Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Franekeradeel

Verordening Verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Franekeradeel
Officiële naam regelingVerordening Verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel
CiteertitelVerordening Verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

-

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, Subsidieverordening Franekeradeel 2010 en de verordening overleg lokaal onderwijsbeleid

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-05-2011Nieuwe regeling

12-05-2011

Franeker courant 25-5-2011

Stuknr. 11.200415

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel

De raad van de gemeente Franekeradeel;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Franekeradeel van 26 april 2011;

overwegende dat het wenselijk is om de kwaliteit van het onderwijs te bevorderen;

gelet op de besluitvorming in het Op Overeenstemming Gericht Overleg van 4 december 2008 en de LEA van 4 april 2011 ;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de subsidieverordening Franekeradeel 2010 en de verordening overleg lokaal onderwijsbeleid;

B E S L U I T :

vast te stellen de navolgende :

Verordening Verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. Onderwijskundige kwaliteit: De kwaliteit van belangrijke aspecten van het

onderwijs binnen een school zoals weergegeven in de kernkaders primair en voorgezet onderwijs van de wet op het onderwijstoezicht;

b. Didactisch handelen: alle activiteiten van de leerkrachten tijdens de les die tot doel hebben om de leerlingen zo goed mogelijk te laten leren.

c. Weerbaarheid: de vaardigheid om weerstand te kunnen bieden aan groeps- en individuele druk, verleidingen en bedreigingen.

d. Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Franekeradeel;

e. Het schoolbestuur: het bevoegd gezag van een volgens de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs bekostigde openbare of bijzondere school voor basisonderwijs, speciale school voor basisonderwijs, school voor speciaal voortgezet onderwijs, voor algemeen voortgezet onderwijs en voor voorbereidend beroepsonderwijs, die gelegen is op het grondgebied van de gemeente;

f. Schooljaar: jaar dat begint op 1 augustus van een kalenderjaar en eindigt op 31 juli van het daarop volgende kalenderjaar;

Artikel 2 Subsidiabele activiteit

  • 1.

    Het college kan op aanvraag subsidie verstrekken voor eenmalige en aanvullende activiteiten die tot doel hebben de onderwijskundige kwaliteit in het primair, voortgezet en speciaal onderwijs binnen de gemeente Franekeradeel te verbeteren.

    Om in aanmerking te komen voor deze subsidie dienen deze activiteiten betrekking te hebben op:

    • a.

      verbetering van zwakke en/of onvoldoende resultaten op Cito en/of rapporten onderwijsinspectie;

    • b.

      het voorkomen van (dreigende) ontwikkelingsachterstanden, leerachterstanden en/of ontwikkelingsbeperkingen. Dit op basis van vroegsignalering cq preventie;

    • c.

      de versterking van de weerbaarheid van leerlingen

  • 2.

    Subsidie wordt uitsluitend verleend voor zover de in het eerste lid genoemde activiteiten worden uitgevoerd op basis van een projectplan, dat zich uitstrekt over een schooljaar.

Artikel 3 Aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag voor verbeteractiviteiten in het kader van artikel 2.1.a, 2.1.b en/of 2.1.c wordt ingediend door het schoolbestuur voor primair onderwijs of voortgezet onderwijs gevestigd in de gemeente Franekeradeel.

  • 2.

    De subsidie wordt aangevraagd, uiterlijk 1 april, voor aanvang van het daarop volgende schooljaar. In afwijking hiervan wordt een aanvraag voor het schooljaar 2011-2012 uiterlijk 7 juni 2011 ingediend.

  • 3.

    De aanvraag omvat in elk geval een projectplan met daarin:

    • a.

      de doelstellingen die met de in artikel 2, eerste lid, genoemde activiteiten worden nagestreefd, inclusief onderbouwing, waarbij:

      • -

        de noodzaak voor activiteiten in het kader van artikel 2.1.a worden

        onderbouwd met actuele rapportgegevens van de onderwijsinspectie en/of opbrengsten van de Cito-toetsen waaruit blijkt dat (een onderdeel van) de onderwijskwaliteit zwak of onvoldoende is.

      • -

        activiteiten in het kader van artikel 2.1.b onderbouwd worden met gegevens uit door het onderwijs gehanteerde instrumenten zoals Cito-scores, rapportgegevens onderwijsinspectie, gegevens vanuit het leerlingvolgsysteem, trendanalyses, signaleringen vanuit interdisciplinaire overleggen waaruit blijkt dat extra aandacht op een onderdeel van de onderwijskwaliteit gewenst is.

      • -

        activiteiten in het kader van artikel 2.1.c onderbouwd worden met een behoeftesignalering vanuit het betreffende schoolteam, interdisciplinair (zorg) overleg, ouders en of professionals die betrokken zijn bij jeugd.

    • b.

      een concrete omschrijving van de activiteiten die men gaat uitvoeren om de onder a bedoelde doelstellingen te realiseren en de wijze waarop men nagaat of de doelstellingen zijn bereikt. De aanvraag bevat tevens een financiële onderbouwing in de vorm van een begroting.

    • c.

      In het geval de uit te voeren activiteiten tevens door een derde partij wordt gesubsidieerd ten behoeve van de verbetering van de onderwijskundige kwaliteit wordt dit in de aanvraag vermeld.

Artikel 4 Toetsingscriteria, verdeelsystematiek en beslissing

  • 1.

    Aanvragen worden getoetst aan de volgende criteria:

    • a.

      Het projectplan omvat in ieder geval concrete doelstellingen op het gebied van de verbetering van de onderwijskwaliteit. Deze zijn onderbouwd op basis van de in artikel 3.3.a aangegeven criteria.

    • b.

      Uit de aangeleverde begroting blijkt dat het schoolbestuur tenminste 30% van de uitvoeringskosten van het projectplan voor haar rekening neemt.

    • c.

      De middelen vallend onder de artikelen 2.1.a en 2.1.b dienen besteed te worden aan verbetering van het didactisch handelen en/of deskundigheidsbevordering van het onderwijzend personeel. Hieronder wordt niet verstaan de aanschaf van materialen en/of lesmethoden, compensatie van uren en/of uitbreiding van uren. De middelen vallend onder artikel 2.1.c dienen besteed te worden aan de inzet van extra, niet zijnde reguliere, weerbaarheidsactviteiten, de implementatie van een weerbaarheidsprogramma en/of scholing van het onderwijzend personeel.

  • 2.

    Het college rangschikt de voor subsidie in aanmerking komende aanvragen. Voor aanvragen in het kader van activiteiten vallend onder artikel 2.1.a. is het subsidieplafond € 35.000. Voor activiteiten vallend onder artikel 2.1.b is het subsidieplafond € 20.000.

    Tenslotte is voor activiteiten vallend onder artikel 2.1.c het subsidieplafond € 10.000.

    Wanneer één van bovengenoemde budgetten niet uitgeput wordt komen de overblijvende middelen ter beschikking aan de andere budgetten. Daarbij is de volgorde dat deze overblijvende middelen eerst worden ingezet voor activiteiten onder 2.1.a, vervolgens 2.1.b en dan 2.1.c.

  • 3.

    Het college rangschikt de voor subsidie in aanmerking komende aanvragen zodanig dat een aanvraag lager wordt gerangschikt wanneer scholen tevens door een derde partij worden gesubsidieerd om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren.

  • 4.

    Het college verdeelt het beschikbare bedrag in de volgorde van de rangschikking.

    Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen, die even hoog zijn gerangschikt het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van de aanvragen vastgesteld op basis van urgentie. Hierbij worden de doelstellingen en onderbouwing van de verschillende aanvragen met elkaar vergeleken.

  • 5.

    Een rangschikking blijft achterwege indien het bedrag van de te verlenen subsidies van de voor subsidieverlening in aanmerking komende aanvragen lager is dan het subsidieplafond.

    In dat geval toetst het college alleen of de aanvragen voldoen aan de in het eerste lid genoemde criteria.

Artikel 5 Subsidiabele kosten en subsidieplafond

  • 1.

    Het totale subsidiebedrag van deze regeling bedraagt ten hoogste € 65.000,- per schooljaar.

  • 2.

    Naast de inhoud van het projectplan wordt de hoogte van de subsidie bepaald op basis van de omvang van de te bedienen doelgroep.

Artikel 6 Verplichtingen

  • 1.

    Uiterlijk op 1 april dient het schoolbestuur haar subsidieaanvraag voor het volgende schooljaar bij het college in.

  • 2.

    Vóór 1 november leggen de schoolbesturen over de voor de in het voorafgaande schooljaar ontvangen subsidie op inhoudelijk en financieel terrein verantwoording af aan het college. Deze verantwoording bevat tenminste een overzicht van de inkomsten

    en uitgaven, de uitgevoerde activiteiten en per doelstelling het behaalde resultaat.

  • 3.

    Het college stelt op basis van de in lid 2 omschreven verantwoording de subsidie vast.

  • 4.

    Voor de overige verplichtingen wordt verwezen naar de Subsidieverordening Franekeradeel 2010.

Artikel 7 Hardheidsclausule

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking. De verordening verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel zoals bij raadsbesluit van 7 mei 2009 vastgesteld, wordt ingetrokken.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening verbetering onderwijskundige kwaliteit Franekeradeel.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 12 mei 2011,

Voorzitter,

Griffier,