Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 17de oktober 1972 tot vaststelling van een regeling, krachtens welke aan de ambtenaren in dienst van de Nederlandse Antillen een bedrag wordt toegekend in verband met de inwerkingtreding van de nieuwe bezoldigingsregelingen per 1 juli 1971

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 17de oktober 1972 tot vaststelling van een regeling, krachtens welke aan de ambtenaren in dienst van de Nederlandse Antillen een bedrag wordt toegekend in verband met de inwerkingtreding van de nieuwe bezoldigingsregelingen per 1 juli 1971
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-10-1972Nieuwe regeling

17-10-1972

P.B. 1972, no. 213

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 17de oktober 1972 tot vaststelling van een regeling, krachtens welke aan de ambtenaren in dienst van de Nederlandse Antillen een bedrag wordt toegekend in verband met de inwerkingtreding van de nieuwe bezoldigingsregelingen per 1 juli 1971

Artikel I

I.Aan de ambtenaren wordt een bedrag toegekend overeenkomende met het verschil tussen het bedrag, dat aan (nieuwe) bezoldiging, vermeerderd met eventuele bonus, zou zijn ontvangen gedurende het tijdvak 1 juli 1970 tot 1 juli 1971, ware de nieuwe salarisregelingen per 1 juli 1970 in werking getreden en het bedrag, dat over evengemeld tijdvak aan bezoldiging, en in voorkomende gevallen vermeerderd met persoonlijke toelage, bonus en de tijdelijke uitkering van maximaal f 48,-- /f 60,-- per maand is genoten;

II. Het op grond van het sub I bepaalde toe te kennen geldsbedrag wordt vermeerde rdmet 1/5 gedeelte daarvan en afgerond naar boven op het naaste bedrag in volle guldens. De uitbetaling aan de ambtenaar vindt behoudens het bepaalde onder III, als volgt plaats:

  • a.

    per 1 juli 1974 aan de ambtenaren, die op 1 juli 1971 bezoldigd zijn volgens de schalen 1 tot en met 4 van het Bezoldigingslandsbesluit 1971 (P.B. 1972, no. 129) of daarmede overeenkomende bezoldigingsschalen.

  • b.

    per 1 juli 1975 aan de ambtenaren, die op 1 juli 1971 bezoldigd zijn volgens de schalen 5 tot en met 7 van voormeld Bezoldigingslandsbesluit of de daarmede overeenkomende bezoldigingsschalen;

  • c.

    per 1 juli 1976 aan de ambtenaren, die op 1 juli 1971 bezoldigd zijn volgens de schalen 8 tot en met 17 van voormeld Bezoldigingslandsbesluit of de daarmede overeenkomende bezoldigingsschalen danwel een hoger bezoldigingsbedrag dan dat van schaal 17 genieten;

III. In afwijking van het bepaalde sub II onder a, b, en c ten aanzien van de datum van uitbetaling zal bij eindiging van de dienstverhouding van de ambtenaar tot de Overheid het sub II bedoelde geldsbedrag direct worden uitbetaald;

IV. Aan de ambtenaren, die op een tijdstip vallende in het tijdvak 1 juli 1970 tot 1juli 1971 ‘s Lands dienst hebben verlaten, wordt voor elke volle maand dienst gedurende bedoeld tijdvak 1/12 deel van het sub I bedoelde bedrag uitbetaald;

V.Ingeval van eindiging van de dienstverhouding tot de Overheid v??r 1 juli 1974 zal, in afwijking van het bepaalde onder II, het sub I bedoelde geldsbedrag voor elke volle maand dienst tussen 1 juli 1971 en de datum van ingang van eindiging der dienstverhouding worden vermeerderd met 1/180 gedeelte daarvan en naar boven worden afgerond op het naaste bedrag in volle gulden;

VI. Het vorenstaande vindt overeenkomstige toepassing op de arbeidscontractanten, die een loon genieten, dat is afgestemd op de voor de ambtenaren geldende bezoldigingsschalen;

VII. Het aan de ambtenaar ingevolge het bepaalde onder II. toekomende geldsbedrag en de datum van uitbetaling van dit geldsbedrag worden vastgelegd in een landsbesluit. De ambtenaar ontvangt zo spoedig mogelijk een afschrift van dit landsbesluit. In het landsbesluit wordt aangetekend, dat de goedkeuring bedoeld in artikel 118, eerste lid van de Landsverordening Materieel Ambtenarenrecht (P.B. 1964, no. 159) niet wordt verleend v??r 1 januari 1973.

Artikel 2

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die van zijn afkondiging.