Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Koninkrijksdeel Curaçao

Landsverordening Accijns van Sigaretten 1970

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieKoninkrijksdeel Curaçao
Officiële naam regelingLandsverordening Accijns van Sigaretten 1970
CiteertitelLandsverordening Accijns van Sigaretten 1970
Vastgesteld doorGouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Niet alle gegevens over de ontstaansbron en de vermelde wijzigingen van de regeling zijn compleet. Mogelijk zijn ook wijzigingen niet vermeld.

Deze verordening vervangt de Landsverordening Accijns op Sigaretten 1967.

Abusievelijk is zowel bij P.B. 1997, no. 237 als bij P.B. 2001, no. 80 een artikel 15a ingevoegd.

Het opschrift van het Publicatieblad waarin de oorspronkelijke regeling is geplaatst, is niet bekend. Daarom is in plaats van de officiële naam van de regeling en als intitulé de citeertitel daarvan vermeld.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Landsbesluit accijnszegels (P.B. 1970, no. 127)

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010bestendiging Antilliaanse regelgeving in Curaçao

10-10-2010

A.B. 2010, no. 86 en A.B. 2010, no. 87

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Landsverordening Accijns van Sigaretten 1970

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde wordt verstaan onder:

binnenland:de eilandgebieden Bonaire en Curaçao;
fabrikant:hij die in het binnenland in de uitoefening van zijn bedrijf sigaretten vervaardigt, het aanbrengen van accijnszegels daaronder begrepen;
fabriek:de inrichting in het binnenland waarin de vervaardiging van sigaretten geschiedt of waarin vanuit het buitenland aangebrachte sigaretten worden opgeslagen;
verbruik:verbruik in het binnenland;
direkteur:de Direkteur der Belastingen;
inspekteur:de lnspekteur der Invoerrechten en Accijnzen.

ACCIJNS EN ACCIJNSZEGELS

Artikel 2
  • 1. Er wordt een accijns geheven van sigaretten, welke in het vrije verkeer worden gebracht of door een fabrikant tot verbruik worden uitgeslagen.

  • 2. De accijns bedoeld in het eerste lid van dit artikel bedraagt per honderd stuks voor wat betreft:

    a.in het binnenland vervaardigde sigaretten:f.9,55
    b.in het binnenland in licentie vervaardigde sigaretten van een buitenlands merk:f.12,55
    c.in te voeren sigaretten:f.14,55
Artikel 2a
  • 1. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kan het tarief van de in artikel 2 bedoelde accijns worden gewijzigd.

  • 2. Na afkondiging in het Publicatieblad van een krachtens het eerste lid vastgesteld landsbesluit wordt zo spoedig mogelijk maar uiterlijk binnen zes maanden een ontwerp-landsverordening tot regeling van het desbetreffende onderwerp aan de Staten aangeboden.

  • 3. Indien de ontwerp-landsverordening niet binnen de in het tweede lid genoemde termijn wordt ingediend alsmede indien de ontwerplandsverordening wordt ingetrokken, vervalt het in eerste lid bedoelde landsbesluit van rechtswege met ingang van de dag na het verstrijken van die na de intrekking. Indien de Staten de ontwerp-landsverordening niet goedkeuren, wordt het landsbesluit onverwijld ingetrokken. Wordt het ontwerp tot landsverordening verheven, dan wordt het landsbesluit ingetrokken op het tijdstip van het inwerking treden van die landsverordening.

Artikel 3
  • 1. De in artikel 2, eerste lid, bedoelde accijns wordt voldaan door middel van accijnszegels.

  • 2. Het bedrag van de accijns dat de accijnszegels vertegenwoordigen, wordt voldaan bij de aanvraag ter verkrijging van die zegels. Indien zekerheid is gesteld, kan de voldoening geschieden uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand volgende op die, waarin de accijnszegels zijn aangevraagd.

  • 3. De Minister van Financiën is bevoegd, onder door hem te stellen voorwaarden ter verzekering van de heffing van de accijns, in bijzondere gevallen aan de aanvrager van accijnszegels ontheffing te verlenen van de verplichting tot het stellen van zekerheid; het in het tweede lid bedoelde bedrag wordt dan voldaan uiterlijk op de laatste dag van de maand, volgende op die waarin de accijnszegels zijn aangevraagd.

Artikel 4
  • 1.

    Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen worden voorschriften vastgesteld met betrekking tot:

    • a.

      vorm en kleur van de accijnszegels, alsmede van daarop te vermelden gegevens;

    • b.

      het aanvragen en verkrijgbaar stellen van accijnszegels;

    • c.

      de wijze, waarop de accijnszegels dienen te worden aangebracht en voor herhaald gebruik ongeschikt worden gemaakt;

    • d.

      de wijze waarop nog niet gebruikte of verkeerd aangebrachte doch nog niet beschadigde accijnszegels tegen andere waarden mogen worden ingeruild;

    • e.

      de wijze van verpakking van sigaretten.

  • 2.

    De inspecteur kan vergunnen dat sigaretten in het buitenland van accijnszegels worden voorzien.

FABRIKANTEN

Artikel 5
  • 1. Degene die als fabrikant wil gaan optreden dient in het bezit te zijn van een daartoe strekkende vergunning.

  • 2. De aanvraag van een vergunning geschiedt schriftelijk bij de directeur. Deze beslist binnen een maand na ontvangst van de aanvraag.

  • 3. [vervallen]

  • 4. De vergunning kan worden ingetrokken ingeval van veroordeling van de fabrikant wegens overtreding van de bij of krachtens deze landsverordening vastgestelde bepalingen dan wel overtreding van de wettelijke regelingen inzake de in-, uit- en doorvoer en/of accijnzen. De intrekking geschiedt bij een met redenen omkleed landsbesluit.

Artikel 6
  • 1.

    De fabrikant houdt in een fabrieksregister aantekening van de grondstoffen, sigaretten en afvallen van tabak, welke in de fabriek worden opgeslagen of daaruit worden uitgeslagen.

  • 2.

    Bij landsbesluit kunnen nadere voorschriften worden gegeven met betrekking tot de inrichting en het bijhouden van het fabrieksregister bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    De fabrikant, de handelaar en de importeur zijn verplicht de inspecteur alsmede de door deze aangewezen ambtenaren of deskundigen inzage te verlenen van alle boeken en bescheiden waarvan kennisneming geacht kon worden van belang te zijn voor de uitvoering van de bij of krachtens deze landsverordening gegeven voorschriften.

OPSLAG, HANDEL, IN-, UIT- EN DOORVOER VAN SIGARETTEN

Artikel 7
  • 1. Sigaretten welke uit het buitenland zijn aangebracht, mogen nadat het verschuldigde bedrag aan invoerrechten is voldaan, in een fabriek worden opgeslagen.

  • 2. Voor de toepassing van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde, wordt opslag van aangebrachte sigaretten in een fabriek, gelijkgesteld met opslag in entrepôt. Deze sigaretten mogen niet vanuit een fabriek in het vrije verkeer worden gebracht dan na grondige opneming.

Artikel 8
  • 1. Uitslag van sigaretten uit een fabriek mag slechts geschieden met een van de volgende bestemmingen:

    • a.

      verbruik;

    • b.

      opslag in entrepôt;

    • c.

      uitvoer.

  • 2. Voor de toepassing van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde, wordt uitslag ten uitvoer uit een fabriek gelijkgesteld met uitslag ten uitvoer uit entrepôt.

Artikel 9
  • 1. Sigaretten, behalve die welke in reclame-verpakking of door reizigers als bagage voor eigen gebruik worden ingevoerd, mogen slechts in het vrije verkeer worden gebracht of uit een fabriek tot verbruik worden uitgeslagen, indien de verpakking voldoet aan de gestelde eisen en de vereiste ongeschonden accijnszegels op de voorgeschreven wijze zijn aangebracht.

  • 2. Sigaretten waarvan de verpakking niet voorzien is van de vereiste accijnszegels mogen niet worden uitgeslagen uit de fabriek of in het binnenland worden vervoerd dan gedekt door document.

Artikel 10
  • 1. Sigaretten waarvan de verpakking voorzien is van de vereiste accijnszegels, mogen niet worden doorgevoerd dan met een rechtstreekse bestemming in het binnenland.

  • 2. Door de fabrikant vervaardigde sigaretten, waarvan de verpakking is voorzien van de vereiste accijnszegels, mogen slechts worden uitgevoerd als bagage en voor eigen verbruik. Onder uitvoer wordt voor de toepassing van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde mede verstaan opslag in entrepôt of in een economische zone.

Artikel 11
  • 1. Behoudens het hierna bepaalde mogen sigaretten in het vrije verkeer slechts worden verkocht, te koop aangeboden of ter verkoop in voorraad worden gehouden, indien de verpakking geheel gesloten is en van de vereiste ongeschonden accijnszegels is voorzien. De kleinhandelaar is toegestaan één enkele verpakking, mits de vereiste accijnszegels daarop zijn aangebracht, open en op een voor een ieder zichtbare plaats in zijn pand, te koop aan te bieden.

  • 2. Sigaretten, welke in het vrije verkeer zijn en waarvan de gesloten verpakking niet is voorzien van de vereiste ongeschonden accijnszegels worden beschouwd als ingevoerde goederen waarvan bewezen is dat de bij de Algemene Verordening I.U. en D. 1908 voorgeschreven aangifte tot invoer is ontgaan.

  • 3. Het in het tweede lid bepaalde is niet van toepassing op sigaretten welke in reclame-verpakking of door reizigers voor eigen gebruik worden ingevoerd.

Artikel 12
  • 1. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 10, tweede lid, zijn sigaretten vatbaar voor opslag zowel in gouvernements- als particulier entrepôt.

  • 2. Ten aanzien van sigaretten voorhanden in particulier entrepôt wordt voorraads-controle uitgeoefend.

  • 3. Sigaretten mogen in entrepôt van accijnszegels worden voorzien.

Artikel 13
  • 1. Bij uitvoer van door de fabrikant vervaardigde sigaretten zal de hoeveelheid ambtelijk worden vastgesteld.

  • 2. Bij inlading van de in het binnenland vervaardigde sigaretten voor uitvoer zal de schipper (gezagvoerder) op het uitvoerdocument een ondertekende verklaring stellen, dat hij de sigaretten heeft ontvangen en zich verantwoordelijk stelt voor de uitvoer.

Artikel 14

Bij landsbesluit houdende algemene maatregelen, worden voorschriften vastgesteld met betrekking tot:

  • a.

    het vervoer en het voorhanden hebben van sigaretten, welke niet zijn voorzien van accijnszegels;

  • b.

    teruggaaf van de accijns op sigaretten.

Artikel 14a

De inzake de invordering van invoerrechten en zekerheidsstellingen geldende bepalingen van de Algemene Verordening I.U. en D. 1908 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 15

Het is een ieder verboden hetgeen hem in zijn ambt of betrekking bij de uitvoering van deze landsverordening blijkt of medegedeeld wordt, eerder bekend te maken dan nodig is voor de uitoefening van dat ambt of die betrekking of voor de heffing van enige aan het Land verschuldigde belasting. Het verbod van dit artikel geldt mede voor niet ambtelijke deskundigen, die in verband met de uitvoering dezer landsverordening worden geraadpleegd of met enige werkzaamheden belast.

Beroep

Artikel 15a

Tegen een beschikking genomen krachtens deze landsverordening, staat voor belanghebbende binnen zes weken na de dag waarop deze is gegeven, beroep open bij de Raad van Beroep voor belastingzaken.

Toezicht- en strafbepa1ingen

Artikel 15a
  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen ambtenaren van de Belastingdienst. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in de Curaçaosche Courant.

  • 2. De krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd:

    • a.

      alle inlichtingen te vragen;

    • b.

      inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen;

    • c.

      goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen, deze daartoe tijdelijk mee te nemen en daarvan monsters te nemen;

    • d.

      alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen;

    • e.

      vaartuigen, stilstaande voertuigen en de lading daarvan te onderzoeken.

  • 3. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, verschaft met behulp van de sterke arm.

  • 4. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakuitoefening van de krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren.

  • 5. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede lid wordt gevorderd.

Artikel 16

De fabrikant, de handelaar of de importeur, die opzettelijk onjuiste of onvolledige gegevens verstrekt als gevolg waarvan teruggave van accijnzen wordt verleend, zonder dat daarop aanspraak bestaat, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste tienduizend gulden.

Artikel 17

De fabrikant, de handelaar of de importeur, die aan de inspecteur of aan een door deze aangewezen ambtenaar of deskundige, opzettelijk of ten gevolge van grove onachtzaamheid onjuiste inlichtingen verstrekt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar of geldboete van ten hoogste tienduizend gulden.

Artikel 18
  • 1. Hij, die opzettelijk de bij artikel 15 opgelegde geheimhouding schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste éénduizend gulden.

  • 2. Hij, aan wiens schuld schending van de geheimhouding is te wijten, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste vijfhonderd gulden.

  • 3. Geen vervolging wordt ingesteld dan op klacht van degene te wiens aanzien de geheimhouding is geschonden.

Artikel 19
  • 1. Hij die aangifte heeft gedaan van de door de fabrikant vervaardigde sigaretten, welke zijn uitgeslagen met bestemming uitvoer, wordt, indien de ingevolge artikel 13 lid 1 vastgestelde hoeveelheid bij vergelijking met het uitvoerdocument een vermis vertoont, gestraft met een boete van ten hoogste vijf maal de accijns van het ontbrekende.

  • 2. Ingeval het vermis als bedoeld in lid 1 na in- of oplading wordt ontdekt, wordt de schipper (gezagvoerder), die de in artikel 13 lid 2 bedoelde verklaring heeft ondertekend, gestraft met een boete van ten hoogste vijfmaal de accijns van het ontbrekende.

  • 3. Zij die ingevolge de leden 1 en 2 strafbaar zijn, kunnen door de Directeur tot transactie worden toegelaten.

Artikel 20

[vervallen]

Artikel 21
  • 1. Met gevangenisstraf van ten minste zes maanden en ten hoogste vijf jaar wordt gestraft:

    • a.

      hij, die accijnszegels, welke krachtens deze landsverordening worden uitgegeven, namaakt, of vervalst, terwijl hij weet of vermoedt, dat zij als echt en onvervalst worden gebruikt;

    • b.

      hij die, met gelijke wetenschap of gelijk vermoeden, opzettelijk nagemaakte of vervalste zegels, als zijn bedoeld onder letter a., al dan niet aangebracht op de verpakking van sigaretten, voorhanden heeft, aanbiedt, of aflevert;

    • c.

      hij die opzettelijk nagemaakte of vervalste zegels, als zijn bedoeld onder letter a., gebruikt als waren zij echt en onvervalst.

  • 2. Onder namaken is begrepen wederrechtelijk vervaardigen.

  • 3. Onder vervalsen is begrepen wederrechtelijk weder bruikbaar maken van onbruikbaar gemaakte accijnszegels.

Artikel 22

Hij, die het bedrijf van fabrikant uitoefent zonder een vergunning als bedoeld bij artikel 5, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste tienduizend gulden.

Artikel 23
  • 1. Hij, die niet of niet volledig voldoet aan een verplichting bij of krachtens artikel 6 opgelegd wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste één maand of geldboete van tenminste eenhonderd gulden en ten hoogste eenduizend gulden.

  • 2. Hij, die zich schuldig maakt aan een strafbaar feit als bedoeld in het eerste lid van dit artikel kan door de Direkteur tot transactie worden toegelaten.

Artikel 24
  • 1. Hij, die een in artikel 7, 9 of 11 vervat voorschrift of verbod overtreedt, wordt gestraft met een geldboete van ten hoogste vijfduizend gulden.

  • 2. Degene die een in het eerste lid bedoeld feit begaat met het oogmerk de invoerrechten en accijnzen te ontduiken of ontduiking daarvan te bevorderen, wordt gestraft hetzij met gevangenisstraf van tenminste één maand en ten hoogste drie jaren en geldboete van ten hoogste twintigduizend gulden, hetzij met één van beide voormelde straffen.

Artikel 25

De bij deze landsverordening strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als misdrijven, behalve de feiten strafbaar volgens de artikelen 19 en 23, welke als overtredingen worden beschouwd.

Artikel 26
  • 1. Met de opsporing van de bij deze landsverordening strafbaar gestelde feiten zijn, naast de in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering bedoelde personen, belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen ambtenaren van de Belastingdienst. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in De Curaçaosche Courant.

  • 2. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de vereisten waaraan de krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren dienen te voldoen.

Artikel 27

De Minister van Financiën stelt bij beschikking nadere voorschriften vast, ter uitvoering van de, bepalingen van deze landsverordening.

Artikel 28

Alle stukken krachtens deze landsverordening en de voorschriften ter uitvoering hiervan opgemaakt zijn vrij van zegel.

Artikel 29
  • 1. Deze landsverordening kan worden aangehaald als “Landsverordening Accijns van Sigaretten 1970”.

  • 2. Zij treedt in werking met ingang van een nader bij Landsbesluit te bepalen datum.

  • 3. Met ingang van de in het tweede lid bedoelde datum vervalt de landsverordening Accijns op Sigaretten 1967, met inachtneming nochtans van hetgeen in het volgend artikel nader is bepaald.

Artikel 30

De bepalingen van de Landsverordening Accijns op Sigaretten 1967 blijven van toepassing op:

  • a.

    verplichtingen, welke ingevolge die bepalingen bestaan ten aanzien van documenten voor zover die documenten niet zijn aangezuiverd op het tijdstip waarop deze landsverordening in werking treedt, alsmede op de rechtsgevolgen van administratiefrechtelijke aard welke ingevolge die bepalingen ontstaan uit het niet of niet volledig zuiveren van zodanige documenten;

  • b.

    strafbare feiten welke zijn begaan vóór het inwerking treden van deze landsverordening.