleg vermeld in artikel 12, eerste en tweede lid, wordt een secretaris aangewezen.

  • 2. De secretaris maakt binnen twee dagen een schriftelijk verslag van het overleg en zendt dit door aan de directeur en elk van de aangewezen senior beleidsmedewerker die de werkterreinen begeleiden, het afdelingshoofd van de afdeling DIV en de coördinator van het Ondersteuningsbureau van het Ministerie van Constitutionele en Binnenlandse Zaken, aan de Minister en de Staatssecretaris.

Artikel 14

  • 1. Er vindt overleg plaats tussen de aangewezen senior beleidsmedewerkers die de werkterreinen begeleiden of het afdelingshoofd en de teamleiders minstens één keer per week of zoveel vaker als genoemde senior beleidsmedewerkers of het afdelingshoofd nodig achten. De vergadering wordt voorgezeten door een senior beleidsmedewerker.

  • 2. De voorzitter wijst een medewerker aan die een schriftelijk verslag van het overleg maakt en zendt dit door aan de directeur en de deelnemers aan het overleg.