Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Vlist

Beleidsregels wet BIBOB Vlist 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Vlist
Officiële naam regelingBeleidsregels wet BIBOB Vlist 2006
CiteertitelBeleidsregels wet BIBOB Vlist 2006
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerp
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Gelijktijdig met het college van burgemeester en wethouders heeft de burgemeester, als bestuursorgaan, deze beleidsregels vastgesteld.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200701-01-2013Nieuwe regeling

31-10-2006

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Wet BIBOB Vlist 2006

De burgemeester en het college van de gemeente Vlist ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;

gelet op de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 3 van de Drank- en Horecawet, de artikelen 2.3.1.2 en 3.2.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening;

besluiten vast te stellen de volgende beleidsregels:

Beleidsregels Wet BIBOB Vlist 2006

Hoofdstuk 1 - Inleidende bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvraag: de aanvraag om een beschikking resp. het aanbod tot een overheidsopdracht;

  • b.

    advies: een advies als bedoeld in de wet;

  • c.

    beschikkingen en overheidsopdrachten: alle besluiten waarop de wet van toepassing is;

  • d.

    besluit: het Besluit BIBOB;

  • e.

    bestuursorgaan: de burgemeester respectievelijk het college;

  • f.

    betrokkene: de aanvrager, de vergunninghouder, de gegadigde, de partij aan wie een overheidsopdracht is gegund of de onderaannemer;

  • g.

    bibob-toets: de wijze van behandelen van een aanvraag waarbij door het bestuursorgaan volgens deze beleidsregels wordt beoordeeld of er redenen ontleend aan de wet aanwezig zijn om de aanvraag te weigeren resp. de beschikking of overheidsopdracht in te trekken dan wel een advies aan te vragen;

  • h.

    Bureau: het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, bedoeld in artikel 8 van de wet;

  • i.

    wet: de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.

Artikel 2. Doel
  • 1. De gemeente beoogt met toepassing van de wet te voorkomen dat zij criminele activiteiten faciliteert waardoor de veiligheid, de leefbaarheid, de rechtsorde of de bestuurlijke slagkracht worden aangetast.

  • 2. Deze beleidsregels hebben tot doel duidelijkheid te verschaffen over de beleidsvelden ten behoeve waarvan en de wijze waarop het bestuursorgaan de wet toepast.

Hoofdstuk 2 - Toepassingsbereik

Artikel 3. Categorieën
  • 1. Het bestuursorgaan past, met inachtneming van hetgeen in deze beleidsregels daarover is bepaald, de wet toe met betrekking tot

    • a.

      beschikkingen zoals bedoeld in:

    • I.

      artikel 3 van de Drank- en Horecawet, indien sprake is van vestiging van een nieuw bedrijf, overname van een bestaand bedrijf of wijziging van de ondernemingsvorm;

    • II.

      artikel 7 van de wet juncto artikel 2.3.1.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening, indien sprake is van vestiging van een nieuw bedrijf, overname van een bestaand bedrijf of wijziging van de ondernemingsvorm;

    • III.

      artikel 7 van de wet juncto artikel 3.2.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening, indien sprake is van vestiging van een nieuw bedrijf, overname van een bestaand bedrijf of wijziging van de ondernemingsvorm;

    • b.

      overheidsopdrachten die openbaar moeten worden aanbesteed;

    • c.

      reguliere bouwvergunningen boven een bouwsom van € 45.000,00 (exclusief omzetbelasting).

  • 2. Het bestuursorgaan past, met inachtneming van hetgeen in deze beleidsregels daarover is bepaald, eveneens de wet toe met betrekking tot de intrekking van de in het eerste lid genoemde vergunningen.

  • 3. Bij overheidsopdrachten zoals bedoeld in het eerste lid, sub b zal het bestuursorgaan bedingen dat de overeenkomst kan worden ontbonden op gronden ontleend aan de wet. Ook zal het bestuursorgaan bedingen dat onderaannemers alleen met toestemming van de gemeente kunnen worden gecontracteerd en dat in dat kader een advies kan worden gevraagd.

  • 4. De in het derde lid bedoelde bedingen zijn opgenomen in bijlage 1 bij deze beleidsregels.

Artikel 4. Bijzondere situaties
  • 1. Behalve op de in artikel 3 genoemde categorieën, past het bestuursorgaan de wet toe:

    • a.

      ten aanzien van bijzondere gevallen waarbij aanleiding bestaat voor het vermoeden dat de beschikking of overheidsopdracht mede zou kunnen worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten of strafbare feiten te plegen;

    • b.

      ten aanzien van nader te bepalen categorieën in door het bestuursorgaan bij openbaar bekendgemaakte besluiten aangewezen delen van de gemeente ten aanzien waarvan aanleiding bestaat tot inzet van de wet;

    • c.

      in de gevallen dat het Openbaar Ministerie op basis van artikel 11 juncto 26 van de wet wijst op de wenselijkheid om een advies aan te vragen.

  • 2. De bepalingen van het eerste lid zijn niet van toepassing op subsidies.

Hoofdstuk 3 - Procedure

Artikel 5. Vragenlijst
  • 1. In alle in artikel 3 en 4 bedoelde gevallen moet betrokkene naast de gebruikelijke aanvraagformulieren BIBOB-vragenlijsten invullen.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde vragenlijsten worden door het bestuursorgaan bij openbaar bekend te maken besluit vastgesteld.

  • 3. Weigering om de in het eerste lid bedoelde BIBOB-vragenlijst in te vullen kan een grond opleveren om de aanvraag te weigeren respectievelijk de beschikking in te trekken.

  • 4. Het derde lid is niet van toepassing op overheidsoverdrachten.

Artikel 6. Regulier afhandelen
  • 1. Het bestuursorgaan gaat over tot het positief beschikken op de aanvraag indien de reguliere weigeringgronden behorende bij de in artikel 3 genoemde vergunningen en overheidsopdrachten niet van toepassing zijn.

  • 2. Het bestuursorgaan weigert de aanvraag of gaat over tot het intrekken van beschikkingen danwel het ontbinden van overeenkomsten, indien de reguliere weigeringsgronden behorende bij de in artikel 3 genoemde vergunningen en overheidsopdrachten van toepassing zijn.

Artikel 7. Ultimum remedium
  • 1. Uitsluitend indien geen toepassing gegeven kan worden aan artikel 6, beoordeelt het bestuursorgaan of weigering of uitsluiting van de gunning, danwel intrekking of ontbinding op grond van de wet mogelijk is.

  • 2. Het bestuursorgaan kan om een advies vragen in het kader van de in het eerste lid bedoelde beoordeling én indien het bestuursorgaan door het Openbaar Ministerie is gewezen op de wenselijkheid van een dergelijk advies.

  • 3. In afwijking op het tweede lid vraagt het bestuursorgaan te allen tijde een advies in het kader van de in het eerste lid bedoelde beoordeling, indien deze beoordeling een overheidsopdracht als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b, van de beleidsregels betreft.

Artikel 8. Motivering

Het voornemen om een advies aan te vragen wordt gemotiveerd.

Artikel 9. Informatieplicht
  • 1. Het bestuursorgaan informeert betrokkene schriftelijk over het voornemen om een advies aan het Bureau aan te vragen. Betrokkene wordt daarbij gewezen op de opschorting van de beslistermijn als bedoeld in artikel 10 van deze beleidsregels.

  • 2. In het geval het bestuursorgaan overgaat tot het aanvragen van een advies aan het Bureau, voegt het een afschrift van het schrijven als bedoeld in het eerste lid toe aan de adviesaanvraag.

Artikel 10. Opschorten beslistermijn
  • 1. Indien het bestuursorgaan een advies aanvraagt, wordt op grond van artikel 31 van de wet de wettelijke termijn waarbinnen de beschikking dient te worden gegeven, opgeschort voor de duur van de periode die begint met de dag waarop het advies is aangevraagd en eindigt met de dag waarop dat advies is ontvangen, met dien verstande dat deze opschorting niet langer duurt dan vier weken nadat het bestuursorgaan een advies heeft aangevraagd.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde (beslis)termijn wordt verlengd indien het Bureau zijn adviestermijn op grond van artikel 15, derde lid van de wet, verlengt. Deze verlenging bedraagt niet meer dan vier weken.

  • 3. Het bestuursorgaan informeert betrokkene onverwijld over een verlenging als bedoeld in het tweede lid.

Artikel 11. Weigering en aanvullende voorwaarden
  • 1. Het bestuursorgaan weigert in elk geval een aanvraag of gaat over tot intrekking van de beschikking, indien sprake is van een ernstige mate van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet.

  • 2. Het bestuursorgaan kan de aanvraag weigeren, danwel de beschikking intrekken, indien sprake is van een mindere mate van gevaar als bedoeld in artikel 3, zevende lid, van de wet die niet kan worden geweerd door het stellen van aanvullende voorwaarden en bovendien de gevolgen van deze weigering niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen.

  • 3. Indien het bestuursorgaan voornemens is de aanvraag te weigeren, danwel de beschikking in te trekken op grond van de wet, wordt betrokkene in de gelegenheid gesteld daartegen zienswijzen in te brengen.

  • 4. In afwijking van de voorgaande leden geldt ten aanzien van overheidsopdrachten dat het bestuursorgaan deze uitsluit van gunning van een overheidsopdracht danwel overgaat tot ontbinding van de overeenkomst, indien artikel 5 van de wet van toepassing is.

Hoofdstuk 4 - Evaluatie

Artikel 12. Evaluatie

Uitvoering van deze beleidsregels wordt jaarlijks geëvalueerd.

Hoofdstuk 5 - Slotbepalingen

Artikel 13. Inwerkintreding

Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2007 voor de categorie overheidsopdrachten in de sector bouw. Voor alle overige categorieën genoemd in artikel 3, eerste lid, met inbegrip van de overheidsopdrachten in de sectoren ICT en milieu, is de datum van inwerkingtreding 1 juli 2007.

Artikel 14. Overgangsrecht

Deze beleidsregels zijn van toepassing op na de datum van inwerkingtreding ontvangen aanvragen en op de datum van inwerkingtreding afgegeven beschikkingen en overheidsopdrachten als bedoeld in artikel 3 en 4 van deze beleidsregels.

Artikel 15. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels Wet BIBOB Vlist 2006”.

Artikel 16. Bekendmaken en ter inzage leggen
  • 1. Het besluit tot vaststelling wordt bekendgemaakt middels opname op de gemeentepagina van De IJsselbode.

  • 2. Het besluit ligt tevens gedurende vier weken bij de frontoffice ter inzage.

Ondertekening

Aldus vastgesteld d.d. 31 oktober 2006

De burgemeester van Vlist,

A.Z. Evenhuis-Meppelink

Burgemeester en wethouders van Vlist,

de secretaris a.i., de burgemeester,

mr. C.M. de Graaf A.Z. Evenhuis-Meppelink