Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

MINISTERIELE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 4de mei 2007 ter uitvoering van artikel 8B van de Landsverordening grondslagen natuurbeheer en -bescherming (P. B. 1998, no. 49)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingMINISTERIELE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 4de mei 2007 ter uitvoering van artikel 8B van de Landsverordening grondslagen natuurbeheer en -bescherming (P. B. 1998, no. 49)
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorMinister van Volksgezondheid en Sociale Ontwikkeling
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Landsverordening grondslagen natuurbeheer en -bescherming (P.B. 1998, no. 49), art. 8B

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIELE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 4de mei 2007 ter uitvoering van artikel 8B van de Landsverordening grondslagen natuurbeheer en -bescherming (P. B. 1998, no. 49)

Artikel 1

Aan de naamloze vennootschap Curaçao Public Aquarium N.V. wordt van de verboden, bedoeld in artikel 11, eerste lid, van het SPAW-protocol, vrijstelling verleend als bedoeld in artikel 11, tweede lid van het SPAW-protocol voor het houden van vierentwintig dolfijnen van de soort Tursiops truncatus (Tuimelaar) in de Nederlandse Antillen.

Artikel 2

  • 1. De vrijstelling, bedoeld in artikel 1, wordt verleend onder de volgende voorwaarden:

    • a.

      in de bassins die aangelegd zijn voor het houden van dolfijnen, zullen niet meer dan vierentwintig (24) exemplaren gehouden worden, overeenkomende met 1600m3 zeewater per dolfijn, bij een gemiddelde diepte van vier meter;

    • b.

      behandelfaciliteiten voor dolfijnen, waaronder, maar niet beperkt tot, hijsapparatuur en isolatiefaciliteiten dienen beschikbaar te zijn;

    • c.

      de bassins moeten zo natuurlijk mogelijk zijn, zonder verticale of reflecterende wanden, en met goede waterverversing met schoon zeewater;

    • d.

      slechts een deel van de bassins mag toegankelijk zijn voor mensen, uitgezonderd verzorgers, zodat de dolfijnen de mogelijkheid geboden wordt om zich af te zonderen;

    • e.

      de faciliteiten voor het voorbereiden van het voedsel voor de dieren dienen op een hygiënische wijze te zijn ingericht met volledige betegeling, vriesruimten en speciale koelkasten voor het ontdooien van het voer;

    • f.

      een dierenarts en verzorgers, beiden met aantoonbare ervaring in de behandeling van dolfijnen, dienen lokaal beschikbaar te zijn;

    • g.

      in geval van sterfte van een dier, kan deze niet vervangen worden alvorens duidelijk is aangetoond wat de doodsoorzaak is geweest en dat deze niet het gevolg is geweest van onzorgvuldige verzorging of van stress;

    • h.

      de activiteiten met dolfijnen dienen een duidelijk educatief element te hebben, waarin de noden van de dieren, van andere walvisachtigen en hun leefomgeving duidelijk naar voren worden gebracht;

    • i.

      wetenschappelijk onderzoek dient te worden verricht dat onder meer gericht is op het gedrag van dolfijnen in vergelijking met het gedrag van wilde populaties en een populatieonderzoek naar lokaal aanwezige Cetacaeën, met name van Tursiops truncatu;

    • j.

      jaarlijks moet uiterlijk op 1 juni gerapporteerd worden aan de Minister van Volksgezondheid en Sociale Ontwikkeling over de gezondheidstoestand van de dolfijnen en over de resultaten van het educatieve programma en van het wetenschappelijk onderzoek van het dan afgelopen kalenderjaar.

  • 2. De invulling van de voorwaarden als bedoeld in het eerste lid, geschiedt door de Directie Volksgezondheid van het Ministerie van Volksgezondheid en Sociale Ontwikkeling op grond van richtlijnen.

Artikel 3

Bij niet naleving van een of meer van de voorwaarden, genoemd in artikel 2, de vrijstelling worden ingetrokken.

Artikel 4

De met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de Landsverordening grondslagen natuurbeheer en -bescherming belaste ambtenaren of personen brengen jaarlijks of zo dikwijls de Minister van Volksgezondheid en Sociale Ontwikkeling hierom verzoekt rapport uit aan de Minister van Volksgezondheid en Sociale Ontwikkeling over de naleving van de voorwaarden, genoemd in artikel 2.

Artikel 5

De ministeriële beschikkingen met algemene werking van de 23ste november 2001 (P.B. 2001, no. 124) en van 25ste november 2003 (no. 7095/ RNA) ter uitvoering van artikel 8B van de Landsverordening grondslagen natuurbeheer en -bescherming (P.B. 1998, no. 49) worden ingetrokken.

Artikel 6

Deze beschikking wordt in het Publicatieblad geplaatst.

Artikel 7

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die der uitgifte van het Publicatieblad waarin het geplaatst is.