Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Bergambacht

Algemene subsidieverordening gemeente Bergambacht 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Bergambacht
Officiële naam regelingAlgemene subsidieverordening gemeente Bergambacht 2009
CiteertitelAlgemene subsidieverordening gemeente Bergambacht 2009
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet artikel 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-07-200901-01-2017nieuwe regeling

23-06-2009

Gemeentepagina, 15-07-2009

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Algemene subsidieverordening Gemeente Bergambacht 2009

Bijlage 1 [Klik hier om het document te downloaden] Toelichting Algemene subsidieverordening gemeente Bergambacht

De raad van de gemeente Bergambacht;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

B e s l u i t :

vast te stellen de:

Algemene Subsidieverordening Gemeente Bergambacht 2009

1. Algemene bepalingen

Artikel 1 Begrippenlijst

In deze verordening wordt verstaan onder:

Activiteitenplaneen overzicht van de activiteiten en producten waarvoor subsidie wordt aangevraagd met de daarmee nagestreefde doelstellingen en beoogde effecten en de relatie met het gemeentelijk beleid
AwbAlgemene wet bestuursrecht
Bestemmingsreserveeen reserve die een organisatie opbouwt met een specifiek doel, zoals grootonderhoud of vervanging van de inventaris
De raadde gemeenteraad van Bergambacht;
Egalisatiereservevermogensbestanddelen die worden opgenomen om in de toekomst fluctuaties in de (exploitatie)kosten op te vangen
Het collegehet college van burgemeester en wethouders van Bergambacht
Instellingeen organisatie of groepering van personen, die zich de behartiging van belangen van ideële of materiële aard ten doel stelt of mede ten doel stelt en die subsidiabele activiteiten zonder winstoogmerk uitvoert ten behoeve van de ingezetenen van de gemeente Bergambacht
Kalender jaarde periode van 1 januari tot en met 31 december.
Projectsubsidieeen eenmalige subsidie voor nieuwe activiteiten, experimenten, bijzondere activiteiten, evenementen en kleine investeringen ten behoeve daarvan
Structurele subsidieeen structurele subsidie waarvoor bepaalde activiteiten als prestatie moet worden geboden, waarover vooraf afspraken zijn gemaakt tussen de instelling en de gemeente, zoals vastgelegd in de subsidie overeenkomst, behorend bij de subsidiebeschikking.
Subsidiede aanspraak op financiële middelen als bedoeld in artikel 4:21 Awb, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.
SubsidiejaarHet kalenderjaar waarop de subsidie betrekking heeft.
Subsidieovereenkomstde overeenkomst die in de zin van artikel 4:36 Awb tussen de instelling en het gemeentebestuur wordt gesloten ter uitwerking van de beschikking tot subsidieverlening waarin afspraken zijn opgenomen met betrekking tot producten, prestaties en activiteiten die worden uitgevoerd in relatie tot het subsidiebedrag dat voor een vastgesteld tijdvak is verleend. In feite is dit dus een uitwerking van de subsidie beschikking.
Subsidieplafondhet bedrag dat als subsidie in de door de gemeenteraad vastgestelde gemeentebegroting is opgenomen.
Subsidieprogrammaeen overzicht van alle subsidieaanvragen in een bepaald jaar waarin ambtelijk een gemotiveerd voorstel aan het college wordt gedaan over al of niet toekennen van de gevraagde subsidies en de effecten van de subsidies in de praktijk. Het subsidieprogramma wordt vastgesteld door het college. De raad heeft als taak inhoudelijke en financiële kaders vast te stellen.
Waarderingssubsidieeen structurele subsidie van € 300,- ter ondersteuning van georganiseerde en verrichte basisactiviteiten en de instandhouding van verenigingen en organen.

Artikel 2 Rechtspersoonlijkheid

  • 1. Subsidie kan slechts worden verleend aan rechtspersonen;

  • 2. Het college kan in afwijking van het eerste lid subsidie verlenen aan een natuurlijke persoon of groep die zich de behartiging van belangen van ideële en/of materiële aard ten doel stelt of activiteiten wil organiseren die binnen de criteria van het subsidiebeleid vallen.

Artikel 3 Reikwijdte

  • 1. Deze subsidieverordening is van toepassing op de subsidiering van alle activiteiten die door aanvragers in het gemeentelijke belang worden uitgevoerd en waarvoor geen andere gemeentelijke subsidieverordening geldt;

  • 2. Deze verordening is niet van toepassing op geldelijke bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen waaraan de gemeente deelneemt;

  • 3. In het subsidieprogramma of in een vastgestelde beleidsnota worden de activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt nader bepaald, alsmede de nadere criteria die voor die verstrekking worden vastgesteld;

  • 4. Voor zover in deze verordening niet is voorzien in de verdelingscriteria voor de beschikbare gelden, stelt het college omtrent die verdeling beleidsregels vast in het subsidieprogramma.

Artikel 4 Bevoegdhedenverdeling

  • 1. De besluiten betreffende de verlening en/of vaststelling van structurele subsidies zoals opgenomen in het subsidieprogramma, worden genomen door het college;

  • 2. Het college is belast met de uitvoering van het subsidieprogramma. Uitvoering houdt mede in het nemen van besluiten op aanvragen van projectsubsidies, wijzigingen van structurele subsidies en het aangaan van subsidieovereenkomsten;

  • 3. Het college is bevoegd tot het verlenen van voorschotten, de betaling van voorschotten en subsidiebedragen, opschorting van de verplichting tot betaling van voorschotten of subsidiebedragen, terugvordering van onverschuldigd betaalde voorschotten en subsidiebedragen en alle overige ter zake van subsidiëring te nemen uitvoeringsbeslissingen.

Artikel 5 Uitsluitinggronden

Uitgesloten van subsidie krachtens deze verordening zijn:

  • a.

    de activiteiten die een partijpolitiek, godsdienstig of levensbeschouwelijk karakter hebben;

  • b.

    instellingen die het maken van winst tot doel hebben;

Artikel 6 Weigeringgronden

  • 1. De subsidieverstrekking kan naast de in artikel 4:35 Awb genoemde gronden geweigerd worden indien er reden bestaat aan te nemen dat:

    • a.

      de activiteiten niet gericht zullen zijn op de gemeente of niet aanwijsbaar ten goede komen aan ingezetenen van de gemeente;

    • b.

      het budget niet of in onvoldoende mate besteed zal worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;

    • c.

      de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;

    • d.

      de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, het zij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

    • e.

      de activiteiten niet passen in het gemeentelijk beleid;

    • f.

      in het beoogde doel of de voorgenomen activiteiten al op andere wijze in belangrijke mate is voorzien;

    • g.

      als door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond wordt overschreden;

    • h.

      de aanvraag niet voldoet aan de in deze verordening gestelde eisen.

Artikel 7 Subsidieplafond

  • 1. Het in de gemeentebegroting opgenomen bedrag voor de jaarlijkse subsidiëring geldt als subsidieplafond;

  • 2. De raad maakt de subsidie plafond(s) jaarlijks bekend door middel van de openbare vaststelling van de begroting;

  • 3. In bijzondere omstandigheden kan de raad door een begrotingswijziging het subsidieplafond verhogen, waardoor eerder afgewezen aanvragen op grond van overschrijding van het subsidieplafond, opnieuw beoordeeld moeten worden.

Artikel 8 Indexering

  • 1.

    Een subsidie of subsidiecomponent kan jaarlijks worden bijgesteld op basis van een door de raad vast te stellen indexering die opgenomen wordt in de gemeentebegroting.

  • 2.

    Het college kan nadere richtlijnen vaststellen over de te hanteren compensatiemethodiek voor de vaststelling van de in lid 1 bedoelde indexering.

2. Subsidies

Artikel 9 Algemene bepalingen

  • 1. Subsidie wordt per kalenderjaar of incidenteel per project verleend

  • 2. Een boekjaar is gelijk aan een kalenderjaar

Artikel 10 Subsidievormen

  • 1. Deze verordening onderscheidt drie soorten subsidies:

    • a.

      structurele subsidies;

    • b.

      projectsubsidies;

    • c.

      waarderingsubsidies.

    2.1 Subsidie aanvraag

Artikel 11 Subsidie aanvraag structurele en waarderingsubsidie

  • 1. Een aanvraag voor een structurele of waarderingsubsidie wordt bij het college ingediend vóór 1 mei voorafgaand aan het subsidiejaar;

  • 2. De aanvraag bevat in ieder geval de volgende gegevens (art. 4:2 Awb):

    • a.

      de naam en het adres van de aanvrager;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      de begroting van het subsidiejaar waarop de aanvraag betrekking heeft, van de nodige toelichting op de begrotingsposten in vergelijking met het vorige jaar, alsmede de daarbij behorende balans en toelichting;

    • d.

      een activiteitenplan voor het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft met de vermelding van de producten en activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd en de daarmee nagestreefde doelstellingen.

  • 3. Indien een instelling voor de eerste maal een subsidie aanvraagt, moeten ook de volgende stukken worden overgelegd:

    • a.

      een exemplaar van de statuten;

    • b.

      een opgave van de bestuurssamenstelling;

    • c.

      een overzicht van de financiële situatie van de instelling.

  • 4. Het college kan binnen een door haar te bepalen termijn overlegging van andere stukken of anderszins verstrekking van nadere informatie verlangen, indien zij dit ter beoordeling van de aanvraag nodig acht;

  • 5. Het college kan bepalen dat een of meer van de in dit artikel genoemde stukken niet overlegd hoeven te worden, indien daarmee geen aantoonbaar belang is gediend of indien dit redelijkerwijs niet van de aanvrager verlangd kan worden.

Artikel 12 Aanvraag projectsubsidie

  • 1. De aanvraag voor een projectsubsidie wordt uiterlijk acht weken voor de aanvang van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd ingediend;

  • 2. Artikel 11, leden 2 t/m 5 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 13 Hersteltermijn subsidie aanvraag

  • 1.

    Indien de aanvraag niet voldoet aan de vereisten zoals die gesteld zijn in deze verordening bepaalt het college binnen welke termijn de gegevens aangevuld kunnen worden;

  • 2.

    Indien een instelling om dwingende redenen niet aan één of meer van de voor de subsidie aanvraag gestelde bepalingen kan voldoen, dan kan zij schriftelijk en met redenen omkleed uitstel of ontheffing vragen. Een dergelijke aanvraag moet uiterlijk 1 mei voorafgaande aan het kalenderjaar waarvoor de aanvraag is bestemd, worden gedaan.

2.2 De (voorlopige) subsidieverlening

Artikel 14 Toetsingskaders

  • 1. Aan de hand van de verordening wordt getoetst of de aanvraag voldoet aan de algemene eisen en of de gevraagde bijlagen aanwezig zijn;

  • 2. Aan de hand van het geldende gemeentelijke beleid wordt de aanvraag getoetst aan de doelstellingen van dit beleid;

  • 3. Aan de hand van de door de raad vastgestelde subsidieplafonds wordt getoetst op beschikbare budgetten.

Artikel 15 Subsidieberekening

  • 1. Subsidies kunnen worden toegekend voor de bij deze verordening subsidiabel geachte kostensoorten. Met de mogelijkheden tot het verwerven van eigen inkomsten, het eigen vermogen en de eigen bijdrage van leden/deelnemers kan eveneens rekening worden gehouden;

  • 2. Subsidiabele kostensoorten worden onderscheiden in:

    • a.

      personeelskosten; kosten die voortvloeien uit de inschakeling van personen op grond van aantoonbare deskundigheid en vakbekwaamheid ter bevordering van de activiteiten, welke binnen het kader van de instelling worden uitgeoefend;

    • b.

      huisvestingskosten: alle kosten, die voortvloeien uit het gebruik maken van de voor de uitvoering van activiteiten benodigde accommodatie;

    • c.

      organisatiekosten: alle kosten, die moeten worden gemaakt om de ter beschikking staande middelen zo efficiënt mogelijk aan te wenden;

    • d.

      activiteitenkosten: alle kosten, die moeten worden gemaakt bij de uitvoering van activiteiten en niet onder eerdergenoemde kostensoorten kunnen worden gebracht.

Artikel 16 Beslistermijn structurele en waarderingsubsidies

  • 1. Het college stelt vóór 15 augustus van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar een ontwerp subsidieprogramma vast, waarbij de ontvangen activiteitenplannen en begrotingen van de instellingen als basis dienen;

  • 2. In het ontwerp subsidieprogramma wordt aangegeven wat het college besluit over de ingediende subsidie aanvragen als de raad de begroting heeft vastgesteld. De instelling kan aan opneming in het ontwerp subsidieprogramma geen recht ontlenen op toekenning van subsidie;

  • 3. Het ontwerp subsidieprogramma wordt gedurende twee weken ter inzage gelegd en toegezonden aan de instellingen die een subsidie aanvraag hebben ingediend;

  • 4. Naar aanleiding van het ontwerp subsidieprogramma kunnen belanghebbenden reageren bij het college tijdens de tervisieligging van het ontwerp subsidieprogramma;

  • 5. De reacties worden door het college behandeld;

  • 6. Het college stelt binnen twee weken na vaststelling van de gemeentebegroting door de raad het subsidieprogramma vast.

  • 7. Het college zendt uiterlijk vóór 31 december voorafgaande aan het jaar waarvoor de subsidie geldt, een afschrift van de beschikking aan de instellingen. In deze beschikking wordt in ieder geval aangegeven:

    • a.

      een omschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend (4:30 Awb);

    • b.

      het bedrag van de subsidie (4:31 Awb);

    • c.

      het tijdvak waarop de subsidie betrekking heeft;

    • d.

      de eventueel te verstrekken voorschotten;

    • e.

      het begrotingsvoorbehoud als bedoeld in artikel 9 van deze verordening;

    • f.

      de mogelijkheid in bezwaar te gaan tegen de beslissing;

    • g.

      mogelijke voorwaarden die door de gemeente aan de subsidietoekenning worden gesteld;

    • h.

      de procedure rond de subsidievaststelling.

Artikel 17 Beslistermijn projectsubsidies

  • 1. Met inachtneming van artikel 4:30 en 4:31 Awb beslist het college binnen acht weken op de aanvraag tot verlening van de projectsubsidie;

  • 2. Het college zendt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag een afschrift van de beschikking aan de instellingen. In deze beschikking wordt in ieder geval aangegeven:

    • a.

      een omschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend (4:30 Awb);

    • b.

      het bedrag van de subsidie (4:31 Awb);

    • c.

      het tijdvak waarop de subsidie betrekking heeft;

    • d.

      de eventueel te verstrekken voorschotten;

    • e.

      het begrotingsvoorbehoud als bedoeld in artikel 9 van deze verordening;

    • f.

      de mogelijkheid in bezwaar te gaan tegen de beslissing;

    • g.

      mogelijke voorwaarden die door de gemeente aan de subsidietoekenning worden gesteld;

    • h.

      de procedure rond de subsidievaststelling.

Artikel 18 Overleg bij structurele subsidies

  • 1.

    Het college treedt met instellingen die een beroepskracht in dienst hebben in overleg met de aanvrager om tot overeenstemming te komen over de gewenste activiteiten en prestaties en de te verstrekken subsidie;

  • 2.

    Indien het overleg tot overeenstemming heeft geleid, kan een subsidieovereenkomst worden gesloten ter uitwerking van de subsidiebeschikking.

2.3 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 19 Uitvoering van activiteiten

  • 1. De subsidieontvanger is verplicht de activiteiten uit te voeren die in de beschikking tot subsidieverlening vermeld staan;

  • 2. Bij wijzigingen of veranderingen moet altijd direct toestemming van het college worden verkregen door de subsidieontvanger.

Artikel 20 Informatieverstrekking

  • 1. De subsidieontvanger dient het college direct te informeren bij de volgende rechtshandelingen. De financiële gevolgen dienen in de begroting inzichtelijk te worden gemaakt.

    • a.

      het oprichten dan wel deelnemen in een rechtspersoon;

    • b.

      het wijzigen van statuten;

    • c.

      het in eigendom verwerven, het vervreemden of het bezwaren van registergoederen indien zij mede zijn verworven door middel van subsidiegelden, dan wel de lasten daarvoor mede worden bekostigd uit subsidiegelden;

    • d.

      het aangaan en beëindigen van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen of tot huur, verhuur of pacht daarvan, indien deze goederen geheel of gedeeltelijk zijn verworven door middel van de subsidie dan wel de uitgaven daarvoor mede zijn bekostigd uit de subsidie;

    • e.

      het aangaan van kredietovereenkomsten en van overeenkomsten van geldlening;

    • f.

      het aangaan van overeenkomsten waarbij de subsidieontvanger zich verbindt tot zekerheidsstelling met inbegrip van zekerheidsstelling voor schulden van derden of waarbij hij zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt of zich voor een derde sterk maakt;

    • g.

      het ontbinden van de rechtspersoon;

    • h.

      het doen van aangifte tot zijn faillissement, het doen van aangifte tot faillissement door een derde of het aanvragen van zijn surseance van betaling.

Artikel 21 Inzage in administratie

  • 1. De subsidieontvanger verleent op verzoek van het college inzage in de administratie;

  • 2. De subsidieontvanger volgt de aanwijzingen op die het college geeft in het belang van een doelmatig beheer en een goede administratie;

  • 3. De administratie en alle op de subsidie betrekking hebbende bescheiden dienen gedurende 7 jaren door de instellingen bewaard te worden.

Artikel 22 Verzekering

  • 1. De subsidieontvanger is verplicht:

    • a.

      zijn roerende en onroerende zaken behoorlijk te verzekeren en verzekerd te houden;

    • b.

      zijn wettelijke aansprakelijkheid ten opzichte van derden te dekken door afsluiting van een verzekering voor de onder zijn verantwoordelijkheid werkende vrijwilligers en in dienst zijnd personeel;

    • c.

      zich in voorkomende gevallen te verzekeren tegen andere risico’s, een en ander ter beoordeling van het college.

  • 2. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid bepaalde, indien naleving daarvan redelijkerwijs niet kan worden gevergd.

Artikel 23 Egalisatiereserves

  • 1. Met schriftelijke toestemming van het college mag een instelling maximaal 10% van de beschikbaar gestelde subsidie toevoegen aan de egalisatiereserve;

  • 2. Het college kan voor een te vormen egalisatiereserve nadere richtlijnen vaststellen.

Artikel 24 Bestemmingsreserve

  • 1. Het college kan de subsidieontvanger verplichten bestemmingsreserves te vormen;

  • 2. De bestemmingsreserves worden opgenomen in de begroting, de jaarrekening en de balans van de subsidieontvanger;

  • 3. De vorming en voeding van bestemmingsreserves met subsidie van de gemeente op initiatief van de subsidieontvanger behoeft de goedkeuring van het college.

    2.4 Intrekking en wijziging

Artikel 25 Intrekking en wijziging

  • 1. Zolang de subsidie niet is vastgesteld kan het college met inachtneming van het bepaalde in art 4:48 van de Awb de subsidieverlening intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen;

  • 2. Het college kan een subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen met inachtneming van het bepaalde in art 4:49 van de Awb;

  • 3. Toepassing van lid 1 en 2 vinden niet plaats dan na overleg met de betreffende instelling.

    2.5 Definitieve subsidievaststelling

Artikel 26 Aanvraag subsidievaststelling waarderingssubsidie

  • 1. De beschikking tot subsidieverlening van een waarderingssubsidie is tevens de beschikking tot vaststelling van deze subsidie;

  • 2. Het college behoudt de mogelijkheid om te toetsen of de subsidie conform de beschikking tot subsidieverlening is besteed.

Artikel 27 Aanvraag subsidievaststelling structurele subsidie

  • 1. Vóór 1 mei van het jaar volgend op het subsidiejaar, verzoekt de instelling aan het college om de definitieve vaststelling van de subsidie;

  • 2. De aanvraag tot subsidievaststelling bevat in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      een door het bestuur gewaarmerkt inhoudelijk verslag aangaande de gesubsidieerde activiteiten met in ieder geval een beschrijving van de aard en omvang van de activiteiten, vergelijking van de nagestreefde en gerealiseerde doelstellingen en een toelichting op de eventuele verschillen;

    • b.

      een door het bestuur gewaarmerkte rekening van baten en lasten en een balans met een toelichting daarop;

    • c.

      een accountantsverklaring bij de financiële afrekening bij subsidiebedragen hoger dan € 40.000,-.

  • 3. Het college kan vrijstelling verlenen van een of meer onderdelen van het tweede lid indien naleving daarvan redelijkerwijs niet verlangd kan worden of indien daarmee geen aantoonbaar belang is gediend;

Artikel 28 Aanvraag subsidievaststelling projectsubsidie

  • 1. Bij projectsubsidies tot € 1000,- is de beschikking tot subsidieverlening tevens de beschikking tot vaststelling van deze subsidie, het college behoudt de mogelijkheid om te toetsen of de subsidie conform de beschikking tot subsidieverlening is besteed;

  • 2. De aanvraag tot vaststelling van de subsidieverleningen boven € 1000,- wordt binnen acht weken na afloop van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, ingediend;

  • 3. De aanvraag tot vaststelling gaat vergezeld van een financieel verslag en een activiteitenverslag als bedoeld in artikel 28, lid 2.

Artikel 29 Hersteltermijn aanvraag subsidievaststelling

  • 1. Indien de aanvraag niet voldoet aan de vereisten zoals die gesteld zijn in deze verordening bepaalt het college binnen welke termijn de gegevens aangevuld kunnen worden;

  • 2. Indien de gegevens die nodig zijn voor het afrekenen van de subsidie ontbreken of onvolledig zijn dan wordt de subsidie ambtshalve vastgesteld.

Artikel 30 Beschikking tot vaststelling structurele subsidie

  • 1. Het college stelt vóór 15 november volgend op het subsidiejaar, de subsidie vast met inachtneming van de bepalingen in artikel 4:46 van de Awb;

  • 2. Het college kan de vaststelling van de definitieve subsidie met opgave van redenen tot een nader te bepalen datum uitstellen, doch stelt de subsidie definitief vast vóór 31 december van het jaar, volgend op subsidiejaar;

  • 3. Door middel van een beschikking tot subsidievaststelling wordt het bedrag van de subsidie vastgesteld, deze geeft aanspraak op betaling van het vastgestelde bedrag overeenkomstig 4:2:7 van de Awb.

Artikel 31 Beschikking tot vaststelling van projectsubsidies

  • 1.

    Het college besluit binnen acht weken op de aanvraag tot vaststelling van de subsidie;

  • 2.

    Door middel van een beschikking tot subsidievaststelling wordt het bedrag van de subsidie vastgesteld, deze geeft aanspraak op betaling van het vastgestelde bedrag overeenkomstig afdeling 4:2:7 van de Awb.

3. Subsidiebetaling

Artikel 32 Uitbetaling van de subsidie

  • 1.

    Het subsidiebedrag wordt overeenkomstig de subsidievaststelling betaald, onder verrekening met de betaalde voorschotten;

  • 2.

    Het subsidiebedrag wordt uitbetaald overeenkomstig de in de subsidiebeschikking opgenomen termijnen;

  • 3.

    In de beschikking tot subsidieverlening kan worden opgenomen dat het subsidiebedrag in gedeelten wordt uitbetaald. In de beschikking wordt aangegeven hoe de gedeelten zijn berekend en op welke tijdstippen zij worden betaald.

4. Overige bepalingen

Artikel 33 Bezwaar en beroep

  • 1. Belanghebbenden kunnen bezwaar indienen tegen de beschikking voor de subsidieverlening en subsidievaststelling conform het gestelde in de hoofdstukken 6, 7 en 8 van de Awb;

  • 2. Het bezwaar dient binnen zes weken na mededeling van het besluit ingediend te worden bij het college.

Artikel 34 Hardheidsclausule

  • 1. In bijzondere gevallen en voor zover de toepassing van de bepalingen in deze verordening leidt tot een bijzondere hardheid, is het college bevoegd te beslissen in afwijking van deze verordening.

Artikel 35 Inwerkingtreding en overgangsbepaling

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na die, waarop zij is bekendgemaakt.

  • 2. De Algemene Subsidieverordening gemeente Bergambacht, vastgesteld door de raad op 19 februari 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het eerste lid genoemde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de aanvragen welke voor die datum zijn ingediend.

Artikel 36 Citeertitel

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als: “Algemene subsidieverordening Gemeente Bergambacht 2009”.

    Aldus vastgesteld in de openbare raadvergadering van 23 juni 2009,

    de griffier, de voorzitter,