Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 30ste september 1997, houdende vaststelling van de indicatoren aan de hand waarvan wordt beoordeeld of een transactie moet worden aangemerkt als een ongebruikelijke transactie in de zin van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingMINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 30ste september 1997, houdende vaststelling van de indicatoren aan de hand waarvan wordt beoordeeld of een transactie moet worden aangemerkt als een ongebruikelijke transactie in de zin van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorMinister van Financiën
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Ingevolge art. 6 treedt deze beschikking in werking met ingang van de dag waarop de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties in werking treedt. Het tijdstip van inwerkingtreding van die regeling is vastgesteld bij landsbesluit van 20-4-2001 (P.B. 2001, no. 58).

Deze regeling regelt dezelfde materie als de Beschikking indicatoren ongebruikelijke transacties (P.B. 2001, no. 48). Hoewel deze regeling bij de laatstgenoemde regeling niet wordt ingetrokken, mag worden aangenomen dat zij bij de inwerkingtreding van die regeling vervallen is. Een bevestiging daarvan kan worden ontleend aan de Ministeriële beschikking met algemene werking van 8-5-2007 (P.B. 2007, no. 33), waarin alleen de regeling uit 2001 is gewijzigd.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Landsverordening melding ongebruikelijke transacties, art. 26, tweede lid

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 30ste september 1997, houdende vaststelling van de indicatoren aan de hand waarvan wordt beoordeeld of een transactie moet worden aangemerkt als een ongebruikelijke transactie in de zin van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties

Artikel 1

Met betrekking tot de transacties in verband met het afnemen van financiële diensten, bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties, niet zijnde financiële diensten als bedoeld in de artikelen 2 en 3, worden de indicatoren vastgesteld zoals opgenomen in bijlage A bij deze beschikking.

Artikel 2

Met betrekking tot de transacties in verband met het afnemen van één of meer van de financiële diensten, bedoeld in artikel 1, onderdeel a, onder 5, van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties worden de indicatoren vastgesteld zoals opgenomen in bijlage B bij deze beschikking.

Artikel 3

Met betrekking tot de transacties in verband met het afnemen van één of meer van de financiële diensten, bedoeld in artikel 1, onderdeel a, onder 6, van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties worden de indicatoren vastgesteld zoals opgenomen in bijlage C bij deze beschikking.

Artikel 4

  • 1. De indicatoren, bedoeld in de artikelen 2 en 3 blijven buiten toepassing in gevallen, waarin ter voldoening aan toezeggingen omtrent pensioen door de werkgever aan werknemers, verbonden aan zijn onderneming:

    • a.

      door de werkgever overeenkomsten van verzekering zijn gesloten met een verzekeraar die in het bezit is van de ingevolge artikel 9, eerste lid, van de Landsverordening Toezicht Verzekeringsbedrijf vereiste vergunning;

    • b.

      door de werknemers zelf overeenkomsten, bedoeld in onderdeel a, zijn gesloten, daartoe door de werkgever geheel of ten dele in staat gesteld.

  • 2. Voor de toepassing van het in het eerste lid bepaalde, worden aan de begrippen pensioen, werknemer, werkgever en onderneming dezelfde betekenis toegekend als de overeenkomstige begrippen, vermeld in artikel 1, eerste en tweede lid, van Landsverordening ondernemingspensioenfondsen.

Artikel 5

De indicatoren, bedoeld in de artikelen 2 en 3 blijven voorts buiten toepassing ten aanzien van:

  • a.

    het sluiten van overeenkomsten van verzekeringen als bedoeld in artikel 9 van de Landsverordening ondernemingspensioenfondsen;

  • b.

    het sluiten van overeenkomsten van overlijdensrisicoverzekeringen en andere verzekeringen zonder premievrije of afkoopwaarde;

  • c.

    ten aanzien van transacties waarvoor nog slechts een offerte is uitgebracht die nog niet door de verzekeringnemer is aanvaard.

Artikel 6

  • 1. Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag waarop de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties in werking treedt.

  • 2. Deze beschikking zal in het Publicatieblad worden geplaatst.

BIJLAGEN

behorende bij MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING van de 30ste september 1997 (P.B. 1997, no. 253), houdende vaststelling van de indicatoren aan de hand waarvan wordt beoordeeld of een transactie moet worden aangemerkt als een ongebruikelijke transactie in de zin van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties.

BIJLAGE A:

Financiële diensten, niet zijnde het sluiten of afwikkelen van een individuele levensverzekeringsovereenkomst.

Voor alle indicatoren geldt:

  • -

    melding verplicht van transacties of voorgenomen transacties;

  • -

    voor alle genoemde bedragen geldt: NAF. of de tegenwaarde daarvan in vreemde valuta.

    • I.

      MELDING VERPLICHT:

      • A.

        Transacties die aan politie of justitie worden gemeld:

        • 1.

          Transacties die in verband met witwassen aan politie of justitie worden gemeld, moeten ook aan het Meldpunt worden gemeld;

      • B.

        Contante transacties:

        • 1.

          Transacties boven . 250.000,--;

        • 2.

          Transacties boven . 20.000,-- waarbij omwisseling plaatsvindt in grotere coupures;

        • 3.

          Transacties boven . 20.000,-- waarbij omwisseling plaatsvindt in een andere valuta;

        • 4.

          Transacties boven . 20.000,-- betreffende aankoop en/of verzilveren door cliënt van cheques, traveler-cheques of soortgelijke betaalmiddelen;

        • 5.

          Transacties boven . 20.000,-- waarbij effecten zijn betrokken;

        • 6.

          Transacties boven . 20.000,-- die voldoen aan twee of meer van de volgende indicatoren:

          • a.

            ongeteld;

          • b.

            in vreemde valuta;

          • c.

            niet gestort op eigen rekening;

          • d.

            overboeking naar buitenlandse rekening.

      • C.

        Girale transacties:

        • 1.

          Transacties door niet-rekeninghouders boven . 20.000,-- bestemd voor het buitenland;

      • D.

        Fysieke in- of uitlevering van effecten:

        • 1.

          Fysieke in- of uitlevering van effecten boven . 20.000,-- behalve:

          • *

            van of aan kredietinstellingen, effecteninstellingen, of centrale effectinbewaringstellingen;

          • *

            bij fysieke in- of uitlevering van effecten onder . 250.000,-- door een cliënt ter creditering/debitering van een (effecten-)rekening op naam van de in- of uitleverende cliënt zelf.

    • II.

      MELDING VERPLICHT INDIEN DE MELDINGSPLICHTIGE OORDEELT DAT DE VOLGENDE SITUATIES VAN TOEPASSING ZIJN:

      • A.

        Criminele activiteiten:

        • 1.

          Transacties waarbij aanleiding is om te veronderstellen dat ze verband kunnen houden met gelden afkomstig van criminele activiteiten, zoals sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen, (vuur)wapenhandel, vrouwenhandel, en georganiseerde misdaad;

      • B.

        Nieuwe rekeningen:

        • 1.

          Rekeningen waarbij wordt voldaan aan twee of meer van de volgende indicatoren:

          • a.

            niet-ingezetene;

          • b.

            indificatieproblemen;

          • c.

            ongewoon conditie-aanbod;

          • d.

            opvallend aantal rekeningen.

      • C.

        Contante transacties:

        • 1.

          Voorkeur van de cliënt voor transacties onder het grensbedrag waarbij aanleiding is om te veronderstellen dat deze daarmee melding wil voorkomen;

        • 2.

          Transacties boven . 20.000,-- die voldoen aan twee of meer van de volgende indicatoren:

          • a.

            indificatieproblemen;

          • b.

            ongewoon conditie-aanbod;

          • c.

            transactie a-typisch voor cliënt;

          • d.

            kleine coupures;

          • e.

            ongebruikelijke verpakking;

          • f.

            frequente storting door niet-rekeninghouder;

          • g.

            cliënt zonder aanwijsbare reden nerveus;

          • h.

            cliënt wordt vergezeld en gecontroleerd;

          • i.

            cliënt handelt als stroman;

          • j.

            geen verklaarbaar legaal doel of geen zichtbare relatie met bedrijfsactiviteiten;

          • k.

            opvallende omzet of opvallende wijziging van het rekening-saldo;

          • l.

            inkomende stroom bestaat uit veel kleine bedragen en uitgaande stroom uit grote bedragen;

          • m.

            cliënt levert, zonder dat dit in relatie staat tot de bedrijfsactiviteiten, ongeteld geld aan;

          • n.

            bedrag wordt door cliënt niet gestort op eigen rekening of rekening werkgever;

          • o.

            bedrag wordt gestort ten gunste van een rekening bij een bank in het buitenland.

      • D.

        Girale transacties:

        • 1.

          Transacties boven . 5.000.000,-- die voldoen aan twee of meer van de volgende indicatoren:

          • a.

            uit en/of naar het buitenland;

          • b.

            identificatieproblemen;

          • c.

            opvallend aantal rekeningen;

          • d.

            geen relatie met bedrijfsactiviteiten.

BIJLAGE B:

Sluiten van een individuele levensverzekeringsovereenkomst.

Voor alle indicatoren geldt:

  • -

    voor alle genoemde bedragen geldt: NAF. of de tegenwaarde daarvan in vreemde valuta.

    • I.

      MELDING VERPLICHT:

      • 1.

        Een (aanvraag voor een) levensverzekering die in verband met witwassen aan politie of justitie wordt gemeld, moet ook aan het Meldpunt worden gemeld;

      • 2.

        De eerste premie of de koopsom wordt contant betaald en bedraagt meer dan . 100.000,--.

    • II.

      MELDING VERPLICHT INDIEN DE MELDINGSPLICHTIGE OORDEELT DAT DE VOLGENDE SITUATIES VAN TOEPASSING ZIJN:

      • 1.

        (Aanvraag voor) een levensverzekering waarbij aanleiding is om te veronderstellen dat deze verband kan houden met witwassen;

      • 2.

        Levensverzekeringen waarvoor de eerste premiebetaling of de koopsom meer dan . 25.000,-bedraagt en die voldoen aan drie of meer van de volgende indicatoren:

        • a.

          de verzekeringnemer heeft woonplaats buiten de Nederlandse Antillen;

        • b.

          de verzekeringnemer geeft geen (eigen) vaste woonplaats op;

        • c.

          de eerste premiebetaling of de koopsomstorting vindt plaats vanaf een rekening bij een bank buiten de Nederlandse Antillen;

        • d.

          de looptijd van de verzekering is 3 jaar of minder, tenzij het kapitaalverzekering betreft ter dekking van pensioenaanspraken, waarvan de regeling is vastgelegd in een pensioenbrief waarin duidelijk omschreven is dat de regeling voortvloeit uit een dienstbetrekking;

        • e.

          de premie/koopsombetaling bedraagt meer dan . 250.000,--;

        • f.

          de verzekeringnemer heeft in het lopende kalenderjaar reeds drie of meer koopsompolissen tegen contante betaling bij uw maatschappij of, in geval van tussenpersonen, door uw bemiddeling gesloten;

        • g.

          betaling in kleine coupures, met ongeteld geld, in ongewone verpakking, in vreemde valuta, met postwissels, cheques of andere waardepapieren;

        • h.

          er zijn problemen bij de identificatie;

        • i.

          de verzekering wijkt sterk af van wat van deze verzekeringsnemer, alle omstandigheden in aanmerking genomen, verwacht werd of mag worden (gezien inkomen, beroep, eerder gesloten verzekeringen), m.a.w. de verzekering is ongewoon voor de verzekeringnemer;

        • j.

          de verzekeringnemer accepteert zeer onvoordelige voorwaarden, die niet samenhangen met gezondheid of leeftijd;

        • k.

          een (reëel) verzekerd belang kan niet worden verklaard.

BIJLAGE C:

Afwikkelen van een individuele levensverzekeringsovereenkomst.

Voor alle indicatoren geldt:

  • -

    voor alle genoemde bedragen geldt: NAF. of de tegenwaarde daarvan in vreemde valuta.

    • I.

      MELDING VERPLICHT:

      • 1.

        Een uitkering uit levensverzekering die in verband met witwassen aan politie of justitie wordt gemeld, moet ook aan het Meldpunt worden gemeld;

      • 2.

        Een uitkering van boven . 100,000,-- op een rekening bij een bank buiten de Nederlandse Antillen binnen 5 jaar na het sluiten van de verzekering;

      • 3.

        Een uitkering van boven . 100.000,-- in verband met de verzekering die binnen 2 jaar voor de expiratiedatum, de belening of de afkoop is overgedragen, of waarvan de begunstiging binnen die periode is gewijzigd (deze indicator is niet van toepassing op een overdracht aan, dan wel de begunstigingswijziging t.b.v. een kind of kleinkind);

      • 4.

        Een contante uitkering van boven . 50.000,--.

    • II.

      MELDING VERPLICHT INDIEN DE MELDINGSPLICHTIGE OORDEELT DAT DE VOLGENDE SITUATIES VAN TOEPASSING ZIJN:

      • 1.

        Er bestaat aanleiding om te veronderstellen dat de betrokken verzekering verband houdt met witwassen.