| Overheidsorganisatie | Nederlandse Antillen |
|---|---|
| Officiële naam regeling | LANDSVERORDENING van de 25ste september 1961 ter uitvoering van overgangsbepaling V der Eilandenregeling Nederlandse Antillen (Overdrachtslandsverordening XIII-2: Sociale en Economische Zaken) |
| Citeertitel | Overdrachtslandsverordening XIII-2: Sociale en Economische Zaken |
| Vastgesteld door | Gouverneur van de Nederlandse Antillen |
| Onderwerp | algemeen |
| Eigen onderwerp |
Geen
Eilandenregeling Nederlandse Antillen, overgangsbepaling V
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 04-10-1961 | Nieuwe regeling | 25-09-1961 P.B. 1961, no. 157 | onbekend |
In de arbeidswetgeving worden, voor zover dit nog niet geschied is bij de Overdrachtslandsverordening XIII: Sociale en Economische Zaken (P.B. 1955, no. 91), aan de organen der eilandgebieden uitvoerende bevoegdheden toegekend door wijziging van de Arbeidsbureaulandsverordening 1946 (P.B. 1946, no. 109) als volgt:
I.Artikel 2 wordt gelezen:
„1. Het orgaan der openbare arbeidsbemiddeling tussen werkgevers en werkzoekenden in verschillende eilandgebieden woonachtig, alsmede tussen werkgevers binnen de Nederlandse Antillen en werkzoekenden in het buitenland en omgekeerd, is het Centraal Arbeidsadviesbureau, hierna aan te duiden als C.A.B.
De openbare arbeidsbemiddeling tussen werkgevers en werkzoekenden in ieder eilandgebied wordt overgedragen aan het betrokken eilandgebied met ingang van de dag, waarop de Overdrachtslandsverordening XIII-2: Sociale en Economische Zaken in werking treedt.".
II. Artikel 3 wordt gelezen:
„1. Het C.A.B. heeft tot taak:
het toezicht op de juiste naleving van de wettelijke regelingen op de arbeidsbemiddeling betrekking hebbende;
de arbeidsbemiddeling tussen werkgevers en werkzoekenden in verschillende eilandgebieden woonachtig, alsmede tussen werkgevers binnen de Nederlandse Antillen en werkzoekenden in het buitenland en omgekeerd;
het verzamelen en verstrekken van gegevens omtrent de stand der arbeidsmarkt in de Nederlandse Antillen en in het buitenland.
De bestuurscolleges zijn verplicht aan de Minister van Sociale Zaken alle door deze in verband met het vorige lid verlangde inlichtingen kosteloos te verstrekken.
De organisatie en werkwijze van het C.A.B, worden nader door de Minister van Sociale Zaken geregeld.
Onder openbare arbeidsbemiddeling in een eilandgebied wordt verstaan:
de arbeidsbemiddeling tussen werkgevers en werkzoekenden binnen het betrokken eilandgebied en het verzamelen van gegevens welke voor deze bemiddeling nodig zijn;
door het verstrekken van inlichtingen of anderszins mede te werken aan de openbare voorlichting bij beroepskeuze en de bevordering van vakopleiding binnen het betrokken eilandgebied".
IIA. Artikel 4 wordt gelezen:
„De openbare arbeidsbemiddeling is in het algemeen voor iedere werkgever en iedere werkzoekende beschikbaar".
IIB. In artikel 5 wordt in plaats van „Het A.B. verleent zijne bemiddeling kosteloos en mag slechts vergoeding vorderen" gelezen: „De openbare arbeidsbemiddeling is kosteloos; er mag slechts vergoeding worden gevorderd
IIC. In artikel 6 wordt in plaats van „Voor zover het aan het A.B. bekend is," gelezen: „Indien aan enig orgaan van de openbare arbeidsbemiddeling bekend is,".
IID. In artikel 7 wordt in plaats van „Het A.B." gelezen: „Het betrokken orgaan van de openbare arbeidsbemiddeling".
IIE. In artikel 8 wordt in plaats van „Het A.B." gelezen: „De openbare arbeidsbemiddeling" en wordt in plaats van „zijne" gelezen: „hare".
III. Artikel 9 wordt gelezen:
„Al hetgeen ter uitvoering van deze landsverordening nodig is, met uitzondering van het bepaalde in het tweede en derde lid van artikel 3, wordt geregeld bij eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen.".
IV. Artikel 10 wordt gelezen:
„Arbeidsbemiddeling door andere organen dan de in deze landsverordening bedoelde is verboden. De bestuurscolleges zijn evenwel binnen het betrokken eilandgebied bevoegd aan daarvoor in aanmerking komende instellingen voorwaardelijk toestemming te verlenen om kosteloze arbeidsbemiddeling te verschaffen.".
De artikelen VII tot en met XIII van de Overdrachtslandsverordening XIII: Sociale en Economische Zaken (P.B. 1955, no. 91) zijn op het bij deze landsverordening bepaalde van toepassing.
Deze landsverordening, welke kan worden aangehaald als „Overdrachtslandsverordening XIII-2: Sociale en Economische Zaken", treedt in werking met ingang van de dag na die harer afkondiging.