| Overheidsorganisatie | Gemeente Menterwolde |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Verordening langdurigheidstoeslag Wwb |
| Citeertitel | Verordening langdurigheidstoeslag Wwb |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
| Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2012 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 15-12-2011 Tussenklappen, 11 januari 2012 | langdurigheidstoeslag |
No.: 12/11.
De raad van de gemeente Menterwolde;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
overwegende, dat laatstelijk in de raadsvergadering van 9 oktober 2008 de thans nog geldende Verordening Langdurigheidtoeslag is vastgesteld zonder dat daar de mogelijkheid van terugvor-dering van ten onrechte ontvangen toeslag in opgenomen is;
dat daardoor een effectieve terugvorderingsgrondslag ontbreekt;
dat een terugvorderingsgrondslag noodzakelijk is om bij ten onrechte uitbetaalde gelden tot terugvordering te kunnen overgaan;
dat daarom alsnog wordt voorgesteld in paragraaf 3.5, artikel 5, de terugvorderingsmogelijkheid op te nemen;
gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet en artikel 36, van de Wet Werk en Bijstand;
B E S L U I T :
vast te stellen de:
VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB
In het kader van de langdurigheidstoeslag wordt verstaan onder:a. college: het college van burgemeester en wethouders b. wet: de Wet werk en bijstand c. WTOS: Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkostend. WSF 2000: Wet Studiefinancieringe. Bijstandsnorm: de norm bedoeld in art 5 onderdeel c van de Wet werk en bijstandf. Uitkeringsgerechtigde: persoon bedoeld in artikel 1 onder l van de Wet structuur uitvoerings-organisaties werk en inkomeng. Peildatum: de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat
1 Onverlet het bepaalde in artikel 36 van de wet komt in aanmerking voor de langdurigheid toe-slag de belanghebbende die gedurende een onafgebroken periode van 36 maanden aangewe-zen is geweest op een inkomen dat niet hoger is dan 110% van de voor hem geldende bij-standsnorm en geen in aanmerking te nemen vermogen heeft bedoeld in artikel 34 van de wet.
2 Niet voor de langdurigheidstoeslag komt in aanmerking de belanghebbende die een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF 2000.
3 Voor een echtpaar of daarmee gelijkgestelden moeten partners in de WIJ beiden aan de voorwaarden voor een inkomensvoorziening voldoen.
De hoogte van de langdurigheidstoeslag bedraagt:a. € 280,-- voor alle overige alleenstaanden met een inkomen of uitkering als bedoeld in artikel 1 onder l van de Wet structuur uitvoeringsorganisaties werk en inkomen. b. € 360,-- voor de alleenstaande ouder met een inkomen of uitkering als bedoeld in artikel 1 onder l van de Wet structuur uitvoeringsorganisaties werk en inkomen. c. € 400,-- voor gehuwden of daarmee gelijkgestelden met een inkomen of uitkering als bedoeld in artikel 1 onder l van de Wet structuur uitvoeringsorganisaties werk en inkomen. d. De langdurigheidstoeslag wordt naar rato uitgekeerd indien de inkomsten over 36 maanden hoger zijn dan 110% van de norm tot het maximum bedrag van de langdurigheidstoeslag.
De langdurigheidstoeslag wordt voor de duur van 12 maanden verstrekt, te rekenen vanaf datum aanvraag dan wel, ingeval van een vervolgaanvraag, aansluitend aan de laatste dag van de voor-gaande periode.In de 12 maanden voorafgaande aan de eerste aanvraag is de aanvrager niet eerder voor een lang-durigheidstoeslag in aanmerking gekomen in een andere gemeente.De aanvrager moet geen uitzicht op een inkomensverbetering in de komende 12 maanden hebben.
Verstrekte gelden en gedane uitbetalingen in het kader van de langdurigheidstoeslag kunnen door burgemeester en wethouders van belanghebbende(n) worden teruggevorderd indien deze op basis van door belanghebbende(n) verstrekte onjuiste- of onvolledige- inlichtingen dan wel anderszins onverschuldigd zijn betaald.
In gevallen waarin bovenstaande artikelen van de langdurigheidstoeslag niet voorziet, beslist het college.
Uitsluiting gezinsleden.Indien één van de gezinsleden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoe-slag ingevolge de artikelen 11 of 13, eerste lid van de wet, waardoor slechts één van de gezinsle-den recht op langdurigheidstoeslag heeft, komt dit gezinslid in aanmerking voor een langdurig-heidstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.
1 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening Langdurigheidstoeslag WWB.
2 Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2012.
3 Met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de verordening Langdurigheidstoeslag van 9 oktober 2008 ingetrokken.
Muntendam, 15 december 2011.
De raad voornoemd,
De voorzitter, De plv. griffier,
(E.A. van Zuijlen) (J.R. Boltendal)