Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN,van de 21ste december 1965 t.u.v. artikel 26 lid 7 van de lv algemene ouderdomsverzekering en artikel 29 lid 7 van de lv algemene weduwen- en wezenverzekering

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN,van de 21ste december 1965 t.u.v. artikel 26 lid 7 van de lv algemene ouderdomsverzekering en artikel 29 lid 7 van de lv algemene weduwen- en wezenverzekering
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Landsverordening algemene ouderdomsverzekering, art. 26, zevende lid
  2. Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering, art. 29, zevende lid
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN,van de 21ste december 1965 t.u.v. artikel 26 lid 7 van de lv algemene ouderdomsverzekering en artikel 29 lid 7 van de lv algemene weduwen- en wezenverzekering

Artikel 1

De in artikel 26, derde lid, tweede volzin van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering (P.B. 1960, no. 83) en in artikel 29, derde lid, tweede volzin van de Landsverordening Algemene Weduwen- en wezenverzekering (P.B. 1965, no. 194) bedoelde verlaging van het bedrag waarover ten hoogste premie wordt geheven, geschiedt met inachtneming van het volgende:

Iedere volle maand wordt op 30 dagen en het jaar op 360 dagen gesteld, terwijl de dag waarop de verzekering een aanvang neemt voor een volle dag wordt gerekend en de dag waarop de verzekering eindigt wordt verwaarloosd, met dien verstande, dat een gedeelte van een kalender jaar op ten minste één dag wordt gesteld.

Artikel 2

Van verzekerden, van wie premie bij wege van aanslag wordt geheven, wordt van de premie voor zover deze niet bij wijze van inhouding is geheven, bij een inkomen per jaar van:

NAF.5923,74,-- of meer, doch minder dan NAF.11044,58 45% geheven;
NAF.11044,58 of meer, doch minder dan NAF.15060,70 50% geheven;
NAF.15060,70 of meer, doch minder dan NAF.19077,00 55% geheven;
NAF.19077,00 of meer, doch minder dan NAF.23093,21 60% geheven;
NAF.23093,21 of meer, doch minder dan NAF.27109,41 65% geheven;
NAF.27109,41 of meer, doch minder dan NAF.31125,62 70% geheven;
NAF.31125,62 of meer, doch minder dan NAF.34514,31 75% geheven;
NAF.35514,31 of meer, doch minder dan NAF.37902,98 80% geheven;
NAF.37902,98 of meer, doch minder dan NAF.41291,67 85% geheven;
NAF.41291,67 of meer, doch minder dan NAF.44680,35 90% geheven;
NAF.44680,35 of meer, doch minder dan NAF.48086,11 95% geheven.

Artikel 3

Ten aanzien van degene, die niet het gehele jaar verzekerd is geweest, wordt voor de toepassing van artikel 2 van dit landsbesluit het inkomen over een gedeelte van een jaar herleid tot inkomen over een jaar, met inachtneming van de regels, zoals bij artikel 1 van dit landsbesluit vastgesteld voor de toepassing van de verlaging genoemd in artikel 26 derde lid van de Landsverordening Algemene Ouderdoms verzekering (P.B. 1960, no. 83) en in artikel 29 derde lid van de Landsverordening Algemene Weduwen- en wezenverzekering

(P.B. 1965, no. 194).

Artikel 4

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1966 en werkt voor wat de uitvoering van de bepalingen van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering (P.B. 1960, no. 83) betreft, terug tot en met 1 september 1960.