Overheidsorganisatie | Gemeente Harenkarspel |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting Harenkarspel 2012 |
Citeertitel | Verordening forensenbelasting Harenkarspel 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Forensenbelasting |
Deze regeling is alleen van kracht voor het grondgebied van de voormalige gemeente Harenkarspel. De regeling is vastgesteld door de gemeenteraad van de voormalige gemeente Harenkarspel, welke is opgeheven met ingang van 1 januari 2013. Op grond van artikel 28 van de Wet algemene regels gemeentelijke indeling behoudt deze regeling haar rechtskracht voor het grondgebied waarvoor ze is vastgesteld gedurende twee jaar, tenzij de regeling eerder wordt ingetrokken.
Gemeentewet, artikel 223
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 31-12-2012 | Nieuw | 01-11-2011 Schager Weekblad, 21-12-2011 | HEF/2011/9568 |
Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting Harenkarspel 2012
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet (Stb. 1993, 611).
1. Onder de naam „forensenbelasting” wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
2. Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
1. De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen zoals die voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld.
2. Ingeval geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is vastgesteld, wordt de belasting berekend naar de waarde van de woning.
3. De vaststelling van de waarde in het economisch verkeer geschiedt overeenkomstig de regels voor de in de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet bedoelde belastingen.
De belasting bedraagt per jaar voor woningen met een waarde van:
minder dan € 150.000,00 € 171,00;
€ 150.000,00 of meer € 251,70.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
1. De belastingplichtige aan wie niet binnen een maand na afloop van het belastingjaar een aanslag is opgelegd dan wel geen aangiftebiljet is uitgereikt, is gehouden binnen veertien dagen na het verstrijken van die maand bij het hoofd van de afdeling Publiekszaken een verzoek in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet.
2. Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij afzonderlijk besluit door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld.
Bij de invordering van de forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.
In afwijking van artikel 9, lid 1, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening forensenbelasting Harenkarspel 2012”.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
2. Met ingang van die datum vervalt de “Verordening forensenbelasting Harenkarspel 2011”, vastgesteld bij raadsbesluit van 2 november 2010, nummer 8 I, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan vóór de in het volgende lid bedoelde datum van ingang van heffing.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 01-11-2011
de griffier, de voorzitter,
R.H. Mulder E. Vermeer