| Overheidsorganisatie | Koninkrijksdeel Curaçao |
|---|---|
| Officiële naam regeling | LANDSVERORDENING van de 2de februari 1963 tot uitvoering van het op 9 december 1948 te Parijs totstandgekomen verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide (Trb. 1960, no. 32) |
| Citeertitel | Uitvoeringslandsverordening genocide-verdrag |
| Vastgesteld door | |
| Onderwerp | algemeen |
| Eigen onderwerp | strafrecht |
Het verdrag is bij Rijkswet van 2 juli 1964 (Stb. 242) (zie P.B. 1964, no. 116) goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk.
Het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling en van de wijzigingsregeling is vastgesteld bij landsbesluit van 19-8-1970 (P.B. 1970, no. 88).
Onbekend
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 10-10-2010 | bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao | 10-10-2010 A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87 | onbekend |
1. Hij die met het oogmerk een nationale, ethnische of godsdienstige groep, dan wel een groep, behorende tot een bepaald ras, geheel of gedeeltelijk, als zodanig te vernietigen, opzettelijk:
leden van de groep doodt;
leden van de groep zwaar lichamelijk of geestelijk letsel toebrengt;
aan de groep levensvoorwaarden oplegt die op haar gehele of gedeeltelijke lichamelijke vernietiging zijn gericht;
maatregelen neemt, welke tot doel hebben geboorten binnen de groep te voorkomen;
kinderen van de groep gewelddadig overbrengt naar een andere groep wordt als schuldig aan genocide gestraft met levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste twintig jaren.
2. De samenspanning wordt gestraft gelijk de poging.
3. De uitdrukkingen samenspanning en zwaar lichamelijk letsel hebben in dit artikel dezelfde betekenis als in het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen.
Met gelijke straf, als gesteld op de in het voorgaande artikel bedoelde feiten, wordt gestraft hij die opzettelijk toelaat dat een aan hem ondergeschikte een zodanig feit begaat.
Ten aanzien van de feiten, bedoeld in de artikelen 1 en 2, zijn de artikelen 44 en 45 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen niet van toepassing.
De bij de artikelen 1 en 2 strafbaar gestelde feiten zijn misdrijven.
1. De strafwet van de Nederlandse Antillen is toepasselijk op de ingezetene, die zich buiten de Nederlandse Antillen schuldig maakt:
aan een misdrijf omschreven in de artikelen 1 en 2 van deze landsverordening;
aan het misdrijf omschreven in artikel 137 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen, indien het strafbare feit of het misdrijf waarvan in dat artikel gesproken wordt, is een misdrijf als bedoeld in de artikelen 1 en 2 van deze landsverordening.
2. De vervolging kan ook plaats vinden, indien de verdachte eerst na het begaan van het feit ingezetene wordt.
Deze landsverordening kan worden aangehaald als "Uitvoeringslandsverordening genocide-verdrag".
Deze landsverordening treedt in werking op een bij landsbesluit te bepalen tijdstip.