Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 24ste april 1998 houdende de toelating van het Vrijwilligerskorps Nederlandse Antillen als weerkorps in de zin van de Landsverordening op de weerkorpsen 1997 (P.B. 1997, No. 335), (Landsbesluit VKNA)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 24ste april 1998 houdende de toelating van het Vrijwilligerskorps Nederlandse Antillen als weerkorps in de zin van de Landsverordening op de weerkorpsen 1997 (P.B. 1997, No. 335), (Landsbesluit VKNA)
CiteertitelLandsbesluit VKNA
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Landsbesluit weerkorpsen (P.B. 1965, no. 84) en het Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 18de februari 1966 ter uitvoering van artikel 1, derde lid, van de Landsverordening Weerkorpsen (P.B. 1965, no. 22) (P.B. 1966, no. 53).

Deze regeling is ingevolge artikel 11 in werking getreden met ingang van de dag waarop de Landsverordening op de weerkorpsen 1997 in werking trad (zie besluit van 30-06-2003, P.B. 2003, no. 86).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Landsverordening op de weerkorpsen 1997, art. 2, 3, 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 24ste april 1998 houdende de toelating van het Vrijwilligerskorps Nederlandse Antillen als weerkorps in de zin van de Landsverordening op de weerkorpsen 1997 (P.B. 1997, No. 335) (Landsbesluit VKNA)

Artikel 1.

Voor de toepassing van dit landsbesluit wordt verstaan onder:

a.stichting:de stichting, bedoeld in artikel 2, derde lid;
b.bevoegd gezag:het gezag waaronder het Vrijwilligerskorps Nederlandse Antillen bij een operationeel optreden is gesteld;
c.korpscommandant:de korpscommandant, bedoeld in artikel 5;
d.VKNA:het Vrijwilligerskorps Nederlandse Antillen.

Artikel 2.

  • 1. Het VKNA wordt toegelaten als weerkorps in de zin van artikel 1, onderdeel c, van de Landsverordening op de weerkorpsen 1997.

  • 2. Het VKNA heeft ten doel het bevoegd gezag bij te staan in de handhaving van de openbare orde en rust en de in- of uitwendige veiligheid, dan wel in de hulpverlening bij rampen.

  • 3. Het VKNA wordt ondersteund door de Stichting Vrijwilligerskorps Nederlandse Antillen die belast is met het beheer over de door het VKNA ontvangen financiële en materiële middelen. Het bestuur van de stichting bestaat uit andere dan de in artikel 5, eerste lid, genoemde personen.

  • 4. Ten behoeve van het VKNA worden goedgekeurd:

    • a.

      de oprichtingsakte alsmede de statuten van de stichting;

    • b.

      het Korpsreglement;

    • c.

      het Reglement inwendige dienst;

    • d.

      het Reglement korpstucht;

    • e.

      het Korpsvoorschrift bewapening, kleding en uitrusting;

    • f.

      het Korpsvoorschrift opleidingen;

    • g.

      het Korpsvoorschrift extern optreden.

  • 5. Wijziging van de in het vierde lid genoemde documenten behoeft goedkeuring bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen.

  • 6. Het VKNA kan worden georganiseerd in eilandelijke afdelingen. Tot de oprichting van een afdeling in enig eilandgebied wordt niet overgegaan dan nadat de betrokken gezaghebber daarmee heeft ingestemd.

Artikel 3.

Ten aanzien van de bewapening, kleding en uitrusting alsmede de opslag daarvan zijn de voorschriften van de krijgsmacht zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4.

  • 1. Aan de minister worden ter goedkeuring voorgelegd:

    • a.

      het jaarlijks oefenprogramma; en

    • b.

      de te houden marsen en parades.

  • 2. Van de te houden marsen en parades geeft het VKNA kennis aan de gezaghebber van het desbetreffende eilandgebied.

Artikel 5.

  • 1. Het VKNA is samengesteld uit de korpscommandant, officieren, onderofficieren en manschappen.

  • 2. De benoeming, schorsing en ontslag van de korpscommandant geschieden door de Gouverneur op de voordracht van de minister, na overleg met de regionaal bevelhebber.

  • 3. De benoeming, bevordering, schorsing en ontslag van officieren geschieden door de Gouverneur op de voordracht van de korpscommandant door tussenkomst van de minister.

  • 4. De benoeming, bevordering, schorsing en ontslag van onderofficieren en manschappen geschieden door de minister op de voordracht van de korpscommandant.

  • 5. Benoeming als bedoeld in het tweede tot en met het vierde lid geschiedt niet dan nadat een antecedentenonderzoek ten aanzien van de betrokken persoon heeft plaatsgevonden.

  • 6. Gronden voor schorsing in afwachting van ontslag, alsmede voor ontslag worden neergelegd in het Korpsreglement.

  • 7. Gronden voor schorsing, met uitzondering van die in afwachting van ontslag, worden neergelegd in het Reglement op de korpstucht.

Artikel 6.

  • 1. De korpscommandant is, met inachtneming van artikel 7, verantwoordelijk voor de operationele inzet van het VKNA.

  • 2. Het operationeel beheer van het VKNA is opgedragen aan de korpscommandant. Het bestuur van de stichting is bevoegd terzake te adviseren.

Artikel 7.

  • 1. Het VKNA is verplicht zich onder alle omstandigheden te gedragen overeenkomstig de richtlijnen van de minister dan wel van het bevoegd gezag.

  • 2. Indien noodzakelijk, plegen de minister en het bevoegd gezag overleg omtrent de inzet.

  • 3. De doelstelling van het optreden van het VKNA, alsmede de noodzakelijke uitrusting en bewapening, wordt per geval vastgesteld door het bevoegd gezag.

  • 4. Het bevoegd gezag stelt, indien gewenst, in aanvulling op dan wel in afwijking van het Korpsvoorschrift extern optreden, een geweldsinstructie vast.

Artikel 8.

  • 1. De stichting legt jaarlijks, uiterlijk zes maanden voor het begin van elk boekjaar, een begroting van inkomsten en uitgaven aan de minister ter goedkeuring voor.

  • 2. Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december van elk jaar, met uitzondering van het eerste jaar in welk geval het boekjaar loopt vanaf de datum waarop dit landsbesluit in werking treedt tot en met 31 december van het daarop volgende jaar.

  • 3. Jaarlijks wordt, uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, de rekening en verantwoording, vergezeld van een verslag van de korpscommandant en het bestuur van de stichting aan de minister aangeboden.

Artikel 9.

Het Landsbesluit weerkorpsen (P.B. 1965, no. 84) wordt ingetrokken.

Artikel 10.

Het Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 18de februari 1966 ter uitvoering van artikel 1, derde lid, van de Landsverordening Weerkorpsen (P.B. 1965, no. 22) (P.B. 1966, no. 53) wordt ingetrokken.

Artikel 11.

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de datum waarop de Landsverordening op de weerkorpsen 1997 in werking treedt.

Artikel 12.

Dit landsbesluit kan worden aangehaald als: Landsbesluit VKNA.