Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

Quarantaine-verordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingQuarantaine-verordening
CiteertitelQuarantaine-verordening
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpvolksgezondheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de verordening van 20 september 1883 (P.B. No. 17), waarbij voorzorg- en quarantaine-maatregelen worden vastgesteld tot wering van besmettelijke epidemische ziekten, welke door de scheepvaart naar deze kolonie kunnen worden overgebracht en alle andere bepalingen in zake quarantaine-maatregelen.

Het opschrift van de oorspronkelijke regeling is niet bekend.

Andere dan de vermelde wetshistorische gegevens zijn niet bekend over de wijzigingsregelingen van 10-11-1931 (P.B. 1931, no. 82), 11-3-1921 (P.B. 1921, no. 17), 11-9-1919 (P.B. 1919, no. 89), 16-2-1918 (P.B. 1918, no. 8), 20-1-1919 (P.B. 1919, no. 45), 2-1-1922 (P.B. 1922, no. 16), 8-5-1930 (P.B. 1930, no. 30), en over de wijzigingsregelingen die zijn geplaatst in PB. 1958, no. 170 (wijziging art. 11), PB. 1960, no. 46 (wijziging art. 11, 14c, 15a, 22).

Krachtens landsbesluit van 10-12-1931 is een doorlopende tekst van deze regeling geplaatst in P.B. 1931, no. 92.

Het tijdstip van inwerkingtreding van de wijzigingsregeling van …-…-……… (PB. 1952, no. 164) is vastgesteld bij landsbesluit van …-…-……( PB. 1952, no. 175).

Het tijdstip van inwerkingtreding van de wijzigingsregeling van 11-9-1997 (P.B. 1997, no. 237) is vastgesteld bij landsbesluit van 25-11-1997 (P.B. 1997, no. 251).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Landsbesluit ter uitvoering van de artikelen 7 en 15b van de Quarantaine-verordening (P.B. 1994, no. 80)

Landsbesluit ter uitvoering van de artikelen 7 en 15b van de Quarantaineverordening (P.B. 2006, no. 84)

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Artikel 1

Onder schepen verstaan deze verordening en de daarop berustende besluiten alle vaar- en vliegtuigen, van welken aard en vorm en tot welk doel dienende ook.

Artikel 2

De jongste zeereis wordt, in deze verordening en in de daarop berustende besluiten gerekend te zijn aangevangen in de haven waar het schip thuis behoort en overigens op niet langer dan zes maanden gesteld.

Artikel 3

Onder quarantaine-maatregelen verstaat deze verordening en de daarop berustende besluiten de maatregelen, die ter voorkoming of wering van besmettingsgevaar, op uit zee komende en in dit gebiedsdeel liggende schepen, hunnen inhoud en hunne opvarenden, geheel of gedeeltelijk kunnen worden toegepast, als daar zijn:

  • een gezondheidsonderzoek;

  • het buiten gemeenschap met den wal en met andere schepen houden;

  • het voorkomen en verhinderen van ontreiniging of besmetting van bodem, lucht of water, door schepen en hunne opvarenden;

  • het reinigen en ontsmetten van schepen met hunnen geheelen inhoud, het opslaan van ladingen en goederen, het onschadelijk maken van smetstof in stoffen en goederen en het vernietigen van ratten of ander ongedierte en insecten aan boord:

  • de afzondering of waarneming van en toezicht op opvarenden, reiniging, ontsmetting, geneeskundig onderzoek, verzorging en verpleging en geneeskundige behandeling;

  • het verbieden of aan voorwaarden onderwerpen van den invoer, den doorvoer of het vervoer van huiden, lompen, gebruikte kleedingstukken, gebruikt lijf- en beddegoed en van andere goederen, scheepslading of scheepsinhoud.

Artikel 4

Het gezonheidsonderzoek, in deze verordening en in de daarop berustende besluiten genoemd, kan zich uitstrekken tot alle scheepspapieren, tot het schip met zijnen geheelen inhoud en tot alle opvarenden, met aanwending van alle hulpmiddelen, die voor het onderzoek noodig of bevordelijk zijn.

Artikel 5

Onder de geneeskundige verstaat deze verordening en de daarop berustende besluiten een geneeskundige, die door het Bestuurscollege met het gezondheidsonderzoek van schepen en met de uitvoering van quarantaine-maatregelen is belast.

Artikel 6

Elk schip, uit zee in dit gebiedsdeel aankomende of na aankomst daar liggende, wordt onderworpen aan een gezondheidsonderzoek:

  • 1º.

    wanneer het komt uit landen, landstreken of plaatsen, die, op het tijdstip van het vertrek van het schip, door den Gouverneur zijn besmet verklaard of van besmetting verdacht verklaard, wegens eene der ziekten, in of krachtens het volgend artikel aangewezen, of waarvan op het tijdstip van aankomst van het schip in dit gebiedsdeel bekend is, dat er een of meer gevallen van een der ziekten in of krachtens het volgend artikel aangewezen, voorkomen;

  • 2º.

    wanneer een of meer gevallen van ziekte, al dan niet in het volgende artikel genoemd, tijdens de jongste zeereis zijn voorgekomen of nog voorkomen;

  • 3º.

    wanneer een der opvarenden tijdens de jongste zeereis aan boord is overleden;

  • 4º.

    wanneer er veel ratten aan boord zijn of sterfte onder de ratten is waargenomen of met pest besmette of van pest verdachte ratten aan boord gevonden zijn;

  • 5º.

    wanneer de geneeskundige, die steeds de bevoegdheid heeft, om op elk binnenkomend schip de scheepspapieren in te zien, een gezondheidsonderzoek noodig acht;

  • 6º.

    wanneer een schip, niet vallende onder het bepaalde sub 1º. tot en met 5º. van dit artikel, in dit gebiedsdeel aankomt en ligt op eene plaats, die niet voor het gezondheidsonderzoek en voor quarantaine-maatregelen is aangewezen.

De Gezaghebbers der eilandgebieden zijn in voorkomende gevallen bevoegd tot verklaring, bedoeld sub 1º. van het eerste lid van dit artikel, voorzooveel hun ambtsgebied betreft.

De genomen maatregel wordt ten spoedigste aan de beslissing van den Gouverneur onderworpen.

Artikel 7

De ziekten, in het voorgaande artikel bedoeld, zijn: cholera, gele koorts, pest en pokken.

Bij besluit van den Gouverneur kan deze verordening ook van toepassing verklaard worden op daarin niet genoemde ziekten.

Dit besluit is niet langer van kracht dan gedurende een jaar na zijne afkondiging, tenzij het binnen dat tijdperk door eene verordening bekrachtigd is.

Artikel 8

De Gezagvoerder van een schip, als bedoeld sub 1º., 2º, 3º, 4º en 6º. van art. 6, uit zee een der eilanden van het gebiedsdeel willende aandoen en niet rechtstreeks komende van een eiland, haven, baai of plaats van het gebiedsdeel zorgt, zoodra hij in het gezicht van den wal is, dat zijn schip een bij besluit van den Gouverneur te omschrijven sein voert totdat het schip dit gebiedsdeel heeft verlaten en zorgt voorts, dat geene gemeenschap met den wal of met andere schepen plaats hebbe, alvorens het gezondheidsonderzoek is afgeloopen of het schip door of vanwege den geneeskundige tot het vrije verkeer is toegelaten.

De loods, die het schip hulp verleent, is gehouden voor de naleving van het in de eerste alinea van dit artikel vermelde voorschrift te waken, voor zoover dit nog niet vóór zijne komst is nageleefd, en den gezagvoerder zooveel mogelijk bekend te maken met zijne verplichtingen krachtens deze verordening.

De gezagvoerder is verplicht met zijn schip de ligplaats hem, door of vanwege het Bestuurscollege aangewezen in te nemen en aldaar te blijven totdat hem, in verband met op eene andere plaats te nemen quarantaine-maatregelen, bevel tot opvaren daarheen is verstrekt, of zijn schip tot het vrije verkeer is toegelaten, of hij, gebruik makende van de bevoegdheid hem bij art.13 toegekend, weder zee kiest.

Artikel 9

Het verbod van gemeenschap met den wal of met andere schepen brengt mede, dat geen der opvarenden het schip mag verlaten en dat niemand zich aan boord van het schip mag begeven dan de loods, de geneeskundige, de desbetreffende Inspecteur voor de volksgezondheid, de ambtenaren van de gezondheidsdienst van het eilandgebied, de personen onder hunne leiding met de uitvoering van quarantaine-maatregelen belast, de dienaren van den Godsdienst, voor zoover hun ambtsplicht hen aan boord roept, de ambtenaren der belastingen, de ambtenaren bedoeld in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering, wanneer hunne ambtsverrichtingen dit vereischen, notarissen, voor zooveel hunne tegenwoordigheid aan boord, voor het opmaken van een testament, verlangd wordt, en de naaste betrekkingen van een ernstig zieke, die niet naar den wal kan worden vervoerd; dat geene goederen uitgezonderd de post gelost mogen worden tenzij met toestemming van de gezaghebber en geene andere goederen aan boord gebracht mogen worden dan die voor het levensonderhoud der opvarenden, voor de uitvoering van quarantaine-maatregelen of voor de verpleging van zieken noodig zijn, met bepaling, dat de personen met het overbrengen belast zich niet aan boord mogen begeven.

De persoenen, die krachtens het vorig lid aan boord worden toegelaten, zijn verplicht zich te onderwerpen aan de voorschriften van den geneeskundige, ook voor wat betreft de ontsmetting van hunne kleederen en andere materialen, die de besmetting kunnen overbrengen.

Zij, die zich in strijd met het verbod aan boord hebben begeven, worden onder de opvarenden gerekend en zijn aan dezelfde bepalingen als dezen onderworpen, onverminderd de straffen tegen de overtreding bedreigd.

De gezagvoerder van een buiten gemeenschap met den wal of met andere schepen gehouden schip, die zich met den geneeskundige in verbinding wil stellen is verplicht een bij besluit van den Gouverneur te omschrijven sein te geven.

Artikel 10

[vervallen]

Artikel 11

Het gezondheidsonderzoek heeft plaats tusschen zonsopgang en zonsondergang.

Het gezondheidsonderzoek wordt tusschen zonsondergang en zonsopkomst ingesteld:

  • a.

    indien een of meer opvarenden aan boord van een schip, dat aan een gezondheidsonderzoek onderworpen is, zoodanig ongesteld zijn, dat hunne onmiddellijke overbrenging naar eene ziekeninrichting aan den wal noodig is;

  • b.

    indien de aard of toestand van lading aan boord van een schip, als sub a bedoeld , bespoedigd onderzoek noodig maakt, om des te eerder met lossen te kunnen aanvangen;

  • c.

    om andere gewichtige redenen, ook die, in verband met de navigatie en de veiligheid van het schip;

  • d.

    indien de betrokken eigenaar, gezagvoerder of scheepsagent daartoe het verzoek doet:

  • e.

    in spoedeischende gevallen, dit ter beoordeeling van “de door het bestuurscollege aangewezen geneeskundige.

Door belanghebbenden is ten behoeve van het betrokken eilandgebied verschuldigd:

  • 1.

    indien het onderzoek plaats heeft tusschen 6 uur ’s namiddags en 10 uur ’s namiddags een bedrag van f. 33,--;

  • 2.

    indien het onderzoek plaats heeft tusschen 10 uur ’s middags en 6 uur ’s voormiddags een bedrag van f. 55,--.

  • 3.

    Voor een gezondheidsonderzoek van de opvarenden tot vaststelling van hun gezondheidstoestand zijn de in het vorige lid genoemde bedragen niet verschuldigd.

Artikel 11a

De beoordeling van den toestand sub a, b en c van het vorig artikel aangeduid, staat aan den geneeskundige, genoemd in art. 5.

Het gezondheidsonderzoek kan slechts op die schepen des nachts worden voltooid, die met zoodanige middel van verlichting zijn uitgerust, als voor het onderzoek bij kunstlicht noodig zijn; op de overige schepen, vallende onder de bepalingen van artt. 11 en 11a, wordt het des nachts aangevangen onderzoek overdag herhaald en voltooid.

Artikel 12

De gezagvoerder van een in dit gebiedsdeel liggend vaartuig geeft uiterlijk binnen twaalf uren kennis wanneer een der opvarenden ziek is geworden. Deze kennisgeving geschiedt aan de gezaghebber of een ambtenaar van de gezondheidsdienst van het eilandgebied of aan een der ambtenaren bedoeld in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering.

Artikel 13.

De gezagvoerder zorgt met al de te zijner beschikking staande middelen de middelen voor de stipte naleving van de voorschriften, die in of krachtens deze verordening worden gegeven.

Het staat hem evenwel vrij weder naar zee te vertrekken, wanneer hij zich aan deze voorschriften niet wil onderwerpen; hij neemt daarbij de hem gegeven bevelen in acht.

In het geval, in de vorige alinea bedoeld, kan het ontschepen van passagiers, van poststukken en van eenige lading door den gezaghebber worden toegestaan, onder nader te stellen voorwaarden.

Echter mag de gezagvoerder, die zich eerst aan de gegeven voorschriften onderwierp, niet naar zee vertrekken zoolang de voorgeschreven maatregelen nog niet zijn uitgevoerd, tenzij met vergunning van de gezaghebber en onder in achtneming van de nader gegeven.

De Gezaghebber is gehouden de hem door of vanwege de Gouverneur gegeven aanwijzingen in acht te nemen.

Maatregelen, waaraan het schip, dat aan een gezondheidsonderzoek onderworpen is geweest, zijn inhoud en zijne opvarenden worden of kunnen worden onderworpen.

Artikel 14

De geneeskundige, genoemd in art. 5, zal bij de keuze en de mate van toepassing der door hem noodig geachte maatregelen, rekening houden met:

  • a.

    de gezondheidsmaatregelen, die op een schip, in de haven van vertrek of in eene andere haven zijn toegepast, indien van die maatregelen blijkt door juiste, volledige onderteekende en gedagteekende verklaringen van bevoegde ambtenaren van den gezondheidsdienst ter plaatse;

  • b.

    de aanwezigheid aan boord van een scheepsgeneeskundige, indien de wijze waarop de zieken verzorgd worden, maatregelen worden genomen, registers en ziekte-geschiedenissen worden bijgehouden, vertrouwen wekken kan;

  • c.

    de aanwezigheid aan boord van een ontsmettings-toestel of van eene inrichting tot het verdelgen van ratten en insecten, indien het gebruik en de bruikbaarheid dier toestellen en inrichtingen geen bedenking geven.

Hij is gehouden de hem door de Inspectie voor de Volksgezondheid gegeven aanwijzingen in acht te nemen.

Artikel 14a

Poststukken zullen niet aan ontsmetting worden onderworpen, uitgezonderd postpakketten, indien deze, naar het oordeel van den geneeskundige, ontsmetting behoeven.

De zakken, waarin de poststukken worden aangebracht, zullen zoonoodig worden ontsmet.

Waardeloze bedvulling en kleeding lorren, gebruikte verbandstoffen, papier en andere voorwerpen of goederen van weinig waarde, worden met goedvinden van den gezagvoerder, niet ontsmet, maar verbrand.

Artikel 14b

Voor de toepassing van quarantaine-maatregelen worden de schepen in de volgende klassen verdeeld:

klasse A omvat de schepen, waar aan boord gevallen van cholera, gele koorts, pest of pokken voorkomen of gedurende de jongste zeereis zijn voorgekomen;

klasse B omvat de schepen, komende uit landen of plaatsen, die besmet of van besmetting verdacht verklaard zijn wegens cholera, gele koorts, pest of pokken, maar waar aan boord geen geval van een dier ziekten voorkomt of gedurende de jongste zeereis voorkwam, benevens de schepen genoemd sub 4. van art. 6;

klasse C omvat de schepen vallende onder 2 (voor zooveel niet schepen van klasse A bedoeld zijn), 3, 5 en 6 van art. 6.

Verdachte gervallen van de ziekten, in dit artikel genoemd, worden, tot de definitieve uitslag van het ingestelde onderzoek bekend is, voor werkelijke gevallen dier ziekten gehouden.

Van maatregelen bij cholera

Artikel 14c

Schepen van klasse A worden aan de volgende maatregelen onderworpen:

  • 1.

    de zieken worden, tenzij hun toestand dit niet gedoogt, ontscheept en overgebracht naar eene daarvoor aan te wijzen inrichting; zij worden afgezonderd, gereinigd, nader onderzocht, geneeskundig behandeld en verpleegd tot zij geen gevaar voor het overbrengen van besmetting meer opleveren;

  • 2.

    de personen, die met de lijders in aanraking zijn geweest en zij, die als verdacht worden beschouwd, worden eveneens ontscheept, gereinigd, nader onderzocht, verpleegd en gedurende een tijd van ten hoogste zes dagen na de aankomst van het schip afgezonderd;

  • 3.

    de overige opvarenden worden, zoo mogelijk en zoo noodig, eveneens ontscheept, gereinigd, nader onderzocht en gedurende ten hoogste zes dagen na de aankomst van het schip, hetzij afgezonderd, hetzij aan waarneming en toezicht buiten afzondering onderworpen;

    Zij die aan waarneming en toezicht buiten afzondering worden onderworpen, zijn verplicht:

    • a.

      nauwkeurig hunne verblijfplaats op te geven; wanneer die verblijfplaats, naar het oordeel van den geneeskundige, te veraf gelegen is moet eene andere dichterbij worden gezocht;

    • b.

      zich in persoon voor een geneeskundig onderzoek aan te melden ter plaatse en ten tijde door den geneeskundige bepaald, en bij verhindering door overmacht om te komen, onmiddellijk kennis daarvan te geven aan den geneeskundige. Dit geneeskundig onderzoek geschiedt voor zoover het de bemanning van stoomschepen betreft, zooveel doenlijk (ter beoordeling van den geneeskundige aan boord van die schepen.

      Wanneer iemand zich niet strikt houdt aan de voorschriften sub a en b gegeven of op andere wijze hinderlijk, nalatig en wederstrevig is, wordt waarneming en toezicht in afzondering veranderd, onverminderd de straffen bedreigd in artt. 23 en 24.

      De geneeskundige is bevoegd van den aanvang af, de waarneming en het toezicht te veranderen in afzondering, voor die personen, van wie hij vreest, dat zij de gegeven voorschriften niet of niet getrouw zullen nakomen.

      De personen in afzondering of onder waarneming en toezicht buiten afzondering, gedragen zich naar de bevelen en aanwijzingen, hun door de bevoegde autoriteiten gegeven.

  • 4.

    lijf- en beddegoed, gebruiksvoorwerpen, kleeding en bagage van de opvarenden worden, zooveel noodig, ontsmet en die opvarenden zelf gereinigd;

  • 5.

    de gedeelten van het schip, waarin choleralijders verblijf hebben gehouden, privaten, urinoirs, badkamers en andere gedeelten, die als besmet worden beschouwd, zoomede, voor zooveel noodig, drink- en ballast-watertanks en de vullingen of het ruimwater worden ontsmet;

  • 6.

    het drinkwater aan boord, als het verdacht is, wordt onschadelijk gemaakt en – zoo mogelijk ten koste van het schip – vervangen door goed drinkwater; op dezelfde wijze kan met levensmiddelen en eetwaren worden gehandeld;

  • 7.

    ballastwater, ingenomen in eene besmet verklaarde haven, vulling- of ruimwater, huishoudwater en faecaliën mogen niet dan met vergunning en na ontsmetting uit het schip worden geloosd.

Aan boord kunnen de noodige voorzieningen worden getroffen om het bepaalde sub 7 te bevorderen als daar zijn: het plaatsen van hulp-privaten en tonnen voor menagewater, het afsluiten van privaten en huishoud- en bad-leidingen.

Artikel 14d

Op schepen van klasse B kunnen de voorschriften sub 4, 6 en 7 van het vorig artikel toegepast worden.

Het schip kan, zoo dit noodig wordt geoordeeld, geheel of gedeeltelijk worden gereinigd of ontsmet.

Aan de bemanning kan, gedurende hoogstens zes dagen, na het verlaten van het besmette land of de besmette haven, verboden worden van boord te gaan, behoudens voor zooveel dienstredenen, naar het oordeel van den geneeskundige, het verlaten van het schip vereischen.

Alle opvarenden, voor zooveel hun het verlaten van het schip niet verboden is, kunnen worden onderworpen aan waarneming en toezicht buiten afzondering, als in het vorig artikel beschreven, van gelijken tijdsduur als in het vorig lid vermeld.

Artikel 14e

Op schepen van klasseC kunnen, indien de omstandigheden zulks vereischen, de maatregelen in de beide vorige artikelen aangegeven eveneens in hun geheel of gedeeltelijk worden toegepast.

Van maatregelen bij gele koorts.

Artikel 14f

Voor schepen van Klasse A gelden naar de omstandigheden de maatregelen voorgeschreven in art. 14c tot aan het bepaalde sub 5, evenwel met dien verstande, dat de zieken en verdachten worden afgezonderd in ruimten, die vrij zijn van en ontoegankelijk voor muggen; voorts worden geene maatregelen van afzondering of waarneming en toezicht buiten afzondering toegepast op gezonde personen, die bewijzen kunnen, dat zij tien jaar vertoefden in een land, waar gele koorts voorkomt, of dat zij aan gele koorts hebben geleden.

Het schip moet ankeren op minstens 200 M. verwijderd van den wal en van andere schepen, indien het tot de vastgestelde ligplaatsen voor het gezondheidsonderzoek en voor de quarantaine-maatregelen aangewezen, wordt toegelaten.

Op Curaçao zal het schip, als regel, eerst naar de Caracasbaai worden verwezen, om van daar terug te keeren zodra de noodige maatregelen van muggen-verdelging zijn toegepast. De verdelging van de muggen aan boord moet hebben plaats gehad vóór tot de lossing of lading van het schip kan worden overgegaan.

Het schip kan geheel of gedeeltelijk worden gereinigd of ontsmet.

Artikel 14g

Op schepen van klasse B kan de afgezonderde ligging, de verdelging van muggen, de waarneming en toezicht buiten afzondering, en de reiniging of ontsmetting worden toegepast, een en ander als bedoeld in het vorig artikel; eveneens het bepaalde in het derde lid van art. 14d.

Artikel 14h

Op schepen van klasse C kunnen, indien de omstandigheden zulks vereischen, de maatregelen in de beide vorige artikelen aangegeven, eveneens in hun geheel of gedeeltelijk worden toegepast.

Van maatregelen bij pest

Artikel 14i

Voor schepen van klasse A gelden naar de omstandigheden de maatregelen voorgeschreven in art. 14c, met dien verstande, dat het bepaalde in het tweede gedeelte sub 5, sub 6 en 7 niet van toepassing te achten is.

Voorts mag met de lossing of lading van het schip niet worden begonnen dan na vernietiging van ratten en insecten aan boord; deze uitrooking zal uiterlijk binnen 24 uur na den aanvang moeten zijn afgeloopen.

Terstond na aankomst worden de kabels van het schip voorzien van rattenschermen, terwijl het schip op minstens vijf meter uit den wal wordt vastgesmeerd en vooral na zonsondergang en vóór zonsopkomst, niet door loop-planken of bruggen voortdurend met den wal mag verbonden zijn. De in de vorige alinea voorgeschreven maatregelen worden minstens gehandhaafd tot de uitrooking van het schip is afgeloopen.

Artikel 14j

Op schepen van klasse B kunnen de voorschriften sub 4 van art. 14c worden toegepast. Het schip kan, zoo dit noodig wordt geoordeeld, worden gereinigd, ontsmet en uitgerookt. Totdat de eventueel voorgeschreven maatregelen zijn uitgevoerd, mag met het lossen of laden niet worden aangevangen; eveneens gelden de voorschriften betreffende rattenschermen en betreffende den in acht te nemen afstand van den wal.

Aan de bemanning kan, gedurende hoogstens zes dagen, na het verlaten van het besmette land of de besmette haven, verboden worden van boord te gaan, behoudens voor zooveel dienstredenen, naar het oordeel van den geneeskundige, het verlaten van het schip vereischen. Alle opvarenden, voor zooveel hun het verlaten van het schip niet verboden is, kunnen worden onderworpen aan waarneming en toezicht buiten afzondering, van gelijken tijdsduur, als in het vorig lid vermeld.

Artikel 14k

Op schepen van klasse C kunnen, indien de omstandigheden zulks vereischen, de maatregelen in de beide vorige artikelen aangegeven, eveneens in hun geheel of gedeeltelijk worden toegepast.

Van maatregelen bij pokken

Artikel 14l

Schepen van klasse A worden aan de volgende maatregelen onderworpen:

  • 1.

    de zieken worden, tenzij hun toestand dit niet bedoogt, ontscheept en overgebracht naar eene daarvoor aan te wijzen inrichting; zij worden afgezonderd, gereinigd, nader onderzocht, geneeskundig behandeld en verpleegd tot zij geen gevaar voor het overbrengen van besmetting meer opleveren;

  • 2.

    de personen, die met de lijders in aanraking zijn geweest, en zij, die als verdacht worden beschouwd, worden eveneens ontscheept, gereinigd, nader onderzocht, zoonodig ingeënt, verpleegd en gedurende een tijd van ten hoogste twee weken na de aankomst van het schip afgezonderd;

  • 3.

    de overige opvarenden worden, zoo mogelijk en zoo noodig, eveneens ontscheept, gereinigd, nader onderzocht en gedurende ten hoogste twee weken na de aankomst van het schip, hetzij afgezonderd, hetzij aan waarneming en toezicht buiten afzondering, onderworpen;

    Voor waarneming en toezicht gelden verder de bepalingen in art. 14c tusschen sub 3 en sub 4 ingelascht.

  • 4.

    lijf- en beddegoed, gebruiksvoorwerpen, kleeding en bagage van de opvarenden worden, zooveel noodig, ontsmet en die opvarenden zelf gereinigd;

  • 5.

    de gedeelten van het schip, waarin pokkenlijders hebben verblijf gehouden, en andere gedeelten, die als besmet worden beschouwd, worden ontsmet;

  • 6.

    de koepokinenting wordt toegepast op alle opvarenden, voor wie dit noodig wordt geoordeeld, in de eerste plaats bij het ontbreken van volledige en betrouwbare bewijzen, dat de koepokinenting met goed gevolg en binnen de laatstverloopen tien jaren is ondergaan;

  • 7.

    maatregelen van ontsmetting of uitrooking van lading worden niet genomen, tenzij daarvoor bijzondere aanleiding bestaat, in de eerste plaats gelegen in den aard der goederen en voorts in de mogelijkheid van besmetting.

Artikel 14m

Op schepen van klasse B kunnen de voorschriften sub 3, 4, 6 en 7 van het vorig artikel worden toegepast.

Het schip kan, zoo dit noodig wordt geoordeeld, geheel of gedeeltelijk worden gereinigd of ontsmet.

Aan de bemanning kan, gedurende hoogstens twee weken na het verlaten van het besmette land of de besmette haven, verboden worden van boord te gaan, behoudens voor zooveel dienstredenen, naar het oordeel van den geneeskundige, het verlaten van het schip vereischen.

Alle opvarenden, voor zooveel hun het verlaten van het schip niet verboden is, kunnen worden onderworpen aan waarneming en toezicht buiten afzondering, als in het vorig artikel beschreven, en van gelijken tijdsduur als in het vorig artikel geschreven, en van gelijken tijdsduur als in het vorig lid vermeld.

Artikel 14n

Op schepen van klasse C kunnen, indien de omstandigheden zulks vereischen, de maatregelen in de beide vorige artikelen aangegeven eveneens in hun geheel of gedeeltelijk worden toegepast.

Artikel 15

  • 1. Een schip zijn inhoud en opvarenden kunnen vóór en bij vertrek uit dit gebiedsdeel aan maatregelen worden onderworpen:

    • a.

      indien in de kolonie eene der ziekten voorkomt, bedoeld in art. 7;

    • b.

      indien goederen of lading van welken aard ook, eerst na den invoer van elders als besmet of van besmetting verdacht, zijn kenbaar geworden;

    • c.

      indien andere redenen, voornamelijk in verband met de gezondheid der opvarenden, tot het nemen van maatregelen nopen.

  • 2. De hier bedoelde maatregelen zijn het verbod dat het schip vertrekt, voordat de algemene reiniging ontsmetting en uitrooking daarvan heeft plaats gehad, het verbod dat zieken of bepaalde zieken worden meegenomen en kunnen voorts ontleend worden aan de voorschriften, die, ter wering en bestrijding van de ziekten bedoeld in art. 7 in dit gebiedsdeel van kracht zijn.

  • 3. Het in het voorgaand lid bedoeld verbod wordt door de gezaghebber uitgevaardigd.

Artikel 15a

  • 1.

    Op verzoek van belanghebbenden kunnen, buiten het bepaalde in het vorig artikel om, maatregelen van reiniging, ontsmetting en uitrooking, ter verdelging van ratten en insecten, door de gezondheidsdienst van het eilandgebied worden toegepast op vertrekkende schepen en hunnen inhoud.

  • 2.

    Door belanghebbenden zijn, ten behoeve van de kas van het eilandgebied, de voor de in het vorige lid bedoelde verrichtingen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, vastgestelde bedragen verschuldigd.

  • 3.

    Van de toegepaste maatregelen wordt, door of namens de door de bestuurscollege aangewezen geneeskundige eene verklaring aan belanghebbenden afgegeven, volgens model door den Gouverneur vast te stellen.

Indien bij onderzoek door het personeel van den gezondheidsdienst is gebleken, dat er geen ratten aan boord van een schip zijn, kan het bestuurscollege een vrijstellingscertificaat afgeven, volgens model door den Gouverneur vast te stellen.

Dit certificaat is geldig voor ten hoogste zes maanden. De kosten van dit vrijstellingscertificaat worden door het bestuurscollege aangewezen geneeskundige vastgesteld.

Artikel 16

Bij besluit van den Gouverneur kunnen voorschriften worden gegeven ten aanzien van de periodieke verdelging van ratten aan boord van alle schepen in het gebiedsdeel liggende.

Artikel 17

Desverlangd wordt kosteloos aan belanghebbenden een gezondheidspas afgegeven, benevens desgevraagd verklaringen betreffende de quarantaine-maatregelen toegepast op hun persoon, en op de schepen en goederen in hun eigendom of aan hunne zorg toevertrouwd.

Bij besluit van den Gouverneur wordt de vorm van dezen gezondheidspas en van deze verklaringen vastgesteld.

Artikel 18

Bij eilandsbesluit houdende algemene maatregelen worden de plaatsen aangewezen, waar het gezondheidsonderzoek wordt ingesteld en waar de quarantaine-maatregelen worden toegepast.

In het besluit kunnen tevens de gevallen worden aangegeven, waarin afwijking van den regel kan worden toegestaan en de voorwaarden waaronder.

Artikel 19

Op oorlogsschepen kan het gezondheidsonderzoek zich bepalen tot eene schriftelijke en onderteekende beantwoording van vragen door den geneeskundige gedaan.

Artikel 20

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen personen. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in de Curaçaosche Courant.

  • 2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd:

    • a.

      alle inlichtingen te vragen;

    • b.

      inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvanafschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen;

    • c.

      goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen, deze daartoe tijdelijk mee te nemen en daarvan monsters te nemen;

    • d.

      de in de Nederlandse Antillen aankomende of afgemeerde schepen met uitzondering van tot woning bestemde gedeelten daarvan zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen;

    • e.

      de tot woning bestemde gedeelten van schepen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner binnen te treden.

  • 3. Zo nodig, wordt de toegang tot een schip verschaft met behulp van de sterke arm. Van de handeling en van de aanleiding daartoe maken de betrokken personen binnen twee etmalen proces-verbaal op, dat aan de bij de handeling betrokken gezagvoerder in afschrift wordt toegezonden.

  • 4. Op het binnentreden in woningen als bedoeld in het tweede lid, onderdeel e, is titel X van het Derde boek van het Wetboek van Strafvordering van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van de artikelen 155, vierde lid, 156, tweede lid, 157, tweede en derde lid, 158, eerste lid, laatste zinsnede, en 160, eerste lid, en met dien verstande dat de machtiging wordt verleend door de Gezaghebber.

  • 5. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakuitoefening van de krachtens het eerste lid aangewezen personen.

  • 6. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen personen alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede lid wordt gevorderd.

Artikel 21

[vervallen]

Artikel 22

Onverminderd de bepaling van het tweede lid van artikel 11 komen de kosten van het gezondheidsonderzoek, indien dit tussen 6 uur ’s namiddags en 6 uur ’s voormiddags plaats heeft, alsmede de kosten van de quarantainemaatregelen, waaronder niet begrepen het geneeskundig onderzoek bedoeld in artikel 3 onder 5, ten laste van de belanghebbende en worden door of namens deze in de kas van het eilandgebied gestort. Voor den nachtdienst krijgt de havendokter op Aruba en die op Curaçao de door de belanghebbenden te storten bedragen tot een maximum van f. 6000,-- ’s jaars. Blijven die jaarlijksche bedragen beneden f. 3000,-- dan vult het eilandgebied het ontbrekende tot dit bedrag aan.

De hoegrootheid van de vergoeding voor quarantainemaatregelen wordt bepaald bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen.

Schepen, die ná 6 uur ’s voormiddags voor het gezondheidsonderzoek gereed liggen – dit ter beoordeeling door den loods, die het schip binnenbracht en vastmeerde – worden ten aanzien van de volgens het eerste lid van dit artikel anders verschuldigde gelden beschouwd als voor dien tijd onderzocht te zijn.

Artikel 23

Overtreding van de artikelen 8, 9, 12 en 13 dezer verordening of van de krachtens deze verordening uitgevaardigde besluiten wordt gestraft met gevangenisstraf van eene maand tot een jaar of geldboete van driehonderd gulden tot vijfduizend gulden.

Met dezelfde straf wordt gestraft:

  • 1.

    overtreding van de maatregelen genomen ter uitvoering van het in deze verordening bepaalde betreffende de afzondering van zieken en andere personen en betreffende de waarneming en het toezicht buiten afzondering;

  • 2.

    Het in strijd met deze verordening lossen of laden, van boord gaan of uit een schip loozen van ballast, vulling-, ruim- of huishoudwater of faecaliën;

  • 3.

    Het niet in acht nemen van den bij deze verordening voorgeschreven afstand van den wal;

  • 4.

    overtreding van de maatregelen bedoeld in artikel 15, voorlaatste lid.

Artikel 24

[vervallen]

Artikel 25

[vervallen]

Artikel 26

De stukken krachtens deze verordening of krachtens de naar aanleiding hiervan uit te vaardigen besluiten op te maken, zijn vrij van zegel.

Artikel 26a

De in artikel 11, derde lid sub 1 en 2, artikel14 e, tweede lid, sub c, en artikel 22, tweede lid, genoemde bedragen kunnen voor ieder eilandgebied bij eilandsverordening worden gewijzigd.

Artikel 27

Deze verordening kan worden aangehaald als quarantaine-verordening.

Artikel 28

Deze verordening treedt in werking op een door den Gouverneur te bepalen tijdstip; alsdan vervallen de verordening van 20 september 1883 (P.B. No. 17), waarbij voorzorg- en quarantaine-maatregelen worden vastgesteld tot wering van besmettelijke epidemische ziekten, welke door de scheepvaart naar deze kolonie kunnen worden overgebracht, zooals aangevuld en gewijzigd bij de verordeningen van 5 Maart 1900 (P.B. No. 8), 12 juli 1905 (P.B. No. 31), 20 juli 1907 (P.B. No. 19) en 17 Maart 1913 (P.B. No. 13), en alle andere bepalingen in zake quarantaine-maatregelen.