Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

Verkoopingsverordening 1908

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingVerkoopingsverordening 1908
CiteertitelVerkoopingsverordening 1908
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Niet alle gegevens over de ontstaansbron en de vermelde wijzigingen van de regeling zijn compleet. Mogelijk zijn ook wijzigingen niet vermeld.

Deze verordening vervangt de verordening van 28 juli 1881 (P.B. 1881, no. 26).

De officiële naam van deze regeling is niet bekend.

De datum van inwerkingtreding van de oorspronkelijke regeling is vastgesteld bij landsbesluit van …-…-……… (P.B. 1908, no. 61).

Andere dan de vermelde wetshistorische gegevens zijn niet bekend over de wijzigingsregelingen die zijn geplaatst in: P.B. 1908, no. 76, P.B. 1935, no. 52, P.B. 1938, no. 117, P.B. 1941, no. 19, P.B. 1958, no. 170, P.B. 1959, no. 100, P.B. 1971, no. 15, P.B. 1986, no. 1, P.B. 1987, no. 144, P.B. 1992, no. 67 en P.B. 1994, no. 6.

Het tijdstip van inwerkingtreding van de wijzigingsregeling van 11-9-1997 (P.B. 1997, no. 237) is vastgesteld bij landsbesluit van 25-11-1997 (P.B. 1997, no. 251).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-12-2001art. 17

03-08-2001

P.B. 2001, no. 80

onbekend
15-03-2001art. 1, 3

15-03-2001

P.B. 2001, no. 24

onbekend
01-10-1997art. 15, 16

09-11-1997

P.B. 1997, no. 237

onbekend
Nieuwe regeling

 

P.B. 1908, no. 51

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verkoopingsverordening 1908

Artikel A

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde wordt onder “Inspecteur” verstaan:

in het eilandgebied Bonaire: de Inspecteur der Belastingen op Bonaire;

in het eilandgebied Curaçao: de Inspecteur der Belastingen op Curaçao;

in de overige eilandgebieden: de Inspecteur der Belastingen op Sint Maarten.

HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen

Artikel 1
  • 1. Behoudens de bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering omtrent de verkoop bij executie, en behoudens het bepaalde bij het tweede lid, zijn tot het houden van publieke verkopingen van roerende zaken (hierna verder genoemd: “verkopingen”) uitsluitend de notarissen bevoegd.

  • 2. Verkoop in het openbaar als bedoeld in artikel 18, derde lid van de Comptabiliteits-verordening (P.B. 1953, no. 1) geschiedt door de Directeur van het Departement van Financiën of een door deze aan te wijzen ambtenaar. Op een dergelijke verkoping zijn artikel 3, de woorden “de aangifte en” in artikel 6, hoofdstuk 11 en, voor zover daarin van de aangifte en de betaling van de belasting gesproken wordt, de artikelen 12 en 14 niet van toepassing.

Artikel 2
  • 1. De ambtenaar die een verkoping houdt, maakt daarvan een proces-verbaal op. Het door een notaris opgemaakte proces-verbaal is niet onderworpen aan de bepalingen van de Landsverordening op het Notarisambt omtrent de vorm van de notariële akten.

  • 2. In artikel 14 vervalt de volzin: In het geval, dat een prijs niet in letters is vermeld, blijft de strafbepaling van artikel 22 van het Reglement op het Notarisambt buiten toepassing.

Artikel 3

Van elke verkoping moet door de ambtenaar, die dezelve houden zal, ten kantore van de Inspecteur, in wiens ambtsgebied de verkoping zal plaats hebben, minstens een uur vóór de aanvang een schriftelijke, gedagtekende en ondertekende aangifte worden ingeleverd, vermeldende de naam en de standplaats van de ambtenaar; de namen van degenen, te wier verzoeke de verkoping zal geschieden en van de eigenaren van de zaken of in het geval van gezamenlijke verzoekers of mede-eigenaren, van één hunner; een beknopte omschrijving van de te verkopen zaken; alsmede de plaats, waar en de dag en het uur, waarop de verkoping zal aanvangen.

De Inspecteur geeft de aangifte, na die voor “gezien” getekend te hebben, aan de ambtenaar terug.

De aangifte wordt door de ambtenaar aan zijn proces-verbaal gehecht.

Indien een aangegeven verkoping niet plaats heeft of een aangevangen verkoping in een tweede of verdere zitting wordt vervolgd, wordt op dezelfde wijze daarvan aangifte gedaan; de verklaring daaromtrent kan onder de eerste aangifte geschreven worden.

Artikel 4

De verkopingen moeten geschieden in tegenwoordigheid van twee getuigen, de ambtenaar bekend, meerderjarig en ingezetenen van de Nederlandse Antillen, waar de verkoping wordt gehouden. Zij moeten de taal verstaan, waarin het proces-verbaal wordt opgemaakt, kunnen lezen, hun handtekening kunnen zetten en vrij zijn van lichaamsgebreken, die hen zou beletten waar te nemen.

Artikel 5

Het proces-verbaal van een verkoping moet behelzen:

  • 1.

    de plaats van de verkoping en de dag en het uur, waarop zij wordt aangevangen;

  • 2.

    de naam en de standplaats van de ambtenaar;

  • 3.

    de voornamen, namen en woonplaatsen van de getuigen;

  • 4.

    de voornamen, namen en woonplaatsen van degenen, te wier verzoeke de verkoping plaats heeft en van de eigenaren; in het geval van gezamenlijke verzoekers of van mede-eigenaren is het voldoende één hunner aan te duiden;

  • 5.

    een beknopte aanduiding van elke verkochte zaak.

    Elke zodanige zaak wordt onmiddellijk op het proces-verbaal gebracht, de prijs in letters vermeld en daarachter in cijfers uitgetrokken. De prijzen van al hetgeen voor denzelfde eigenaar of dezelfde mede-eigenaar is verkocht worden opgeteld;

  • 6.

    de dag en het uur, waarop het proces-verbaal wordt gesloten.

    Het proces-verbaal van elke zitting vormt een akte. Het wordt ondertekend door de ambtenaar en de getuigen.

Artikel 6

De ambtenaren van de Belastingdienst zijn bevoegd zich te begeven ter plaatse, waar een verkoping wordt gehouden en zich de aangifte en het proces-verbaal te doen vertonen.

Artikel 7

De bepalingen van dit Hoofdstuk zijn niet toepasselijk op verkopingen bij executie van schepen, groter dan tien tonnen.

HOOFDSTUK II Van de Belasting

Artikel 8

Van publieke verkopingen, met uitzondering van die van schepen, metende tenminste twintig (20) kubieke meter brutoinhoud wordt een belasting geheven van vijf en een half percent.

De belasting wordt berekend over ronde sommen van tien gulden; indien de som, die tot grondslag van de heffing moet strekken niet juist een veelvoud van tien gulden bedraagt, wordt de belasting over het naast hogere veelvoud berekend.

De belasting is schuldig over het totaal van de prijzen van de voor dezelfde eigenaar of dezelfde medeëigenaren verkochte zaken; bij verkopingen evenwel van verstane panden in banken van lening en bij die, welke ten verzoeke van ondernemers van publieke verkopingen worden gehouden, is de belasting schuldig over het totaal van de opbrengst volgens elke akte.

De belasting moet, bij de terugontvangst van de ter registratie afgegeven akte of vonnis worden betaald, ten kantore van de Landsontvanger op het eiland waar de verkoping werd gehouden.

Artikel 9

Schuldenaar van de belasting is degene, ten wiens verzoeke de verkoping is geschied. Hij is, evenals de ambtenaar, die de verkoping hield, tegenover het Land voor de belasting aansprakelijk. Indien er meer schuldenaren zijn, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk.

In het geval van verkoop bij executie van schepen is degene die de executie vervolgt, verplicht uiterlijk op de vóórlaatste werkdag van de termijn van registratie de verschuldigde belasting in handen van de griffier te storten.

Artikel 10

De notarissen zijn niet verplicht hun diensten te verlenen, wanneer de verzoeker niet vooraf voldoende zekerheid heeft gesteld voor de belasting, die verschuldigd kan worden.

Artikel 11

’s Lands kas heeft voor de belasting recht van voorrang op de opbrengst van de verkochte zaken, gaande boven alle andere voorrechten, behalve de kosten van uitwinning.

HOOFDSTUK III Strafbepalingen

Artikel 12

Ieder, die een verkoping houdt zonder daartoe bevoegd te zijn, wordt gestraft met een boete van ten hoogste twintigduizend gulden, onverminderd zijn aansprakelijkheid voor de verschuldigde belasting.

Artikel 13

De bevoegde ambtenaar, die een verkoping houdt zonder daarvan de vereiste akte op te maken, wordt gestraft met een boete van drieduizend gulden, onverminderd zijn aansprakelijkheid voor de verschuldigde belasting.

Artikel 14

Door de bevoegde ambtenaar, die een verkoping houdt of heeft gehouden wordt verbeurd:

een boete van tweehonderdvijftig gulden, indien hij geen aangifte heeft gedaan;

een boete van vijftig gulden wegens niet-aanhechting van de aangifte aan zijn proces-verbaal;

een boete van vijfhonderd gulden bij overtreding van artikel 4;

een boete van honderd gulden voor elke verkochte zaak, die niet op het proces-verbaal is gebracht onverminderd zijn aansprakelijkheid voor de belasting en de strafvervolging wegens valsheid in geschriften, indien daartoe gronden zijn;

een boete van tien gulden voor elke verkochte zaak waarvan de prijs niet in letters is vermeld;

een boete van tweehonderdvijftig gulden wegens weigering van de vertoning, in artikel 6 voorgeschreven.

In het geval, dat een prijs niet in letters is vermeld, blijft de strafbepaling van artikel 22 van het Reglement op het Notarisambt buiten toepassing.

De bepalingen van dit artikel zijn niet toepasselijk bij verkopingen bij executie van schepen, groter dan tien tonnen.

Artikel 15

Bij veroordeling tot geldboete terzake van overtreden van deze verordening wordt geen vervangende hechtenis opgelegd.

Artikel 16
  • 1. Met de opsporing van de bij deze landsverordening strafbaar gestelde feiten zijn, naast de in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering bedoelde personen, belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen ambtenaren van de Belastingdienst. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in De Curaçaosche Courant.

  • 2. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld omtrent de vereisten waaraan de krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren dienen te voldoen.

HOOFDSTUK IV Slotbepalingen

Artikel 17
  • 1. De Minister van Financiën is bevoegd:

    • a.

      voor zover in deze landsverordening niet anders is bepaald, nadere regelingen te geven ter uitvoering van deze landsverordening;

    • b.

      in bijzondere gevallen van dwaling of onwillig verzuim in de nakoming van de bepalingen van deze landsverordening kwijtschelding, vermindering of teruggave van belasting te verlenen.

  • 2. De Inspecteur is met de uitvoering van de beslissing van de Minister van Financiën belast.

  • 3. Tegen de beschikking van de Minister van Financiën staat voor belanghebbende binnen zes weken na de dag waarop deze is gegeven, beroep open bij de Raad van Beroep voor belastingzaken.

Artikel 18

Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel van: “Verkoopingsverordening 1908”.

Artikel 19

Deze verordening treedt in werking op een door de Gouverneur te bepalen dag. Met die datum vervalt de verordening d.d. 28 Juli 1881 (P.B. no. 26).