Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 27ste september 1985 ter uitvoering van artikel 4 van de Landsverordening Luchtvaartfaciliteitengelden (P.B, 1984, no. 38)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingMINISTERIËLE BESCHIKKING van de 27ste september 1985 ter uitvoering van artikel 4 van de Landsverordening Luchtvaartfaciliteitengelden (P.B, 1984, no. 38)
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorMinister van Verkeer en Vervoer
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Landsverordening Luchtvaartfaciliteitengelden (P.B. 1984, no. 38), artikel 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 27ste september 1985 ter uitvoering van artikel 4 van de Landsverordening Luchtvaartfaciliteitengelden (P.B, 1984, no. 38)

Artikel 1

  • 1. Van de verplichting tot het betalen van luchtvaartfaciliteitengelden zijn vrijgesteld de gebruikers van staatsluchtvaartuigen indien niet commercieel gebruik, zomede van luchtvaartuigen waarmede de volgende vluchten worden uitgevoerd:

    • a.

      vluchten in militaire, douane- en politiedienst;

    • b.

      vluchten ten behoeve van opsporings- en reddingswerk;

    • c.

      vluchten ter kontrole of beproeving van de werking van radiotechnische en andere installaties ten behoeve van de luchtvaartvaartnavigatie, mits zij worden uitgevoerd op verzoek van de bevoegde luchtvaart autoriteiten;

    • d.

      proefvluchten en vluchten die uitsluitend worden uitgevoerd voor het opleiden en oefenen van vliegend personeel, mits zij eindigen op dezelfde luchthaven binnen de Nederlandse Antillen waar zij zijn aangevangen.

  • 2. De verplichting tot het betalen van luchtvaartfaciliteitengelden door gebruikers van luchtvaartuigen waarvan het maximaal toegelaten totaalgewicht minder is dan 5.7. ton, wordt opgeschort tot een nader te bepalen tijdstip.

Artikel 2

Deze beschikking, welke in het Publikatieblad zal worden opgenomen, treedt in werking op het tijdstip waarop de Landsverordening Luchtvaartfaciliteitengelden in werking treedt.