Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kampen

Wegsleepverordening gemeente Kampen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKampen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWegsleepverordening gemeente Kampen
CiteertitelWegsleepverordening Kampen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De Wegsleepverordening gemeente Kampen in werking getreden op 27 maart 2008 wordt ingetrokken.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 van de Gemeentewet
  2. artikel 173, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-04-2022nieuwe regeling

21-04-2022

gmb-2022-184798

20802-2022

Tekst van de regeling

Intitulé

Wegsleepverordening gemeente Kampen

De raad van de gemeente Kampen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8-3-2022, kenmerk 20802-2022;

gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 173, tweede lid, van de

Wegenverkeerswet 1994 en het Besluit wegslepen van voertuigen;

overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen;

besluit vast te stellen de

Wegsleepverordening gemeente Kampen

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • -

      aanhangwagen: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1 RVV 1990;

    • -

      besluit: het Besluit wegslepen van voertuigen;

    • -

      college: college van burgemeester en wethouders;

    • -

      motorrijtuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder c van de wet;

    • -

      onvolledige berging: het moment dat er telefonisch contact is geweest met het wegsleepbedrijf tot het moment van het vastkoppelen van het weg te slepen voertuig;

    • -

      RVV 1990: Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

    • -

      vastkoppelen van het voertuig: het moment dat de eerste kabel aan het voertuig is bevestigd, het voertuig zich op de lepel van de takelwagen bevindt en/of is vastgesjord;

    • -

      voertuigen: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1 RVV 1990;

    • -

      wet: Wegenverkeerswet 1994.

  • 2.

    Een voertuig met aanhangwagen wordt voor de toepassing van deze verordening beschouwd als twee voertuigen.

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c van de wet, worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen voor zover ze behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.

Artikel 3 Plaats bewaring voertuigen en openingstijden

  • 1.

    Als plaats van bewaring van voertuigen wordt aangewezen:

    • a.

      Carl Benzstraat 11, 8013 NH te Zwolle (Wolves Mobiliteit BV, tel. 088 – 3747290)

    • b.

      Zwartendijk 6, 8265 PD te Kampen (vestiging AFAC gemeente)

  • 2.

    De openingstijden van de in het eerste lid genoemde bewaarplaatsen kunnen nader door het college worden vastgesteld.

  • 3.

    Op de plaats van bewaring, genoemd in het eerste lid onder b, worden uitsluitend losse aanhangwagens, fietsen, bromfietsen, snorfietsen, speed-pedelecs of ander dergelijk tweewielig voertuig in bewaring gehouden.

  • 4.

    De burgemeester kan een tijdelijke plaats van bewaring aanwijzen in het geval dat een specifieke situatie daartoe aanleiding geeft.

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen tot 3500 kg

  • 1.

    De kosten van het overbrengen van een fiets, bromfiets, snorfiets, speed-pedelec of ander dergelijk tweewielig voertuig zijn € 15,00.

  • 2.

    De kosten van het overbrengen van een aanhangwagen zijn € 86,00 en voor het bewaren € 5,00 per kalenderdag met ingang van de dag na het overbrengen.

  • 3.

    De kosten van het overbrengen van een voertuig tot 3500 kg naar de bewaarplaats inclusief de kosten van stalling van de betreffende kalenderdag, bedragen € 217,16 en bestaan uit:

    • a.

      voorrijkosten: € 86,34; en

    • b.

      uitvoeringskosten: € 130,82.

  • 4.

    De kosten van het bewaren van een voertuig tot 3500 kg bedragen voor elke volgende kalenderdag na de dag van het overbrengen: € 18,84 inclusief BTW.

  • 5.

    Indien sprake is van een onvolledige berging van een voertuig tot 3500 kg of van twee voertuigen als bedoeld in artikel 1, tweede lid, tot 3500 kg bestaan de kosten uit de in het derde lid onder a genoemde voorrijkosten.

Artikel 5 Kosten overbrengen en bewaren bijzondere voertuigen (waaronder, maar niet beperkt tot, tractors, grote aanhangers, containers etc), boven de 3500 kg

  • 1.

    De kosten van het overbrengen van een bijzonder voertuig of voertuig boven de 3500 kg naar de bewaarplaats bedragen per uur:

    • a.

      van maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 18.00 uur: € 162,21 exclusief BTW per uur, waarbij minimaal twee uur in rekening wordt gebracht;

    • b.

      van maandag tot en met vrijdag van 18.00 uur tot 08.00 uur en alle tijden in de weekenden en/of op feestdagen: € 211,95 exclusief BTW per uur, waarbij minimaal twee uur in rekening wordt gebracht.

  • 2.

    De kosten van het bewaren van een bijzonder voertuig of voertuigen boven de 3500 kg bedragen voor elke volgende kalenderdag na de dag van het overbrengen: € 39,24 per dag exclusief BTW.

  • 3.

    Bovenstaande tarieven zijn gebaseerd op inzet van een zwaar bergingsvoertuig. Kosten van extra materieel en/of kosten van inzet van extra medewerkers worden op nacalculatie berekend en komen bovenop de in het eerste lid en/of het tweede lid genoemde bedragen.

Artikel 6 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, als bedoeld in artikel 130, vierde lid, 164, zevende lid, en/of 174, eerste lid, van de wet, zijn de artikelen 1, 3, 4 en 5 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7 Inwerkingtreding, intrekking oude verordening en overgangsbepaling

  • 1.

    Deze verordening treedt een dag na de bekendmaking in werking.

  • 2.

    De Wegsleepverordening gemeente Kampen in werking getreden op 27 maart 2008 wordt ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van deze verordening, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de feiten die zich voor de inwerkingtreding hebben voorgedaan.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Wegsleepverordening Kampen.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 april 2022,

De raad van de gemeente Kampen,

drs. H.A. van der Meulen,

griffier

S. de Rouwe,

voorzitter

 

Toelichting

 

Toelichting algemeen

De bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen is een bevoegdheid van het gehele college van burgemeester en wethouders. Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de Awb zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. In de WVW 1994 wordt een aantal bepalingen uit de Awb niet van toepassing verklaard. Tegen besluiten tot het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.

 

Uitgebreide werking

Direct optreden tegen fout geparkeerde voertuigen kan in bepaalde gevallen zeer wenselijk zijn. Hierbij kan worden gedacht aan het onbevoegd parkeren op laad- en loshavens, taxistandplaatsen, marktterreinen, voetgangersgebieden en dergelijke. Deze wegen en weggedeelten moeten op grond van de WVW 1994 eerst nader worden aangewezen in een gemeentelijke verordening voordat gemeenten gebruik kunnen maken van deze bevoegdheid.

Een voertuig kan niet zonder meer worden weggesleept wanneer aan een van de genoemde criteria wordt voldaan. Degene die met de uitvoering van de wegsleepregeling is belast, dient per geval na te gaan of in dat specifieke geval het wegslepen van het desbetreffende voertuig absoluut noodzakelijk is. Het wegslepen van een voertuig dat om 4.00 uur 's nachts in strijd met een van de genoemde criteria is geparkeerd, zal doorgaans als niet of minder urgent moeten worden beschouwd. In zo'n geval kan het opmaken van een proces-verbaal door een opsporingsambtenaar doorgaans volstaan.

 

Verhouding Wet-Mulder en bestuursdwang

Wanneer een voertuig fout geparkeerd staat en wegsleepwaardig is, zijn er in principe twee naast elkaar bestaande manieren om hiertegen op te treden. Allereerst door politie en justitie op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wet-Mulder) via het opmaken van een proces-verbaal. Daarnaast door het uitvoeren van bestuursdwang (lees: het laten wegslepen en bewaren van dat voertuig) door het college van burgemeester en wethouders. Het opmaken van een proces-verbaal op grond van de Wet-Mulder, voordat tot het wegslepen van een voertuig kan worden overgegaan, is niet vereist, maar kan nog steeds wel samengaan. Opgemerkt wordt dat het wel noodzakelijk is om de geconstateerde parkeerovertreding zo goed mogelijk vast te leggen wanneer alleen gebruik wordt gemaakt van de bestuursdwangbevoegdheid. Voor eventuele latere bezwaar- en beroepsprocedures op grond van de Awb is het verstandig de geconstateerde parkeerovertreding zo goed mogelijk vast te leggen in een schriftelijk document en bij voorkeur vergezeld te laten gaan van een foto die de feitelijke situatie weergeeft. Een eventueel sepot, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging door justitie, respectievelijk de rechter naar aanleiding van een proces-verbaal is niet zonder meer een reden om ook de kosten van de bestuursdwang terug te betalen. Het college van burgemeester en wethouders maakt in een eventuele bezwaarprocedure een zelfstandige afweging.

 

Verordening in artikel 170 WVW 1994 e.v.

In de WVW 1994 is het kader aangegeven waarbinnen het college van burgemeester en wethouders gebruik kan maken van zijn bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen. Hoewel de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet is neergelegd, kan het college pas goed van deze bevoegdheid gebruikmaken wanneer de gemeenteraad in een verordening nadere regels heeft gesteld over de toepassing van deze bevoegdheid, zoals in artikel 173, tweede lid van de wet wordt voorgeschreven. In deze verordening dienen in elk geval regels te worden gesteld over:

  • 1.

    de aanwijzing van de plaats(en) waar de weggesleepte voertuigen worden bewaard;

  • 2.

    de berekening van de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het wegslepen en bewaren van voertuigen;

  • 3.

    de eventuele aanwijzing van wegen en weggedeelten waar op grond van artikel 170, eerste lid, onder c WVW 1994 voertuigen mogen worden weggesleept.

Aangezien in artikel 173, tweede lid van de wet wordt aangegeven dat de nadere regels bij gemeentelijke verordening moeten worden gesteld, kunnen de hiervoor genoemde onderwerpen niet worden gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders. De uitwerking van de nadere regels van de verordening kan wel door het college van burgemeester en wethouders geschieden (bijvoorbeeld door middel van beleidsregels).

Op grond van het nieuwe artikel 170, eerste lid WVW 1994 kunnen immers voertuigen waarmee én een verkeersregel wordt overtreden én waarvan de verwijdering noodzakelijk is in verband met het belang van:

  • a.

    de veiligheid op de weg of

  • b.

    de vrijheid van het verkeer of

  • c.

    het vrijhouden van aangewezen weggedeelten en wegen zonder meer worden weggesleept.

Om gemeenten toch enig houvast te bieden bij de toepassing van de wegsleepverordening hebben wij in een bijlage bij deze toelichting aangegeven in welke concrete gevallen er sprake kan zijn van een wegsleepwaardige overtreding van de wegenverkeerswetgeving.

Tot slot wijzen wij nog op het bepaalde in artikel 170, zesde lid WVW 1994. Hierin wordt bepaald dat een voertuig niet kan worden weggesleept indien de rechthebbende het voertuig verwijdert voordat met de overbrenging wordt begonnen. In de wet wordt niet expliciet aangegeven wanneer met de overbrenging wordt begonnen. In de dagelijkse praktijk wordt ervan uitgegaan dat pas met de overbrenging wordt begonnen wanneer het voertuig zich in de takels van het wegsleepvoertuig bevindt. Indien de rechthebbende zich eerder bij zijn voertuig meldt, mag het voertuig niet meer worden weggesleept. Wel zal de rechthebbende alle aan de voorbereiding van de overbrenging verbonden kosten dienen te vergoeden, waarbij met name kan worden gedacht aan de voorrijkosten van het sleepvoertuig en administratieve kosten.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Toelichting

In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.

Ad - voertuigen

Het begrip 'voertuig', zoals in artikel 1 RVV 1990 is omschreven, is ruim. Hieronder vallen niet alleen motorvoertuigen, maar ook fietsen en bromfietsen, invalidenvoertuigen, trams en wagens. Al deze voertuigen vallen derhalve onder de werking van deze Wegsleepverordening. Ook in de APV is een bepaling opgenomen over de verwijdering van fietsen en bromfietsen van de openbare weg (zie artikel 5.1.11). Deze bepaling is aanvullend op wat de wegenverkeerswetgeving beoogt te regelen. In artikel 5.1.11 van de APV spelen namelijk andere belangen een rol, zoals de openbare orde en veiligheid, het uiterlijk aanzien en de openbare gezondheid.

Ad - motorrijtuig

Het begrip 'motorrijtuig' is apart omschreven omdat artikel 6 van de Wegsleepverordening alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.

 

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Toelichting

Zoals hiervoor in het algemene deel van de toelichting is gememoreerd, is de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet zelf geregeld. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer hoeven geen wegen en weggedeelten te worden aangewezen. Van deze bevoegdheid kan op alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente gebruik worden gemaakt.

Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten kunnen op grond van artikel 170, eerste lid, aanhef en onder c, en artikel 173, tweede lid, aanhef en onder c WVW 1994 bij gemeentelijke verordening wegen en weggedeelten worden aangewezen. In artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen is nader aangegeven om welke soorten van wegen en weggedeelten het kan gaan, zoals onder andere gehandicaptenparkeerplaatsen, taxistandplaatsen, laad- en loshavens, parkeerplaatsen voor vergunninghouders, voetgangersgebieden en dergelijke. Het is aan de gemeenteraad om in deze Wegsleepverordening de wegen en weggedeelten aan te wijzen waar het college van burgemeester en wethouders van deze bevoegdheid gebruik kan maken. In de verordening is, zoals ook in de voorgaande verordening, de ruimste variant opgenomen: alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente zijn aangewezen. Voor de volledigheid wordt nog eens opgemerkt dat een parkeerovertreding, zoals in deze bepaling bedoeld, op zich niet zonder meer voldoende is om over te gaan tot het wegslepen en in bewaring stellen van een voertuig. Per geval zal tevens moeten worden beoordeeld of de specifieke parkeerovertreding het wegslepen en in bewaring stellen van het desbetreffende voertuig ook rechtvaardigt. Indien bijvoorbeeld een voertuig midden in de nacht op een laad- en loshaven wordt geparkeerd terwijl alle winkels en bedrijven dicht zijn, zal het normaal gesproken niet weggesleept mogen worden. Het voertuig zal doorgaans pas mogen worden weggesleept wanneer de winkels en bedrijven weer opengaan of enige tijd daarvoor.

 

Artikel 3 Plaats bewaring voertuigen en openingstijden

Toelichting

De inhoud van de bepaling spreekt voor zich. Vanwege de redactie van artikel 173, tweede lid WVW 1994 moet(en) de plaats(en) van bewaring van voertuigen door de gemeenteraad worden aangewezen. Delegatie aan het college van burgemeester en wethouders is niet mogelijk. In onvoorziene omstandigheden is het denkbaar dat de burgemeester op grond van zijn bijzondere bevoegdheden ter handhaving van de openbare orde tijdelijk ook andere terreinen aanwijst als plaats van bewaring van voertuigen. De openingstijden kunnen wel nader door het college van burgemeester en wethouders worden vastgesteld omdat ze niet expliciet genoemd zijn in artikel 173 WVW 1994.

 

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen tot 3500 kg:

Toelichting

In artikel 13 tot en met 15 van het Besluit wegslepen van voertuigen is geregeld welke soorten van kosten die verbonden zijn aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, in rekening kunnen worden gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om personele en materiële kosten die direct verband houden met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten die verbonden zijn aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering en dergelijke.

De tarifering wordt bepaald aan de hand van de kosten die de berger hanteert en doorberekent aan de gemeente. Deze tarieven kunnen jaarlijks hoger (of lager) uitvallen. De raad zal dit artikel daarom regelmatig aan moeten passen om de kosten te blijven dekken.

 

Artikel 5 Kosten overbrengen en bewaren bijzondere voertuigen (waaronder, maar niet beperkt tot, tractors, grote aanhangers, containers etc), boven de 3500 kg

Toelichting

De sleepdienst heeft voor het afslepen van voertuigen boven de 3500 kg andere expertise en materieel nodig en hanteert daarom andere tarieven voor deze voertuigen. In de verordening zijn de kosten voor deze voertuigen overgenomen.

 

Artikel 6 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat

Toelichting

Naast de in artikel 170, eerste lid WVW 1994 bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een voertuig te laten wegslepen en in bewaring te laten stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:

  • -

    het niet afgeven van zijn rijbewijs, wanneer dit is ingevorderd, omdat iemand zijn motorrijtuig heeft bestuurd terwijl hij onder invloed was van drogerende stoffen of alcohol en dergelijke (zie artikel 130 en 164 WVW 1994);

  • -

    de situatie dat een motorrijtuig niet beschikt over een behoorlijk zichtbare kentekenplaat terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het 'knoeien' met kentekens in geval van autodiefstal.

Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid WVW 1994, waarin de bestuursdwangbevoegdheid is geregeld, is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt.

Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit hoofdstuk X. Bestuurlijke handhaving van de WVW 1994 (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. Daarom zijn in de wegsleepverordening de artikelen over de bewaarplaats(en) van voertuigen en openingstijden (artikel 3) en de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (artikel 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing verklaard.