Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 7de maart 1994 tot het verlenen van mandaat om namens de Minister van Verkeer en Vervoer zeebrieven uit te reiken en tijdelijk op te schorten het recht om de vlag van het Koninkrijk te voeren

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingMINISTERIËLE BESCHIKKING van de 7de maart 1994 tot het verlenen van mandaat om namens de Minister van Verkeer en Vervoer zeebrieven uit te reiken en tijdelijk op te schorten het recht om de vlag van het Koninkrijk te voeren
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorMinister van Verkeer en Vervoer
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Nederlands-Antilliaans Zeebrievenbesluit (P.B. 1993, no. 79), de artikelen 15, eerste lid, 20, eerste lid, 21, eerste lid, en 33, eerste en tweede lid

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 7de maart 1994 tot het verlenen van mandaat om namens de Minister van Verkeer en Vervoer zeebrieven uit te reiken en tijdelijk op te schorten het recht om de vlag van het Koninkrijk te voeren

Artikel 1

Aan het Hoofd van de Scheepvaart-Inspectie van de Nederlandse Antillen of, voor zover deze niet ten kantore aanwezig is, diens plaatsvervanger, wordt de bevoegdheid gemandateerd om namens de Minister van Verkeer en Vervoer in naam van de Koning, de zeebrieven bedoeld in de artikelen 15, eerste lid, 20, eerste lid en 21, eerste lid, uit te reiken.

Artikel 2

Aan het Hoofd van de Scheepvaart-Inspectie van de Nederlandse Antillen of, voor zover deze niet ten kantore aanwezig is, diens plaatsvervanger, worden de bevoegdheden, bedoeld in artikel 33, eerste en tweede lid, van het Nederlands-Antilliaans Zeebrievenbesluit (P.B. 1993, no. 79) gemandateerd, waaronder het tijdelijke opschorten van het recht om de vlag van het Koninkrijk te voeren door aantekening daarvan te plaatsen op de zeebrief.

Artikel 3

Deze beschikking treedt in werking op het tijdstip waarop het Nederlands-Antilliaans Zeebrievenbesluit (P.B. 1993, no. 79) in werking treedt.