Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

VERORDENING, houdende voorschriften op het slachten van vee en het verkoopen van vleesch op het eiland Sint Eustatius.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingVERORDENING, houdende voorschriften op het slachten van vee en het verkoopen van vleesch op het eiland Sint Eustatius.
Citeertitel
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpvolksgezondheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de voorgaande regelingen over hetzelfde onderwerp.

Mogelijk zijn wijzigingen van deze regeling niet vermeld.

Het tijdstip van inwerkingtreding van de wijzigingsregeling van 11-9-1997 (P.B. 1997, no. 237) is vastgesteld bij landsbesluit van 25-11-1997 (P.B. 1997, no. 251).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Regeeringsreglement van Curaçao, art. 50, tweede zinsnede

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

VERORDENING, houdende voorschriften op het slachten van vee en het verkoopen van vleesch op het eiland Sint Eustatius

Artikel 1

In deze verordening wordt begrepen:

  • 1°.

    Onder “slager”: ieder persoon, die niet voor uitsluitend eigen gebruik slacht;

  • 2°.

    Onder “slachtvee” of kortweg “vee”: runderen, schapen, bokken, geiten en varkens;

  • 3°.

    Onder “vleesch”: alle deelen van genoemde dieren met uitzondering van huid, hoornen en klauwen.

Artikel 2

Geen vee mag worden geslacht dan na schriftelijke vergunning van het Hoofd van politie, welke vrij van zegel wordt afgegeven.

Geen vleesch mag vervoerd worden, zonder dat elk stuk voorzien is van een afdruk van den nader te omschrijven contrôle-stempel.

Artikel 3

Van het voornemen om te slachten wordt door of namens den slager bij het Hoofd van politie aangifte gedaan, onder vermelding van:

  • a.

    den naam van hem, van wien het dier afkomstig is;

  • b.

    de soort, het geslacht, de kleur en het brandmerk van het dier;

  • c.

    de plaats waar en den tijd wanneer het zal worden geslacht.

Het hoofd van politie houdt in een aan te leggen register aanteekening van deze verklaringen en laat ze door den slager of diens gemachtigde onderteekenen.

Artikel 4

Het Hoofd van politie geeft niet eerder het schriftelijk bewijs van vergunning, dan nadat overtuigend gebleken is, dat de verklaring, in art. 3 bedoeld, overeenkomstig de waarheid zijn.

De slager is verplicht alle inlichtingen te geven, welke van hem vereischt worden door of van wege het Hoofd van politie.

Artikel 5

De bepalingen van de artikelen 2, 3 en 4 zijn ook van toepassing op hem, die voor eigen huisgezin slacht.

Artikel 6

Noch vleesch, noch andere deelen van het geslachte dier mogen uit de slachtplaats verwijderd worden, alvorens door of vanwege het Hoofd van politie de keuring heeft plaats gehad.

Deze keuring wordt zoo mogelijk onmiddellijk na den afloop der slacht verricht.

Alle deelen, benevens het bloed, moeten zoodanig bewaard en bijeengehouden worden, dat er bij de keuring geen twijfel kan ontstaan, omtrent den aard van het deel, dat aan de keuring is onderworpen, noch van welk dier het afkomstig is.

Ingeval van eenigen twijfel omtrent de herkomst van het vleesch wordt daaromtrent door of namens het Hoofd van politie een procesverbaal opgemaakt.

Artikel 7

Bij het ontdekken van ziekelijke afwijkingen of van vruchten in het geslachte dier vraagt het Hoofd van politie eene keuring door den Gouvernements-geneeskundige aan.

Deze geeft daaraan zoodra mogelijk gevolg en beslist of het geslachte dier al of niet voor de consumptie geschikt is.

Artikel 8

Geslachte runderen mogen vóór de keuring in de lengte worden gedeeld. Varkens mogen na de slachting in de lengte zoodanig worden doorgesneden, dat het zwoord aan de rugzijde over een lengte van tien centimeter niet wordt gescheiden. Het overige vee moet ongedeeld blijven tot na de keuring.

Van bevruchte dieren mag de baarmoeder niet opengesneden en mogen de vruchten hieruit niet verwijderd worden.

Artikel 9

De slager is verplicht toe te laten dat in het vleesch door een Gouvernements-geneeskundige de insnijdingen worden gedaan, welke noodzakelijk zijn om over den aard van het vleesch of de daarin voorhanden ziekelijke afwijkingen te kunnen oordelen en hij moet dien ambtenaar alle verlangde inlichtingen geven.

Artikel 10

Oordeelt de Gouvernements-geneeskundige dat het geslachte dier in zijn geheel of ettelijke deelen daarvan niet geschikt zijn voor het gebruik, dan geeft hij daarvan onmiddellijk schriftelijk kennis aan het Hoofd van politie, die het afgkeurde in beslag doet nemen en onbruikbaar doet maken, door vernietiging of begraving.

Artikel 11

Aan het Hoofd van politie wordt van bestuurswege een contrôle-stempel met toebehooren ter hand gesteld van den volgende vorm:

Artikel 12

Door of vanwege het Hoofd van politie zullen op het goedgekeurde vleesch afdrukken van den contrôle-stempel worden gesteld, en wel op elk los stuk dat vervoerd zal worden minstens één.

Vóór zes uur ‘smorgens en na zes uur ‘savonds is het vervoer van vleesch verboden.

Artikel 13

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de bij landsbesluit aangewezen personen. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in De Curaçaosche Courant.

  • 2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd:

    • a.

      alle inlichtingen te vragen;

    • b.

      inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen;

    • c.

      goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen, de daartoe tijdelijk mee te nemen en daarvan monsters te nemen;

    • d.

      alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen.

  • 3. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, verschaft met behulp van de sterke arm.

  • 4. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakuitoefening van de krachtens het eerste lid aangewezen personen.

  • 5. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen personen alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede lid wordt gevorderd.

Artikel 14

De beambten van politie zijn bevoegd ieder aan te houden, die verdacht wordt ongestempeld vleesch te vervoeren.

Artikel 15

Overtreding van de bepalingen dezer verordening en verzet tegen de handeling van den Gouvernements-geneeskundige of der politie worden, behoudens de strengere straffen bedreigd bij het Wetboek van Strafrecht, gestraft met eene boete van vijf tot vijftig gulden.

Bij recidive binnen een jaar kan de rechter de boete tot het dubbel van het maximum uitspreken en bij meerdere herhaling mag hij niet beneden het dubbele van het maximum der boete gaan.

Artikel 16

Deze verordening treedt in werking den eersten Januari negentienhonderd en zes, terwijl met dien datum alle andere wettelijke voorschriften van gelijke strekking als ingetrokken beschouwd worden.