Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Menterwolde

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2018

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Menterwolde
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2018
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2018
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, artikel 229
  2. Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Menterwolde

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2018gewijzigde regeling

26-09-2017

aargang 2017 Nr. 179070

Verordening lijkbezorgingsrechten 2017
01-01-201701-01-2018gewijzigde regeling

15-12-2016

Gemeenteblad Jaargang Jaargang 2017 Nr. 257

Verordening lijkbezorgingsrechten 2017
01-01-201602-01-2017gewijzigde regeling

01-01-2016

Gemeenteblad Jaargang 2015 Nr. 126306

Verordening lijkbezorgingsrechten 2016
01-01-201501-01-2016gewijzigde regeling

11-12-2014

Gemeenteblad

Verordening lijkbezorgingsrechten 2015
01-01-201401-01-2015gewijzigde regeling

12-12-2013

Tussenklappen

Verordening lijkbezorgingsrechten 2014
24-12-2011nieuwe regeling

15-12-2011

Tussenklappen, 21 december 2011

Verordening lijkbezorgingsrechten 2012

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Menterwolde;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en de beheersverordening begraafplaatsen gemeente Menterwolde;

Besluit de Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2018 vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

a. begraafplaats:

1. de algemene begraafplaats "De algemene Noordooster", Kerkstraat te Meeden;

2. de algemene begraafplaats "Luppenhof", Nieuweweg te Muntendam.

3. de algemene begraafplaats "De Venne", Kerkstraat te Muntendam;

4. de algemene begraafplaats Noordbroek, Hoofdstraat te Noordbroek;

5. de algemene begraafplaats Noordbroek, Pastorieweg te Noordbroek;

6. de algemene begraafplaats Zuidbroek, Kerkstraat te Zuidbroek;

7. de algemene begraafplaats "Vredehof", Nieuweweg te Zuidbroek.

b. eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

- het doen begraven en begraven houden van lijken;

- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

- het doen verstrooien van as;

c. eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

- het doen verstrooien van as;

d. urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

e. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

f. urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

g. verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

 

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

a. het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag;

b. het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de

overleden moeder in één kist worden begraven.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1 Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2 Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.4 van de tarieven­tabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1 De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2 Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1 De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in 4.2 en 4.3 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.  

  • 3 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in 4.2 en 4.3 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de lijkbezorgingsrechten.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 Deze verordening treedt in werking met ingang van de derde dag na die van de bekendmaking.

  • 2 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 3 De "Verordening lijkbezorgingsrechten 2017" van 15 december 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in het, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 4 Deze verordening wordt aangehaald als de "Verordening lijkbezorgingsrechten 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 26 september 2017

De voorzitter,           De griffier,

R.W. Munniksma       drs. F.A.P. Grit

 

Bijlage Tarieventabel

Tarieventabel behorende bij

de verordening lijkbezorgingsrechten 2018.

  

Indeling tarieventabelPagina

 

Hoofdstuk 1. Verlenen van rechten

Hoofdstuk 2. Begraven

Hoofdstuk 3. Bijzetten van asbussen en urnen

Hoofdstuk 4. Grafbedekking en onderhoud

Hoofdstuk 5. Lijkschouwing

Hoofdstuk 6. Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen.

Hoofdstuk 7. Opgraven, ruimen, verstrooien.

 

Hoofdstuk 1. Verlenen van rechten
1.1 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven: 1.1.1 voor een periode van 25 jaar € 1046,20 1.1.2 voor onbepaalde tijd € 2092,90   1.2 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven: 1.2.1 voor een periode van 25 jaar € 590,80 1.2.2 voor onbepaalde tijd € 1181,75   1.3 Voor het verlenen van het recht op een urnennis voor een periode van 5 jaar wordt geheven: €393,70   1.4 Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 en 1.2 met 10 jaar wordt een recht geheven gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht.   1.5 Voor het verlengen van de rechten als bedoeld in 1.3 met 5 jaren wordt een recht geheven gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van die rechten.           

 

Hoofdstuk 2. Begraven
2.1 Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven  € 553,80 2.2 Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven € 246,00 2.3 Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven   € 307,60 2.4 Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1, 2.2 en 2.3 verhoogd met 50%   2.5 Onder buitengewone uren wordt verstaan: a. maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot en met 8.30 uur b. zaterdag, zondag en algemeen erkende Christelijke of nationale feestdagen     

  

Hoofdstuk 3. Bijzetten van asbussen en urnen
3.1 Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven: 3.1.1 in een urnennis € 110,70 3.1.2 op een urnengraf € 110,70 3.1.3 in een urnengraf € 369,00 3.1.4 op een eigen graf € 110,70 in een eigen graf € 369,00  

 

Hoofdstuk 4. Grafbedekking en onderhoud
4.1 Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in de artikelen 16 en 20 van de Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Menterwolde, wordt geheven: 4.1.1 voor de aanleg van een grafkelder € 246,00 4.1.2 voor het plaatsen van gedenktekenen, kruisen en zerken, per gedenkteken, kruis of zerk € 246,00 4.1.3 voor het aanleggen van een graftuin of andere beplantingen € 246,00   4.2 Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van de voorwerpen, zoals bedoeld in 4.1.1 tot en met 4.1.3 wordt geheven per jaar: 4.2.1 voor een grafkelder € 85,95 4.2.2 voor gedenktekenen, kruisen en zerken per gedenkteken, kruis of zerk € 85,95 4.2.3 voor een graftuin of andere beplantingen € 85,95   4.3 Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte, daaronder niet begrepen het onderhoud van voorwerpen als bedoeld in artikel 20 van de Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Menterwolde, wordt geheven per grafruimte per jaar: 4.3.1 voor een eigen graf € 98,35 4.3.2 voor een eigen urnengraf € 73,75 4.3.3 voor een urnennis € 61,25   4.4 De rechten als bedoeld in onderdeel 4.2 en 4.3 kunnen worden afgekocht door voldoening van een bedrag bepaald volgens onderstaande tabel. De afkoopsom wordt berekend door vermenigvuldiging van het jaarlijkse belastingbedrag met de hierna te noemen factor.       
Aantal jaren waarvoor wordt afgekochtVermenig-vuldigings-factor
54
2016
2520
Onbepaalde tijd25
   

 

Hoofdstuk 5. Lijkschouwing
5.1 Voor het schouwen van een lijk door een gemeentelijke lijkschouwer wordt geheven € 122,85 

 

Hoofdstuk 6. Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen
6.1 Voor het inschrijven en overboeken van: 6.1.1 eigen graven in een daartoe bestemd register wordt geheven € 12,00 6.1.2 eigen urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven € 12,00 6.1.3 urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven € 12,00 

 

Hoofdstuk 7. Opgraven, ruimen, verstrooien
7.1 Voor het opgraven van een lijk of de overblijfselen van een lijk wordt geheven € 775,50   7.2 Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven € 386,40   7.3 Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven € 553,80   7.4 Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven: 7.4.1 uit een urnennis € 85,95 7.4.2 vanaf een urnengraf € 85,95 7.4.3 uit een eigen urnengraf € 246,00 7.4.4 vanaf een eigen graf € 85,95 7.4.5 uit een eigen graf  € 246,00 7.5 bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven € 85,95   7.6 Voor het ruimen van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven € 775,50   7.7 Voor het verstrooien op een verstrooiingsplaats van as wordt per asbus geheven € 85,95   7.8 Voor het na ruiming van een graf afzonderen van de overblijfselen van  een lijk ten behoeve van crematie of herbegraven wordt geheven € 85,95  

    

Behorende bij raadsbesluit van 15 december 2016

   

De voorzitter, De griffier,

   

R.W. Munniksma drs. F.A.P. Grit