Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Hoogezand-Sappemeer

Verordening Reinigingsheffingen gemeente Hoogezand- Sappemeer 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Hoogezand-Sappemeer
Officiële naam regelingVerordening Reinigingsheffingen gemeente Hoogezand- Sappemeer 2012
CiteertitelVerordening Reinigingsheffingen 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerpBelastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Artikel 229 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-12-201101-01-2013Nieuwe regeling

07-11-2011

Regiokrant,

Rv 057

Tekst van de regeling

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

Besluit de raad vast te stellen de:

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING AFVALSTOFFENHEFFING EN REINIGINGSRECHTEN 2012

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Inleidende bepaling
  • Krachtens deze verordening worden geheven:

  • a. Een afvalstoffenheffing;

  • b. Reinigingsrechten

HOOFDSTUK II AFVALSTOFFENHEFFING

Artikel 2 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder‘gebruik’: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wetmilieubeheer.

Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
  • 1. Onder de naam "Afvalstoffenheffing" wordt een directe belasting geheven zoals bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer(Stb. 2002, 399).

  • 2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagengeheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzienwaarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wetmilieubeheer een verplichting tot het inzamelen vanhuishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 4 Belastingplicht
  • 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge deartikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichtingtot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

  • a. degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van het perceel;

  • b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomenin hoofdstuk 1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan een kalenderhalfjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing
  • 1. De belasting, bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2. De belasting, bedoeld in hoofdstuk 1.2, 1.3 en 1.4 van de tarieventabel, wordt geheven door middel van een mondelinge danwel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Het gevorderdebedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreikingvan de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldigebekendgemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar
  • 1. De belasting, bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit lateris, bij aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van detarieventabel verschuldigd voor zoveel volle kalendermaandenals er in dat belastingtijdvak, na aanvang van de belastingplicht,nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel vollekalendermaanden van de voor een volledig belastingtijdvakverschuldigde belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1, als er in datbelastingtijdvak, na einde van de belastingplicht, nog vollekalendermaanden overblijven.

  • 4. Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar eenander perceel in gebruik neemt.

Artikel 9 Termijnen/tijdstip van betaling
  • 1. De aanslagen afvalstoffenheffing (volgend uit aritkel 2) die per halfjaar worden opgelegd, moeten wordne betaald in één termijn. Deze termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2. In afwijking van het eerste lid geldt dat voor aanslagen die per halfjaar worden opgelegd (afvalstoffenheffing), in geval hettotaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, ofals het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan,minder is dan € 2.000,00, en zolang de verschuldigde bedragendoor middel van automatische betalingsincasso kunnen wordenafgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 3 gelijke3 termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt één maand na dedagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgendetermijnen telkens een maand later.

  • 3. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 10 Kwijtschelding
  • Voor de tarieven in hoofdstuk 1.1. valt voor de hoogbouw (gebruik ondergrondse containers) per halfjaar het volgende onder de kwijtschelding:

  • vastrecht € 73,38 en 17 aanbiedingen bij een ondergrondsecontainer met een vulopening van 60 liter, respectievelijk 34aanbiedingen bij een ondergrondse container met een vulopeningvan 30 liter

  • Voor de tarieven in hoofdstuk 1.1. valt voor de laagbouw (gebruik mini-containers) per halfjaar het volgende onder de kwijtschelding:

  • vastrecht € 73,38 en 7 ledigingen van de 240 liter container,respectievelijk 12 ledigingen voor de 140 liter container.

  • Voor de tarieven genoemd in hoofdstuk 1.2, 1.3 en 1.4 van de tarieventabel wordt geen kwijtschelding verleend.

HOOFDSTUK III REINIGINGSRECHTEN

Artikel 11 Belastbaar feit

Onder de naam "reinigingsrechten" worden rechten geheven zowelvoor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten alsvoor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen,werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of inonderhoud zijn.

Artikel 12 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan welten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van debezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 13 Maatstaf van heffing en belastingtarief
  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 2 van de bij deze verordening behorendetarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 14 Wijze van heffing

De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel wordengeheven door middel van een schriftelijke gedagtekende nota waarophet gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordtmondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijkekennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld

De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigdbij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van hetgebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 16 Termijnen van betaling

De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijnverschuldigd bij de aanvang van het verlenen van de dienstverleningof bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken ofinrichtingen en moeten worden betaald binnen twee weken na dedagtekening van de nota.

Artikel 17 Kwijtschelding

Bij de invordering van reinigingsrechten, volgens hoofdstuk 2 van detarieventabel, wordt geen kwijtschelding verleend.

HOOFDSTUK IV AANVULLENDE BEPALINGEN

Artikel 18 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.

Artikel 19 Overgangsrecht

De 'Verordening reinigingsheffingen 2011', van 13 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 20 Inwerkingtreding
  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening reinigingsheffingen 2012'.

TARIEVENTABEL

behorende bij de "VERORDENING REINIGINGSHEFFINGEN 2012"

Algemeen

De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.

Hoofdstuk 1 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing

Artikel 1.1 Tarief afvalstoffenheffing
  • .1 De belasting per perceel voor het periodiek verwijderen van huishoudelijke afvalstoffen bedraagt per belastingtijdvak (halfjaar) voor het vaste deel: € 73,38

  • .2 De belasting als bedoeld in 1.1.1 wordt vermeerderd voor het in bruikleen hebben van een extra container van 240 liter, bestemd voor de overige huishoudelijke afvalstoffen per extra container, per belastingtijdvak (halfjaar) (= boven hetgeen standaard aan het perceel is verstrekt) voor een vast deel: € 5,25

  • .3 De belasting als bedoeld in 1.1.1 wordt voro laagbouw (gebruik makend van minicontainers) vermeerderd met:

  • Per lediging van een minicontainer van 240 liter : € 6,96

  • Per lediging van een minicontainer van 140 liter: € 4,06

  • .4 De belasting als bedoeld in 1.1.1 wordt voor de hoogbouw (gebruik makend van ondergrondse containers) vermeerderd met:

  • Per inworp van een vuilniszak van 60 liter: € 1,74

  • Per inworp van een vuilniszak van 30 liter: € 0,87

Artikel 1.2 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing
  • .1 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting voor het op aanvraag inzamelen (ophalen) van:

  • 1.2.1.1 grof vuil, per big bag: € 45,00

  • 1.2.1.2 schoon puin, per big bag: € 50,00

  • 1.2.1.3 overig bouw- en sloopafval, per big bag: € 90,00

Artikel 1.3
  • .1 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting voor het achterlaten van grove huishoudelijke afvalstoffen, met uitzondering van glas, papier, textiel, wit- en bruingoed, metaal, grof tuinafval en Klein Gevaarlijk Afval (KGA, inclusief asbest) op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats (Afval Aanbreng Punt),

  • 1.3.1.1 basisbedrag per keer € 0,00 vermeerderd met:

  • 1.3.1.2 per ton aangeboden afval per keer € 25,00 vermeerderd met verwerkingskosten voor:

  • 1.3.1.3

  • afvalstoffen categorie II 'schoon' gemend puin: € 10,00

  • afvalstoffen categorie IV Hout: € 30,00

  • afvalstoffen categorie V Grof vuil: € 125,00

  • afvalstoffen categorie VI Bouw- en sloopafval: € 140,00

Artikel 1.4
  • .1 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting voor het inzamelen (aan huis ophalen) van GFT-afval met een daar toe op aanvraag beschikbaar gestelde bruine 230 liter container: € 60,00

    Dit is het tarief voor 12 keer het ledigen van een minicontainer. Door de gemeente worden ten minste 12 inzameldagen aangewezen waarop deze FGT-afvalcontainer aangeboden kan worden.

Hoofdstuk 2 Maatstaf en tarieven reinigingsrechten

Artikel 2.1
  • Het recht bedraagt voor:

  • .1 Het ledigen van een beerput of septictank en het verwijderen van de daaruit komende stoffen:

  • met een inhoud van 0,5 m3 tot en met 4,5 m3: € 109,00

  • met een inhoud van meer dan 4,5 m3 tot en met 9,0 m3: € 213,75

  • met een inhoud van meer dan 9,0 m3: € 318,50

  • .2 Het ledigen van een zinkput: € 32,50

  • .3 het openen en weer sluiten van een put of tank en het verrichten van de daaruit voortvloeiende werkzaamheden, naast de onder 2.1.1 en 2.1.2 genoemde rechter, per werkman, per halfuur: € 20,65

  • indien de diensten op zaterdagen, zon- en feestdagen worden verricht, wordt het tarief verhoogd met 25%.

Artikel 2.2
  • .2 een kolkenzuiger, per halfuur: € 32,50

  • .3 de bestrijding van ratten en muizen, op terreinen en/of in gebouwen, waarop of waarin bedrijfsuitoefening plaatsvindt, per keer: € 109,50

  • indien deze werkzaamheden meer tijd in beslag nemen dan 4 manuren, worden daarnaast de meerdere manuren in rekening gebracht, overeenkomstig het onder 2.2.1 genoemde tarief.