Overheidsorganisatie | Gemeente Millingen aan de Rijn |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2012 Millingen aan de Rijn |
Citeertitel | Verordening Toeristenbelasting 2012 Millingen aan de Rijn |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | toeristenbelasting |
Geen
Gemeentewet, art. 224
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2013 | nieuwe verordening | 20-12-2011 De Rozet, 23-12-2011 | RVS112093 |
De raad van de gemeente Millingen aan de Rijn;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 november 2011
gelet op artikel 224 van de Gemeentewet:
besluit:
vast te stellen de:
Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2012 Millingen aan de Rijn
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
vakantie- onderkomens: woningen en andere verblijven, niet- zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;
mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto's, toercaravans en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen welke bestemd zijn dan wel gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatie doeleinden;
niet- beroepsmatig verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet- zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;
vaste standplaats: een terrein of een terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een seizoen of een jaar plaatsen van een zelfde mobiel kampeeronderkomen of stacaravan.
Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.
1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 in hem ter beschikking staande ruimten dan wel op hem ter beschikking staande terreinen.
2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
door degene, die als verpleegde of verzorgde in een inrichting tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van ouden van dagen verblijft;
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g en h van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen.
Het tarief bedraagt, zoals bedoeld in de artikelen 1 en 2, per persoon per overnachting € 0,73.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt geheven bij wijze van voldoening op aangifte.
De belastingplichtige is gehouden binnen één maand na afloop van het belastingjaar aangifte te doen.
Hiervoor ontvangt de belastingplichtige één maand voor het einde van het voorgaande belastingtijdvak de benodigde aangifteformulieren.
Indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid is gegeven, gedurende het kalenderjaar minder dan tien heeft belopen, behoeft geen belasting te worden voldaan.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de belasting worden betaald binnen 30 dagen vanaf het moment van aangifte.
2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Bij de invordering van de toeristenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d van de Gemeentewet.
1. De 'Verordening Toeristenbelasting 2011 Millingen aan de Rijn' vastgesteld bij raadsbesluit van 14 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
4. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening Toeristenbelasting 2012 Millingen aan de Rijn'.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Millingen aan de Rijn op 20 december 2011
De raadsgriffier, De voorzitter,