Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

BESCHIKKING van den 26sten mei 1943 no. 1181 tot vaststelling van de „Duurtetoeslagregeling gepensioneerden 1943”

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingBESCHIKKING van den 26sten mei 1943 no. 1181 tot vaststelling van de „Duurtetoeslagregeling gepensioneerden 1943”
CiteertitelDuurtetoeslagregeling gepensioneerden 1943
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Alleen de laatste wijziging is opgenomen in het overzicht van wijzigingen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

BESCHIKKING van den 26sten mei 1943 no. 1181 tot vaststelling van de „Duurtetoeslagregeling gepensioneerden 1943”

Artikel 1

  • 1. Aan de gepensioneerden en weduwen, weduwnaars en wezen, die pensioen genieten ten laste van het Algemeen Pensioenfonds van de Nederlandse Antillen, wordt een tijdelijke duurtetoeslag op hun pensioen toegekend, zodanig dat het pensioeninkomen bij 30 of minder voor pensioen geldige dienstjaren het produkt is van:

    • a.

      de middelsom van het actieve inkomen, en

    • b.

      het percentage dat wordt verkregen door optelling van:

      • 1.

        het percentage, vermeld in de tabel bij het van toepassing zijnde aantal voor pensioen meetellende dienstjaren, en

      • 2.

        het percentage, vermeld in de tabel bij het van toepassing zijnde aantal voor pensioen meetellende resterende maanden, verschillend voor degenen met minder dan 20 voor pensioen geldige dienstjaren en voor degenen met meer dan 20 voor pensioen geldige dienstjaren.

    voor pensioen meetellende dienstjaren%  
    voor pensioen meetellende resterende maanden%  
       < 20 voor pensioen meetellende dienstjaren
    12,510,2083
    2520,4166
    37,530,625
    41040,833
    512,551,0416
    61561,25
    717,571,4583
    82081,6666
    922,591,875
    1025102,0833
    1127,5112,2916
    1230    
    1332,5> 20 voor pensioen meetellende dienstjaren
    143510,1667
    1537,520,3333
    164030,5
    1742,540,6667
    184550,8333
    1947,561
    205071,1667
    215281,3333
    225491,5
    2356101,6667
    2458111,8333
    2560    
    2662    
    2764    
    2866    
    2968    
    3070    
  • 2. Voor weezen zijn uitsluiten de in de eerste kolom van bovenstaande tabel vermelde percentages van toepassing

  • 3. Als gehuwd wordt beschouwd de gepensioneerde die gehuwd is of gehuwd geweest is.

  • 4. De berekening van duurtetoeslag bij gelijktijdig genot van pensioen en bezoldiging of maandloon ten laste van de Curaçaosche begrooting geschiedt met inachtneming van de terzake bij de Gouvernementsbeschikking van den 13den October 1942 no. 6701a (P.B. 1942 no. 194 gegeven voorschriften.

Artikel 1a

  • 1. de gepensioneerden en de weduwen en weduwnaars, wier pensioen ten laste van het Algemeen Pensioenfonds van de Nederlandse Antillen komt, genieten voor hun kinderen die krachtens artikel 24 van de Pensioenverordening Bureglijke Landsdienaren 1938 recht op wezenpensioen hebben, een kindertoelage van:

    • voor 1 kind: 3% van het bedrag van het pensioen verhoogd met duurtetoeslag

    • voor 2 kinderen: 5% van het bedrag van het pensioen verhoogd met duurtetoeslag

    • voor 3 kinderen: 7% van het bedrag van het pensioen verhoogd met duurtetoeslag

    • voor elk kind boven het aantal van 3 wordt een kindertoelage van 2% van het pensioen verhoogd met duurtetoeslag toegekend.

    De kindertoelage wordt naar boven afgerond tot het naste bedrag in volle guldens, dat een veelvoud vormt van twaalf. Deze bedraagt niet meer dan het maximum, dat terzake door een ambtenaar op grond van de “Regeling kinder-, kostwinners en detacheringstoelagen, (P.B. 1965, no. 204) kan worden genoten.

  • 2. Het genot van kindertoelage vangt aan met ingang van de eerste dag van de maand volgende op die, waarin het recht op kindertoelage is ontstaan en eindigt met ingang van de eerste van de maandvolgende op die, waarin het recht op kindertoelage verloren is gegaan.

  • 3. De kindertoelage wordt door de Gouverneur toegekend en uitbetaald tegelijk met het pensioen.

  • 4. De kindertoelage kan, indien gegrond vermoeden bestaat, dat zij niet ten goede komt of zal komen aan het kind ten behoeve waarvan zij is toegekend, aan een ander dan aan de gepensioneerde of diens weduwe of weduwnaar worden betaalbaar gesteld.

Artikel 2

[vervallen]

Artikel 2a

  • a. Na het overlijden van een gepensioneerd ambtenaar, wiens pensioen ten laste kwam van het Algemeen Pensioenfonds van de Nederlandse Antillen, wordt aan diens weduwe of weduwnaar een bedrag uitgekeerd gelijk aan driemaal het bedrag van de maandelijkse duurtetoeslag op het pensioen en kindertoelage van de overledene op het tijdstip van overlijden;

  • b. Indien de overledene geen betrekking als bedoeld onder a nalaat, geschiedt de uitkering ten behoeve van de minderjarige kinderen van de overledene die krachtens artikel 24 van de Pensioenverordening Burgerlijke Landsdienaren 1938 recht op wezenpensioen hebben. Ontbreken ook zodanige kinderen, dan geschiedt de uitkering, indien de overledene kostwinner was van ouders, broeders, zusters of meerderjarige kinderen, ten behoeve van deze betrekkingen;

  • c. Laat de overledene ook geen betrekkingen als b bedoeld na, dan kan het onder letter a bedoelde bedrag geheel of ten dele worden uitgekeerd voor de betaling van de kosten der laatste ziekte en der begrafenis, zo de nalatenschap van de overledene voor de betaling dier kosten ontoereikend is.

Artikel 3

  • 1. De duurtetoeslag wordt bij beschikking van den gouverneur vastgesteld en tegelijk met de inkomsten, waarover hij in berkend, uitbetaald.

  • 2. De jaarlijks aan de gepensioneerden uitgekeerde duurtetoeslagen en kindertoelagen komen ten behoeve van het Algemeen Pensioenfonds van de Nederlandse Antillen ten laste van de geld-middelen van de Nederlandse Antillen, de eilandgebieden en de krachtens artikel 2, derde lid, van de Pensioenverordening Burgerlijke Landsdienaren 1938 aangewezen rechtspersonen. De bedragen zijn, onderscheiden per gepensioneerde, verschuldigd door het lichaam dat als laatste aan de desbetreffende gepensioneerde ontslag heeft verleend uit een betrekking, waarvan de tijd gedurende welke deze betrekking bestond, als diensttijd in aanmerking kwam.