Overheidsorganisatie | Gemeente Schermer |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening Langdurigheidstoeslag 2012 |
Citeertitel | Verordening Langdurigheidstoeslag 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening langdurigheidstoeslag van 2009
Wet werk en bijstand, artikel 36 en artikel 8 lid 1 onder d
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-04-2012 | 01-01-2012 | 01-01-2013 | Onbekend | 27-03-2012 De Uitkomst, 03-04-2012 | Onbekend |
De raad van de gemeente Schermer;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 maart 2012;
Gelet op artikel 36 en artikel 8 lid 1 onder d van de Wet werk en bijstand;
B E S L U I T:
Vast te stellen de: Verordening Langdurigheidstoeslag 2012
1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand (WWB), de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet.
2. In deze verordening wordt verstaan onder:
college: het college van burgemeester en wethouders
wet: de Wet werk en bijstand
WTOS: Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten.
WSF 2000: Wet Studiefinanciering
bijstandsnorm: de norm bedoeld in artikel 5 onderdeel c van de wet
peildatum: de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat
1. Onverlet het bepaalde in artikel 36 van de wet komt in aanmerking voor de langdurigheidstoeslag de belanghebbende die gedurende een onafgebroken periode van 36 maanden aangewezen is geweest op een inkomen dat niet hoger is dan 110% van de voor hem geldende bijstandsnorm en geen in aanmerking te nemen vermogen heeft als bedoeld in artikel 34 van de wet.
2. Niet voor de langdurigheidstoeslag komt in aanmerking de belanghebbende die een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF 2000.
1. De langdurigheidstoeslag bedraagt per jaar:
voor een gezin € 517
voor een alleenstaande ouder € 465
voor een alleenstaande € 365
2. Voor de toepassing van het eerste lid is de situatie op de peildatum bepalend.
3. Indien één van de gezinsleden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of artikel 13 lid 1 van de wet komen de overige rechthebbende gezinsleden in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hen zou gelden als het uitgesloten gezinslid niet tot het gezin zou behoren.
4. De in het eerste lid genoemde bedragen worden elk jaar per 1 januari aangepast met een percentage dat overeenkomt met het procentuele verschil tussen de gezinsnorm, bedoeld in artikel 21, eerste lid van de wet, per 1 januari van dat jaar en de gezinsnorm van het daar aan voorafgaande jaar met een afronding op € 1 naar boven.
Het college kan met betrekking tot de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.
Het college kan in individuele bijzondere situaties ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.
1. De verordening treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2012.
2. De Verordening langdurigheidstoeslag van 2009 wordt ingetrokken.
Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening Langdurigheidstoeslag 2012”.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van 27 maart 2012.
De voorzitter,
De griffier,