| Organisatie | Maasgouw |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Beleidsregels inkomen en vermogen gemeente Maasgouw 2022 |
| Citeertitel | Beleidsregels inkomen en vermogen gemeente Maasgouw 2022 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Beleidsregels Inkomen en Vermogen gemeente Maasgouw 2021.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 15-04-2022 | 01-01-2022 | nieuwe regeling | 05-04-2022 |
Artikel 1 - Hersteltermijn bij uw aanvraag (artikel 4:5 lid 1 Algemene wet bestuursrecht)
Wanneer de gegevens voor de beoordeling van uw aanvraag niet compleet zijn, geven wij u een hersteltermijn om de ontbrekende gegevens alsnog aan te leveren. Een hersteltermijn voor uw aanvraag is minimaal 5 en maximaal 10 werkdagen. Dit kan anders zijn als u meer tijd nodig heeft om de gevraagde gegevens te verzamelen (bijvoorbeeld omdat u gegevens bij een andere instantie moet opvragen). Dan kunnen we u een langere termijn geven. De maximale hersteltermijn is echter nooit langer dan 8 weken.
Artikel 2 - Hersteltermijn tijdens bijstand (artikel 54 PW en artikel 17 IOAW)
Zorgt u ervoor dat u al uw gegevens op tijd en volledig bij ons inlevert. Zo voorkomt u dat wij uw recht op uitkering opschorten. Dit betekent dat wij de betaling van uw uitkering uitstellen totdat u alle gegevens heeft ingeleverd en wij uw recht op uitkering opnieuw hebben beoordeeld. Wij geven u een hersteltermijn om de ontbrekende gegevens alsnog aan te leveren. Deze hersteltermijn bedraagt minimaal 5 en maximaal 10 werkdagen. Dit kan anders zijn als u meer tijd nodig heeft om de gevraagde gegevens te verzamelen (bijvoorbeeld omdat u gegevens bij een andere instantie moet opvragen). Dan kunnen we u een langere termijn geven. De maximale hersteltermijn is echter nooit langer dan 8 weken.
Artikel 3 - Betekenis "onverwijld uit eigen beweging" in artikel 17 lid 1 PW en artikel 13 IOAW
"Onverwijld uit eigen beweging" betekent dat u zelf alle belangrijke informatie aan ons doorgeeft. U geeft dit aan ons door met het wijzigingsformulier (of op een andere manier, maar in elk geval schriftelijk). U heeft hiervoor 5 werkdagen (na de dag van de verandering) de tijd. U bent zelf verantwoordelijk voor het doorgeven van veranderingen die van invloed kunnen zijn op uw uitkering, ook als wij u daar niet naar vragen.
Artikel 4 - Ingangsdatum bijstand bij afwijzing WW-uitkering
Is uw WW-aanvraag afgewezen? Meldt u zich dan binnen 8 dagen (na ontvangst van uw afwijzing WW) bij ons voor een bijstandsaanvraag. We beoordelen uw recht op bijstand dan vanaf de datum van uw WW-aanvraag. Meldt u zich later? Dan gaat de bijstand niet eerder in dan vanaf de dag dat u zich bij ons heeft gemeld. Dit is alleen anders als er een goede reden is waarom u zich later bij ons heeft gemeld.
Artikel 5 - Waarde voertuigen bij het vaststellen van vermogen
De waarde van een auto stellen we vast volgens de ANWB-koerslijst (het verkopen van een auto aan een particulier). De waarde van auto’s die door hun leeftijd niet meer in de koerslijst staan, stellen we vast op ‘nul’. Dit is anders als de auto bijzonder is (bijvoorbeeld duur merk of oldtimer).
De waarde van een motor stellen we vast volgens inruilwaardes op websites zoals Autotrader of Autoscout24. We gaan uit van de gemiddelde inruilwaarde van vergelijkbare motoren. Staan er meer dan vijf vergelijkbare motoren op de site? Dan nemen we een gemiddelde van de vijf goedkoopst aangeboden motoren.
De waarde van een camper stellen we vast aan de hand van vergelijkbare campers op www.marktplaats.nl of www.camperscaravans.nl. We gaan uit van de gemiddelde waarde van de vergelijkbare campers. Staan er meer dan vijf vergelijkbare campers op de site? Dan nemen we een gemiddelde van de vijf goedkoopst aangeboden campers.
Is de waarde van een auto, motor of camper meer dan € 2.500? Dan merken we alleen het bedrag boven de € 2.500 aan als vermogen. Maar heeft u een tweede voertuig of schaft u die aan in de bijstandsperiode? Dan nemen we de totale waarde/het gehele bedrag van het tweede voertuig mee bij het vermogen, ook al heeft het eerste voertuig de waarde van € 2.500 niet overschreden.
Artikel 6 - Saldo lopende bankrekening bij vaststellen vermogen
Als we uw vermogen vaststellen, houden we rekening met alle middelen en dus ook met het saldo op uw lopende bankrekening. Een deel van dat saldo is echter bedoeld voor het levensonderhoud van die lopende maand. Bij uw aanvraag om bijstand en eventuele latere heronderzoeken laten we daarom op uw lopende bankrekening een extra bedrag vrij van maximaal de maanduitkering. Onder de maanduitkering verstaan we de bijstandsnorm, zonder vakantietoeslag.
Deze vrijlating passen we alleen toe op het positieve saldo op uw lopende bankrekening. Heeft u meer lopende bankrekeningen? Bent u getrouwd en heeft u allebei een lopende bankrekening? Dan tellen we de bedragen bij elkaar op en laten maximaal één keer het bedrag van de bijstandsnorm (exclusief vakantietoeslag) vrij. Als u een bewindvoerder heeft, passen we de vrijlating toe op de beheerrekening.
Artikel 7 - Moment vaststellen vermogen bij echtscheiding/verlating
Het vermogen stellen we vast bij uw aanvraag en bij veranderingen tijdens de bijstand. Er zijn situaties dat wij uw vermogen nog niet goed vast kunnen stellen, bijvoorbeeld als u in een echtscheidingsprocedure zit of als u verlaten bent. We stellen uw vermogen dan eerst voorlopig vast en wachten met het definitief vaststellen totdat de echtscheiding/boedelscheiding is afgerond.
U betaalt teveel betaalde bijstand terug als uw vermogen na de echtscheiding/boedelscheiding alsnog hoger blijkt te zijn dan de vermogensgrens.
Artikel 8 - Vaststellen vermogen bij co-ouderschap
Bij het vaststellen van het vermogen van een co-ouder houden we rekening met de vermogensgrens van een alleenstaande ouder.
Bij het vaststellen van het vermogen van een ouder die bijstand ontvangt, nemen we ook de bankrekening(-en)/vermogen van het minderjarig kind mee, als de ouder over de bankrekening van dat kind kan beschikken.
Bij een zuivere co-ouderschapregeling openen beide ouders vaak samen een speciale kindrekening waarop beiden een bijdrage storten voor de kosten van levensonderhoud (en bijvoorbeeld ook kinderbijslag). Bij deze speciale kindrekening rekenen we de helft van het bedrag als vermogen bij de ene en de andere helft van het bedrag bij de andere ouder. De andere ouder zorgt namelijk ook voor de helft in het levensonderhoud van het kind. Uit de bankafschriften moet duidelijk blijken dat het om een kindrekening gaat.
Schadevergoedingen waarvan wij het passend en verantwoord vinden dat u deze naast uw bijstandsuitkering ontvangt, tellen wij niet bij uw middelen (artikel 31 lid 2 sub m PW). Dit geldt ook voor uitkeringen en schadevergoedingen die daartoe door de minister zijn aangewezen (artikel 31 lid 2 sub l PW).
We maken onderscheid tussen materiële en immateriële schadevergoedingen.
Vaak staan materiële en immateriële schadevergoedingen samen in één bedrag. We bekijken dan hoe het bedrag is samengesteld.
Bij materiële schadevergoedingen gaat het om vergoedingen voor bijvoorbeeld gemist loon of vergoedingen voor schade of verlies van materiële zaken. Wij beoordelen bij u persoonlijk wat we meerekenen bij het verlenen van uw bijstand.
Is het een schadevergoeding voor gemist loon? Dan zien we dit als inkomen, omdat dit is voor de kosten van levensonderhoud. We beoordelen dan voor welke periode dit geldt. Het bedrag delen we door het aantal maanden en korten we elke maand als inkomen.
Is het een schadevergoeding voor schade aan of verlies van iets dat u al had? Dan laten we dat bedrag vrij van uw inkomen. Voorbeeld: U had iets (een fiets), die is verloren gegaan, dus nu koopt u een andere (fiets).
Vergoedingen immateriële schade (smartengeld)
Bij immateriële schadevergoeding gaat het om vergoedingen voor bijvoorbeeld gemiste levensvreugde. We kijken naar de aard en hoogte van de immateriële schadevergoeding bij het beoordelen wat we tot uw middelen rekenen.
Wat betreft de aard: we onderzoeken of het smartengeld ook (voor een deel) is voor het verlies van inkomen of loon. Gaat het om een vergoeding van gemist loon? Dan zien we dit als inkomen, omdat dit bedoeld is voor de kosten van levensonderhoud. In dat geval beoordelen we voor welke periode dit geldt. Het bedrag delen we door het aantal maanden en korten we elke maand als inkomen.
Wat betreft de hoogte: Van het gedeelte van de schadevergoeding dat niet voor gemist loon is, laten we 1/3 deel vrij en rekenen we 2/3 deel bij uw vermogen. De rechtspraak steunt ons hierin (o.a. ECLI:NL:CRVB:2003:AO1106, ECLI:NL:CRVB:2005:AU3208, ECLI:NL:CRVB:2014:3892 en ECLI:NL:CRVB:2016:2305). Dit geldt ook voor een schadevergoeding voor immateriële schade als u onterecht in detentie heeft gezeten (ECLI:NL:CRVB:2011:BP5677).
Artikel 10 - Reserveren uitvaartkosten bij vaststellen vermogen
Heeft u een verzekering voor de kosten van begrafenis of crematie? Dit kan een verzekering in natura zijn of een verzekering die contant uitbetaalt.
Een uitvaartverzekering die in natura uitkeert, betaalt geen geld maar geeft diensten en/of producten. Een naturaverzekering rekenen we niet tot uw vermogen.
Een uitvaartverzekering die contant uitbetaalt, rekenen we niet tot uw vermogen als:
Artikel 11 - Onvoorziene omstandigheden
In gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslissen wij.