Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

LANDSVERORDENING van de 6de Januari 1953 houdende enige voorlopige regelen met betrekking tot de rechtspositie van ambtenaren en werklieden in overheidsdienst (Overgangsregeling Rechtspositie Personeel)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingLANDSVERORDENING van de 6de Januari 1953 houdende enige voorlopige regelen met betrekking tot de rechtspositie van ambtenaren en werklieden in overheidsdienst (Overgangsregeling Rechtspositie Personeel)
CiteertitelOvergangsregeling Rechtspositie Personeel
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Het tijdstip van inwerkingtreding van de wijzigingsregeling van 8-12-1964 (P.B. 1964, no. 158) is vastgesteld bij landsbesluit van 21-12-1965 (P.B. 1965, no. 203).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSVERORDENING van de 6de Januari 1953 houdende enige voorlopige regelen met betrekking tot de rechtspositie van ambtenaren en werklieden in overheidsdienst (Overgangsregeling Rechtspositie Personeel)

Artikel 1

In het landsbesluit, waarbij landsdienaren en gouvernementswerklieden ter beschikking van de besturen der eilandgebieden worden gesteld om werkzaamheden overeenkomende met hun rang of functie bij het land voor het betreffende eilandgebied te verrichten, wordt de duur der terbeschikkingstelling opgenomen, dan wel vastgesteld, dat deze voor onbepaalde tijd geschiedt.

Artikel 2

De terbeschikkinggestelde lansdienaren [bedoeld zal zijn: landsdienaren] en gouvernementswerklieden blijven op de voor hen bestaande en nader door de landsorganen vast te stellen voorwaarden in dienst van de Nederlandse Antillen.

Artikel 3

  • 1. De toepassing van de regelingen nopens hun benoeming of aanstelling, schorsing, ontslag, bezoldiging of loon, duurtetoeslagen, wachtgeld, diensttijden, verloven en verlofsbezoldigingen, pensioen, aanspraken in geval van ziekte, disciplinaire bestraffing, alsmede al hetgeen verder op hun dienstvoorwaarden betrekking heeft, geschiedt, na overleg met het bestuurscollege van het betrokken eilandgebied, door het in die regelingen bevoegd verklaarde landsorgaan.

  • 2. Voorzover toepassing van de sub 1. bedoelde regelingen, met uitzondering voor wat betreft benoeming, schorsing en ontslag, bij het inwerkingtreden der Eilandenregelingen Nederlandse Antillen reeds was gedelegeerd aan Gezaghebbers, Ondergezaghebbers, hoofdambtenaren en hoofden van dienst, gaat de bevoegdheid tot toepassing daarvan over op het bestuurscollege, dat deze bevoegdheid geheel of gedeeltelijk aan door hetzelve aan te wijzen functionarissen kan overdragen.

Artikel 4

  • 1. In dringende gevallen is het bestuurscollege van het betrokken eilandgebied bevoegd, in het belang van de dienst, de terbeschikkingstelling van een landsdienaar onder nadere goedkeuring bij landsbesluit, tijdelijk buiten werking te stellen.

    Gedurende de tijdelijke buitenwerkingstelling der terbeschikkingstelling wordt de aan de landsdienaar toekomende bezoldiging alsmede de daarop vallende toeslagen en toelagen ongewijzigd door het betrokken eilandgebied doorbetaald.

  • 2. De betrokkene behoudt in afwachting van de beslissing van de Gouverneur zijn standplaats.

  • 3. Indien de betrokkene zijn standplaats heeft in een ander eilandgebied dan Curaçao wordt hem door het bestuurscollege overtocht verleend om hem in de gelegenheid te stellen zich voor het bevoegd gezag te verantwoorden.

  • 4. Van een tijdelijke buitenwerkingstelling, als hiervoor bedoeld, geeft het bestuurscollege onverwijld kennis aan de Gouverneur onder toezending van een afschrift van het desbetreffend met redenen omkleed besluit en alle stukken, die terzake van belang kunnen zijn. Het bestuurscollege deelt de landsdienaar het een en ander onverwijld schriftelijk mede.

  • 5. De beslissing bedoeld in het tweede lid dient te worden genomen binnen drie maanden nadat de Gouverneur voormelde kennisgeving en de daarbij behorende stukken heeft ontvangen. Van de ontvangst van deze kennisgeving en de daarbij behorende stukken wordt onverwijld kennis gegeven aan het bestuurscollege en de landsdienaar.

  • 6. Indien de beslissing niet binnen de voorgeschreven termijn door de Gouverneur is genomen, vervalt de terbeschikkingstelling van de landsdienaar.

Artikel 5

  • 1. De regelingen nopens de benoeming of aanstelling, schorsing, ontslag, bezoldiging of loon, wachtgeld diensttijden, verloven en verlofsbezoldigingen, pensioen, aanspraken in geval van ziekte, disciplinaire straffen, alsmede de overige rechten en verplichtingen van de landsdienaren en gouvernementswerklieden, zoals deze regelingen zijn of nader zullen worden gewijzigd, alsmede nieuwe regelingen die eveneens op de rechtstoestand van de landsdienaren en gouvernementswerklieden betrekking zullen hebben, zijn van overeenkomstige toepassing op de ambtenaren en werklieden in dienst van de eilandgebieden.

  • 2. de voor de landsdienaren en gouvernementswerklieden vastgestelde bezoldigingen, lonen en duurtetoeslagen gelden tevens voor de ambtenaren en werklieden in dienst van de eilandgebieden, zolang daarin niet is voorzien door het bevoegd gezag in het betrokken eilandgebied.

Artikel 5a

De bepalingen van het Koninklijk Besluit van 29 Juli 1911 (P.B. 1911, no. 43), zoals gewijzigd, zijn op de ambtenaren in dienst van de eilandgebieden en op de ter beschikking van de besturen van de eilandgebieden gestelde landsdienaren, die inkomsten vanwege een eilandgebied genieten, mede toepasselijk, met dien verstande, dat de korting wordt verleend, gewijzigd en ingetrokken door het bestuurscollege van het betrokken eilandgebied.

Artikel 6

  • 1. deze landsverordening treedt in werking met ingang van de dag volgende op die van hare afkondiging.

  • 2. Zij kan worden aangehaald als “Overgangsregeling Rechtspositie Personeel”.