Organisatie | Son en Breugel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bezoldigingsverordening gemeente Son en Breugel 1998 |
Citeertitel | Bezoldigingsverordening gemeente Son en Breugel 1998 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Alsdan vervalt de "Bezoldigingsverordening 1994", vastgesteld bij raadsbesluit van 25 augustus 1994, en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 30 mei 1996.
Onbekend
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-1998 | Nieuwe regeling | 01-10-1998 De Brug, circa 14-10-1998 | 07.0005850 | ||
01-10-1998 | Nieuwe regeling | 01-10-1998 De Brug, circa 14-10-1998 | 07.0005850, 05.0021580 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder :
a. ambtenaar : de ambtenaar in de zin van de Collectieve
Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkings-
b. salaris : het salaris, als bedoeld in artikel 3:1,lid 2 van de
salaris per uur : het 1/156 deel van het salaris bij een gemiddeld 36- urige werkweek;
d. salarisschaal : de schaal als bedoeld in bijlage II en IIa van de CAR/UWO;
e. salarisnummer : een aanduiding, bestaande uit een getal dat in een salarisschaal voor een salaris is vermeld;
f. maximumsalaris : het hoogste bedrag van een salarisschaal, dat kan worden bereikt door jaarlijkse salarisverhogingen;
g. bezoldiging : de bezoldiging, als bedoeld in artikel 3:1 ,tweede lid van de CAR/UWO;
h. functie : het samenstel van werkzaamheden door de ambtenaar te verrichten;
ringsonderzoek : het op systematische wijze in rangorde plaatsen van functies, met als criterium de relatieve zwaarte van het werk;
j. conversie : de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;
k. volledige werktijd : een werktijd welke gemiddeld 36 werkuren per week omvat.
Artikel 3 Bezoldiging over gedeelte van een maand
Wanneer het salaris, een emolument of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.
De salarissen van de ambtenaren, wier salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in de bijlagen II en IIa bij de CAR/UWO.
Ten behoeve van de medewerkers van deze gemeente zijn de volgende salarisschalen beschikbaar:
Oude structuur: Schalen 1 tot en met 13, inclusief schaal 10A.
Nieuwe structuur: Schalen 1 tot en met 14, inclusief de schalen 10A en 11A.
Artikel 6 Inpassing in salarisschaal
Bij aanstelling kennen burgemeester en wethouders de ambtenaar het salaris toe dat :
a. wanneer hij 21 jaar of ouder is, in de voor hem geldende salarisschaal is vermeld achter het salarisnummer 0;
b. wanneer hij jonger dan 21 jaar is, in de tabel met jeugdsalarissen bij de voor hem geldende salarisschaal is vermeld achter het getal dat overeenkomt met zijn leeftijd.
Artikel 7 Periodieke verhogingen
De tijd gedurende welke de ambtenaar ingevolge wettelijke verplichting, als bedoeld in artikel 3:7:1 van de CAR/UWO, wordt geacht in zijn betrekking met verlof te zijn, wordt voor de toekenning van het salaris als diensttijd in aanmerking genomen.
De tijd gedurende welke de ambtenaar buiten genot van bezoldiging verlof geniet, wordt voor de toekenning van het salaris niet in aanmerking genomen als diensttijd indien dit verlof een tijdvak van een jaar te boven gaat.
Artikel 8 Extra periodieke verhoging
Burgemeester en wethouders kunnen aan de ambtenaar, die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, een extra salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, toekennen op grond van buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en ijver.
Artikel 10 Inpassing in hogere salarisschaal
Wanneer voor de ambtenaar een salarisschaal gaat gelden met een hoger maximumsalaris, wordt het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het eerst hogere bedrag in die schaal, waarmee wordt gerealiseerd dat het verschil tussen het nieuwe salaris en het oude salaris van de ambtenaar tenminste 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naast hogere bedrag in die oude schaal, dan wel het naast lagere bedrag in die oude schaal, indien het salaris in de oude schaal reeds overeenkwam met hoogste bedrag uit die schaal
Artikel 11 Salaris bij deeltijd
Het salaris van de ambtenaar met een niet-volledige werktijd wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige werktijd.
Artikel 15 Toelage onregelmatige werktijden
De in het vorige lid bedoelde toelage bedraagt per gewerkt uur een percentage van het voor de ambtenaar geldende salaris per uur. Dit percentage bedraagt :
- 20 voor de uren op maandag tot en met vrijdag tussen 6 en 8 uur en tussen 18 en 22 uur;
- 40 voor de uren op zaterdag tussen 6 en 22 uur;
- 40 voor de uren op maandag tot en met zaterdag tussen 0 en 6 uur en tussen 22 en 24 uur;
- 65 voor de uren op zondag en op de feestdagen genoemd in artikel 4:2:1 van de CAR/UWO,
met dien verstande dat genoemde percentages worden berekend over ten hoogste het salaris per uur, dat is afgeleid van het maximumsalaris van schaal 6.
Artikel 16 Vervallen toelage onregelmatige werktijden
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt aan de ambtenaar van 60 jaar of ouder, wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van een toelage, als bedoeld in artikel 15, een blijvende verlaging ondergaat, een blijvende toelage toegekend, indien de ambtenaar de toelage als bedoeld in artikel 15 direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering, gedurende tenminste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.
De in het eerste lid bedoelde aflopende toelage gaat, wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaar bereikt en hij, onmiddellijk voor de aanvang van die toelage, gedurende tenminste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking een toelage als bedoeld in artikel 15 heeft genoten, over in een blijvende toelage als bedoeld in het vorige lid.
Voor gevallen waarin deze verordening niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.