Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Muiden

Cliëntenparticipatie verordening 2010 Wet Werk en Bijstand (WWB) en Wet Investering In Jongeren (WIJ)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Muiden
Officiële naam regelingCliëntenparticipatie verordening 2010 Wet Werk en Bijstand (WWB) en Wet Investering In Jongeren (WIJ)
CiteertitelCliëntenparticipatieverordening 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-201001-01-2015Onbekend

23-09-2010

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

CLIENTENPARTICIPATIE VERORDENING 2010 WET WERK EN BIJSTAND (WWB) EN WET INVESTEREN IN JONGEREN (WIJ)

De raad van de gemeente Muiden;

gelezen het raadsvoorstel nr. 643 d.d.18 augustus 2010;

gelet op de Gemeentewet;

overwegende dat:

  • 1.

    De Wet Investeren in Jongeren (WIJ) leidt tot veranderingen in beleidsregels en gemeentelijke verordeningen.

  • 2.

    Wijziging van het uitgangspunt ten opzichte van de Wet Werk en Bijstand (WWB).

  • 3.

    Gemeente Muiden volgt de beleidskeuzen van gemeente Bussum (afdeling Sociale Zaken).

B E S L U I T :

De navolgende verordeningen vaststellen, onder intrekking van eventuele daarin genoemde eerdere verordeningen:

  • 1.

    Re-integratieverordening WWB 2010

  • 2.

    Re-integratieverordening WIJ 2010

  • 3.

    Toeslagenverordening WWB 2010

  • 4.

    Toeslagenverordening WIJ 2010

  • 5.

    Maatregelenverordening WWB 2010

  • 6.

    Maatregelenverordening WIJ 2010

  • 7.

    Fraudeverordening WWB EN WIJ 2010

  • 8.

    Cliëntenparticipatieverordening WWB en WIJ 2010

  • 9.

    Langdurigheidstoeslagverordening WWB en WIJ 2010

  • 10.

    Verordening Commissie Sociale Zaken 2010

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad

van de gemeente Muiden van 23 september 2010.

A.M. Worm-de Moel

voorzitter

J.J. van Gemeren

griffier

Bijlage 1: Begrippenlijst

Een werkleeraanbod is een opleiding, werk of allebei.

Bij een werkleeraanbod kun je ook denken aan werkervaringsplaatsen, een cursus of begeleiding bij het afkicken van een verslaving. De gemeente beoordeelt wat nodig is voor jou en houdt daarbij rekening met wat jij wilt en goed kunt. Wat de gemeente kan aanbieden verschilt per situatie en per gemeente. Door de overheid betaalde opleidingen (zoals gewoon bekostigd middelbaar en hoger onderwijs) horen niet bij een werkleeraanbod.

Wanneer heb je recht op een inkomensvoorziening?

Voor een inkomensvoorziening moet je 18 tot 27 jaar zijn. Daarbij zijn er twee

mogelijkheden:

• Je hebt een werkleeraanbod geaccepteerd en niet genoeg inkomsten of vermogen en je partner ook niet.

• Om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard kan niet van je worden verlangd dat je een werkleeraanbod uitvoert. Je hebt geen of niet genoeg eigen inkomsten of vermogen en je partner ook niet. De gemeente stelt dit vast.

Wanneer heb je geen recht op een werkleeraanbod?

• je door de overheid bekostigd onderwijs volgt;

• je meer inkomsten hebt dan wat je aan inkomensvoorziening kunt krijgen;

• je recht kunt hebben op een andere uitkering;

• je van je werkgever onbetaald verlof hebt gekregen;

• je in de gevangenis zit.

Als je adresgegevens niet kloppen kan de gemeente je recht op een werkleeraanbod opschorten. Als je niet meewerkt aan een plan gericht op arbeidsinschakeling doet de gemeente je geen aanbod. Als je rare eisen stelt aan je werkleeraanbod, niet meewerkt aan de uitvoering ervan of informatie achterhoudt, kan de gemeente het werkleeraanbod intrekken of herzien.

Als je rare eisen stelt aan je werkleeraanbod, niet meewerkt aan de uitvoering ervan of informatie achterhoudt, bestaat geen recht op inkomensvoorziening. Evenmin bestaat recht op inkomensvoorziening als je bijvoorbeeld langer dan 13 weken buiten Nederland verblijft, als je in de gevangenis zit of als je onbetaald verlof geniet. Je hebt ook geen recht op een inkomensvoorziening als je recht hebt op een andere uitkering, bijvoorbeeld een WW-uitkering of Wajonguitkering, een uitkering voor kunstenaars (WWIK) of als je partner een WWIK-uitkering heeft, of als je recht kunt hebben op een uitkering voor zelfstandigen (Bbz).

Wanneer stopt het werkleertraject?

Het traject stopt wanneer je een betaalde baan hebt gevonden of een opleiding gaat doen waarvoor je studiefinanciering of een tegemoetkoming in de schoolkosten (Wtos) krijgt. Verder stopt het traject als je 27 jaar oud wordt.

Bijlage 2: Verordeningen

Vast te stellen:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In het kader van deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Cliëntenraad: Een adviesorgaan bestaand uit vertegenwoordigers van de cliënten van de afdeling sociale zaken, zoals omschreven in lid 3.

  • 2.

    Uitkeringsgerechtigden: Inwoners van de gemeente Bussum, Naarden en Muiden die een periodieke of incidentele uitkering ontvangen of die qua inkomen een beroep zouden kunnen doen op één van de sociale voorzieningen waarvan de uitvoering aan burgemeester en wethouders is opgedragen.

  • 3.

    Cliënten: de doelgroep omschreven in artikel 7 WWB en artikel 2 WIJ.

  • 4.

    College: de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Bussum, Naarden en Muiden, tenzij specifiek staat vermeld dat het om het college van een van deze gemeenten gaat.

Artikel 2 Taken en bevoegdheden

  • 1.

    De cliëntenraad behartigt de belangen van uitkeringsgerechtigden in de gemeente Bussum, Naarden en Muiden.

  • 2.

    De cliëntenraad heeft tot taak het gevraagd en ongevraagd adviseren aan het college van burgemeester en wethouders, over alle onderwerpen die de vorming, de uitvoering, de controle en evaluatie betreffen van sociale voorzieningen waarvan de uitvoering aan het college is opgedragen.

  • 3.

    Tot de onderwerpen behoren echter geen klachten, bezwaarschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben, maar wel de hiervoor gehanteerde procedures, regelingen en richtlijnen. Evenmin kan worden geadviseerd inzake het personeels- en organisatiebeleid van de afdeling sociale zaken.

  • 4.

    De adviezen van de cliëntenraad worden gememoreerd in de desbetreffende (raads- en / of beleids-) stukken. Minderheidsstandpunten worden, indien gewenst, vermeld.

Artikel 3 Samenstelling cliëntenraad

  • 1.

    De cliëntenraad bestaat uit minimaal 3 en maximaal 15 leden. Er wordt naar gestreefd dat de samenstelling een afspiegeling is van de verschillende categorieën cliënten zowel in persoonlijke achtergrond als in woonplaats.

  • 2.

    Nieuwe leden van de cliëntenraad worden aangezocht en benoemd middels coöptatie. Zittende leden van de cliëntenraad kiezen en benoemen zelf nieuwe leden. Beoordeling vindt plaats aan de hand van de punten genoemd in artikel 3 lid 3.

  • 3.

    De leden van de cliëntenraad dienen: a. woonachtig te zijn in de gemeente Bussum, Naarden of Muiden; b. uitkeringsgerechtigd te zijn, zoals omschreven in artikel 1 lid 2; c. ervaringskennis te hebben dan wel kennis te kunnen verwerven over het stelsel van sociale voorzieningen in Nederland; d. geen lid te zijn van de gemeenteraad van gemeente Bussum, Naarden of Muiden; e. geen ambtenaar te zijn werkzaam bij de afdeling sociale zaken.

Artikel 4 Zittingstermijn cliëntenraad

  • 1. De leden worden benoemd voor een periode van 4 jaren.

  • 2. De eerste zittingsperiode is aangevangen per 1 januari 2000.

  • 3. Leden die aftreden na een zittingsperiode zijn in beginsel direct herbenoembaar voor een nieuwe zittingsperiode.

  • 4. Indien een lidmaatschap tussentijds wordt beëindigd, zoekt de cliëntenraad een nieuw lid.

Artikel 5 Einde lidmaatschap

  • 1. Het lidmaatschap van de cliëntenraad eindigt met onmiddellijke ingang, naast periodiek aftreden, op het moment dat: a. een lid daar zelf om verzoekt; b. een lid overlijdt; c. niet meer voldaan wordt aan de voorwaarden gesteld in artikel 3 lid 3; d. een meerderheid van de cliëntenraad gemotiveerd een lid uitsluit van verdere deelname aan de cliëntenraad;

  • 2. Het einde van het lidmaatschap, als bedoeld in artikel 5 lid 1 sub d kan slechts worden gedaan door de cliëntenraad indien het betreffende lid de werkzaamheden en het overleg van de cliëntenraad ernstig belemmert.

  • 3. De cliëntenraad kan verzoeken om bemiddeling door het college van Bussum bij onderlinge geschillen, als bedoeld in artikel 5 lid 1 sub d. De procedure hiervoor is als volgt: a. De cliëntenraad stelt binnen 14 dagen na het besluit daartoe het betreffende lid schriftelijk op de hoogte van het verzoek om bemiddeling; b. Het college van Busum stelt het betrokken lid in de gelegenheid binnen vier weken zich schriftelijk of mondeling te verweren, waarbij het college van Bussum alle op het verzoek betrekking hebbende stukken ter beschikking stelt; c. Het college van Bussum kan bepalen dat het betrokken lid in afwachting van de beslissing als bedoeld in artikel 5 lid 2 sub b zich van deelname aan alle of bepaalde werkzaamheden van de cliëntenraad moet onthouden.

Artikel 6 Faciliteiten cliëntenraad

  • 1. De gemeente Bussum zorgt ervoor dat de cliëntenraad kan beschikken over de middelen die noodzakelijk zijn om de in deze verordening geformuleerde taken te kunnen uitvoeren.

  • 2. Hieronder worden tenminste de volgende faciliteiten verstaan;

    • a.

      professionele externe ondersteuning en begeleiding.

    • b.

      een onkostenvergoeding op basis van artikel 31 lid 2 sub k WWB, gebaseerd op de fiscale forfaitaire vrijwilligersregeling. Deze wordt door het college vastgesteld.

    • c.

      een budget voor onder meer deskundigheidsbevordering, reiskosten en dergelijke.

    • d.

      Inhoudelijke en administratieve ondersteuning door ambtenaren van de gemeente Bussum.

Artikel 7 Periodiek overleg / cliëntenoverleg

  • 1. Tussen de cliëntenraad en de gemeenten vindt periodiek overleg plaats, te noemen cliëntenoverleg, over onderwerpen beschreven in artikel 2.

  • 2. Vanuit de gemeenten participeren de portefeuillehouder sociale zaken en het hoofd sociale zaken van de gemeente Bussum of een door deze aangewezen vervanger. Zij kunnen zich hierbij laten bijstaan door ambtenaren van de gemeente Bussum.

  • 3. Het cliëntenoverleg vindt plaats op verzoek van een van de gemeenten of van de cliëntenraad, maar tenminste 6 maal per jaar.

  • 4. Als het cliëntenoverleg door omstandigheden, tijdgebrek of overmacht niet mogelijk is, stellen partijen elkaar daarvan onmiddellijk in kennis.

  • 5. Het ambtelijk secretariaat wordt gevoerd door een medewerker van de gemeente Bussum.

  • 6. De cliëntenraad is verantwoordelijk voor de verslaglegging van het cliëntenoverleg.

  • 7. Per kalenderjaar wordt een tijdschema vastgesteld waarin de overlegdata zijn opgenomen en de data waarop de vergaderstukken en de adviezen van de cliëntenraad moeten worden verzonden. Het schema sluit aan bij het vergaderschema van de gemeenteraden.

Artikel 8 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2010.

  • 2.

    De Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand van de gemeente Bussum uit 2007 vervalt bij de inwerkingtreding van deze verordening.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als de Cliëntenparticipatieverordening 2010.

Algemene toelichting

Op grond van artikel 12 van de Wet investeren in jongeren moet de gemeente in een verordening vastleggen hoe zij haar cliëntenparticipatie voor deze wet vorm wil geven. Hierbij kan aansluiting worden gezocht bij de cliëntenparticipatie voor sociale zaken zoals die in de verordening cliëntenparticipatie wet werk en bijstand 2007 is geregeld.

Inhoudelijk gezien zijn er geen argumenten om voor de cliëntenparticipatie in het kader van de WIJ een aparte regeling in het leven te roepen. Van de zijde van de regering is op vragen van de Tweede Kamer opgemerkt dat het voor de hand ligt aansluiting te zoeken bij de bestaande vormen van cliëntenparticipatie in het kader van de WWB. Deze suggestie is overgenomen en wordt geformaliseerd door een wijziging van de verordening cliëntenparticipatie WWB 2007. Deze krijgt daardoor niet alleen een andere inhoud maar ook een andere naam en zal voortaan als “Cliëntenparticipatieverordening 2010” door het leven gaan.

Over een en ander is in de cliëntenraad WWB van 15 april 2010 gesproken. Uitkomst is dat de cliëntenraad in staat en bereid is om de belangen van jongeren te behartigen bij de uitvoering van de WIJ en hierin een centrale rol te spelen.

Gelet hierop is de verordening cliëntenparticipatie WWB aangevuld met de jongeren als achterban voor de cliëntenraad. Door middel van de cliëntenparticipatie worden de jongeren betrokken bij de uitvoering van de wet.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Onder lid 3 wordt de doelgroep zoals omschreven in artikel 2 WIJ toegevoegd tot de doelgroep van de verordening.

Artikel 2 Taken en bevoegdheden

Dit artikel blijft ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 3 Samenstelling cliëntenraad

Dit artikel blijft ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 4 Zittingstermijn cliëntenraad

Dit artikel blijft ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 5 Einde lidmaatschap

Dit artikel blijft ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 6 Faciliteiten cliëntenraad

Dit artikel blijft ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting. Hierbij dient echter te worden opgemerkt dat de onder lid sub b genoemde vergoeding op het inkomensgedeelte van de WIJ in korting moet worden gebracht. In tegenstelling tot de WWB kent de WIJ geen vrijstelling voor deze vergoeding.

Artikel 7 Periodiek overleg / cliëntenoverleg

Dit artikel blijft ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 8 Slotbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.