Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Dirksland

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Dirksland
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-12-201231-12-2012intrekking

22-11-2012

Huis-aan-huisblad Ons Eiland, 29-11-2012

2012.07322
30-12-201131-12-2012nieuwe regeling

22-12-2011

Gemeenteblad 2011, nummer 25

2011-XII-9d

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Dirksland;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2011;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze Verordening verstaat onder:a. begraafplaats: de algemene begraafplaats in de woonkernen Dirksland, Herkingen en Melissant;b. algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van een lijk;c. algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;d. eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot: het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen; het doen verstrooien van as;e. urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;f. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;g. urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;h. verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze Verordening worden rechten geheven voor het gebruik van een algemene begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag danwel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruikmaakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze Verordening behorende tarieventabel.

  • 2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingjaar

  • 1 Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2 Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.4 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1 De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2 Andere rechten, als die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldigde bekendgemaakt.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1 De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, zijn de rechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel, voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,-.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1 De belastingaanslagen, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, zijn invorderbaar in één termijn, welke vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2 De schriftelijke kennisgevingen, zoals bedoeld in artikel 6, tweede lid, moeten worden betaald binnen veertien dagen na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de lijkbezorgingsrechten.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 De ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2011’ van 9 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten, die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2 Deze Verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4 Deze Verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2012’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Dirksland, gehouden op 22 december 2011.

De plv. griffier,                                                                                                                                         De voorzitter,J. Taale.                                                                                                                                                  drs. S. Stoop.

 

Tarieventabel behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten 2012 1

 Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten  
1.1Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:  
1.1.1voor een periode van 20 jaar555,65
1.1.2voor onbepaalde tijd655,30
1.2Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:  
1.2.1voor onbepaalde tijd655,30
1.3Voor het verlenen van het recht op een urnennis wordt geheven:  
1.3.1voor onbepaalde tijd512,70
1.4Voor het verlenen van het recht op een verstrooiingsplaats wordt geheven:  
1.4.1voor onbepaalde tijd655,30
1.5Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 10 jaar wordt een recht geheven gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht.  
 Hoofdstuk 2 Begraven  
2.1Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven, met inbegrip van het gebruik van een aula en het luiden van de torenklok:  
2.1.1in een eigen graf1.042,00
2.1.2in een algemeen graf1.042,00
2.2Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven:  
2.2.1in een eigen graf260,45
2.2.2in een algemeen graf260,45
2.3Voor het begraven van een lijk van een kind vanaf één jaar tot en met 11 jaar wordt geheven:  
2.3.1in een eigen graf520,95
2.3.2in een afgemeen graf520,95
 Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen  
3.1Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:  
3.1.1in een urnennis544,60
3.1.2op een urnengraf225,05
3.1.3in een urnengraf449,95
3.1.4op een eigen graf225,05
3.1.5in een eigen graf449,95
3.1.6op een algemeen graf225,05
3.1.7in een algemeen graf449,95
 Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud  
4.1Voor het afgeven van een vergunning terzake van het (opnieuw) plaatsen of wijzigen van een grafbedekking als bedoeld in artikel 18 van de Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Dirksland 2009, wordt geheven:  
4.1.1voor de aanleg van een grafkelder2.777,30
4.1.2voor het (opnieuw) plaatsen van gedenktekenen en kruisen246,45
4.1.3voor het (opnieuw) plaatsen van een zerk246,45
4.1.4voor het aanleggen van een graftuin, voor het planten van bomen, heesters of andere gewassen139,55
4.1.5indien van een verleende vergunning geen gebruik wordt gemaakt, binnen zes maanden na verlening van de vergunning, wordt op aanvraag, onder inlevering van de vergunning, teruggaaf van 40% van de geheven leges verleend.  
4.2.Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van de voorwerpen, zoals bedoeld in 4.1.1 tot en met 4.1.4 wordt geheven per jaar:  
4.2.1voor een grafkelder187,45 
4.2.2voor gedenktekenen, kruisen of een zerk187,45
4.2.3voor een graftuin of andere beplantingen139,55
4.3Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte, daaronder niet begrepen het onderhoud van grafbedekking als bedoeld in artikel 18 van de Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Dirksland 2009, wordt geheven per grafruimte per jaar:  
4.3.1voor een eigen graf187,45
4.3.2voor een eigen urnengraf187,45
4.3.3voor een urnennis139,55
4.4De rechten als bedoeld in onderdeel 4.2 en 4.3 kunnen worden afgekocht. De afkoopsom bedraagt vijftigmaal het per kalenderjaar te heffen recht. In die gevallen is de gemeente tot het blijvend onderhouden en/of schoonhouden verplicht, tot tien jaar na de datum van geslotenverklaring van de begraafplaats.  
 Hoofdstuk 5 Lijkschouwing  
5.1Voor het schouwen van een lijk door een lijkschouwer wordt geheven324,70 
 Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen  
6.1Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven in een daartoe bestemd register wordt geheven12,25
6.1.1Voor het inschrijven en overboeken van eigen urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven12,25
6.1.2Voor het inschrijven en overboeken van urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven12,25
 Hoofdstuk 7 Opgraven, ruimen en verstrooien  
7.1Voor het opgraven van een lijk wordt geheven484,35
7.2.Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven484,35
7.3Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven968,70 
7.4.Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:  
7.4.1uit een eigen graf241,75
7.4.2uit een eigen urnengraf241,75
7.4.3uit een urnennis120,90
7.4.4bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven 120,90
7.5Voor het ruimen van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven1.563,00
7.6Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven  
7.6.1in een eigen graf, urnengraf of op een verstrooiingsplaats224,95
 Hoofdstuk 8 Overige heffingen  
8.1Voor het opbaren van een lijk in de aula wordt per etmaal geheven110,55